SlideShare a Scribd company logo
1 of 24
Download to read offline
EEN VAK APART
De visie van Metri op het onderbouwd
en betrouwbaar begroten
van software projecten, releases en
sprints.SOFTWARE COST ESTIMATION
2
Hofstadter’s Law: It always takes
longer than you expect, even
when you take into account
Hofstadter’s Law.
What one programmer can do
in one month, two programmers
can do in two months.
 - Fred Brooks
 -  Douglas Hofstadter,
Gödel, Escher, Bach:
An Eternal Golden
Braid
3
ITSTARTS
WITHTHE
FACTS
AUTEURS:
Harold van Heeringen, Principal Consultant
Frank Vogelezang, Senior Consultant
© METRI GROUP, 2020
BOEINGAVENUE 251
1119 PD SCHIPHOL-RIJK
Vele organisaties hebben geen professionele schattingsproces en vertrouwen sterk op de ervaring van hun pro-
fessionals om projecten of agile teams te schatten. Dit resulteert vaak in grote overschrijdingen van budget en
doorlooptijd. Miljoenen euro’s worden jaarlijks op deze manier verspild: geld en energie die op een wijze manier
besteed had kunnen worden.
Gecertificeerde Metri Software Cost Estimate specialisten meten en begroten al uw IT en Software ontwikkelings-
projecten met behulp van internationale standaarden en state-of-the-art technologie in een kort tijdsbestek. Op
deze manier verbetert uw kans op projectsucces aanzienlijk en bespaart u veel geld. In deze whitepaper zet Metri
haar visie uiteen op het betrouwbaar begroten van software-ontwikkelprojecten.
>50% >25%>40% >20%
Project slagingspercentage
verbetering, wat resulteert in het
voorkomen van miljoenen euro’s
verspild geld en middelen.
Vermindering van de
inspanning van
menselijke deskundigen.
Vermindering van scope
creep als gevolg van de
formele size baseline.
Governance reductie vanwege de
mogelijkheid om de voortgang
van het project te monitoren op
basis van de geleverde omvang en
de getoonde productiviteit.
VORMGEVING & REDACTIE:
Lucas Blom, Marketing Manager
The first 90 percent of the code accounts for the first
90 percent of the development time. The remaining 10
percent of the code accounts for the other 90 percent
of the development time.
- Tom Cargill, Bell Labs
Responding to change over following a plan does not
imply not having a plan.
- Steve McConnell
Good project-level estimation depends on good
requirements, and average requirements skills are
about as bad as average estimation skills.
- Steve McConnell
5
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING	
ONZE VISIE IN HET KORT
DE MARKT	
ZORG VOOR EEN REALISTISCH BEELD
HET EFFECT VAN OPTIMISME EN PESSIMISME
DE VOLWASSENHEID VAN HET BEGROTEN VERHOGEN
LEVEL 0 EN 1: BEGROTINGEN OP BASIS VAN HUMAN
JUDGMENT
HET GAT TUSSEN LEVEL 1 EN 2
FORMAL SIZING
LEVEL 2 TOT EN MET 5: PARAMETRISCHE BEGROTINGEN
LEVEL 2: OMVANG EN PRODUCTIVITEIT
LEVEL 3: ERVARINGSCIJFERS
LEVEL 4: LESSONS LEARNED
LEVEL 5: CONTINUOUS IMPROVEMENT
WEET WAAR U STAAT
OVER DE AUTEURS
BRONNEN EN REFERENTIES	
6
7
8
10
10
11
11
12
13
14
15
15
17
18
19
20
22
6
In deze whitepaper zetten wij onze visie
uiteen op het betrouwbaar begroten van
software-ontwikkelprojecten. Een relevant
onderwerp, omdat het begroten van deze
projecten zo vaak fout gaat in de markt.
Veel van de projecten die fout lopen, inclu-
sief de horror stories bij de overheid die de
krantenkoppen sieren, falen als gevolg van
een (veel) te optimistische begroting.
De begrotingsprocessen in de IT zijn nog behoorlijk
onvolwassen, met name waar het gaat om het begroten
van softwareontwikkeling. In de praktijk leidt dit tot vele
projecten die al vanaf de start gedoemd zijn te misluk-
ken, simpel en alleen omdat ze te optimistisch begroot
zijn en daarom starten met een te klein team, een te
krappe planning en onvoldoende mogelijkheden om
bijtijds bij te sturen op basis van actuele data. Hoewel
projecten voor de overheid vaak het nieuws halen
vanwege de verspilling van belastinggeld, heeft vrijwel
iedere commerciële organisatie met mislukte projecten
te maken, zelfs de grote internationale IT system inte-
grators.
Een veel geciteerde bron voor het succes van software-
projecten is het periodieke CHAOS report, dat wordt
gepubliceerd door de Standish Group.
Volgens Standish zijn de succespercentages voor agile
projecten hoger dan voor waterval-projecten. Maar toch
falen met name grote en middelgrote agile projecten
vaker dan dat ze slagen.
De top-vijf factoren die Standish vond in succesvolle
projecten zijn:
1.	 Betrokkenheid van de gebruiker
2.	 Ondersteuning door het executive management
3.	 Duidelijke documentatie van de requirements
4.	 Goede planning
5.	 Realistische verwachtingen
De top-vijf indicatoren gevonden in uitgelopen en mis-
lukte projecten zijn:
1.	 Gebrek aan betrokkenheid van de gebruiker
2.	 Onvolledige requirements en specificaties
3.	 Veranderende requirements en specificaties
4.	 Gebrek aan support van het executive management
5.	 Technische incompetentie
Wij behandelen in deze whitepaper de oorzaken die
direct raken aan het realistisch begroten van software-
ontwikkeling. Het gaat dan met name om de documen-
tatie van de requirements, de realistische verwachtin-
gen (ofwel: realistische begroting) en de manier waarop
met veranderende requirements zou moeten worden
omgegaan. Het goed managen van projecten is iets dat
hiervan losstaat, maar dit wordt op basis van een goede
begroting wel eenvoudiger.
Een goed onderbouwde, betrouwbare begroting is een
cruciale voorwaarde voor:
•	 de business case;
•	 de planning;
•	 de aanbieding in geval van outsourcing (zeker in
geval van fixed price/fixed date);
•	 het financiële resultaat van het project en de
organisatie;
•	 het claimen en vrijgeven van resources;
•	 de afstemming tussen IT en de business/klant;
•	 de voortgangsrapportages en dashboards;
•	 het gevoel van het team en de stakeholders.
59%
31%
18%
56%
19%
9%
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Kleine projecten Gemiddelde projecten Grote projecten
Succes en projectomvang
Agile Waterval
42%
50%
8%
26%
53%
21%
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Binnen tijd en budget Uitgelopen Mislukt
Succes en ontwikkelmethodiek
Agile Waterval
7
ONZE VISIE IN HET KORT
Onze visie op het onderbouwd en betrouwbaar be-
groten van softwareprojecten, releases en sprints is als
volgt samen te vatten:
•	 Veel organisaties gebruiken uitsluitend human
judgment-begrotingen, terwijl de ervaring leert dat
human judgment-methoden leiden tot (zeer) opti-
mistische begrotingen.
•	 Optimistische begrotingen leiden tot niet-lineaire
extra kosten en langere doorlooptijden, waardoor
de bijbehorende projecten een grotere faalkans
hebben.
•	 Door toepassing van parametrische methodes voor
kostenbegroting, gebaseerd op een objectieve
vaststelling van de omvang van de te realiseren
requirements, relevante data en parametrische
modellen, worden begrotingen aantoonbaar realis-
tischer, wat de slagingskans van het project signifi-
cant verhoogt.
In deze whitepaper zetten we onze visie uiteen. Vanuit
ons beeld van de markt laten we aan de hand van prak-
tijkvoorbeelden zien hoe het begroten van softwarepro-
jecten beter kan.
8
DE MARKT
De afgelopen jaren zijn veel organisaties overgestapt
van een watervalmethode naar agile softwareontwik-
keling, veelal scrum. Hierbij wordt veel macht aan de
teams gegeven, die over veel zaken mogen besluiten
die voorheen op managementniveau werden beslist.
De scrum-methodiek werkt vaak met user story’s die
aangeven welke functionaliteit de gebruiker nodig
heeft om een bepaalde activiteit uit te voeren. Scrum-
teams schatten in hoe veel inspanning nodig is voor
realisatie van deze user story’s. Dit doen zij doorgaans
met de story points-methode. Deze relatieve schattings-
methode wordt vaak uitgevoerd door het ‘spelen’ van
zogenoemd planning poker. De teamleden bepalen
samen de uren die ze nodig denken te hebben om een
bepaalde user story te realiseren, en doen dat in verge-
lijking met andere user story’s en een bepaalde anchor
story. Deze methode is zeer eenvoudig toepasbaar voor
teams en zeer bruikbaar om te bepalen welke user sto-
ries in de komende een á twee sprints kunnen worden
gerealiseerd. Deze methode is echter niet bruikbaar
voor het opstellen van langetermijnbegrotingen.
Scrum is een methode met veel voordelen, maar een
aantal zeer belangrijke onderwerpen zijn onderbelicht.
Zo ontbreekt het bijvoorbeeld vaak aan professionele
cost estimation-technieken en is er veelal geen sturing
op de prestaties van teams en het tijdig gereed hebben
van een minimum viable product (MVP1
) . Dit is belang-
rijk, want één van de pilaren van het Agile Manifesto
is: Responding to change over Following a plan. Dit
stelt veel product owners en teams min of meer in de
gelegenheid om continu te blijven experimenteren
zonder goed na te denken over wat ze moeten leveren.
Zo komt het regelmatig voor dat eenzelfde feature drie
of zelfs meerdere keren gebouwd en aangepast wordt,
met als gevolg dat als het budget op is, slechts een deel
van het gewenste MVP gereed is. Soms voldoet ook
dit deel lang niet aan alle benodigde functionele en
niet-functionele requirements.
Dit is een valkuil die we op zeer veel plaatsen tegenko-
men. Niet voor niets zijn veel CxO’s ontevreden over het
gebrek aan grip op de agile teams in hun organisatie.
Ze weten niet wanneer wat klaar is en tegen welke kos-
ten. Zeker als ze gebruikmaken van ingehuurde teams,
die niet gewend zijn ‘ownership’ te nemen voor de ap-
plicatie en meestal op basis van time & material2
(T&M)
werken, is er geen intrinsieke drive om de performance
te verbeteren of om voorspelbaar te zijn. Het is belang-
rijk om te beseffen dat binnen agile-ontwikkelmethodie-
ken de kosten ogenschijnlijk voorspelbaar zijn, aange-
zien ze worden bepaald door het aantal ontwikkelaars
en hun kosten. Maar de variabele is de scope: de output
(features) die wordt geleverd. Zie voor verduidelijking
de volgende figuur.
Bij watervalprojecten liggen de requirements min of
meer vast en ligt de uitdaging in het begroten van de
benodigde uren, kosten en doorlooptijd. Agile-projec-
ten hebben een ‘productfocus’. Dit betekent dat er een
product is, bijvoorbeeld een te realiseren website, en
er wordt een budget (team) toegekend om hieraan te
werken. Het budget bepaalt in feite hoe veel mensen
aan een project werken en de looptijd ervan. Omdat het
een agile werkwijze betreft, die in ieder geval theore-
tisch gezien na iedere sprint een werkbaar product zou
moeten opleveren, lijken de kosten heel voorspelbaar.
Het team werkt, op aangeven van de product owner,
aan de backlog items met de hoogste prioriteit en
levert na iedere sprint een werkend product op. Voor
veel producten en teams werkt dit prima, alleen moet er
daarnaast nog wel een mechanisme ingericht worden
om de kwaliteit en productiviteit objectief en vergelijk-
baar vast te stellen. Onze visie hierop is beschreven in
de whitepaper: Hoe meet je geleverde Business Value,
de heilige graal voor Agile teams.
Vast
Variabel
PLAN
gedreven
ITERATIEF
(waarde)
gedreven
Requirements Team Sprintduur
FeaturesTeam Doorlooptijd
Waterval Agile
9
Maar wat nu als de business verwacht dat er op een
bepaald moment een product beschikbaar is met
bepaalde functionaliteiten, bijvoorbeeld een MVP?
Software is in toenemende mate een business driver
voor het succes van bedrijven. In een extreem geval zou
een week te laat opleveren zo maar eens miljoenen aan
omzet kunnen schelen.
Dit betekent dat de moeilijkheid ligt in het begroten van
de hoeveelheid functionaliteit die op moment X gereed
moet zijn. Als bijvoorbeeld een MVP klaar moet zijn over
exact zes maanden, bijvoorbeeld omdat er een grote
marketingcampagne aan gekoppeld is, dan wordt het
belangrijk om zodanig te begroten dat de functionaliteit
die het MVP moet bevatten, geleverd kan worden met
het beoogde team binnen de gestelde doorlooptijd.
Als we naar bijgaand figuur kijken, zien we dat de
driehoeken in dit soort gevallen in elkaar schuiven. De
requirements en de doorlooptijd staan vast. Hier moet
de derde hoek worden begroot: de resources, oftewel
het aantal te besteden uren. Deze zijn sterk afhankelijk
van de productiviteit die het team kan realiseren, maar
vooral ook van de omvang van de te realiseren requi-
rements. Hierbij speelt de mate van ‘experimenteren’,
ofwel de mate van rework na iedere sprint, een be-
langrijke rol. In de volgende figuur wordt duidelijk dat
agile teams tot aan de release van het MVP alleen in de
eerste sprint aan nieuwe functionaliteit werken.
Daarna bestaat iedere volgende sprint uit rework in de
vorm van aanpassingen van de al gemaakte functionali-
teit en vaak ook het technisch aanpassen van
ontwikkelde code.
Metri ziet een duidelijke beweging in de markt. Beslis-
sers in organisaties begrijpen dat inschattingen van agi-
le teams zelf geen goede input zijn voor management-
beslissingen zoals boven geïllustreerd. Bij een groeiend
aantal organisaties wordt daarom de functie software
cost estimator ingericht om te zorgen voor een onder-
bouwd en onafhankelijk beeld waarbij inzichtelijk wordt
welke functionaliteit op welk moment gereed kan zijn.
De International Cost Estimation Analysis Association
(ICEAA3
) en de Nederlandse not-for-profit organisatie
Nesma4
, ondersteund door een aantal internationale
organisaties waaronder Metri, werken aan het opzetten
van een Software Cost Estimation Body of Knowledge
(SCEBoK) en een certificering voor de functie software
cost estimator.
Activiteitpersprint
Tijd
Business waarde Geen directe businesswaarde
Eerste sprint Volgende sprints MVP Na ‘Go live’
Business
waarde
Geen directe
businesswaarde
Nieuwe
functionaliteit
Nieuwe/
gewijzigde
functionaliteit
Code refactoring
Nieuwe/
gewijzigde/
verwijderde
functionaliteit
Oplossen bugs
Code refactoring
Nieuwe/
gewijzigde/
verwijderde
functionaliteit
Oplossen bugs
Code refactoring
3e lijns support
10
ZORG VOOR EEN REALISTISCH BEELD
Alleen door inzet van parametrische methodes voor
kostenbegroting, bij voorkeur door gecertificeerde
software cost estimators, is een realistisch beeld moge-
lijk van het product dat gereed is wanneer het beoogde
aantal sprints is voltooid en het beoogde budget is
besteed. Metri levert software cost estimation services,
gebaseerd op internationale standaarden, die organisa-
ties zekerheid verschaffen over vragen als:
•	 hoe groot is het te ontwikkelen product in een ge-
standaardiseerde omvangmaat?
•	 hoe realistisch is de offerte/begroting van mijn leve-
rancier en welke risico’s loop ik?
•	 wat is de te verwachten productiviteit van mijn
team(s) bij verschillende teamgroottes?
•	 hoeveel sprints zijn er nodig om het MVP te realise-
ren bij verschillende niveaus van sprint rework?
•	 hoeveel functionaliteit is klaar op moment X of als
het budget is benut?
•	 hoeveel teams heb ik nodig?
•	 welke expertise heb ik nodig in de teams?
•	 wat is de kwaliteit van het product?
Een begroting maken is geen eenmalige exercitie. Juist
binnen agile teams is het mogelijk om de werkelijke
productiviteit te meten na iedere sprint en is het ook
mogelijk om de scope van de backlog objectief vast te
stellen. De begroting kan na iedere sprint worden bijge-
werkt, zodat snel kan worden bijgestuurd als dat nodig
is. Dit proberen teams doorgaans ook zelf te doen,
maar in de praktijk zijn ze hierin niet succesvol. Zoals
we hiervoor al noemden, gebruiken veel scrum teams
story points om een inschatting te maken van wat ze in
komende sprints kunnen realiseren. Hoewel het idee
achter deze methodiek goed is, wordt deze techniek
in de praktijk ook gebruikt voor doeleinden waarvoor
deze niet geschikt is. Zo kunnen langetermijnbegrotin-
gen en het meten van voortgang niet worden afgeleid
van metrics gebaseerd op story points. Verderop in
deze whitepaper gaan we hierop dieper in.
HET EFFECT VAN OPTIMISME & PESSIMISME
Het belang van een realistische begroting is groter
dan veel mensen beseffen. Iedere begroting van een
software-realisatieproject is optimistisch, realistisch of
pessimistisch. Bepaling van de realiteitswaarde is zeer
belangrijk voor de slagingskans van een project. Zie de
onderstaande figuur.
Een optimistische begroting zorgt voor niet-lineaire
extra kosten. Op enig moment wordt duidelijk dat de
planning onhaalbaar is en worden ineffectieve maat-
regelen genomen, zoals het vergroten van het team.
Dit is een ‘industry bad practice’ waarvan regelmatig is
aangetoond dat deze het project alleen duurder maakt,
maar niet sneller5
. Doordat er stress ontstaat in het
team, worden er ook meer fouten gemaakt, die weer
moeten worden opgelost en getest, etcetera. Meer
fouten houden meer werk in. Daarnaast heeft stress
ook minder goed onderhoudbare code ten gevolg. De
onderhoudbaarheid van de software bepaalt voor een
groot deel de total cost of ownership (TCO). Verreweg
het grootste deel van het IT-budget gaat naar het on-
derhouden van software. Een matige onderhoudbaar-
heid kan in de beheerfase miljoenen extra kosten, om
nog maar niet te spreken van mogelijke schade door
moeilijk oplosbare incidenten en ongeplande uitval van
de applicatie. De extra kosten kunnen enorm zijn!
Aan het andere einde van het spectrum zitten de
pessimistische begrotingen. Het mooie van dit soort
begrotingen is dat ze vrijwel nooit tot falende projecten
leiden. De Wet van Parkinson zegt vrij vertaald dat als je
extra tijd geeft aan een individu of team, deze tijd ook
besteed gaat worden. Dat betekent dus dat het volle
budget op zal gaan bij pessimistische begrotingen,
maar omdat er binnen budget wordt opgeleverd, is het
project toch geslaagd te noemen. Deze begrotingen
leiden wel tot lineaire extra kosten ten opzichte van
Additionelekosten
0%
200%
100%
Begroting
(doorlooptijd, geld)
Pessimistisch
Te krap begroot Realistisch begroot Te ruim begroot
11
realistische begrotingen, omdat de gewenste functiona-
liteit, kwaliteit en onderhoudbaarheid ook met minder
tijd en geld gerealiseerd hadden kunnen worden. Van-
uit financieel oogpunt is het daarom beter om met een
realistische begroting te starten.
Pessimistische begrotingen zijn veel schaarser dan opti-
mistische, vooral omdat er in de praktijk altijd druk wordt
uitgeoefend om zaken sneller en goedkoper te doen.
Sterker nog, in aanbestedingen hangt de gunning vaak
voor een groot gedeelte af van de prijs. Aanbieders wor-
den dan gedwongen om hun prijs zo scherp mogelijk te
houden. Veel IT-leveranciers maken echter gebruik van
begrotingstechnieken met een laag volwassenheidsni-
veau en een lage voorspellende waarde. Deze combina-
tie heeft in de praktijk tot gevolg dat onrealistisch lage
aanbiedingen worden gekozen, met problemen in de
uitvoering en de governance als gevolg. Dit zijn vaak de
projecten die het nieuws halen.
Aan het andere einde van het spectrum zitten de pessimis-
tische begrotingen. Het mooie van dit soort begrotingen
is dat ze vrijwel nooit tot falende projecten leiden. De Wet
van Parkinson zegt vrij vertaald dat als je extra tijd geeft
aan een individu of team, deze tijd ook besteed gaat wor-
den. Dat betekent dus dat het volle budget op zal gaan
bij pessimistische begrotingen, maar omdat er binnen
budget wordt opgeleverd, is het project toch geslaagd te
noemen. Deze begrotingen leiden wel tot lineaire extra
kosten ten opzichte van realistische begrotingen, omdat
de gewenste functionaliteit, kwaliteit en onderhoudbaar-
heid ook met minder tijd en geld gerealiseerd hadden
kunnen worden. Vanuit financieel oogpunt is het daarom
beter om met een realistische begroting te starten.
Pessimistische begrotingen zijn veel schaarser dan
optimistische, vooral omdat er in de praktijk altijd druk
wordt uitgeoefend om zaken sneller en goedkoper
te doen. Sterker nog, in aanbestedingen hangt de
gunning vaak voor een groot gedeelte af van de prijs.
Aanbieders worden dan gedwongen om hun prijs zo
scherp mogelijk te houden. Veel IT-leveranciers ma-
ken echter gebruik van begrotingstechnieken met een
laag volwassenheidsniveau en een lage voorspellende
waarde. Deze combinatie heeft in de praktijk tot gevolg
dat onrealistisch lage aanbiedingen worden gekozen,
met problemen in de uitvoering en de governance als
gevolg. Dit zijn vaak de projecten die het nieuws halen.
Hoe kunnen we nu de realiteitswaarde van begrotingen
verbeteren? Dat kan door het volwassenheidsniveau
van het begrotingsproces te verhogen.
DE VOLWASSENHEID VAN HET BEGROTEN
VERHOGEN
Om de volwassenheid van het begroten van softwareont-
wikkeling te kunnen verhogen, is het nuttig een maatstaf
te hebben om die volwassenheid te toetsen. Het Soft-
ware Estimation Maturity Model, in 2017 gepubliceerd
door Dan Galorath, oprichter van het bedrijf Galorath,
biedt hier uitkomst. Dit bedrijf is wereldwijd een van de
toonaangevende marktpartijen op het gebied van para-
metrische modellen voor kostenbegroting.
LEVEL 0 EN 1: BEGROTINGEN OP BASIS VAN
HUMAN JUDGMENT
Het basisniveau, level 0, betekent dat er begroot wordt
zonder structuur of herhaalbaar proces. Dit betekent
dat er met een natte vinger wordt begroot, puur op ba-
sis van een inschatting van een of meerdere personen.
Op level 1 wordt een work breakdown structure (WBS)
geïntroduceerd en wordt er per taak of activiteit een
inschatting gemaakt op basis van de input van expert. Hier
is in ieder geval sprake van structuur en een herhaalbaar
proces, zodat er een mogelijke basis is om te leren van
eerder gemaakte begrotingen.
Level 0 en level 1 begrotingen maken gebruik van
zogenaamde human judgment-methoden. Veel bedrij-
ven gebruiken deze methoden om te begroten. Deze
methodes zijn relatief eenvoudig uit te voeren, maar zijn
niet erg betrouwbaar.
Level 0
Level 1
Level 5
Level 4
Level 3
Level 2
Informele of
geen
begroting
WBS
begroten
Formal Sizing
(bijv. FPA
of COSMIC)
Formal Sizing
Formal Sizing
Formal Sizing
Handmatig
begroten
zonder proces
Spreadsheets
WBS
begroten
Parametrisch
begroten
Herhaalbaar
proces
Herhaalbaar
proces
Ad-hoc
processen
Eenvoudig
model (omvang *
productiviteit)
Vastleggen
begroting vs
realisatie
Robuust
parametrisch
begroten
Robuust
parametrisch
begroten
Basale
measurement
& analysis
Informeel
proces
Gedegen
measurement
& analysis
Parametrische
planning &
control
Herhaalbaar
proces
Gedegen
measurement
& analysis
Parametrisch
begroten incl.
tracking/control
Proces-
verbetering o.b.v.
lessons learned
Gedegen
measurement
& analysis
Parametrisch
begroten incl.
tracking/control
Continue
proces-
verbetering
Bron: galorath.com
12
De meeste human judgment-begrotingen zijn boven-
dien (veel) te optimistisch. Hier zijn vele redenen voor,
waaronder de volgende:
•	 Mensen zijn hard wired-optimisten van nature.
Nobelprijswinnaar Kahneman6
toonde al aan dat
mensen optimistisch begroten, zelfs als hen verteld
wordt dat ze te optimistisch zullen zijn.
•	 Vaak wordt de eerst mogelijke uitkomst begroot,
terwijl iedere begroting een verdeling zou moeten
zijn met daarin ook een waarschijnlijke waarde en
een maximumwaarde. Als voor iedere activiteit de
minimumwaarde wordt aangegeven, is het resultaat
zeer optimistisch en onrealistisch met een kans op
overschrijding van vrijwel 100%.
•	 Deze begrotingen worden vaak gemaakt door
(senior) experts, met als verkeerd uitgangspunt dat
zij het project uitvoeren, terwijl minder ervaren men-
sen het gaan doen.
•	 Een standaard work breakdown structure is zeer
geschikt voor een standaardsituatie. Maar projecten
hebben doorgaans een uniek karakter. Als bij het
begroten blind wordt gevaren op een standaard
WBS, kan tijdens het project blijken dat een crucia-
le, niet-standaard activiteit niet is opgenomen in de
begroting.
In human judgment-begrotingen wordt direct het aantal
uren of de doorlooptijd begroot, vanuit de require-
ments, de gestelde randvoorwaarden en de ervaring
van experts. Deze begrotingen zijn subjectief en ge-
baseerd op persoonlijke ervaringen. Het maken van
human judgment-begrotingen is vaak tijdrovend, omdat
meerdere experts nodig zijn om een inschatting te
maken van hun expertise, voordat deze kunnen worden
samengevoegd tot een totaalbegroting. Een nadeel
is dat de productiviteit is verborgen in het getal. Een
goede vergelijking met afgeronde projecten en met de
markt is onmogelijk. Deze reality check wordt dan ook
vaak niet uitgevoerd. Een ander risico van deze manier
van begroten is dat het niet altijd duidelijk is of de ver-
schillende deelbegrotingen goed op elkaar aansluiten.
Hierdoor kan bij overlap te veel worden begroot of, bij
onvoldoende aansluiting, te weinig. Dat laatste komt in
de praktijk vaak voor. 
Vanaf level 2 wordt er een belangrijke stap tussenge-
voegd: het bepalen van de omvang van de te realiseren
software, waardoor vergelijking mogelijk is en er via de
omvang altijd een aansluiting is tussen de verschillende
deelgebieden.
HET GAT TUSSEN LEVEL 1 EN 2
Onderzoek van Gartner toont aan dat organisaties die
van level 1 (human judgment) naar level 2 (parame-
trisch) gaan, een verbetering in begrotingsaccuraatheid
van 50% bereiken. Waarom verhogen dan niet meer
organisaties hun volwassenheid?
Een verklaring is dat veel organisaties eenvoudig niet
weten dat ze een probleem hebben op dit vlak. Zij
beschouwen het falen van projecten als een gegeven,
of er wordt een andere reden gevonden, zoals ‘scope
creep’, onvoorziene tegenvallers, of matig projectma-
nagement. Dat zij soms miljoenen verspillen aan misluk-
te projecten wordt voor lief genomen. Deze miljoenen
hadden zij in winstgevende zaken kunnen investeren,
terwijl de betrokkenen bij falende projecten werk
hadden kunnen doen dat wel waarde oplevert. Dit zou
voor veel organisaties een reden moeten zijn om zich te
bezinnen, zeker als het om verspild belastinggeld gaat.
Een van de bekendste voorbeelden waarbij het effect
van de overstap van human judgment naar het gebruik
van modellen op basis van historische data is gedo-
cumenteerd, is dat van Boeing Information Systems7
.
Deze grote organisatie heeft de volwassenheid van haar
sofwareontwikkeling verhoogd, waarbij ook de begro-
tingsvolwassenheid is meegegaan in deze groei.
Duidelijk zichtbaar is dat de spreiding tussen begroting
en realisatie veel kleiner werd toen Boeing op basis van
historische data ging begroten. Nu is het volwassener
maken van een organisatie een zaak van lange adem.
Voor sommige organisaties kan dat een reden zijn om
er niet aan te beginnen.
Een andere reden is dat het niet eenvoudig is om van
level 1 naar level 2 te gaan. Dit betekent namelijk de
introductie van ‘formal sizing’, ofwel het methodisch,
objectief, herhaalbaar en verifieerbaar vaststellen van
de omvang van hetgeen gerealiseerd moet worden.
.
 





 . . .
..
.
.
.
.
.
.
. .
. . . .
.
. . .
. .
.
.
. . . .. .. . . .. .... . . .. .
.
. .
. ..
.
.
.
. .. .. ...... . .. . ... . ... . . .
.. .
.
Zonder historische data
Variantie van -145% tot +20%
Boeing Information Systems
120 projecten met en zonder historische data
Over/Onderschrijding
.
.
. . .
.
.
. .
..
. ..
. .
.
.
.
.
. .
.
.
.. .
. . .. . . . . .. . . . . .. .
..
. . .. . . . .. . . . .. . . .. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . . .
. . . . .. . . . . .
. . . . . .. . . . .. . .
. . .
. . . . .
. . . . . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .. . . . . .
. .
. .
. . . .
. . . . . .
. . . . . .
Met historische data
Variantie van -20% tot +20%
13
FORMAL SIZING
Om naar volwassenheidslevel 2 te gaan is het meten
van de omvang van een project van cruciaal belang. De
belangrijkste bepalende factor voor de hoeveelheid
werk die nodig is om een stuk software te ontwikkelen
is de omvang van de functionaliteit. Door van ieder te
begroten stuk software de omvang te bepalen, kun-
nen verschillende programma’s, projecten, applicaties
of sprints met elkaar worden vergeleken. Hiervoor is
het noodzakelijk dat voor de omvang een gestandaar-
diseerde omvangsmaat gebruikt wordt. Het op een
gestandaardiseerde manier bepalen van de omvang
noemen we formal sizing.
Om goed te kunnen begroten, is bepaling van de om-
vang van een project essentieel. Data van afgeronde pro-
jecten of sprints kunnen als input dienen om te begroten
hoeveel tijd en resources een nieuw project nodig heeft.
Voor een volwassen begrotingsproces is echter formal
sizing op basis van een gestandaardiseerde methode
nodig. Er bestaan een aantal door ISO/IEC gestandaar-
diseerde methoden om de omvang van software te be-
palen. Hierbij wordt op basis van requirements, onafhan-
kelijk van de technische implementatie (bijvoorbeeld de
programmeertaal) en de manier van ontwikkelen (agile
of waterval) een omvang bepaald. Om naar level 2 of
hoger te kunnen klimmen, is het nodig de bepaling van
de omvang in de processen in te bedden.
We zien nu dat formal sizing juist goed toepasbaar is
in agile projecten, en dat de omvang van een sprint,
tijdens de sprint retrospective, eenvoudig kan worden
vastgesteld door een gecertificeerde functiepunt-ana-
list – in een zeer kort tijdsbestek. Dit komt omdat de
meeste sprints zó kort zijn dat gewoonweg niet zo veel
functionaliteit wordt gerealiseerd. Door functiepunten
te gebruiken naast de gangbare story points-metho-
de, worden de story points genormaliseerd en is de
voorspelbaarheid aanzienlijk te vergroten. Door de
productiviteit te meten die het team heeft behaald in
de afgeronde sprints volgens een gestandaardiseerde
maat, wordt het mogelijk deze data te gebruiken voor
toekomstige sprints.
De productiviteit wordt uitgedrukt in bestede uren per
gerealiseerd functiepunt. De productiviteit kan worden
gebruikt om high performing en low performing teams
vast te stellen, waardoor het mogelijk wordt verschillen
in werkwijze te analyseren en gerichte verbeteringen
door te voeren. Door de trends in productiviteit over
langere tijd te meten, ontstaat een beeld van het succes
van de verbeteringsacties.
Formal sizing is dus iets anders dan bijvoorbeeld het
gebruik van story points om in te schatten hoeveel
backlog items er in een sprint opgepakt kunnen wor-
den. Story points zijn bedacht om de omvang van
backlog items relatief in te schatten ten opzichte van
elkaar, om als team een goed beeld te krijgen van de
hoeveelheid werk die gemoeid is met een backlog
item. Als communicatiemiddel binnen een team werken
story points heel goed. Onderzoek van professor Alain
Abran8
toont echter aan dat de voorspelbaarheid in
de praktijk lager is dan het gebruik van formal sizing.
Dit is iets dat wij in onze dagelijkse praktijk regelmatig
terugzien. Daarnaast zijn story points teamgebonden.
Ze zijn dus per definitie niet geschikt om vergelijkingen
te maken tussen teams.
De formal sizing van goed geprioriteerde functionaliteit
door een bekwame product owner blijkt een goede be-
nadering te zijn van business value9
. De enige methode
om functionaliteit objectief te kwantificeren is door mid-
del van functiepunt-analyse. Deze is ontwikkeld in de
jaren zeventig, met als doel de productiviteit van ont-
wikkelteams vast te stellen, wat onmogelijk bleek door
het tellen van regels code. Door functiepunt-analyse on-
afhankelijk te maken van de technische implementatie
(programmeertaal, architectuur, etc.) en van de manier
van ontwikkelen (waterval, agile, etc.) kan de methode
vandaag de dag prima worden gebruikt, al twijfelen
veel agile practitioners hier aan, veelal door gebrek aan
kennis of vanwege andere belangen. Functiepunten zijn
de vierkante meters van de software-industrie: de de
facto standaard om de hoeveelheid functionaliteit uit te
drukken in een gestandaardiseerde omvangsmaat.
14
Om naar een hoger volwassenheidsniveau te groeien,
is het nodig een begrotingsproces in te richten dat is
gebaseerd op formal sizing, waarbij ook de data van
afgeronde projecten wordt vastgelegd.
LEVEL 2 TOT EN MET 5: PARAMETRISCHE
BEGROTINGEN
Vanaf level 2 moet de omvang van de te realiseren
requirements worden bepaald, waarna er van een
productiviteitsfactor wordt uitgegaan om het aantal
benodigde uren te begroten. Dit worden parametrische
begrotingen genoemd.
Deze begrotingen werken goed als aan drie voorwaar-
den wordt voldaan:
•	 De requirements zijn voldoende duidelijk en vol-
doende compleet om de omvang te bepalen met
een gestandaardiseerde omvangsmaat.
•	 De begrotingsparameters en eventuele randvoor-
waarden zijn voor een groot deel bekend. Voorbeel-
den van deze parameters zijn: technologie, ontwik-
kelmethodiek, beoogde doorlooptijd, maximum
budget en kwaliteitseisen.
•	 Er is data van afgeronde projecten beschikbaar
die gemeten is met dezelfde gestandaardiseerde
omvangsmaat. Als deze data niet beschikbaar is,
kunnen commercieel beschikbare ervaringscijfers
worden gebruikt of data van de International Soft-
ware Benchmarking Standards Group (ISBSG10
).
Hoewel het proces om tot een parametrische begroting
te komen complexer lijkt dan een begroting op basis van
human judgment, is het maken van een parametrische
begroting in de meeste gevallen sneller en goedkoper te
realiseren. De complexiteit lijkt groter, omdat het gebruik
van de ervaring van de experts wordt vervangen door
een aantal formele en toetsbare stappen.
In de praktijk kost een parametrische begroting onge-
veer 1% van de totale menskosten van een project. Dit
is ongeveer 20-25% van de begrotingskosten op basis
van human judgment.
OMVANG OF INSPANNING
Teams gebruiken vaak planning pokersessies om
story points toe te kennen aan backlog items. Om
de verschillende hoeveelheid werk voor een back-
log item te kunnen onderscheiden, wordt vaak een
(variant op een) Fibonacci reeks gebruikt, waarbij de
volgende waarde in de reeks wordt bepaald door
de som van de twee voorgaande waarden. Dit is ge-
baseerd op het feit dat mensen het moeilijk vinden
om absolute zaken te schatten, maar eenvoudig re-
latief kunnen schatten (‘de linker toren is hoger dan
de rechter toren, maar hoe hoog hij is kan ik niet
inschatten’). Dit is een voorbeeld van een ordinale
meetschaal, waarbij er een bepaalde ordening is,
maar waarbij het uitvoeren van rekenkundige opera-
ties niet mogelijk is. Een voorbeeld hiervan geeft de
onderstaande figuur. Het produceren van een bus
kost meer werk dan het maken van een auto of een
scooter. Maar is het net zo veel werk om een bus te
maken als een auto en een scooter samen?
Story points maken gebruik van een ordinale schaal,
waarbij het team de hoeveelheid werk van de back-
log items inschat ten opzichte van elkaar. Daarmee
krijg je een beeld van de relatieve inspanning, maar
weet je niet hoe groot iets is. Omvang meten als
basis voor een begroting is daarmee niet mogelijk.
Daarvoor is een objectieve, herhaalbare, verifieerba-
re en daarmee verdedigbare omvangsmaat nodig.
Op basis hiervan kan verdedigbare informatie wor-
den gegeven, zoals antwoord op vragen als: welke
teams presteren goed en wanneer is welke functio-
naliteit klaar tegen welke kosten?
Skate
board
Tricycle Cycle Scooter Car Bus Truck Train Aero
plane
Space
Shuttle
1/2
1
2
3
5
8
13
20
40
100
Formal SizingRequirements
Project dataParametrisch Model
Begroting
parameters
Begrotingsrapportage
• Formal Size
• Per activiteit:
- Inspanning
- Kosten
- Doorlooptijd
• Teamomvang per team
• Productiviteit
• Cost Efficiency
• Leversnelheid
• Kwaliteit
Scenario’s
Randvoorwaarden
15
De requirements en randvoorwaarden zijn bij beide
manieren van aanpak gelijk. De requirements worden
nu echter niet direct op basis van ervaring vertaald naar
doorlooptijd en kosten, maar naar een omvangsmaat.
Deze omvang vormt, samen met de begrotingspa-
rameters (zoals technologie en teamomvang) en de
randvoorwaarden, input voor het parametrische model,
dat via deze input vergelijkbare projectdata selecteert
en op basis hiervan een aantal scenario’s presenteert
voor een begroting. De projectdata zijn afkomstig van
afgeronde projecten, waarvan, naast de benodigde
uren en de doorlooptijd, nog een groot aantal parame-
ters zijn vastgelegd om te zorgen dat de ervaringscijfers
zo goed mogelijk aansluiten bij de te maken begroting.
Deze parameters zorgen er voor dat scenario’s snel
kunnen worden doorgerekend, zoals het effect van
een kortere of langere doorlooptijd of een afwijkende
teamomvang.
LEVEL 2: OMVANG EN PRODUCTIVITEIT
Organisaties met een begrotingsvolwassenheid op
level 2 beginnen meestal met een eenvoudig parame-
trisch model:
BENODIGDE UREN = OMVANG X PRODUCTIVITEIT
Voor bepaling van de doorlooptijd geldt een vaste hoe-
veelheid omvang per sprint of per maand. Dit parametri-
sche model is heel inzichtelijk, zodat het eenvoudig is na
te rekenen. De grootste verandering voor een organisa-
tie op level 2 is het wennen aan het gebruik van omvang
als basis voor de begroting. De resultaten van dit model
kunnen door experts gemakkelijk worden vergeleken
met wat zij op basis van hun ervaring verwachten.
Een mogelijkheid om de drempel voor het gebruik van
parametrisch begroten te verlagen, is het laten uitvoe-
ren van de omvangbepaling door een daarin gespe-
cialiseerde organisatie. Zo begeleidt Metri een aantal
klanten op level 2 met de service Software Size Measu-
rement om de basis te leggen voor hun begrotings-
processen. Het bepalen van de functionele omvang is
namelijk geen expertise die in ieder team aanwezig is.
Bij Metri werken gecertificeerde specialisten die deze
activiteit kunnen uitvoeren zonder het teamproces te
verstoren. Dit is mogelijk als losse activiteit, maar ook in
breder verband als onderdeel van prestatieafspraken
met leveranciers.
Geïnteresseerd in hoe Metri dit aanpakt? Bekijk dan de
referentie van NCOI.
LEVEL 3: ERVARINGSCIJFERS
Organisaties met een begrotingsvolwassenheid op
level 3 maken niet alleen gebruik van ervaringscijfers uit
de markt, maar bouwen ook hun eigen ervaringscijfers
op. Om data van eigen afgeronde projecten te kunnen
gebruiken, is het ook nodig om een datacollectieproces
te implementeren. Na ieder afgerond project (of sprint,
of release) wordt de data verzameld, geanalyseerd en
gestructureerd vastgelegd. Dit vergt een investering in
mensen en middelen die geborgd moet worden in de
processen van de organisatie. Bij organisaties met een
hoge procesvolwassenheid (bijvoorbeeld CMMi level
5), zoals er veel in India zijn, lukt dit vaak eenvoudiger
dan in het minder procesgerichte Europa.
0
5
10
15
20
25
30
35
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
Maanden
Waarschijnlijkheid
Coöperatieve Verzekeraar
Monte Carlo doorlooptijd risico
Voor een coöperatieve levensverzekeraar heeft Metri
op basis van ervaringscijfers uit de markt een refe-
rentiebegroting gemaakt. Hiermee kon de verzeke-
raar de begroting van een pakketleverancier voor de
vernieuwing van de polisadministratie toetsen. Een
intern team van experts had hier al meer dan een
maand aan gewerkt. Maar de experts konden het
eigen management er onvoldoende van overtuigen
dat de begroting een goede basis was om met de
leverancier in discussie te gaan over verkorting van
de doorlooptijd en verlaging van de geboden prijs.
Op basis van ervaringscijfers uit de markt heeft Metri
in zeer korte tijd een begroting gemaakt van de te
verwachten investering en doorlooptijd. Uit deze
berekeningen bleek dat prijsverlaging zeker moge-
lijk was, maar dat de door de verzekeraar gewenste
doorlooptijd van 18 maanden niet reëel was.
Deze inschattingen geven voor zowel de investering
als de doorlooptijd een waarschijnlijkheid aan. Op ba-
sis van deze waarschijnlijkheden heeft Metri zowel de
coöperatieve verzekeraar als de leverancier overtuigd
om te kiezen voor een scenario van bijna 2 jaar, tegen
een voor beide partijen acceptabele investering.
0
10.000
20.000
30.000
40.000
50.000
60.000
70.000
80.000
90.000
100.000
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
Uren
Waarschijnlijkheid
Coöperatieve Verzekeraar
Monte Carlo ontwikkelinspanning risico
16
Dit werken met ervaringscijfers is een manier van
omgaan met begrotingen die wij zien bij organisaties
die opereren op level 3 of hoger van het begrotings-
volwassenheidsmodel. Organisaties maken de overstap
van eenvoudige lineaire begrotingsmodellen naar
probabilistische modellen. Hierbij maken zij op basis
van ervaringen uit het verleden een inschatting van de
waarschijnlijkheid van een afgegeven begroting in tijd,
resources of geld. Zeker als een stuk softwareontwik-
keling cruciaal is voor één of meer vervolgstappen, is
het van belang om niet te optimistisch te begroten. Op
die manier kan de organisatie er zeker van zijn dat de
software binnen de begrote hoeveelheid tijd, resources
en geld gereed is.
Wat voor dit soort organisaties wennen is, is dat de
gekozen bandbreedte voor de verschillende waar-
schijnlijkheden geen brevet van onvermogen is van
de opsteller van de begroting. Deze keuze is juist een
reflectie van de zekerheid over wat de nieuwe software
moet presteren. Dit gaat echter in tegen onze natuurlij-
ke perceptie om een kleine bandbreedte te associëren
met een hoge mate van professionaliteit. Want juist de
bandbreedte zegt iets over de risico’s die een organisa-
tie loopt. Een grote bandbreedte in de begroting moet
aanleiding zijn om zo snel mogelijk de risico’s te verklei-
nen en de begroting nogmaals goed door te rekenen.
Uit een recent onderzoek van Markteffect11
blijkt dat
veel organisaties belang hechten aan high-performance
teams, omdat deze teams:
1.	 Sneller resultaat behalen (63%);
2.	 Wendbaarder zijn door vaker te prioriteren (46%);
3.	 Een hogere medewerkertevredenheid hebben door
zelforganisatie (38%);
4.	 Lagere kosten hebben doordat ze efficiënter wer-
ken (37%).
Door niet alleen goed onderbouwd te begroten, maar
dit ook te blijven volgen tijdens de uitvoering, ontstaat
sneller inzicht in hoe de softwareontwikkeling zich
verhoudt tot de vooraf gemaakte inschattingen voor de
begroting. Dit is een belangrijke stap naar het volgende
niveau van begrotingsvolwassenheid.
Het gebruik van probabilistische modellen biedt tevens een goede basis om tijdens de softwareontwikkeling de
voortgang te toetsen. Zo was het voor de coöperatieve verzekeraar van belang dat het softwareontwikkelteam een
hoge performance had op zowel productiviteit, kosten, snelheid als kwaliteit. Tijdens de uitvoering heeft Metri de
marktconformiteit van de softwareontwikkeling getoetst op de onderstaande vier aspecten:
Omdat het ontwikkelteam op drie van de vier onderzochte aspecten beter scoort dan marktconform, spreken
we van een high-performance team. Dit gaf de coöperatieve verzekering voldoende houvast om uit te blijven
gaan van het afgesproken tijdschema en de vervolgstappen hierop af te stemmen. Naar aanleiding van de
Metri-toets werkt het team ook aan verbetering van de softwarekwaliteit om op alle aspecten minimaal markt-
conforme scores te bereiken.
1,14
0,25
0,50
0,75
1,00
1,25
1,50
1,75
2,00
2,25
2,50
2,75
Productiviteitsindex
Customer Peer Min
Peer Avg Peer Max
2,64
0,25
0,50
0,75
1,00
1,25
1,50
1,75
2,00
2,25
2,50
2,75
Snelheidsindex
Customer Peer Min
Peer Avg Peer Max
1,05
0,25
0,50
0,75
1,00
1,25
1,50
1,75
2,00
2,25
2,50
2,75
Kostenindex
Customer Peer Min
Peer Avg Peer Max
0,83
0,25
0,50
0,75
1,00
1,25
1,50
1,75
2,00
2,25
2,50
2,75
Kwaliteitsindex
Customer Peer Min
Peer Avg Peer Max
17
Voor een kredietverzekeraar heeft Metri de plannen van een leverancier getoetst aan de beschikbare ervaringscij-
fers van de klant, in combinatie met vergelijkbare ervaringscijfers uit de markt. Het betrof hier een meerjarenproject
voor de vervanging van het kernsysteem van de kredietverzekeraar. Voor de doorlooptijd laat het model een relatief
vlakke curve zien. Dit betekent dat er weinig onzekerheid is voor wat betreft de benodigde doorlooptijd. Het meest
optimistische scenario is 2½ jaar, terwijl het meest pessimistische scenario net iets boven de 3 jaar ligt. Het door de
leverancier voorgestelde plan ging uit van een doorlooptijd van 3½ jaar.
Ook de benodigde teambezetting is tegen het licht gehouden. Op het moment dat Metri het assessment uitvoerde,
was het project ruim negen maanden onderweg en was de bezetting al meer dan honderd FTE. Aan het opstellen
van de requirements was op dat moment ruim vier keer zoveel budget gespendeerd dan op basis van deze erva-
ringscijfers nodig zou zijn. Nadere analyse wees uit dat de leverancier de teams had samengesteld met expertise
vanuit meerdere continenten. Hierdoor waren veel meer mensen nodig dan marktconform en was er sprake van
inefficiëntie door taal- en cultuurbarrières. Door deze opzet scoorde de leverancier ver beneden marktconform op
de aspecten productiviteit, kosten, snelheid en kwaliteit.
Op dit moment werkt de leverancier aan een verbetering om de genoemde aspecten zodanig te veranderen dat
een meer marktconforme projectuitvoering mogelijk wordt. In dit voorbeeld is het assessment in een relatief laat
stadium uitgevoerd, wat overigens niet ongebruikelijk is voor een organisatie op level 4. Pas op het hoogste niveau
van begrotingsvolwassenheid wordt continu gemonitord en bijgestuurd.
0
10
20
30
40
50
60
70
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33
FTE
Doorlooptijd (maanden)
Kredietverzekeraar
Staffingplan 50%
Requirements Realisatie
LEVEL 4: LESSONS LEARNED
Organisaties met een begrotingsvolwassenheid op
level 4 maken niet alleen gebruik van hun eigen erva-
ringscijfers en complexere begrotingsmodellen dan
omvang x productiviteit. Op level 4 vindt ook terug-
koppeling plaats. Niet alleen van realisatie terug naar
begrotingsmodel; organisaties proberen ook te leren
van de verschillen tussen projecten en teams. Hierdoor
kunnen zo veel mogelijk teams de stap zetten naar high
performance. Ook worden de modellen gebruikt om
projectplannen van externe leveranciers te toetsen aan
de eigen ervaringscijfers en marktconforme prestaties.
18
LEVEL 5: CONTINUOUS IMPROVEMENT
Organisaties met een begrotingsvolwassenheid op
level 5 hebben het begroten en de terugkoppeling
volledig geïntegreerd in hun processen. Begrotingen
worden vooraf gemaakt en tijdens de uitvoering vindt
op regelmatige basis monitoring & control plaats. Hier-
mee ontstaat direct inzicht of de realisatie nog volgens
plan verloopt. Bij een afwijking kan de organisatie direct
zoeken naar de oorzaak en maatregelen nemen om de
realisatie weer volgens plan te laten verlopen, of de
begroting herijken op basis van de nieuwe realiteit.
Voor een infrastructuurbedrijf volgt Metri maandelijks
de voortgang van de realisatie van een nieuwe appli-
catie, waarbij het de resultaten afzet tegen de baseli-
ne-begroting. Op basis van deze gegevens wordt een
projectie gemaakt van het te verwachten projectresul-
taat. In de onderstaande grafiek is de status weergege-
ven van het moment dat het project bijna halverwege
was, op basis van de baseline planning die gemaakt
was bij de start. Het realisatieteam is na een aantal
maanden uitgebreid ten opzichte van het oorspronke-
lijke plan.
Aanvankelijk leidde dat ook tot een versnelling in de
oplevering van waarde voor de opdrachtgever. Maar
ongeveer een half jaar na de start van het project
begon de waarde die maandelijks gerealiseerd werd
achter te lopen op het plan. Op basis van de projectie
zou de realisatie van de software drie maanden langer
duren en ruim een half miljoen duurder uitpakken. Het
infrastructuurbedrijf heeft daarop besloten twee junior
teamleden te vervangen door één senior ontwikke-
laar. De verwachting is dat hiermee zowel de budget-
overschrijding als de uitloop minder worden dan de
huidige projectie.
€-
€500.000
€1.000.000
€1.500.000
€2.000.000
€2.500.000
€3.000.000
01-jun
01-jul
01-aug
01-sep
01-okt
01-nov
01-dec
01-jan
01-feb
01-mrt
01-apr
01-mei
01-jun
01-jul
01-aug
01-sep
01-okt
01-nov
01-dec
01-jan
01-feb
01-mrt
01-apr
01-mei
01-jun
01-jul
Infrastructuurbedrijf
Monitoring & Control
Baseline begroting Earned value Value forecast
Besteding Bestedingsprognose
•	 Productieomgevingen (de applicatie moet ook stand-alone
off-grid kunnen draaien)
•	 Testomgevingen (voor de typen omgevingen waarin de
applicatie moet werken)
•	 Datamigratie (tijdens een onverstoord lopende dienstver-
lening)
•	 Training (veel gebruikers die zowel klassikaal als via
e-learning getraind worden)
•	 Documentatie (gebruikersgids, quick reference, beheer-
handboek, helpfunctie)
Organisaties die op het hoogste niveau van begrotingsvolwassenheid acteren, begroten in de regel niet alleen hun
projectkosten, maar de hele levenscyclus van een systeem. Dit blijft dan niet beperkt tot de kosten voor IT-ontwikke-
ling en beheer. Zo zijn voor een veiligheidsorganisatie ook parametrische modellen opgezet voor:
€-
€500.000
€1.000.000
€1.500.000
€2.000.000
€2.500.000
€3.000.000
01-jun
01-jul
01-aug
01-sep
01-okt
01-nov
01-dec
01-jan
01-feb
01-mrt
01-apr
01-mei
01-jun
01-jul
01-aug
01-sep
01-okt
01-nov
01-dec
01-jan
01-feb
01-mrt
01-apr
01-mei
01-jun
01-jul
Infrastructuurbedrijf
Monitoring & Control
Baseline begroting Earned value Value forecast
Besteding Bestedingsprognose
0,0
0,5
1,0
1,5
2,0
2,5
3,0
3,5
4,0
4,5
2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035
Kosten(M€)
Veiligheidsorganisatie
Total Cost of Ownership
Operationeel beheer bestaande systeem Operationeel beheer nieuw systeem
Intern projectmanagement en PMO Realisatie nieuw systeem
Technologieverversing
19
WEET WAAR U STAAT
Bent u geïnspireerd geraakt? Wilt u weten waar uw or-
ganisatie staat qua begrotingsvolwassenheid? Op basis
van de voorbeelden in deze whitepaper heeft u mo-
gelijk al een beeld. Metri kan u helpen met een quick
assessment, waarbij we de bestaande werkwijze en
ambities van uw organisatie in kaart brengen en advise-
ren over de stappen die nodig zijn om op het gewenste
volwassenheidsniveau te komen.
METRI ESTIMATION & PERFORMANCE
MEASUREMENT
Metri helpt organisaties om hun begrotingsvolwassen-
heid te verhogen naar het gewenste niveau en kan,
terwijl de organisatie aan haar ambities werkt, alvast
taken op zich nemen als de organisatie daarmee nog
onvoldoende vertrouwd is. Ook kan Metri taken uitvoe-
ren waar u de eigen organisatie niet mee wilt belasten
of waarvoor het opbouwen van de benodigde expertise
onvoldoende waarde toevoegt. Te denken valt aan:
•	 Uitvoeren van de bepaling voor formal sizing;
•	 Tijdens de uitvoering de productiviteit meten, voort-
gang rapporteren en zo nodig een advies uitbren-
gen om de begroting aan te passen;
•	 Na afronding de project actuals vergelijken met de
begroting;
•	 Introduceren van parametrische begrotingsmodel-
len op basis van marktgegevens;
•	 Data gestandaardiseerd vastleggen en verwerken
in parametrische modellen op basis van uw eigen
ervaring, zodat toekomstige begrotingen nog accu-
rater worden;
•	 Project metrics als productiviteit, kostenefficiëntie,
leversnelheid en projectkwaliteit vaststellen en
benchmarken.
Metri kan daarnaast de risico’s van software code bepa-
len qua robuustheid, efficiëntie, security, wijzigbaarheid
en overdraagbaarheid.
Wil je meer weten of heb je een specifieke vraag of
opmerking? Neem dan contact met Metri op via
bijgaande QR code.
20
OVER DE AUTEUR
HAROLD VAN HEERINGEN
Harold is in 1997 afgestu-
deerd in Bedrijfskunde aan
de Rijksuniversiteit Gronin-
gen. Na een korte periode
als marketing manager is hij
in de IT terechtgekomen via
G&D Software, dat later is op-
gegaan in Sogeti Nederland
B.V. Binnen Sogeti is Harold
jarenlang voorman geweest
van de afdeling Sizing, Estimating & Control. Binnen
deze afdeling werden de functiepunt-analyses, begro-
tingen, performance-metingen en benchmarks gedaan
voor de resultaatverplichte (fixed price/fixed date) pro-
jecten van Sogeti. In 2015 is Harold overgestapt naar
Metri, waar hij nu als Principal Consultant actief is en
als Practice Lead verantwoordelijk is voor de diensten
binnen de IT Intelligence pilaar.
Naast zijn werk voor eerst Sogeti en nu Metri is Harold
actief in een aantal not-for-profit organisaties. Zo is hij
sinds 2011 bestuurslid bij Nesma en tegenwoordig ver-
antwoordelijk voor de internationale partnerships van
Nesma. Nesma onderhoudt een van de ISO/IEC stan-
daarden voor functiepunt-analyse en is samen met de
International Cost Estimation and Analysis Association
(ICEAA) actief in het ontwikkelen van een certificering
voor Software Cost Estimator (verwacht in 2020). Harold
is initiatiefnemer van deze certificering en is een van de
ontwikkelaars van het cursusmateriaal.
Harold is daarnaast van 2011 tot 2019 president ge-
weest van de International Software Benchmarking
Standards Group (ISBSG), de internationale not-for-
profit organisatie die projectdata in de markt verzamelt,
analyseert en vastlegt in repositories met als doel de
industrie te faciliteren bij het nemen van betere beslis-
singen op basis van data – in plaats van op meningen.
Harold is nog steeds actief binnen deze organisatie en
nauw betrokken bij het datacollectie- en analyseproces.
Harold heeft door de jaren vele artikelen, papers en
blogs geschreven over het vakgebied en deze gepre-
senteerd op vele nationale en internationale conferen-
ties. Samen met collega Frank Vogelezang heeft hij een
hoofdstuk gepubliceerd in het boek Rethinking Produc-
tivity in Software Engineering (Apress Open, 2019).
21
OVER DE AUTEUR
FRANK VOGELEZANG
Na zijn studie Scheikunde aan
de Universiteit van Utrecht
is Frank begonnen bij het
projectbureau Betuweroute
en heeft daar de digitalisering
van ontwerp en aanleg vanuit
klantzijde mede vormgegeven.
Vanuit deze rol was de over-
stap naar de IT een logisch
vervolg. Bij IQUIP (later opge-
gaan in Sogeti) en Ordina heeft Frank een zeer divers
scala aan IT-projecten begroot en verschillende klanten
geholpen bij het opzetten en uitvoeren van hun be-
grotingen. Frank heeft meer dan 20 jaar ervaring in het
meetbaar maken van softwareontwikkeling en beheer.
Als Pricing Officer heeft hij zich gericht op de bepaling
van de juiste prijs voor aanbiedingen op het gebied van
realisatie van projecten en programma’s en het behe-
ren en vernieuwen van portfolio’s. Sinds 2017 is Frank
verbonden aan Metri, waar hij betrokken is bij het hele
dienstenpalet, zowel diensten met een financieel ka-
rakter (begroten vooraf, benchmarken achteraf) als met
een sourcing-karakter (bijvoorbeeld leveranciersselectie
en contractanalyse).
Naast zijn werk is Frank betrokken bij internationale
organisaties op het gebied van standaardisatie van
de meetbaarheid van software. Zo is hij inhoudelijk
eigenaar van de meetmethodes van COSMIC (ISO/IEC
19671:2011) en Nesma (ISO/IEC 24570:2018) en is hij
betrokken geweest bij het opzetten van de professione-
le certificering van het begroten van software-intensieve
projecten door ICEAA.
Ook bestuurlijk is Frank actief in het werkveld. Hij is
jarenlang bestuurslid geweest van de Nesma en is nu
actief als Chairman van het Executive Committee van
COSMIC.
Frank publiceert regelmatig over zijn vakgebied in
nationale en internationale media en geeft trainingen
en keynotes. Zijn laatste boekpublicatie was samen
met collega Harold van Heeringen: een hoofdstuk over
benchmarking in het boek Rethinking Productivity in
Software Engineering (Apress Open, 2019).
22
BRONNEN EN REFERENTIES
1	
2	
3	
4	
5	
6	
7	
8	
9	
10	
11	
Een minimum viable product (MVP) is de eerste versie van een product of dienst die zo vroeg
mogelijk wordt geïmplementeerd bij de klant, waarbij waarde wordt geleverd aan de klant.
Time & material (T&M) is een contractvorm waarbij de leverancier een inspanningsverplichting
aangaat. De klant betaalt op basis van het aantal bestede uren en het afgesproken uurtarief.
iceaaonline.com
nesma.org
Zie bijvoorbeeld Fred Brooks, The Mythical Man-month, Addison-Wesley, 1975, 1995.
https://en.wikipedia.org/wiki/The_Mythical_Man-Month
Daniel Kahneman, Ons feilbare denken (Business Contact 2016)
John D. Vu, Process Improvement in Retrospective (lessons learned from software projects),
SEPG Conference, maart 2005, Seattle
Christophe Commeyne, Alain Abran, Rachida Djouab, Effort Estimation with Story Points and COSMIC
Function Points - An Industry Case Study, Software Measurement News Vol. 21, No. 1, 2016, pp 25-36
Hennie Huijgens, Evidence-based Software Portfolio Management, PhD thesis Delft Technical
University, february 2018, chapter 5
www.isbsg.org
Markteffect, Ordina Digital Monitor High performance teams, december 2019
23
Metri adviseert toonaangevende organisaties om maximale waarde uit hun IT-functie te halen. Metri
bedient organisaties onder meer met validatie van hun ICT-budgetten en vergelijking met de markt
(benchmarking), het oplossen van sourcing-vraagstukken met een onderbouwing middels business cases
en ondersteuning van rationalisatietrajecten van het applicatielandschap.
Met de inzet van zijn ecosysteem, uitgebreide kennis en ervaring, ondersteunt Metri organisaties
ook bij de monitoring van applicatieontwikkeling en -beheer. Door het geautomatiseerd meten van
softwarecode geeft Metri op een kostenefficiënte wijze inzicht in de omvang en kwaliteit van applicaties.
Hiermee zijn de prestaties te meten van interne of externe leveranciers die het onderhoud en beheer
van applicaties uitvoeren.
Metri ondersteunt zowel afnemers als leveranciers. Ons operating model vereist dat dit altijd vanuit
een onafhankelijke positie in de markt gebeurt; onafhankelijkheid en objectiviteit is de kern van onze
dienstverlening.
Metri is opgericht in 2003 en telt momenteel 36 medewerkers. Metri voert op jaarbasis 120 projecten
uit, met een gemiddelde klantwaardering van 8,2.
Wil je meer weten of heb je een specifieke vraag/
opmerking? Neem dan contact met Metri op via
onderstaande QR code.
OVER METRI
Het begroten van softwareprojecten: meten is weten!

More Related Content

What's hot

Prince2 2009
Prince2 2009Prince2 2009
Prince2 2009becha038
 
Projectaanpak een oplossing van uw ict problemen - accountant adviseur
Projectaanpak   een oplossing van uw ict problemen - accountant adviseurProjectaanpak   een oplossing van uw ict problemen - accountant adviseur
Projectaanpak een oplossing van uw ict problemen - accountant adviseurArjan Gelderblom
 
Begroten van agile projecten, technical meeting Sogeti 2013-09
Begroten van agile projecten, technical meeting Sogeti 2013-09Begroten van agile projecten, technical meeting Sogeti 2013-09
Begroten van agile projecten, technical meeting Sogeti 2013-09Harold van Heeringen
 
basisbegrippen projectmanagement deel 2.pages
basisbegrippen projectmanagement deel 2.pagesbasisbegrippen projectmanagement deel 2.pages
basisbegrippen projectmanagement deel 2.pagesCedric Heyndrickx
 
Alklar project control and dashboard
Alklar project control  and dashboardAlklar project control  and dashboard
Alklar project control and dashboardAlexander Prins
 
Gilbert Silvius on Project Portfolio Management
Gilbert Silvius on Project Portfolio ManagementGilbert Silvius on Project Portfolio Management
Gilbert Silvius on Project Portfolio ManagementGilbert Silvius
 
Ict & Projectmanagement
Ict & ProjectmanagementIct & Projectmanagement
Ict & ProjectmanagementDan Kamminga
 
IPSS Projects
IPSS ProjectsIPSS Projects
IPSS ProjectsManshande
 
Valhelm Verplicht (1.8)
Valhelm Verplicht (1.8)Valhelm Verplicht (1.8)
Valhelm Verplicht (1.8)Niemeijer
 
Winnend software bedrijf pieter jan doets
Winnend software bedrijf   pieter jan doetsWinnend software bedrijf   pieter jan doets
Winnend software bedrijf pieter jan doetsPieter Jan Doets RM
 
Financieel Management.Nl
Financieel Management.NlFinancieel Management.Nl
Financieel Management.NlMichielAtzema
 
Agile Resultaat Met PRINCE2 Controle V1 0
Agile Resultaat Met PRINCE2 Controle V1 0Agile Resultaat Met PRINCE2 Controle V1 0
Agile Resultaat Met PRINCE2 Controle V1 0Martin van Borselaer
 
Hoogste Tijd Voor Anders Aanbesteden 210211 Jv D
Hoogste Tijd Voor Anders Aanbesteden 210211 Jv DHoogste Tijd Voor Anders Aanbesteden 210211 Jv D
Hoogste Tijd Voor Anders Aanbesteden 210211 Jv DJeroentH
 
PMO volgens Ordina
PMO volgens OrdinaPMO volgens Ordina
PMO volgens OrdinaPMOblog
 
Seminar Md 15092009 Harold Van Heeringen Methodisch Begroten Van Projecten ...
Seminar Md 15092009 Harold Van Heeringen   Methodisch Begroten Van Projecten ...Seminar Md 15092009 Harold Van Heeringen   Methodisch Begroten Van Projecten ...
Seminar Md 15092009 Harold Van Heeringen Methodisch Begroten Van Projecten ...Harold van Heeringen
 
IA van innovatief idee tot succesvol product. Dominiek Dolphen. Projectmatig ...
IA van innovatief idee tot succesvol product. Dominiek Dolphen. Projectmatig ...IA van innovatief idee tot succesvol product. Dominiek Dolphen. Projectmatig ...
IA van innovatief idee tot succesvol product. Dominiek Dolphen. Projectmatig ...Ikinnoveer
 
PMO PMC 3-11-2011
PMO PMC 3-11-2011PMO PMC 3-11-2011
PMO PMC 3-11-2011PMOblog
 
Transition-to-support - Hoezo over de schutting
Transition-to-support - Hoezo over de schuttingTransition-to-support - Hoezo over de schutting
Transition-to-support - Hoezo over de schuttingLogica IT Management
 

What's hot (20)

Prince2 2009
Prince2 2009Prince2 2009
Prince2 2009
 
Projectaanpak een oplossing van uw ict problemen - accountant adviseur
Projectaanpak   een oplossing van uw ict problemen - accountant adviseurProjectaanpak   een oplossing van uw ict problemen - accountant adviseur
Projectaanpak een oplossing van uw ict problemen - accountant adviseur
 
Begroten van agile projecten, technical meeting Sogeti 2013-09
Begroten van agile projecten, technical meeting Sogeti 2013-09Begroten van agile projecten, technical meeting Sogeti 2013-09
Begroten van agile projecten, technical meeting Sogeti 2013-09
 
basisbegrippen projectmanagement deel 2.pages
basisbegrippen projectmanagement deel 2.pagesbasisbegrippen projectmanagement deel 2.pages
basisbegrippen projectmanagement deel 2.pages
 
Webinar Succesvol robotiseren (door Vincent Wiegel en Aart Schoonderbeek)
Webinar Succesvol robotiseren  (door Vincent Wiegel en Aart Schoonderbeek)Webinar Succesvol robotiseren  (door Vincent Wiegel en Aart Schoonderbeek)
Webinar Succesvol robotiseren (door Vincent Wiegel en Aart Schoonderbeek)
 
Alklar project control and dashboard
Alklar project control  and dashboardAlklar project control  and dashboard
Alklar project control and dashboard
 
Gilbert Silvius on Project Portfolio Management
Gilbert Silvius on Project Portfolio ManagementGilbert Silvius on Project Portfolio Management
Gilbert Silvius on Project Portfolio Management
 
Ict & Projectmanagement
Ict & ProjectmanagementIct & Projectmanagement
Ict & Projectmanagement
 
IPSS Projects
IPSS ProjectsIPSS Projects
IPSS Projects
 
Valhelm Verplicht (1.8)
Valhelm Verplicht (1.8)Valhelm Verplicht (1.8)
Valhelm Verplicht (1.8)
 
Winnend software bedrijf pieter jan doets
Winnend software bedrijf   pieter jan doetsWinnend software bedrijf   pieter jan doets
Winnend software bedrijf pieter jan doets
 
Financieel Management.Nl
Financieel Management.NlFinancieel Management.Nl
Financieel Management.Nl
 
Agile Resultaat Met PRINCE2 Controle V1 0
Agile Resultaat Met PRINCE2 Controle V1 0Agile Resultaat Met PRINCE2 Controle V1 0
Agile Resultaat Met PRINCE2 Controle V1 0
 
Hoogste Tijd Voor Anders Aanbesteden 210211 Jv D
Hoogste Tijd Voor Anders Aanbesteden 210211 Jv DHoogste Tijd Voor Anders Aanbesteden 210211 Jv D
Hoogste Tijd Voor Anders Aanbesteden 210211 Jv D
 
PMO volgens Ordina
PMO volgens OrdinaPMO volgens Ordina
PMO volgens Ordina
 
Seminar Md 15092009 Harold Van Heeringen Methodisch Begroten Van Projecten ...
Seminar Md 15092009 Harold Van Heeringen   Methodisch Begroten Van Projecten ...Seminar Md 15092009 Harold Van Heeringen   Methodisch Begroten Van Projecten ...
Seminar Md 15092009 Harold Van Heeringen Methodisch Begroten Van Projecten ...
 
IA van innovatief idee tot succesvol product. Dominiek Dolphen. Projectmatig ...
IA van innovatief idee tot succesvol product. Dominiek Dolphen. Projectmatig ...IA van innovatief idee tot succesvol product. Dominiek Dolphen. Projectmatig ...
IA van innovatief idee tot succesvol product. Dominiek Dolphen. Projectmatig ...
 
PMO PMC 3-11-2011
PMO PMC 3-11-2011PMO PMC 3-11-2011
PMO PMC 3-11-2011
 
Transition-to-support - Hoezo over de schutting
Transition-to-support - Hoezo over de schuttingTransition-to-support - Hoezo over de schutting
Transition-to-support - Hoezo over de schutting
 
Solvinity CI CD
Solvinity CI CDSolvinity CI CD
Solvinity CI CD
 

Similar to Het begroten van softwareprojecten: meten is weten!

091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked Inleeuw333
 
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked Inleeuw333
 
Begroten van software projecten - Hogeschool Rotterdam gastcollege 05-11-2013
Begroten van software projecten - Hogeschool Rotterdam gastcollege 05-11-2013Begroten van software projecten - Hogeschool Rotterdam gastcollege 05-11-2013
Begroten van software projecten - Hogeschool Rotterdam gastcollege 05-11-2013Harold van Heeringen
 
Gastcollege Hanzehogeschool Groningen 10 januari 2014
Gastcollege Hanzehogeschool Groningen 10 januari 2014Gastcollege Hanzehogeschool Groningen 10 januari 2014
Gastcollege Hanzehogeschool Groningen 10 januari 2014Harold van Heeringen
 
141008 bd nv plaquette DSI nl
141008 bd nv plaquette DSI nl141008 bd nv plaquette DSI nl
141008 bd nv plaquette DSI nlfelixpval
 
Benchmark rapport 2014 - Projectinformatie in optima forma
Benchmark rapport 2014 - Projectinformatie in optima formaBenchmark rapport 2014 - Projectinformatie in optima forma
Benchmark rapport 2014 - Projectinformatie in optima formaCTB xRM
 
Koppelen van project- en applicatie portfoliomanagement (Informatie 2013)
Koppelen van project- en applicatie portfoliomanagement (Informatie 2013)Koppelen van project- en applicatie portfoliomanagement (Informatie 2013)
Koppelen van project- en applicatie portfoliomanagement (Informatie 2013)Rob Akershoek
 
BusinessBase MS CRM solutions
BusinessBase MS CRM solutionsBusinessBase MS CRM solutions
BusinessBase MS CRM solutionsBusinessBase
 
Geïntegreerd werken / ERP/ Bedrijfssoftware in de KMO: 10 praktische tips
Geïntegreerd werken / ERP/ Bedrijfssoftware in de KMO: 10 praktische tipsGeïntegreerd werken / ERP/ Bedrijfssoftware in de KMO: 10 praktische tips
Geïntegreerd werken / ERP/ Bedrijfssoftware in de KMO: 10 praktische tipsJeroen Persyn
 
Presentatie Enterprise Architectuur - Agile en Essentie
Presentatie Enterprise Architectuur - Agile en EssentiePresentatie Enterprise Architectuur - Agile en Essentie
Presentatie Enterprise Architectuur - Agile en EssentieDanny Greefhorst
 
Presentatie contractmanagementdag Jeroen van de Rijt & Corine van Weijen
Presentatie contractmanagementdag Jeroen van de Rijt  &  Corine van WeijenPresentatie contractmanagementdag Jeroen van de Rijt  &  Corine van Weijen
Presentatie contractmanagementdag Jeroen van de Rijt & Corine van WeijenJeroen Van de Rijt
 
Algemene Presentatie Feenstra Consulting
Algemene Presentatie Feenstra ConsultingAlgemene Presentatie Feenstra Consulting
Algemene Presentatie Feenstra Consultingklaasfeenstra
 
Kadenza agile scrum in business intelligence projecten heliview 2011
Kadenza agile scrum in business intelligence projecten heliview 2011Kadenza agile scrum in business intelligence projecten heliview 2011
Kadenza agile scrum in business intelligence projecten heliview 2011Kadenza Plus
 
Artikel: Service Management
Artikel: Service ManagementArtikel: Service Management
Artikel: Service ManagementPetervankeulen
 
FPAgile - Meten in een Agile omgeving - Van denken in oplossingen naar denken...
FPAgile - Meten in een Agile omgeving - Van denken in oplossingen naar denken...FPAgile - Meten in een Agile omgeving - Van denken in oplossingen naar denken...
FPAgile - Meten in een Agile omgeving - Van denken in oplossingen naar denken...Nesma
 

Similar to Het begroten van softwareprojecten: meten is weten! (20)

091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
 
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
091213 Salespresentatie Collegium Ccp Linked In
 
Begroten van software projecten - Hogeschool Rotterdam gastcollege 05-11-2013
Begroten van software projecten - Hogeschool Rotterdam gastcollege 05-11-2013Begroten van software projecten - Hogeschool Rotterdam gastcollege 05-11-2013
Begroten van software projecten - Hogeschool Rotterdam gastcollege 05-11-2013
 
Gastcollege Hanzehogeschool Groningen 10 januari 2014
Gastcollege Hanzehogeschool Groningen 10 januari 2014Gastcollege Hanzehogeschool Groningen 10 januari 2014
Gastcollege Hanzehogeschool Groningen 10 januari 2014
 
141008 bd nv plaquette DSI nl
141008 bd nv plaquette DSI nl141008 bd nv plaquette DSI nl
141008 bd nv plaquette DSI nl
 
Benchmark rapport 2014 - Projectinformatie in optima forma
Benchmark rapport 2014 - Projectinformatie in optima formaBenchmark rapport 2014 - Projectinformatie in optima forma
Benchmark rapport 2014 - Projectinformatie in optima forma
 
Koppelen van project- en applicatie portfoliomanagement (Informatie 2013)
Koppelen van project- en applicatie portfoliomanagement (Informatie 2013)Koppelen van project- en applicatie portfoliomanagement (Informatie 2013)
Koppelen van project- en applicatie portfoliomanagement (Informatie 2013)
 
BusinessBase MS CRM solutions
BusinessBase MS CRM solutionsBusinessBase MS CRM solutions
BusinessBase MS CRM solutions
 
Geïntegreerd werken / ERP/ Bedrijfssoftware in de KMO: 10 praktische tips
Geïntegreerd werken / ERP/ Bedrijfssoftware in de KMO: 10 praktische tipsGeïntegreerd werken / ERP/ Bedrijfssoftware in de KMO: 10 praktische tips
Geïntegreerd werken / ERP/ Bedrijfssoftware in de KMO: 10 praktische tips
 
Automatiseren met rendement
Automatiseren met rendementAutomatiseren met rendement
Automatiseren met rendement
 
Presentatie Enterprise Architectuur - Agile en Essentie
Presentatie Enterprise Architectuur - Agile en EssentiePresentatie Enterprise Architectuur - Agile en Essentie
Presentatie Enterprise Architectuur - Agile en Essentie
 
Presentatie contractmanagementdag Jeroen van de Rijt & Corine van Weijen
Presentatie contractmanagementdag Jeroen van de Rijt  &  Corine van WeijenPresentatie contractmanagementdag Jeroen van de Rijt  &  Corine van Weijen
Presentatie contractmanagementdag Jeroen van de Rijt & Corine van Weijen
 
Algemene Presentatie Feenstra Consulting
Algemene Presentatie Feenstra ConsultingAlgemene Presentatie Feenstra Consulting
Algemene Presentatie Feenstra Consulting
 
Kadenza agile scrum in business intelligence projecten heliview 2011
Kadenza agile scrum in business intelligence projecten heliview 2011Kadenza agile scrum in business intelligence projecten heliview 2011
Kadenza agile scrum in business intelligence projecten heliview 2011
 
Artikel: Service Management
Artikel: Service ManagementArtikel: Service Management
Artikel: Service Management
 
Webinar Towards the Digital Factory - Gerlinde Oversluizen
Webinar Towards the Digital Factory - Gerlinde Oversluizen Webinar Towards the Digital Factory - Gerlinde Oversluizen
Webinar Towards the Digital Factory - Gerlinde Oversluizen
 
FPAgile - Meten in een Agile omgeving - Van denken in oplossingen naar denken...
FPAgile - Meten in een Agile omgeving - Van denken in oplossingen naar denken...FPAgile - Meten in een Agile omgeving - Van denken in oplossingen naar denken...
FPAgile - Meten in een Agile omgeving - Van denken in oplossingen naar denken...
 
Portfolio ict portfolio 2012
Portfolio   ict portfolio 2012Portfolio   ict portfolio 2012
Portfolio ict portfolio 2012
 
Cases
CasesCases
Cases
 
Rabobank 23 06 2010
Rabobank 23 06 2010Rabobank 23 06 2010
Rabobank 23 06 2010
 

Het begroten van softwareprojecten: meten is weten!

  • 1. EEN VAK APART De visie van Metri op het onderbouwd en betrouwbaar begroten van software projecten, releases en sprints.SOFTWARE COST ESTIMATION
  • 2. 2 Hofstadter’s Law: It always takes longer than you expect, even when you take into account Hofstadter’s Law. What one programmer can do in one month, two programmers can do in two months.  - Fred Brooks  -  Douglas Hofstadter, Gödel, Escher, Bach: An Eternal Golden Braid
  • 3. 3 ITSTARTS WITHTHE FACTS AUTEURS: Harold van Heeringen, Principal Consultant Frank Vogelezang, Senior Consultant © METRI GROUP, 2020 BOEINGAVENUE 251 1119 PD SCHIPHOL-RIJK Vele organisaties hebben geen professionele schattingsproces en vertrouwen sterk op de ervaring van hun pro- fessionals om projecten of agile teams te schatten. Dit resulteert vaak in grote overschrijdingen van budget en doorlooptijd. Miljoenen euro’s worden jaarlijks op deze manier verspild: geld en energie die op een wijze manier besteed had kunnen worden. Gecertificeerde Metri Software Cost Estimate specialisten meten en begroten al uw IT en Software ontwikkelings- projecten met behulp van internationale standaarden en state-of-the-art technologie in een kort tijdsbestek. Op deze manier verbetert uw kans op projectsucces aanzienlijk en bespaart u veel geld. In deze whitepaper zet Metri haar visie uiteen op het betrouwbaar begroten van software-ontwikkelprojecten. >50% >25%>40% >20% Project slagingspercentage verbetering, wat resulteert in het voorkomen van miljoenen euro’s verspild geld en middelen. Vermindering van de inspanning van menselijke deskundigen. Vermindering van scope creep als gevolg van de formele size baseline. Governance reductie vanwege de mogelijkheid om de voortgang van het project te monitoren op basis van de geleverde omvang en de getoonde productiviteit. VORMGEVING & REDACTIE: Lucas Blom, Marketing Manager
  • 4. The first 90 percent of the code accounts for the first 90 percent of the development time. The remaining 10 percent of the code accounts for the other 90 percent of the development time. - Tom Cargill, Bell Labs Responding to change over following a plan does not imply not having a plan. - Steve McConnell Good project-level estimation depends on good requirements, and average requirements skills are about as bad as average estimation skills. - Steve McConnell
  • 5. 5 INHOUDSOPGAVE INLEIDING ONZE VISIE IN HET KORT DE MARKT ZORG VOOR EEN REALISTISCH BEELD HET EFFECT VAN OPTIMISME EN PESSIMISME DE VOLWASSENHEID VAN HET BEGROTEN VERHOGEN LEVEL 0 EN 1: BEGROTINGEN OP BASIS VAN HUMAN JUDGMENT HET GAT TUSSEN LEVEL 1 EN 2 FORMAL SIZING LEVEL 2 TOT EN MET 5: PARAMETRISCHE BEGROTINGEN LEVEL 2: OMVANG EN PRODUCTIVITEIT LEVEL 3: ERVARINGSCIJFERS LEVEL 4: LESSONS LEARNED LEVEL 5: CONTINUOUS IMPROVEMENT WEET WAAR U STAAT OVER DE AUTEURS BRONNEN EN REFERENTIES 6 7 8 10 10 11 11 12 13 14 15 15 17 18 19 20 22
  • 6. 6 In deze whitepaper zetten wij onze visie uiteen op het betrouwbaar begroten van software-ontwikkelprojecten. Een relevant onderwerp, omdat het begroten van deze projecten zo vaak fout gaat in de markt. Veel van de projecten die fout lopen, inclu- sief de horror stories bij de overheid die de krantenkoppen sieren, falen als gevolg van een (veel) te optimistische begroting. De begrotingsprocessen in de IT zijn nog behoorlijk onvolwassen, met name waar het gaat om het begroten van softwareontwikkeling. In de praktijk leidt dit tot vele projecten die al vanaf de start gedoemd zijn te misluk- ken, simpel en alleen omdat ze te optimistisch begroot zijn en daarom starten met een te klein team, een te krappe planning en onvoldoende mogelijkheden om bijtijds bij te sturen op basis van actuele data. Hoewel projecten voor de overheid vaak het nieuws halen vanwege de verspilling van belastinggeld, heeft vrijwel iedere commerciële organisatie met mislukte projecten te maken, zelfs de grote internationale IT system inte- grators. Een veel geciteerde bron voor het succes van software- projecten is het periodieke CHAOS report, dat wordt gepubliceerd door de Standish Group. Volgens Standish zijn de succespercentages voor agile projecten hoger dan voor waterval-projecten. Maar toch falen met name grote en middelgrote agile projecten vaker dan dat ze slagen. De top-vijf factoren die Standish vond in succesvolle projecten zijn: 1. Betrokkenheid van de gebruiker 2. Ondersteuning door het executive management 3. Duidelijke documentatie van de requirements 4. Goede planning 5. Realistische verwachtingen De top-vijf indicatoren gevonden in uitgelopen en mis- lukte projecten zijn: 1. Gebrek aan betrokkenheid van de gebruiker 2. Onvolledige requirements en specificaties 3. Veranderende requirements en specificaties 4. Gebrek aan support van het executive management 5. Technische incompetentie Wij behandelen in deze whitepaper de oorzaken die direct raken aan het realistisch begroten van software- ontwikkeling. Het gaat dan met name om de documen- tatie van de requirements, de realistische verwachtin- gen (ofwel: realistische begroting) en de manier waarop met veranderende requirements zou moeten worden omgegaan. Het goed managen van projecten is iets dat hiervan losstaat, maar dit wordt op basis van een goede begroting wel eenvoudiger. Een goed onderbouwde, betrouwbare begroting is een cruciale voorwaarde voor: • de business case; • de planning; • de aanbieding in geval van outsourcing (zeker in geval van fixed price/fixed date); • het financiële resultaat van het project en de organisatie; • het claimen en vrijgeven van resources; • de afstemming tussen IT en de business/klant; • de voortgangsrapportages en dashboards; • het gevoel van het team en de stakeholders. 59% 31% 18% 56% 19% 9% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Kleine projecten Gemiddelde projecten Grote projecten Succes en projectomvang Agile Waterval 42% 50% 8% 26% 53% 21% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Binnen tijd en budget Uitgelopen Mislukt Succes en ontwikkelmethodiek Agile Waterval
  • 7. 7 ONZE VISIE IN HET KORT Onze visie op het onderbouwd en betrouwbaar be- groten van softwareprojecten, releases en sprints is als volgt samen te vatten: • Veel organisaties gebruiken uitsluitend human judgment-begrotingen, terwijl de ervaring leert dat human judgment-methoden leiden tot (zeer) opti- mistische begrotingen. • Optimistische begrotingen leiden tot niet-lineaire extra kosten en langere doorlooptijden, waardoor de bijbehorende projecten een grotere faalkans hebben. • Door toepassing van parametrische methodes voor kostenbegroting, gebaseerd op een objectieve vaststelling van de omvang van de te realiseren requirements, relevante data en parametrische modellen, worden begrotingen aantoonbaar realis- tischer, wat de slagingskans van het project signifi- cant verhoogt. In deze whitepaper zetten we onze visie uiteen. Vanuit ons beeld van de markt laten we aan de hand van prak- tijkvoorbeelden zien hoe het begroten van softwarepro- jecten beter kan.
  • 8. 8 DE MARKT De afgelopen jaren zijn veel organisaties overgestapt van een watervalmethode naar agile softwareontwik- keling, veelal scrum. Hierbij wordt veel macht aan de teams gegeven, die over veel zaken mogen besluiten die voorheen op managementniveau werden beslist. De scrum-methodiek werkt vaak met user story’s die aangeven welke functionaliteit de gebruiker nodig heeft om een bepaalde activiteit uit te voeren. Scrum- teams schatten in hoe veel inspanning nodig is voor realisatie van deze user story’s. Dit doen zij doorgaans met de story points-methode. Deze relatieve schattings- methode wordt vaak uitgevoerd door het ‘spelen’ van zogenoemd planning poker. De teamleden bepalen samen de uren die ze nodig denken te hebben om een bepaalde user story te realiseren, en doen dat in verge- lijking met andere user story’s en een bepaalde anchor story. Deze methode is zeer eenvoudig toepasbaar voor teams en zeer bruikbaar om te bepalen welke user sto- ries in de komende een á twee sprints kunnen worden gerealiseerd. Deze methode is echter niet bruikbaar voor het opstellen van langetermijnbegrotingen. Scrum is een methode met veel voordelen, maar een aantal zeer belangrijke onderwerpen zijn onderbelicht. Zo ontbreekt het bijvoorbeeld vaak aan professionele cost estimation-technieken en is er veelal geen sturing op de prestaties van teams en het tijdig gereed hebben van een minimum viable product (MVP1 ) . Dit is belang- rijk, want één van de pilaren van het Agile Manifesto is: Responding to change over Following a plan. Dit stelt veel product owners en teams min of meer in de gelegenheid om continu te blijven experimenteren zonder goed na te denken over wat ze moeten leveren. Zo komt het regelmatig voor dat eenzelfde feature drie of zelfs meerdere keren gebouwd en aangepast wordt, met als gevolg dat als het budget op is, slechts een deel van het gewenste MVP gereed is. Soms voldoet ook dit deel lang niet aan alle benodigde functionele en niet-functionele requirements. Dit is een valkuil die we op zeer veel plaatsen tegenko- men. Niet voor niets zijn veel CxO’s ontevreden over het gebrek aan grip op de agile teams in hun organisatie. Ze weten niet wanneer wat klaar is en tegen welke kos- ten. Zeker als ze gebruikmaken van ingehuurde teams, die niet gewend zijn ‘ownership’ te nemen voor de ap- plicatie en meestal op basis van time & material2 (T&M) werken, is er geen intrinsieke drive om de performance te verbeteren of om voorspelbaar te zijn. Het is belang- rijk om te beseffen dat binnen agile-ontwikkelmethodie- ken de kosten ogenschijnlijk voorspelbaar zijn, aange- zien ze worden bepaald door het aantal ontwikkelaars en hun kosten. Maar de variabele is de scope: de output (features) die wordt geleverd. Zie voor verduidelijking de volgende figuur. Bij watervalprojecten liggen de requirements min of meer vast en ligt de uitdaging in het begroten van de benodigde uren, kosten en doorlooptijd. Agile-projec- ten hebben een ‘productfocus’. Dit betekent dat er een product is, bijvoorbeeld een te realiseren website, en er wordt een budget (team) toegekend om hieraan te werken. Het budget bepaalt in feite hoe veel mensen aan een project werken en de looptijd ervan. Omdat het een agile werkwijze betreft, die in ieder geval theore- tisch gezien na iedere sprint een werkbaar product zou moeten opleveren, lijken de kosten heel voorspelbaar. Het team werkt, op aangeven van de product owner, aan de backlog items met de hoogste prioriteit en levert na iedere sprint een werkend product op. Voor veel producten en teams werkt dit prima, alleen moet er daarnaast nog wel een mechanisme ingericht worden om de kwaliteit en productiviteit objectief en vergelijk- baar vast te stellen. Onze visie hierop is beschreven in de whitepaper: Hoe meet je geleverde Business Value, de heilige graal voor Agile teams. Vast Variabel PLAN gedreven ITERATIEF (waarde) gedreven Requirements Team Sprintduur FeaturesTeam Doorlooptijd Waterval Agile
  • 9. 9 Maar wat nu als de business verwacht dat er op een bepaald moment een product beschikbaar is met bepaalde functionaliteiten, bijvoorbeeld een MVP? Software is in toenemende mate een business driver voor het succes van bedrijven. In een extreem geval zou een week te laat opleveren zo maar eens miljoenen aan omzet kunnen schelen. Dit betekent dat de moeilijkheid ligt in het begroten van de hoeveelheid functionaliteit die op moment X gereed moet zijn. Als bijvoorbeeld een MVP klaar moet zijn over exact zes maanden, bijvoorbeeld omdat er een grote marketingcampagne aan gekoppeld is, dan wordt het belangrijk om zodanig te begroten dat de functionaliteit die het MVP moet bevatten, geleverd kan worden met het beoogde team binnen de gestelde doorlooptijd. Als we naar bijgaand figuur kijken, zien we dat de driehoeken in dit soort gevallen in elkaar schuiven. De requirements en de doorlooptijd staan vast. Hier moet de derde hoek worden begroot: de resources, oftewel het aantal te besteden uren. Deze zijn sterk afhankelijk van de productiviteit die het team kan realiseren, maar vooral ook van de omvang van de te realiseren requi- rements. Hierbij speelt de mate van ‘experimenteren’, ofwel de mate van rework na iedere sprint, een be- langrijke rol. In de volgende figuur wordt duidelijk dat agile teams tot aan de release van het MVP alleen in de eerste sprint aan nieuwe functionaliteit werken. Daarna bestaat iedere volgende sprint uit rework in de vorm van aanpassingen van de al gemaakte functionali- teit en vaak ook het technisch aanpassen van ontwikkelde code. Metri ziet een duidelijke beweging in de markt. Beslis- sers in organisaties begrijpen dat inschattingen van agi- le teams zelf geen goede input zijn voor management- beslissingen zoals boven geïllustreerd. Bij een groeiend aantal organisaties wordt daarom de functie software cost estimator ingericht om te zorgen voor een onder- bouwd en onafhankelijk beeld waarbij inzichtelijk wordt welke functionaliteit op welk moment gereed kan zijn. De International Cost Estimation Analysis Association (ICEAA3 ) en de Nederlandse not-for-profit organisatie Nesma4 , ondersteund door een aantal internationale organisaties waaronder Metri, werken aan het opzetten van een Software Cost Estimation Body of Knowledge (SCEBoK) en een certificering voor de functie software cost estimator. Activiteitpersprint Tijd Business waarde Geen directe businesswaarde Eerste sprint Volgende sprints MVP Na ‘Go live’ Business waarde Geen directe businesswaarde Nieuwe functionaliteit Nieuwe/ gewijzigde functionaliteit Code refactoring Nieuwe/ gewijzigde/ verwijderde functionaliteit Oplossen bugs Code refactoring Nieuwe/ gewijzigde/ verwijderde functionaliteit Oplossen bugs Code refactoring 3e lijns support
  • 10. 10 ZORG VOOR EEN REALISTISCH BEELD Alleen door inzet van parametrische methodes voor kostenbegroting, bij voorkeur door gecertificeerde software cost estimators, is een realistisch beeld moge- lijk van het product dat gereed is wanneer het beoogde aantal sprints is voltooid en het beoogde budget is besteed. Metri levert software cost estimation services, gebaseerd op internationale standaarden, die organisa- ties zekerheid verschaffen over vragen als: • hoe groot is het te ontwikkelen product in een ge- standaardiseerde omvangmaat? • hoe realistisch is de offerte/begroting van mijn leve- rancier en welke risico’s loop ik? • wat is de te verwachten productiviteit van mijn team(s) bij verschillende teamgroottes? • hoeveel sprints zijn er nodig om het MVP te realise- ren bij verschillende niveaus van sprint rework? • hoeveel functionaliteit is klaar op moment X of als het budget is benut? • hoeveel teams heb ik nodig? • welke expertise heb ik nodig in de teams? • wat is de kwaliteit van het product? Een begroting maken is geen eenmalige exercitie. Juist binnen agile teams is het mogelijk om de werkelijke productiviteit te meten na iedere sprint en is het ook mogelijk om de scope van de backlog objectief vast te stellen. De begroting kan na iedere sprint worden bijge- werkt, zodat snel kan worden bijgestuurd als dat nodig is. Dit proberen teams doorgaans ook zelf te doen, maar in de praktijk zijn ze hierin niet succesvol. Zoals we hiervoor al noemden, gebruiken veel scrum teams story points om een inschatting te maken van wat ze in komende sprints kunnen realiseren. Hoewel het idee achter deze methodiek goed is, wordt deze techniek in de praktijk ook gebruikt voor doeleinden waarvoor deze niet geschikt is. Zo kunnen langetermijnbegrotin- gen en het meten van voortgang niet worden afgeleid van metrics gebaseerd op story points. Verderop in deze whitepaper gaan we hierop dieper in. HET EFFECT VAN OPTIMISME & PESSIMISME Het belang van een realistische begroting is groter dan veel mensen beseffen. Iedere begroting van een software-realisatieproject is optimistisch, realistisch of pessimistisch. Bepaling van de realiteitswaarde is zeer belangrijk voor de slagingskans van een project. Zie de onderstaande figuur. Een optimistische begroting zorgt voor niet-lineaire extra kosten. Op enig moment wordt duidelijk dat de planning onhaalbaar is en worden ineffectieve maat- regelen genomen, zoals het vergroten van het team. Dit is een ‘industry bad practice’ waarvan regelmatig is aangetoond dat deze het project alleen duurder maakt, maar niet sneller5 . Doordat er stress ontstaat in het team, worden er ook meer fouten gemaakt, die weer moeten worden opgelost en getest, etcetera. Meer fouten houden meer werk in. Daarnaast heeft stress ook minder goed onderhoudbare code ten gevolg. De onderhoudbaarheid van de software bepaalt voor een groot deel de total cost of ownership (TCO). Verreweg het grootste deel van het IT-budget gaat naar het on- derhouden van software. Een matige onderhoudbaar- heid kan in de beheerfase miljoenen extra kosten, om nog maar niet te spreken van mogelijke schade door moeilijk oplosbare incidenten en ongeplande uitval van de applicatie. De extra kosten kunnen enorm zijn! Aan het andere einde van het spectrum zitten de pessimistische begrotingen. Het mooie van dit soort begrotingen is dat ze vrijwel nooit tot falende projecten leiden. De Wet van Parkinson zegt vrij vertaald dat als je extra tijd geeft aan een individu of team, deze tijd ook besteed gaat worden. Dat betekent dus dat het volle budget op zal gaan bij pessimistische begrotingen, maar omdat er binnen budget wordt opgeleverd, is het project toch geslaagd te noemen. Deze begrotingen leiden wel tot lineaire extra kosten ten opzichte van Additionelekosten 0% 200% 100% Begroting (doorlooptijd, geld) Pessimistisch Te krap begroot Realistisch begroot Te ruim begroot
  • 11. 11 realistische begrotingen, omdat de gewenste functiona- liteit, kwaliteit en onderhoudbaarheid ook met minder tijd en geld gerealiseerd hadden kunnen worden. Van- uit financieel oogpunt is het daarom beter om met een realistische begroting te starten. Pessimistische begrotingen zijn veel schaarser dan opti- mistische, vooral omdat er in de praktijk altijd druk wordt uitgeoefend om zaken sneller en goedkoper te doen. Sterker nog, in aanbestedingen hangt de gunning vaak voor een groot gedeelte af van de prijs. Aanbieders wor- den dan gedwongen om hun prijs zo scherp mogelijk te houden. Veel IT-leveranciers maken echter gebruik van begrotingstechnieken met een laag volwassenheidsni- veau en een lage voorspellende waarde. Deze combina- tie heeft in de praktijk tot gevolg dat onrealistisch lage aanbiedingen worden gekozen, met problemen in de uitvoering en de governance als gevolg. Dit zijn vaak de projecten die het nieuws halen. Aan het andere einde van het spectrum zitten de pessimis- tische begrotingen. Het mooie van dit soort begrotingen is dat ze vrijwel nooit tot falende projecten leiden. De Wet van Parkinson zegt vrij vertaald dat als je extra tijd geeft aan een individu of team, deze tijd ook besteed gaat wor- den. Dat betekent dus dat het volle budget op zal gaan bij pessimistische begrotingen, maar omdat er binnen budget wordt opgeleverd, is het project toch geslaagd te noemen. Deze begrotingen leiden wel tot lineaire extra kosten ten opzichte van realistische begrotingen, omdat de gewenste functionaliteit, kwaliteit en onderhoudbaar- heid ook met minder tijd en geld gerealiseerd hadden kunnen worden. Vanuit financieel oogpunt is het daarom beter om met een realistische begroting te starten. Pessimistische begrotingen zijn veel schaarser dan optimistische, vooral omdat er in de praktijk altijd druk wordt uitgeoefend om zaken sneller en goedkoper te doen. Sterker nog, in aanbestedingen hangt de gunning vaak voor een groot gedeelte af van de prijs. Aanbieders worden dan gedwongen om hun prijs zo scherp mogelijk te houden. Veel IT-leveranciers ma- ken echter gebruik van begrotingstechnieken met een laag volwassenheidsniveau en een lage voorspellende waarde. Deze combinatie heeft in de praktijk tot gevolg dat onrealistisch lage aanbiedingen worden gekozen, met problemen in de uitvoering en de governance als gevolg. Dit zijn vaak de projecten die het nieuws halen. Hoe kunnen we nu de realiteitswaarde van begrotingen verbeteren? Dat kan door het volwassenheidsniveau van het begrotingsproces te verhogen. DE VOLWASSENHEID VAN HET BEGROTEN VERHOGEN Om de volwassenheid van het begroten van softwareont- wikkeling te kunnen verhogen, is het nuttig een maatstaf te hebben om die volwassenheid te toetsen. Het Soft- ware Estimation Maturity Model, in 2017 gepubliceerd door Dan Galorath, oprichter van het bedrijf Galorath, biedt hier uitkomst. Dit bedrijf is wereldwijd een van de toonaangevende marktpartijen op het gebied van para- metrische modellen voor kostenbegroting. LEVEL 0 EN 1: BEGROTINGEN OP BASIS VAN HUMAN JUDGMENT Het basisniveau, level 0, betekent dat er begroot wordt zonder structuur of herhaalbaar proces. Dit betekent dat er met een natte vinger wordt begroot, puur op ba- sis van een inschatting van een of meerdere personen. Op level 1 wordt een work breakdown structure (WBS) geïntroduceerd en wordt er per taak of activiteit een inschatting gemaakt op basis van de input van expert. Hier is in ieder geval sprake van structuur en een herhaalbaar proces, zodat er een mogelijke basis is om te leren van eerder gemaakte begrotingen. Level 0 en level 1 begrotingen maken gebruik van zogenaamde human judgment-methoden. Veel bedrij- ven gebruiken deze methoden om te begroten. Deze methodes zijn relatief eenvoudig uit te voeren, maar zijn niet erg betrouwbaar. Level 0 Level 1 Level 5 Level 4 Level 3 Level 2 Informele of geen begroting WBS begroten Formal Sizing (bijv. FPA of COSMIC) Formal Sizing Formal Sizing Formal Sizing Handmatig begroten zonder proces Spreadsheets WBS begroten Parametrisch begroten Herhaalbaar proces Herhaalbaar proces Ad-hoc processen Eenvoudig model (omvang * productiviteit) Vastleggen begroting vs realisatie Robuust parametrisch begroten Robuust parametrisch begroten Basale measurement & analysis Informeel proces Gedegen measurement & analysis Parametrische planning & control Herhaalbaar proces Gedegen measurement & analysis Parametrisch begroten incl. tracking/control Proces- verbetering o.b.v. lessons learned Gedegen measurement & analysis Parametrisch begroten incl. tracking/control Continue proces- verbetering Bron: galorath.com
  • 12. 12 De meeste human judgment-begrotingen zijn boven- dien (veel) te optimistisch. Hier zijn vele redenen voor, waaronder de volgende: • Mensen zijn hard wired-optimisten van nature. Nobelprijswinnaar Kahneman6 toonde al aan dat mensen optimistisch begroten, zelfs als hen verteld wordt dat ze te optimistisch zullen zijn. • Vaak wordt de eerst mogelijke uitkomst begroot, terwijl iedere begroting een verdeling zou moeten zijn met daarin ook een waarschijnlijke waarde en een maximumwaarde. Als voor iedere activiteit de minimumwaarde wordt aangegeven, is het resultaat zeer optimistisch en onrealistisch met een kans op overschrijding van vrijwel 100%. • Deze begrotingen worden vaak gemaakt door (senior) experts, met als verkeerd uitgangspunt dat zij het project uitvoeren, terwijl minder ervaren men- sen het gaan doen. • Een standaard work breakdown structure is zeer geschikt voor een standaardsituatie. Maar projecten hebben doorgaans een uniek karakter. Als bij het begroten blind wordt gevaren op een standaard WBS, kan tijdens het project blijken dat een crucia- le, niet-standaard activiteit niet is opgenomen in de begroting. In human judgment-begrotingen wordt direct het aantal uren of de doorlooptijd begroot, vanuit de require- ments, de gestelde randvoorwaarden en de ervaring van experts. Deze begrotingen zijn subjectief en ge- baseerd op persoonlijke ervaringen. Het maken van human judgment-begrotingen is vaak tijdrovend, omdat meerdere experts nodig zijn om een inschatting te maken van hun expertise, voordat deze kunnen worden samengevoegd tot een totaalbegroting. Een nadeel is dat de productiviteit is verborgen in het getal. Een goede vergelijking met afgeronde projecten en met de markt is onmogelijk. Deze reality check wordt dan ook vaak niet uitgevoerd. Een ander risico van deze manier van begroten is dat het niet altijd duidelijk is of de ver- schillende deelbegrotingen goed op elkaar aansluiten. Hierdoor kan bij overlap te veel worden begroot of, bij onvoldoende aansluiting, te weinig. Dat laatste komt in de praktijk vaak voor.  Vanaf level 2 wordt er een belangrijke stap tussenge- voegd: het bepalen van de omvang van de te realiseren software, waardoor vergelijking mogelijk is en er via de omvang altijd een aansluiting is tussen de verschillende deelgebieden. HET GAT TUSSEN LEVEL 1 EN 2 Onderzoek van Gartner toont aan dat organisaties die van level 1 (human judgment) naar level 2 (parame- trisch) gaan, een verbetering in begrotingsaccuraatheid van 50% bereiken. Waarom verhogen dan niet meer organisaties hun volwassenheid? Een verklaring is dat veel organisaties eenvoudig niet weten dat ze een probleem hebben op dit vlak. Zij beschouwen het falen van projecten als een gegeven, of er wordt een andere reden gevonden, zoals ‘scope creep’, onvoorziene tegenvallers, of matig projectma- nagement. Dat zij soms miljoenen verspillen aan misluk- te projecten wordt voor lief genomen. Deze miljoenen hadden zij in winstgevende zaken kunnen investeren, terwijl de betrokkenen bij falende projecten werk hadden kunnen doen dat wel waarde oplevert. Dit zou voor veel organisaties een reden moeten zijn om zich te bezinnen, zeker als het om verspild belastinggeld gaat. Een van de bekendste voorbeelden waarbij het effect van de overstap van human judgment naar het gebruik van modellen op basis van historische data is gedo- cumenteerd, is dat van Boeing Information Systems7 . Deze grote organisatie heeft de volwassenheid van haar sofwareontwikkeling verhoogd, waarbij ook de begro- tingsvolwassenheid is meegegaan in deze groei. Duidelijk zichtbaar is dat de spreiding tussen begroting en realisatie veel kleiner werd toen Boeing op basis van historische data ging begroten. Nu is het volwassener maken van een organisatie een zaak van lange adem. Voor sommige organisaties kan dat een reden zijn om er niet aan te beginnen. Een andere reden is dat het niet eenvoudig is om van level 1 naar level 2 te gaan. Dit betekent namelijk de introductie van ‘formal sizing’, ofwel het methodisch, objectief, herhaalbaar en verifieerbaar vaststellen van de omvang van hetgeen gerealiseerd moet worden. .         . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. .. . . .. .... . . .. . . . . . .. . . . . .. .. ...... . .. . ... . ... . . . .. . . Zonder historische data Variantie van -145% tot +20% Boeing Information Systems 120 projecten met en zonder historische data Over/Onderschrijding . . . . . . . . . .. . .. . . . . . . . . . . .. . . . .. . . . . .. . . . . .. . .. . . .. . . . .. . . . .. . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . .. . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Met historische data Variantie van -20% tot +20%
  • 13. 13 FORMAL SIZING Om naar volwassenheidslevel 2 te gaan is het meten van de omvang van een project van cruciaal belang. De belangrijkste bepalende factor voor de hoeveelheid werk die nodig is om een stuk software te ontwikkelen is de omvang van de functionaliteit. Door van ieder te begroten stuk software de omvang te bepalen, kun- nen verschillende programma’s, projecten, applicaties of sprints met elkaar worden vergeleken. Hiervoor is het noodzakelijk dat voor de omvang een gestandaar- diseerde omvangsmaat gebruikt wordt. Het op een gestandaardiseerde manier bepalen van de omvang noemen we formal sizing. Om goed te kunnen begroten, is bepaling van de om- vang van een project essentieel. Data van afgeronde pro- jecten of sprints kunnen als input dienen om te begroten hoeveel tijd en resources een nieuw project nodig heeft. Voor een volwassen begrotingsproces is echter formal sizing op basis van een gestandaardiseerde methode nodig. Er bestaan een aantal door ISO/IEC gestandaar- diseerde methoden om de omvang van software te be- palen. Hierbij wordt op basis van requirements, onafhan- kelijk van de technische implementatie (bijvoorbeeld de programmeertaal) en de manier van ontwikkelen (agile of waterval) een omvang bepaald. Om naar level 2 of hoger te kunnen klimmen, is het nodig de bepaling van de omvang in de processen in te bedden. We zien nu dat formal sizing juist goed toepasbaar is in agile projecten, en dat de omvang van een sprint, tijdens de sprint retrospective, eenvoudig kan worden vastgesteld door een gecertificeerde functiepunt-ana- list – in een zeer kort tijdsbestek. Dit komt omdat de meeste sprints zó kort zijn dat gewoonweg niet zo veel functionaliteit wordt gerealiseerd. Door functiepunten te gebruiken naast de gangbare story points-metho- de, worden de story points genormaliseerd en is de voorspelbaarheid aanzienlijk te vergroten. Door de productiviteit te meten die het team heeft behaald in de afgeronde sprints volgens een gestandaardiseerde maat, wordt het mogelijk deze data te gebruiken voor toekomstige sprints. De productiviteit wordt uitgedrukt in bestede uren per gerealiseerd functiepunt. De productiviteit kan worden gebruikt om high performing en low performing teams vast te stellen, waardoor het mogelijk wordt verschillen in werkwijze te analyseren en gerichte verbeteringen door te voeren. Door de trends in productiviteit over langere tijd te meten, ontstaat een beeld van het succes van de verbeteringsacties. Formal sizing is dus iets anders dan bijvoorbeeld het gebruik van story points om in te schatten hoeveel backlog items er in een sprint opgepakt kunnen wor- den. Story points zijn bedacht om de omvang van backlog items relatief in te schatten ten opzichte van elkaar, om als team een goed beeld te krijgen van de hoeveelheid werk die gemoeid is met een backlog item. Als communicatiemiddel binnen een team werken story points heel goed. Onderzoek van professor Alain Abran8 toont echter aan dat de voorspelbaarheid in de praktijk lager is dan het gebruik van formal sizing. Dit is iets dat wij in onze dagelijkse praktijk regelmatig terugzien. Daarnaast zijn story points teamgebonden. Ze zijn dus per definitie niet geschikt om vergelijkingen te maken tussen teams. De formal sizing van goed geprioriteerde functionaliteit door een bekwame product owner blijkt een goede be- nadering te zijn van business value9 . De enige methode om functionaliteit objectief te kwantificeren is door mid- del van functiepunt-analyse. Deze is ontwikkeld in de jaren zeventig, met als doel de productiviteit van ont- wikkelteams vast te stellen, wat onmogelijk bleek door het tellen van regels code. Door functiepunt-analyse on- afhankelijk te maken van de technische implementatie (programmeertaal, architectuur, etc.) en van de manier van ontwikkelen (waterval, agile, etc.) kan de methode vandaag de dag prima worden gebruikt, al twijfelen veel agile practitioners hier aan, veelal door gebrek aan kennis of vanwege andere belangen. Functiepunten zijn de vierkante meters van de software-industrie: de de facto standaard om de hoeveelheid functionaliteit uit te drukken in een gestandaardiseerde omvangsmaat.
  • 14. 14 Om naar een hoger volwassenheidsniveau te groeien, is het nodig een begrotingsproces in te richten dat is gebaseerd op formal sizing, waarbij ook de data van afgeronde projecten wordt vastgelegd. LEVEL 2 TOT EN MET 5: PARAMETRISCHE BEGROTINGEN Vanaf level 2 moet de omvang van de te realiseren requirements worden bepaald, waarna er van een productiviteitsfactor wordt uitgegaan om het aantal benodigde uren te begroten. Dit worden parametrische begrotingen genoemd. Deze begrotingen werken goed als aan drie voorwaar- den wordt voldaan: • De requirements zijn voldoende duidelijk en vol- doende compleet om de omvang te bepalen met een gestandaardiseerde omvangsmaat. • De begrotingsparameters en eventuele randvoor- waarden zijn voor een groot deel bekend. Voorbeel- den van deze parameters zijn: technologie, ontwik- kelmethodiek, beoogde doorlooptijd, maximum budget en kwaliteitseisen. • Er is data van afgeronde projecten beschikbaar die gemeten is met dezelfde gestandaardiseerde omvangsmaat. Als deze data niet beschikbaar is, kunnen commercieel beschikbare ervaringscijfers worden gebruikt of data van de International Soft- ware Benchmarking Standards Group (ISBSG10 ). Hoewel het proces om tot een parametrische begroting te komen complexer lijkt dan een begroting op basis van human judgment, is het maken van een parametrische begroting in de meeste gevallen sneller en goedkoper te realiseren. De complexiteit lijkt groter, omdat het gebruik van de ervaring van de experts wordt vervangen door een aantal formele en toetsbare stappen. In de praktijk kost een parametrische begroting onge- veer 1% van de totale menskosten van een project. Dit is ongeveer 20-25% van de begrotingskosten op basis van human judgment. OMVANG OF INSPANNING Teams gebruiken vaak planning pokersessies om story points toe te kennen aan backlog items. Om de verschillende hoeveelheid werk voor een back- log item te kunnen onderscheiden, wordt vaak een (variant op een) Fibonacci reeks gebruikt, waarbij de volgende waarde in de reeks wordt bepaald door de som van de twee voorgaande waarden. Dit is ge- baseerd op het feit dat mensen het moeilijk vinden om absolute zaken te schatten, maar eenvoudig re- latief kunnen schatten (‘de linker toren is hoger dan de rechter toren, maar hoe hoog hij is kan ik niet inschatten’). Dit is een voorbeeld van een ordinale meetschaal, waarbij er een bepaalde ordening is, maar waarbij het uitvoeren van rekenkundige opera- ties niet mogelijk is. Een voorbeeld hiervan geeft de onderstaande figuur. Het produceren van een bus kost meer werk dan het maken van een auto of een scooter. Maar is het net zo veel werk om een bus te maken als een auto en een scooter samen? Story points maken gebruik van een ordinale schaal, waarbij het team de hoeveelheid werk van de back- log items inschat ten opzichte van elkaar. Daarmee krijg je een beeld van de relatieve inspanning, maar weet je niet hoe groot iets is. Omvang meten als basis voor een begroting is daarmee niet mogelijk. Daarvoor is een objectieve, herhaalbare, verifieerba- re en daarmee verdedigbare omvangsmaat nodig. Op basis hiervan kan verdedigbare informatie wor- den gegeven, zoals antwoord op vragen als: welke teams presteren goed en wanneer is welke functio- naliteit klaar tegen welke kosten? Skate board Tricycle Cycle Scooter Car Bus Truck Train Aero plane Space Shuttle 1/2 1 2 3 5 8 13 20 40 100 Formal SizingRequirements Project dataParametrisch Model Begroting parameters Begrotingsrapportage • Formal Size • Per activiteit: - Inspanning - Kosten - Doorlooptijd • Teamomvang per team • Productiviteit • Cost Efficiency • Leversnelheid • Kwaliteit Scenario’s Randvoorwaarden
  • 15. 15 De requirements en randvoorwaarden zijn bij beide manieren van aanpak gelijk. De requirements worden nu echter niet direct op basis van ervaring vertaald naar doorlooptijd en kosten, maar naar een omvangsmaat. Deze omvang vormt, samen met de begrotingspa- rameters (zoals technologie en teamomvang) en de randvoorwaarden, input voor het parametrische model, dat via deze input vergelijkbare projectdata selecteert en op basis hiervan een aantal scenario’s presenteert voor een begroting. De projectdata zijn afkomstig van afgeronde projecten, waarvan, naast de benodigde uren en de doorlooptijd, nog een groot aantal parame- ters zijn vastgelegd om te zorgen dat de ervaringscijfers zo goed mogelijk aansluiten bij de te maken begroting. Deze parameters zorgen er voor dat scenario’s snel kunnen worden doorgerekend, zoals het effect van een kortere of langere doorlooptijd of een afwijkende teamomvang. LEVEL 2: OMVANG EN PRODUCTIVITEIT Organisaties met een begrotingsvolwassenheid op level 2 beginnen meestal met een eenvoudig parame- trisch model: BENODIGDE UREN = OMVANG X PRODUCTIVITEIT Voor bepaling van de doorlooptijd geldt een vaste hoe- veelheid omvang per sprint of per maand. Dit parametri- sche model is heel inzichtelijk, zodat het eenvoudig is na te rekenen. De grootste verandering voor een organisa- tie op level 2 is het wennen aan het gebruik van omvang als basis voor de begroting. De resultaten van dit model kunnen door experts gemakkelijk worden vergeleken met wat zij op basis van hun ervaring verwachten. Een mogelijkheid om de drempel voor het gebruik van parametrisch begroten te verlagen, is het laten uitvoe- ren van de omvangbepaling door een daarin gespe- cialiseerde organisatie. Zo begeleidt Metri een aantal klanten op level 2 met de service Software Size Measu- rement om de basis te leggen voor hun begrotings- processen. Het bepalen van de functionele omvang is namelijk geen expertise die in ieder team aanwezig is. Bij Metri werken gecertificeerde specialisten die deze activiteit kunnen uitvoeren zonder het teamproces te verstoren. Dit is mogelijk als losse activiteit, maar ook in breder verband als onderdeel van prestatieafspraken met leveranciers. Geïnteresseerd in hoe Metri dit aanpakt? Bekijk dan de referentie van NCOI. LEVEL 3: ERVARINGSCIJFERS Organisaties met een begrotingsvolwassenheid op level 3 maken niet alleen gebruik van ervaringscijfers uit de markt, maar bouwen ook hun eigen ervaringscijfers op. Om data van eigen afgeronde projecten te kunnen gebruiken, is het ook nodig om een datacollectieproces te implementeren. Na ieder afgerond project (of sprint, of release) wordt de data verzameld, geanalyseerd en gestructureerd vastgelegd. Dit vergt een investering in mensen en middelen die geborgd moet worden in de processen van de organisatie. Bij organisaties met een hoge procesvolwassenheid (bijvoorbeeld CMMi level 5), zoals er veel in India zijn, lukt dit vaak eenvoudiger dan in het minder procesgerichte Europa. 0 5 10 15 20 25 30 35 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Maanden Waarschijnlijkheid Coöperatieve Verzekeraar Monte Carlo doorlooptijd risico Voor een coöperatieve levensverzekeraar heeft Metri op basis van ervaringscijfers uit de markt een refe- rentiebegroting gemaakt. Hiermee kon de verzeke- raar de begroting van een pakketleverancier voor de vernieuwing van de polisadministratie toetsen. Een intern team van experts had hier al meer dan een maand aan gewerkt. Maar de experts konden het eigen management er onvoldoende van overtuigen dat de begroting een goede basis was om met de leverancier in discussie te gaan over verkorting van de doorlooptijd en verlaging van de geboden prijs. Op basis van ervaringscijfers uit de markt heeft Metri in zeer korte tijd een begroting gemaakt van de te verwachten investering en doorlooptijd. Uit deze berekeningen bleek dat prijsverlaging zeker moge- lijk was, maar dat de door de verzekeraar gewenste doorlooptijd van 18 maanden niet reëel was. Deze inschattingen geven voor zowel de investering als de doorlooptijd een waarschijnlijkheid aan. Op ba- sis van deze waarschijnlijkheden heeft Metri zowel de coöperatieve verzekeraar als de leverancier overtuigd om te kiezen voor een scenario van bijna 2 jaar, tegen een voor beide partijen acceptabele investering. 0 10.000 20.000 30.000 40.000 50.000 60.000 70.000 80.000 90.000 100.000 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Uren Waarschijnlijkheid Coöperatieve Verzekeraar Monte Carlo ontwikkelinspanning risico
  • 16. 16 Dit werken met ervaringscijfers is een manier van omgaan met begrotingen die wij zien bij organisaties die opereren op level 3 of hoger van het begrotings- volwassenheidsmodel. Organisaties maken de overstap van eenvoudige lineaire begrotingsmodellen naar probabilistische modellen. Hierbij maken zij op basis van ervaringen uit het verleden een inschatting van de waarschijnlijkheid van een afgegeven begroting in tijd, resources of geld. Zeker als een stuk softwareontwik- keling cruciaal is voor één of meer vervolgstappen, is het van belang om niet te optimistisch te begroten. Op die manier kan de organisatie er zeker van zijn dat de software binnen de begrote hoeveelheid tijd, resources en geld gereed is. Wat voor dit soort organisaties wennen is, is dat de gekozen bandbreedte voor de verschillende waar- schijnlijkheden geen brevet van onvermogen is van de opsteller van de begroting. Deze keuze is juist een reflectie van de zekerheid over wat de nieuwe software moet presteren. Dit gaat echter in tegen onze natuurlij- ke perceptie om een kleine bandbreedte te associëren met een hoge mate van professionaliteit. Want juist de bandbreedte zegt iets over de risico’s die een organisa- tie loopt. Een grote bandbreedte in de begroting moet aanleiding zijn om zo snel mogelijk de risico’s te verklei- nen en de begroting nogmaals goed door te rekenen. Uit een recent onderzoek van Markteffect11 blijkt dat veel organisaties belang hechten aan high-performance teams, omdat deze teams: 1. Sneller resultaat behalen (63%); 2. Wendbaarder zijn door vaker te prioriteren (46%); 3. Een hogere medewerkertevredenheid hebben door zelforganisatie (38%); 4. Lagere kosten hebben doordat ze efficiënter wer- ken (37%). Door niet alleen goed onderbouwd te begroten, maar dit ook te blijven volgen tijdens de uitvoering, ontstaat sneller inzicht in hoe de softwareontwikkeling zich verhoudt tot de vooraf gemaakte inschattingen voor de begroting. Dit is een belangrijke stap naar het volgende niveau van begrotingsvolwassenheid. Het gebruik van probabilistische modellen biedt tevens een goede basis om tijdens de softwareontwikkeling de voortgang te toetsen. Zo was het voor de coöperatieve verzekeraar van belang dat het softwareontwikkelteam een hoge performance had op zowel productiviteit, kosten, snelheid als kwaliteit. Tijdens de uitvoering heeft Metri de marktconformiteit van de softwareontwikkeling getoetst op de onderstaande vier aspecten: Omdat het ontwikkelteam op drie van de vier onderzochte aspecten beter scoort dan marktconform, spreken we van een high-performance team. Dit gaf de coöperatieve verzekering voldoende houvast om uit te blijven gaan van het afgesproken tijdschema en de vervolgstappen hierop af te stemmen. Naar aanleiding van de Metri-toets werkt het team ook aan verbetering van de softwarekwaliteit om op alle aspecten minimaal markt- conforme scores te bereiken. 1,14 0,25 0,50 0,75 1,00 1,25 1,50 1,75 2,00 2,25 2,50 2,75 Productiviteitsindex Customer Peer Min Peer Avg Peer Max 2,64 0,25 0,50 0,75 1,00 1,25 1,50 1,75 2,00 2,25 2,50 2,75 Snelheidsindex Customer Peer Min Peer Avg Peer Max 1,05 0,25 0,50 0,75 1,00 1,25 1,50 1,75 2,00 2,25 2,50 2,75 Kostenindex Customer Peer Min Peer Avg Peer Max 0,83 0,25 0,50 0,75 1,00 1,25 1,50 1,75 2,00 2,25 2,50 2,75 Kwaliteitsindex Customer Peer Min Peer Avg Peer Max
  • 17. 17 Voor een kredietverzekeraar heeft Metri de plannen van een leverancier getoetst aan de beschikbare ervaringscij- fers van de klant, in combinatie met vergelijkbare ervaringscijfers uit de markt. Het betrof hier een meerjarenproject voor de vervanging van het kernsysteem van de kredietverzekeraar. Voor de doorlooptijd laat het model een relatief vlakke curve zien. Dit betekent dat er weinig onzekerheid is voor wat betreft de benodigde doorlooptijd. Het meest optimistische scenario is 2½ jaar, terwijl het meest pessimistische scenario net iets boven de 3 jaar ligt. Het door de leverancier voorgestelde plan ging uit van een doorlooptijd van 3½ jaar. Ook de benodigde teambezetting is tegen het licht gehouden. Op het moment dat Metri het assessment uitvoerde, was het project ruim negen maanden onderweg en was de bezetting al meer dan honderd FTE. Aan het opstellen van de requirements was op dat moment ruim vier keer zoveel budget gespendeerd dan op basis van deze erva- ringscijfers nodig zou zijn. Nadere analyse wees uit dat de leverancier de teams had samengesteld met expertise vanuit meerdere continenten. Hierdoor waren veel meer mensen nodig dan marktconform en was er sprake van inefficiëntie door taal- en cultuurbarrières. Door deze opzet scoorde de leverancier ver beneden marktconform op de aspecten productiviteit, kosten, snelheid en kwaliteit. Op dit moment werkt de leverancier aan een verbetering om de genoemde aspecten zodanig te veranderen dat een meer marktconforme projectuitvoering mogelijk wordt. In dit voorbeeld is het assessment in een relatief laat stadium uitgevoerd, wat overigens niet ongebruikelijk is voor een organisatie op level 4. Pas op het hoogste niveau van begrotingsvolwassenheid wordt continu gemonitord en bijgestuurd. 0 10 20 30 40 50 60 70 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 FTE Doorlooptijd (maanden) Kredietverzekeraar Staffingplan 50% Requirements Realisatie LEVEL 4: LESSONS LEARNED Organisaties met een begrotingsvolwassenheid op level 4 maken niet alleen gebruik van hun eigen erva- ringscijfers en complexere begrotingsmodellen dan omvang x productiviteit. Op level 4 vindt ook terug- koppeling plaats. Niet alleen van realisatie terug naar begrotingsmodel; organisaties proberen ook te leren van de verschillen tussen projecten en teams. Hierdoor kunnen zo veel mogelijk teams de stap zetten naar high performance. Ook worden de modellen gebruikt om projectplannen van externe leveranciers te toetsen aan de eigen ervaringscijfers en marktconforme prestaties.
  • 18. 18 LEVEL 5: CONTINUOUS IMPROVEMENT Organisaties met een begrotingsvolwassenheid op level 5 hebben het begroten en de terugkoppeling volledig geïntegreerd in hun processen. Begrotingen worden vooraf gemaakt en tijdens de uitvoering vindt op regelmatige basis monitoring & control plaats. Hier- mee ontstaat direct inzicht of de realisatie nog volgens plan verloopt. Bij een afwijking kan de organisatie direct zoeken naar de oorzaak en maatregelen nemen om de realisatie weer volgens plan te laten verlopen, of de begroting herijken op basis van de nieuwe realiteit. Voor een infrastructuurbedrijf volgt Metri maandelijks de voortgang van de realisatie van een nieuwe appli- catie, waarbij het de resultaten afzet tegen de baseli- ne-begroting. Op basis van deze gegevens wordt een projectie gemaakt van het te verwachten projectresul- taat. In de onderstaande grafiek is de status weergege- ven van het moment dat het project bijna halverwege was, op basis van de baseline planning die gemaakt was bij de start. Het realisatieteam is na een aantal maanden uitgebreid ten opzichte van het oorspronke- lijke plan. Aanvankelijk leidde dat ook tot een versnelling in de oplevering van waarde voor de opdrachtgever. Maar ongeveer een half jaar na de start van het project begon de waarde die maandelijks gerealiseerd werd achter te lopen op het plan. Op basis van de projectie zou de realisatie van de software drie maanden langer duren en ruim een half miljoen duurder uitpakken. Het infrastructuurbedrijf heeft daarop besloten twee junior teamleden te vervangen door één senior ontwikke- laar. De verwachting is dat hiermee zowel de budget- overschrijding als de uitloop minder worden dan de huidige projectie. €- €500.000 €1.000.000 €1.500.000 €2.000.000 €2.500.000 €3.000.000 01-jun 01-jul 01-aug 01-sep 01-okt 01-nov 01-dec 01-jan 01-feb 01-mrt 01-apr 01-mei 01-jun 01-jul 01-aug 01-sep 01-okt 01-nov 01-dec 01-jan 01-feb 01-mrt 01-apr 01-mei 01-jun 01-jul Infrastructuurbedrijf Monitoring & Control Baseline begroting Earned value Value forecast Besteding Bestedingsprognose • Productieomgevingen (de applicatie moet ook stand-alone off-grid kunnen draaien) • Testomgevingen (voor de typen omgevingen waarin de applicatie moet werken) • Datamigratie (tijdens een onverstoord lopende dienstver- lening) • Training (veel gebruikers die zowel klassikaal als via e-learning getraind worden) • Documentatie (gebruikersgids, quick reference, beheer- handboek, helpfunctie) Organisaties die op het hoogste niveau van begrotingsvolwassenheid acteren, begroten in de regel niet alleen hun projectkosten, maar de hele levenscyclus van een systeem. Dit blijft dan niet beperkt tot de kosten voor IT-ontwikke- ling en beheer. Zo zijn voor een veiligheidsorganisatie ook parametrische modellen opgezet voor: €- €500.000 €1.000.000 €1.500.000 €2.000.000 €2.500.000 €3.000.000 01-jun 01-jul 01-aug 01-sep 01-okt 01-nov 01-dec 01-jan 01-feb 01-mrt 01-apr 01-mei 01-jun 01-jul 01-aug 01-sep 01-okt 01-nov 01-dec 01-jan 01-feb 01-mrt 01-apr 01-mei 01-jun 01-jul Infrastructuurbedrijf Monitoring & Control Baseline begroting Earned value Value forecast Besteding Bestedingsprognose 0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 3,5 4,0 4,5 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035 Kosten(M€) Veiligheidsorganisatie Total Cost of Ownership Operationeel beheer bestaande systeem Operationeel beheer nieuw systeem Intern projectmanagement en PMO Realisatie nieuw systeem Technologieverversing
  • 19. 19 WEET WAAR U STAAT Bent u geïnspireerd geraakt? Wilt u weten waar uw or- ganisatie staat qua begrotingsvolwassenheid? Op basis van de voorbeelden in deze whitepaper heeft u mo- gelijk al een beeld. Metri kan u helpen met een quick assessment, waarbij we de bestaande werkwijze en ambities van uw organisatie in kaart brengen en advise- ren over de stappen die nodig zijn om op het gewenste volwassenheidsniveau te komen. METRI ESTIMATION & PERFORMANCE MEASUREMENT Metri helpt organisaties om hun begrotingsvolwassen- heid te verhogen naar het gewenste niveau en kan, terwijl de organisatie aan haar ambities werkt, alvast taken op zich nemen als de organisatie daarmee nog onvoldoende vertrouwd is. Ook kan Metri taken uitvoe- ren waar u de eigen organisatie niet mee wilt belasten of waarvoor het opbouwen van de benodigde expertise onvoldoende waarde toevoegt. Te denken valt aan: • Uitvoeren van de bepaling voor formal sizing; • Tijdens de uitvoering de productiviteit meten, voort- gang rapporteren en zo nodig een advies uitbren- gen om de begroting aan te passen; • Na afronding de project actuals vergelijken met de begroting; • Introduceren van parametrische begrotingsmodel- len op basis van marktgegevens; • Data gestandaardiseerd vastleggen en verwerken in parametrische modellen op basis van uw eigen ervaring, zodat toekomstige begrotingen nog accu- rater worden; • Project metrics als productiviteit, kostenefficiëntie, leversnelheid en projectkwaliteit vaststellen en benchmarken. Metri kan daarnaast de risico’s van software code bepa- len qua robuustheid, efficiëntie, security, wijzigbaarheid en overdraagbaarheid. Wil je meer weten of heb je een specifieke vraag of opmerking? Neem dan contact met Metri op via bijgaande QR code.
  • 20. 20 OVER DE AUTEUR HAROLD VAN HEERINGEN Harold is in 1997 afgestu- deerd in Bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Gronin- gen. Na een korte periode als marketing manager is hij in de IT terechtgekomen via G&D Software, dat later is op- gegaan in Sogeti Nederland B.V. Binnen Sogeti is Harold jarenlang voorman geweest van de afdeling Sizing, Estimating & Control. Binnen deze afdeling werden de functiepunt-analyses, begro- tingen, performance-metingen en benchmarks gedaan voor de resultaatverplichte (fixed price/fixed date) pro- jecten van Sogeti. In 2015 is Harold overgestapt naar Metri, waar hij nu als Principal Consultant actief is en als Practice Lead verantwoordelijk is voor de diensten binnen de IT Intelligence pilaar. Naast zijn werk voor eerst Sogeti en nu Metri is Harold actief in een aantal not-for-profit organisaties. Zo is hij sinds 2011 bestuurslid bij Nesma en tegenwoordig ver- antwoordelijk voor de internationale partnerships van Nesma. Nesma onderhoudt een van de ISO/IEC stan- daarden voor functiepunt-analyse en is samen met de International Cost Estimation and Analysis Association (ICEAA) actief in het ontwikkelen van een certificering voor Software Cost Estimator (verwacht in 2020). Harold is initiatiefnemer van deze certificering en is een van de ontwikkelaars van het cursusmateriaal. Harold is daarnaast van 2011 tot 2019 president ge- weest van de International Software Benchmarking Standards Group (ISBSG), de internationale not-for- profit organisatie die projectdata in de markt verzamelt, analyseert en vastlegt in repositories met als doel de industrie te faciliteren bij het nemen van betere beslis- singen op basis van data – in plaats van op meningen. Harold is nog steeds actief binnen deze organisatie en nauw betrokken bij het datacollectie- en analyseproces. Harold heeft door de jaren vele artikelen, papers en blogs geschreven over het vakgebied en deze gepre- senteerd op vele nationale en internationale conferen- ties. Samen met collega Frank Vogelezang heeft hij een hoofdstuk gepubliceerd in het boek Rethinking Produc- tivity in Software Engineering (Apress Open, 2019).
  • 21. 21 OVER DE AUTEUR FRANK VOGELEZANG Na zijn studie Scheikunde aan de Universiteit van Utrecht is Frank begonnen bij het projectbureau Betuweroute en heeft daar de digitalisering van ontwerp en aanleg vanuit klantzijde mede vormgegeven. Vanuit deze rol was de over- stap naar de IT een logisch vervolg. Bij IQUIP (later opge- gaan in Sogeti) en Ordina heeft Frank een zeer divers scala aan IT-projecten begroot en verschillende klanten geholpen bij het opzetten en uitvoeren van hun be- grotingen. Frank heeft meer dan 20 jaar ervaring in het meetbaar maken van softwareontwikkeling en beheer. Als Pricing Officer heeft hij zich gericht op de bepaling van de juiste prijs voor aanbiedingen op het gebied van realisatie van projecten en programma’s en het behe- ren en vernieuwen van portfolio’s. Sinds 2017 is Frank verbonden aan Metri, waar hij betrokken is bij het hele dienstenpalet, zowel diensten met een financieel ka- rakter (begroten vooraf, benchmarken achteraf) als met een sourcing-karakter (bijvoorbeeld leveranciersselectie en contractanalyse). Naast zijn werk is Frank betrokken bij internationale organisaties op het gebied van standaardisatie van de meetbaarheid van software. Zo is hij inhoudelijk eigenaar van de meetmethodes van COSMIC (ISO/IEC 19671:2011) en Nesma (ISO/IEC 24570:2018) en is hij betrokken geweest bij het opzetten van de professione- le certificering van het begroten van software-intensieve projecten door ICEAA. Ook bestuurlijk is Frank actief in het werkveld. Hij is jarenlang bestuurslid geweest van de Nesma en is nu actief als Chairman van het Executive Committee van COSMIC. Frank publiceert regelmatig over zijn vakgebied in nationale en internationale media en geeft trainingen en keynotes. Zijn laatste boekpublicatie was samen met collega Harold van Heeringen: een hoofdstuk over benchmarking in het boek Rethinking Productivity in Software Engineering (Apress Open, 2019).
  • 22. 22 BRONNEN EN REFERENTIES 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 Een minimum viable product (MVP) is de eerste versie van een product of dienst die zo vroeg mogelijk wordt geïmplementeerd bij de klant, waarbij waarde wordt geleverd aan de klant. Time & material (T&M) is een contractvorm waarbij de leverancier een inspanningsverplichting aangaat. De klant betaalt op basis van het aantal bestede uren en het afgesproken uurtarief. iceaaonline.com nesma.org Zie bijvoorbeeld Fred Brooks, The Mythical Man-month, Addison-Wesley, 1975, 1995. https://en.wikipedia.org/wiki/The_Mythical_Man-Month Daniel Kahneman, Ons feilbare denken (Business Contact 2016) John D. Vu, Process Improvement in Retrospective (lessons learned from software projects), SEPG Conference, maart 2005, Seattle Christophe Commeyne, Alain Abran, Rachida Djouab, Effort Estimation with Story Points and COSMIC Function Points - An Industry Case Study, Software Measurement News Vol. 21, No. 1, 2016, pp 25-36 Hennie Huijgens, Evidence-based Software Portfolio Management, PhD thesis Delft Technical University, february 2018, chapter 5 www.isbsg.org Markteffect, Ordina Digital Monitor High performance teams, december 2019
  • 23. 23 Metri adviseert toonaangevende organisaties om maximale waarde uit hun IT-functie te halen. Metri bedient organisaties onder meer met validatie van hun ICT-budgetten en vergelijking met de markt (benchmarking), het oplossen van sourcing-vraagstukken met een onderbouwing middels business cases en ondersteuning van rationalisatietrajecten van het applicatielandschap. Met de inzet van zijn ecosysteem, uitgebreide kennis en ervaring, ondersteunt Metri organisaties ook bij de monitoring van applicatieontwikkeling en -beheer. Door het geautomatiseerd meten van softwarecode geeft Metri op een kostenefficiënte wijze inzicht in de omvang en kwaliteit van applicaties. Hiermee zijn de prestaties te meten van interne of externe leveranciers die het onderhoud en beheer van applicaties uitvoeren. Metri ondersteunt zowel afnemers als leveranciers. Ons operating model vereist dat dit altijd vanuit een onafhankelijke positie in de markt gebeurt; onafhankelijkheid en objectiviteit is de kern van onze dienstverlening. Metri is opgericht in 2003 en telt momenteel 36 medewerkers. Metri voert op jaarbasis 120 projecten uit, met een gemiddelde klantwaardering van 8,2. Wil je meer weten of heb je een specifieke vraag/ opmerking? Neem dan contact met Metri op via onderstaande QR code. OVER METRI