3. inzoomen op Jozua
1:1-18 Jozua begint zijn werk
2:1-7:26 Jordaan - gebeurtenissen rondom
8:1-12:24 Het Land - verovering
13:1-21:45 Het Land - door loting verdeeld
22:1-34 Jordaan - gebeurtenissen rondom
23:1-24:28 Jozua eindigt zijn werk
3
5. want de wet heeft de schaduw van de
op het punt staande goede (dinge)n – Hebreeën 10:1
voedsel of drank, of details van een feest of van nieuwe
maan of sabbatten…die schaduw zijn van hetgeen op
het punt staat te komen - Kolossenzen 2:16 5
6. Jozua 1:
1:1 Jozua - aanstelling als leider over het volk
1:2-4 geschiedenis verteld - beloften van Jahweh
1:5-9 Jahweh spoort Jozua aan
1:10,11 Jozua spreekt het volk aan
1:12-15 geschiedenis verteld - beloften van Ruben
1:16-18 Jozua - gehoorzaamheid van het volk
6
7. en het gebeurde na de dood van Mozes,
de dienaar van Jahweh - Jozua 1:1
7
8. Jahweh zei tegen Jozua de zoon van Nun,
de dienaar van Mozes - Jozua 1:1b
Ook was Jozua de dienaar van Jahweh - Jozua 24:29
Mozes (uit de stam Levi) stierf (Jozua 1:1,2)
in het land van Moab (49)
zoon van Nun (50)
– stam Efraïm:
vol van de geest van wijsheid – Deut.34:9; Num.27:8
נון
8
9. nu dan, sta op, steek deze Jordaan over, jij en heel dit volk
naar het land dat Ik hen, de zonen van Israël, zal geven 1:2
Jordaan – Hb: jarad = neerdalen
9
10. Elke plaats die jouw voetzool betreedt geef Ik je,
overeenkomstig wat Ik tot Mozes gesproken heb
Jozua 1:3 (Deuteronomium 11:24) 10
11. Jozua + Israël Christus + gemeente
leidt Israël
het beloofde
land binnen,
alle aardse
zegeningen
in Jozua
boekrol: Jozua
God zet al de leden
van Zijn lichaam te
midden van
de hemelsen;
iedere geestelijke
zegen in
Christus
brief: Efeziërs
(Hebreeën)
Jozua: Christus:
11
12. van de woestijn en deze Libanon af tot aan de grote rivier de
Eufraat, heel het land van de Hethieten en tot de grote zee,
waar de zon ondergaat, zal uw gebied zijn – Jozua 1:4 12
13. het land werd toen aan
Israël door loting toebe-
deeld: Jozua 13:1-19:31
13
14. wij in de geest:
doen wat Jozua 1:3 zegt : elke plaats waar je je voet
neerzet heb Ik je gegeven (te midden van hemelsen)
14
wij zijn meer dan overwinnend
door Hem Die ons liefheeft – Romeinen 8:37
15. 15
Niemand zal tegenover jou standhouden al de dagen van je
leven. Zoals Ik met Mozes geweest ben, zal Ik met jou zijn
Ik zal je niet loslaten en je niet verlaten Jozua 1:5
16. het land wordt binnenkort
aan Israël door loting toe-
bedeeld: bezitters hebben
het lotdeel eonisch leven
Matt.19:29; Mc.10:17;
Luc.10:25; 18:18
16
17. 17
vanaf moment van binnenkomen in het land: strijd om te
aan te vallen, te veroveren en te bezetten = Israël
18. 18
wees standvastig en resoluut…. - Jozua 1:6,7,9
want jij zult dit volk in hun lotdeel:
het land voeren wat Ik hun vaderen
gezworen heb hun te zullen geven
19. In Hem ook zijn wij door loting aangewezen…. Ef. 1:11
verzegeld met de geest van de belofte, die een waarborg
van onze lotgenieting is Ef. 1:13b,14
alle gemeenteleden is eonisch leven toegeloot – Titus 3:7
als een genadegeschenk – Romeinen 6:23
ons domein is in
de hemelen,
niet op aarde
(Fil. 3:20)
19
21. 21
vanaf moment lotdeel boven - bezetten: strijd / verdedigen
standhouden en staan
wapenrusting van God
REDDING
RECHTVAARDIGHEID
GODS UITSPRAAKAANTIJGINGEN
BRIEVEN
E-MAIL
EVANGELIE VAN
VREDE
niet tegen bloed en vleeslichaam
van
Christus
22. 22
wees standvastig en zeer resoluut door nauwlettend
te handelen overeenkomstig heel de torah die Mozes,
Mijn dienaar, jullie bepaald heeft Jozua 1:7
torah = onderwijzing
daaraan vasthouden
wij: voorbeeld van
onderricht via Paulus
23. 23
trek je niet ervan terug, noch naar rechts of links, dat je
verstandig zal voortgaan in waar je ook gaat Jozua 1:7b
wij: Galaten 1:8,9
wijken niet af
24. 24
Laat deze boekrol niet wijken uit jullie mond, en overpeins
deze bij dag en bij nacht, dat je zou opmerken te doen al
wat erin geschreven is; want dan zul je voorspoedig zijn in
je wegen Jozua 1:8
overpeinzen
dag en nacht:
25. 25
Heb ik het je niet voorgeschreven? Wees standvastig en
resoluut, schrik niet en wees niet ontsteld, want Jahweh
jullie Elohim is met jullie overal waar je gaat – Jozua 1:9