God Paul past Hebrews Christ Jesus

1. voorbeeld 4:
de navolging van Paulus – 3:1 - 4-9
Filippenzen, studie 42

2. F42
en zelfs ik, heb ik ook vertrouwen in het vlees? (vers 4)
indien iemand anders meent op vlees te vertrouwen,
ik nog meer…..
Paulus kon roemen op zijn vlees,
meer dan de twaalf, meest onge-
letterde apostelen.

3. F42
besnijdenis op de achtste dag
 Genesis 17:12, 21:4;
Leviticus 12:3
verbondsteken
8e dag = nieuw begin/schepping
chen = = 8-50 = genade
1
‫חן‬

4. uit het geslacht Israël
F42
2

5. van de stam Benjamin
Romeinen 11:1
Rachel stierf na zijn geboorte, noemde
hem Ben-oni (zoon van mijn smart)
ook koning Saul en Esther uit Benjamin
(zoon van mijn rechterhand)
F41
3

6. “Hebreeër uit de Hebreeën” - Filippenzen 3:5
Abram was Hebreeër
passanten – voorbij trekkenden, was pelgrim in Kanaän.
Genesis 15:5: nakomelingen als sterren
F42
4

7. “Hebreeër uit de Hebreeën”
Abraham - besneden 
Genesis 22:17, 28:14: nakomelingen als zand aan de zee
F42
4

8. F42
voor en tijdens Mattheüs – Johannes
tot op Handelingen 2
fase 1
volk Israël
verwierp het
koninkrijk en
de Koning

9. F42
vanaf Handelingen 2
volk Israël 
groep bekeerlin-
gen uit Israël
3000 + dat is de
koninkrijksge-
meente
ongelovig
fase 2

10. vanaf Handelingen 9/13
F42
volk Israël 
S/Paulus
koninkrijks-
volgers 9-12
gelovigen uit
de natiën 13:2
e.v.
bekeerlingen
uit Israël 3000+
= koninkrijks-
gemeente
fase 3
nieuwe roeping

11. F42
Johannes Markus en Barnabas
Handelingen 12:25 JM mee
Handelingen 13:13 JM afgescheiden
Handelingen 15:35-41 Barnabas (+ JM) afgescheiden

12. Hebreeën brief
- aan wie geschreven? Hebreeën
- groep uit Israël o.l.v. Barnabas – een Leviet (op-
)hemels, 6x :
roeping (3:1)
geschenk (6:4)
goddelijke dienst (8:5)
dingen gereinigd (9:23)
land (11:16)
Jeruzalem (12:22)
F42

13. periode: Handelingen 13-28
F42
volk Israël
ongelovig
bekeerlingen
Israël - 3000+
= koninkrijksge- 
meente
Hebreeën
o.l.v. Barnabas
en Johannes 
Markus
Paulus en
gelovigen uit
de natiën
Hebreeën-
brief fase 4

14. Hebreeën brief bereidde de Hebreeën
voor op Efeziërs (5x: te midden van de hemelsen)
samen met Paulus + geroepenen de natiën.
door Efezebrief zich bewust van een vaste
hemelse positie én toekomst in en met Christus Jezus
F42

15. periode: na Handelingen 28 :
F42
volk Israël
ongelovig in
diaspora na
70 AD
bekeerlingen
Israël koninkrijks-
gemeente ver-
strooid en valt
weg
Hebreeën
+ gelovigen uit
de natiën=
gezamenlijk-
lichaam
Efeziërs
fase 5

16. iomnaar de wet Farizeeër Ha 23:6; 26:5
een Joodse sekte, talrijk en krachtig
*nemen het ritueel nauw in acht
*rigide aanhangers van de Mozaïsche wet
*met grote toewijding
*in hun hart hypocriet
*hun eigen tradities zijn meer waard dan de Schrift
*plaatsen ceremonie boven de aanbidding van en liefde tot God
-omschrijving in de Keyword Concordance van CLNT-
F42
5

17. Iomin ijver de uitgeroepen gemeente vervolgend
 instemming met steniging Stefanus – Hand. 8
verwoesten van de ekklesia van God – Gal. 1:13,14
was: een lasteraar, vervolger, geweldenaar – 1 Tim. 1:13
F42
6

18. iomnaar de gerechtigheid . in de wet onberispelijk wordend
F42
7
VLEES

19. GENADE – NIEUWE SCHEPPING – IN CHRISTUS
F42
8
GODS GEEST