10. Go Zone 1
Kennis-uitwisseling
164
75
88
20
49
84
99
28
38
48
95
101
106
32
35
41
43
50
86
108
Kennis-uitwisseling
4.25
3.62
1.55
Implementation
2 3.18 4.36
Importance
r = 0.06
28. Meer gebruik maken
van sociale netwerksites
om nieuws (op thema) over
Onderwijsinnovatie met ICT
te delen.
38. Kennis café
introduceren. Tijdens
bijeenkomsten informatie
delen, bv op een zeepkist
staan.
48. Forum-achtige
omgeving voor alle
relevante vragen van alle
medewerkers (Vraagbaak).
95. Delen van succesvolle
onderwijsvernieuwingen
met ICT via online media.
101. Voorlichtingsdag.
106. Dag van het onderwijs.
32. Delen van
succesverhalen.
35. Docenten elkaar laten
inspireren op
workshopmiddagen waarin
praktijkonderzoek
gepresenteerd wordt.
41. Het delen van good
practices, concrete
voorbeelden, naast hoog-
over theorie (evidence)
43. Enthousiaste docenten
kort laten vertellen over
hun innovatie.
50. Best practices delen.
86. Zorg voor een centrale
plek "hub" waar alle
informatie gedeeld wordt.
108. Vaker landelijk
uitwisselen zoals vandaag,
we worstelen allemaal met
dezelfde issues.
20. Freaky fridays voor
docenten om met
onderwijsvernieuwing met
ICT aan de slag te gaan.
49. Good practices over
instellingen heen
bundelen.
84. Een wekelijks
innovatie-café?
organiseren met open
inloop per instituut.
99. Collegiale visitatie,
binnen en buiten de eigen
opleiding/instelling.
1. Samenwerken op kennis-
uitwisseling piloten om
good practices te schetsen.
64. Mislukte pogingen tot
vernieuwen delen.
75. Een gezamenlijk online
platform voor kennis-
uitwisseling bouwen.
88. Het vormen van een
nationaal netwerk om een
eenduidige benadering
mogelijk en toegankelijk te
maken voor het verzamelen
van evidence, een best
practice in het onderzoeken
van de effectiviteit,
didactische inzetbaarheid en
appreciatie van applicaties.
11. Go Zone 2
Community/Netwerk
11
29
70
98
23
24
30
4452
90
96
61
87
85
Community/Netwerk
4.25
3.11
1.55
Implementation
2 3.35 4.36
Importance
r = 0.57
85. Multidisciplinaire
teams.
23. Community's en
netwerken.
24. Bij elkaar brengen van
onderwijskundig gedreven
en technologie-gedreven
innovatie.
30. Alle ICTO coaches
vormen samen een
community.
44. Expertise van de
mensen in je organisatie
beter zichtbaar maken.
52. Bekendheid geven aan
die infrastructuur.
90. Praktische
handreikingen voor
docenten op basis van
kennis en onderzoek.
96. Zorg voor meer
bekendheid bij
medewerkers van
ondersteunende diensten
over het concept
onderwijsinnovatie.
11. Versterken van de
sociale contacten via
inhoudsgerichte co?tale
events (excursies, scholing,
...)
29. Echte samenwerking
en kennisuitwisseling op
het gebied van
Onderwijsontwikkeling
(met of zonder ICT) tussen
universiteiten en hoge
scholen.
70. Interne netwerken
versterken door inzet van
Office Teams.
98. Gebruikmaken van
connectors in het sociale
netwerk (sociale
netwerktheorie van The
Tipping Point).
61. Werkplaatsen of
labs aan elkaar
verbinden.
87. Samenwerken met
andere organisaties.
12. Go Zone 3
Ondersteuning
4
6781
8
10
18
26
42
54
68
78
94
9
80
12
16
19
63
Ondersteuning
4.25
3.07
1.55
Implementation
2 3.58 4.36
Importance
r = 0.73
4. Elk instituut een e-
adviseur/ ICTO-coach.
67. ICTO coaches
aanstellen per opleiding.
81. Bemiddelaars tussen
docent en techniek.
8. Ondersteunen van
implementatie, ook na het
innovatieproject is
voltooid.
10. Aanwezigheid van
expertise direct op de
werkvloer/in de
koffiekamer.
18. Goede ondersteuning
zorgen: van training, online
en offline ondersteuning
26. Een informatiepunt of
aanspreekpunt, liefst met
een fysieke ruimte om
bijeen te komen.
42. Faciliteren van
docenten met praktische
handreikingen.
54. Aanwezigheid van een
helpdesk.
68. Een duidelijk loket voor
docenten.
78. ICTO coaches inbedden
in de opleidingsteams.
94. Aanstellen van ICTO
coaches die teams kunnen
helpen in de combinatie
van ICT/Didactische
innovatie.
12. Flexibele
ondersteuning.
16. Ondersteuning van
docenten ook voldoende
trainen om docenten het
werk uit handen te nemen.
19. Vorming nieuw
organisatieonderdeel.
63. Expertise centra
vormen per instituut waar
docenten terecht kunnen
met hun
onderwijsinnovatie.
9. Voldoende inzet van
mensen die over de hele
linie docenten kunnen
ondersteunen: van
strategisch tot
operationeel.
80. Werkplaatsen
oprichten die docenten
faciliteren met tijd en
ruimte om te
experimenteren.
13. Go Zone 4
Middelen/Voorwaarden
22
66 71
34
40
92
47
56
82
83
97
102
62
Middelen/Voorwaarden
4.25
2.71
1.55
Implementation
2 3.71 4.36
Importance
r = 0.50
62. Zorg dat voorlopers
beloond worden in
waardering.
47. incentives geven voor
hen die er mee bezig zijn (of
goede plannen er voor
hebben).
56. Belonen van docenten
die bezig zijn met
onderwijsvernieuwing met
ICT (zet hen in de spotlight).
82. Zorgen dat gedreven
docenten aangehaakt
blijven.
83. Middelen alloceren voor
innovatie.
97. Faciliteren van
docentprofessionalisering
obv dat wat werkelijk weten
obv wetenschap tav
onderwijsinnovatie met ICT.
102. Ruimte cre?ren daar
waar energie zit in plaats
van voorlopers laten
wachten op de logge
goegemeente.
22. Meer intern budget
voor onderzoek naar ons
eigen onderwijs
(onderzoekers niet alleen
extern financieren).
66. Aansturing waar
mogelijk centraal.
71. Platte organisatie voor
betere netwerkverbinding
door de organisatie heen.
Geen horizontale en/of
verticale structuren.
34. Faciliteren van
docenten met uren.
40. Draagvlak cre?ren
onder de mensen die het
uiteindelijk moeten doen:
docenten en studenten.
92. Ontwikkel en
ontwerptijd.
14. Go Zone 5
Proces/ Hoe
2
91
7
57
13
3745
17
27
31
36
46
Proces/Hoe
4.25
2.82
1.55
Implementation
2 3.29 4.36
Importance
r = -0.27
13. Open source software
gebruiken, zodat we
gezamenlijk hieraan
kunnen bouwen.
37. Ontwerpgericht
ontwikkelen/design
thinking aanpak.
45. Design thinking
benutten om iets te
maken dat er nog niet is.
2. Kortcyclisch ontwikkelen
(agile/scrum/lean).
91.
Onderzoeksinstrumenten
beschikbaar stellen.
7.
Studentevaluatieformulieren
tbv beoordelen van
vakken/cursussen herzien
obv de gevalideerde
vragenlijst behorende bij
het Community of Inquiry
(CoI) framework.
57. Instellingsoverstijgend
onderwijsonderzoek.
17. Zorgen dat ICT
ontwikkelingen en
onderwijsinnovatieprojecten
meer gezamenlijk
plaatsvinden (en evidence
informed zijn).
27. Geen innovatieproject
zonder onderzoek (gebruiken
of doen). Maak het tot
speerpunt binnen de
instelling.
31. Verbetering kwaliteit
onderwijs.
36. Open cultuur van trial en
error creeren, waar echt
geexpirimenteerd kan
worden met
onderwijsvernieuwing.
46. Ruimte en draagvlak voor
'het experiment' waarbij
falen niet als risico wordt
gezien.
15. Go Zone 6
Evidence-informed
werken
6
69
107109
58
59
73
93
105
Evidence-informed werken
4.25
2.85
1.55
Implementation
2 3.37 4.36
Importance
r = 0.71
6. Kleinschalig en
praktijkgericht onderzoek
aansluitend op de
behoefte van de docent.
69. Relevante resultaten
uit onderwijskundig
onderzoek in hoger
onderwijs ontsluiten voor
docenten.
107. Proeftuinen, pilots,
projecten faciliteren.
109. Dare to fail and dare
to share the failure.
59. Een model voor
evidence-informed manier
van onderwijs ontwerpen
met elkaar ontwikkelen.
73. Samenwerken aan
onderwijsonderzoek.
93. Brede adoptie van het
Community of Inquiry (CoI)
framework.
105. Structuur voor
toegankelijk en vindbaar
maken van OI
onderzoeksresultaten
verstrekken, misschien
nationaal net.
58. Voor nationale
problemen niet
instellingen allemaal zelf
het wiel laten uitvinden
(AVG, overige wet- en
regelgeving rond
accreditaties,
bijvoorbeeld,
licentieproblematiek,
internationaal
samenwerken).
16. Go Zone 7
Visie
15
25
33
77
21
72
7476
79
51
53
55
65
89
60
103
Visie
4.25
2.67
1.55
Implementation
2 3.81 4.36
Importance
r = -0.15
21. Geen uurtje-factuurtje
mentaliteit als het gaat om
kennis en ervaring delen
(noch van bestuur, noch van
uitvoerder).
72. De ICT niet als
speerpunt nemen maar
docenten 'binnenhalen' op
basis van vak, leren,
studenten, daar zit hun
drive.
74. Voor onze instelling een
visie formuleren op EIOI.
76. Duidelijke visie op
onderwijs met daarbij de
eisen voor docenten en ook
de verwachtingen voor
studenten.
79. Beleid schept kaders.
15. Onderwijskundige
programma's en visies
aansluiten op ICT-programma's
en visies en vice versa.
25. Maak besluitvorming over
innovatie transparant.
33. Onderwijs herwaarderen als
core business, waardoor er in
investeren voor de docenten
loont.
77. Opnemen van dit thema in
de nieuwe onderwijsvisie.
60. Meer geld voor
praktijk onderzoek labs.
103. Veranderstrategieen
inbedden.
51. Opnemen in beleid van
de instelling.
53. Een breed gedragen
visie op het thema.
55. Aansluiten bij visie.
65. Werken van een visie
op onderwijs waar ICT een
logisch maar ook integraal
onderdeel vanuit uitmaakt.
89. Verbinding tussen visie
vanuit instelling/CvB en
initiatieven vanuit de
'vloer'.
17. Go Zone 8
Overig
3
14
100
5
39
104
Overig
4.25
3.39
1.55
Implementation
2 3.53 4.36
Importance
r = 0.20
5. Makkelijk toegang tot
informatie in de
leeromgeving.
3. Goede plannen belonen.
14. Docenten inspireren.
100. Kunnen we de student
hierbij betrekken?
104. Strategieen
beschrijven in korte
stories mbt bevorderen OI
en ICT.
39. Een rijke leeromgeving
voor de ontwerpers,
ontwikkelaars en
uitvoerders met tot zowel
inhoudelijke als functionele
informatie.