PPT van HH gebaseerd op het artikel over innovatie in Wissels, Socius, van de hand van Gie Van den Eeckhaut. Doelgroep: teams sociaal cultureel werk, verenigingen, instellingen, scholen? Organisaties die maatschappelijk relevant willen blijven.
1. Vormingplus + Innovatie
De arrogantie van succes is denken
dat wat je gisteren deed, zal volstaan
voor morgen.
Hervormen telt niet; dat is alleen maar
hetzelfde anders doen.
Innoveren is écht iets anders doen.
2. Vele maatschappelijke uitdagingen schreeuwen om innovatie
•Vergrijzing aanpakken
• Nieuwe doelgroepen bereiken
• Het klimaat redden
•Omgaan met een meer diverse samenleving
•Duurzaamheid ….
•……….
En ik zal het niet voor U
doen!
3. Het sociaal cultureel werk is noodzakelijk en essentieel innoverend
(en is dat altijd geweest, of liever, moeten zijn)
De laboratoriumfunctie
En nieuwe uitdagingen blijven komen: globalisering, diversiteit, transitie.
Ze bestonden niet, dus bestonden de nodige antwoorden ook niet.
Het gat tussen wat we kunnen en wat we willen kunnen of zouden moeten
kunnen is groot.
4. Wat betekent innovatie?
Traditioneel Sociale innovatie is een
nieuw antwoord op een
“Research and
maatschappelijke
development” uitdaging dat effectiever
is, efficiënter,
duurzamer of
Sociale innovatie =
lerende organisatie,
rechtvaardiger dan
competentiemanage- bestaande antwoorden,
ment, zelfsturende en waarvan vooral de
teams samenleving de
vruchten plukt.
5. Sociale innovatie
Product met
sociale waarde:
Proces:
- Een dienst
- Een voorziening - Nieuwe ideeën
- Een beleid - Nieuwe normen
- Een methodiek - Nieuwe omgangsvormen
- Nieuwe identiteiten
6. Soorten van innovatie
• “Vernieuwend verbeteren”
• Het is er al maar we maken het beter
• Incrementele innovatie (zie verder)
• Is doelbewust, blauwdrukdenken
• Radicaal omkeren, aantasten, vervangen
• Het was er nog niet maar we vinden het uit
• Transformatieve innovatie
• Is open, onbestemd
7. 2 soorten van strategieën
• “Deliberatestrategies”, van probleemanalyse naar
planning en implementatie. Blauwdrukdenken.
Leren van lessen uit het verleden.
• “Emergentstrategies”, van interactie naar
ontluikende patronen en oplossingen. Werken in
een “adaptieve mode”.
Waar denk je dat beleidsplanning thuishoort? En “goodpractices”?
8. Emergentstrategies
• Geen plannen, wel planning
• Onzekerheid is na te streven
• Feedback, context, verbinding zijn
voorwaarden
• Geen modellen en patronen van goede
praktijken
• Ontdekken onderweg
9.
10. Single loop – double loop
Single loop Double loop
• Je • In je vernieuwingneem je
zoekteenvernieuwendant ook de
woord om uitgangspuntenachter je
aandezelfdedoelen te doelstellingen en je
werken strategiemee
• Leidttotincrementeleinno • Leidttotfundamentele of
vatie transformatieveinnovatie
11. Planmatige single loop Planmatige double loop
• Goedepraktijken • Doelbewusteinnovatiep
• Lenenbij de buren rocessen
• Nieuwesporen
• Loslaten
Adaptieve single loop Adaptieve double loop
• Opportuniteiten • Ontstaan van
• Experimenteren nieuwenetwerken en
organisaties
• Oppikken van
onderstromen,
tijdsgeest
12. Innoverenmoet je leren
• Op organisatieniveau
• Op medewerkersniveau
• Op deelnemersniveau
• Op netwerkniveau
• Vb1: APPRECIATIVE INQUIRY
(waarderendonderzoek): van
problemenoplossennaarsamentoekomstcreëren.
• Vb2: Verken je grenzen: vernieuwingkomt van buiten, niet
van binnen.
• Vb3: sociaalleren; van expert naarcoöperant. Ervaringen en
contextprimerenbovenrollen en gesteldedoelen.
14. Van
incidentelevernieuwingnaareenverank
erdestrategie van vernieuwing
• Creëereenklimaat van innovatie
– Tijd, ruimte, grensgebieden, vreemdeverbindingen
– Dialoog, wederkerigheid, gezamenlijkeigenaarschap
• Experimenteer, riskeer, reflecteer en toets; hou
de uitkomst open!
• Verbreed de competenties in de organisatie
• Agogischemogelijkhedenvergroten met
praktijkenalscreatiefdenkenenz.
• Methodisch en reflectiefdenken
• Vernieuwingaantrekkelijkmaken (passie en beloning)
15. We kunnen natuurlijk ook ervoor kiezen irrelevant te worden.
Maar is het niet zo dat anderen
dan onze plaats zullen innemen?
Of al ingenomen hebben? Daar
ergens op die grote boze vrije
markt?