3. 13 Jozefs in de Bijbel:
1. Jozef, zoon van Rachel, eerstgeborene – Genesis 30:22
2. Verspieder uit stam Manasse - Numeri 13:7
3. Leviet, uit de familie van Asaf, 1 Kronieken 25:2
4. Ezra 10:42 iemand die een uitheemse trouwde
5. Nehemia 12:14, Levitische man, één van de hoofden
6. Vader van de Heer Jezus (naar de wet), zoon van David - Lucas 3:23
7. Broer van de Heer Jezus, Joses (vergriekste vorm) - Marcus 15:40,47
8,9,10 - Lucas 3:24,26,30 – geslachtsregister 3x Jozef
11. Jozef van Arimatea - Mattheüs 27:57
12. Jozef Barsabas, Handelingen 1:23, uit stam Levi
13. Jozef Barnabas, zoon van vertroosting, Handelingen 4:36,37, Leviet van Cyprus,
ontfermt zich over Saulus, gaat naar Antiochië met Paulus (uit Benjamin).
4. Jozef
Jozef = toevoeger
Zafnath Paaneach : redder van de wereld (eeuw)
Genesis 41:45 onthuller van verborgenheden
was herder, werd ook koning, Genesis 37:3
יוסף
5. overzicht van Jozefs leven:
37: Jozef en zijn broers: het raadsbesluit van God
weerstaan en verworpen
38: Intermezzo. De geschiedenis van Juda
39-41: Jozef in Egypte, zijn vernedering
42-45: Jozef en zijn broers: het raadsbesluit van God
tot stand gebracht en erkend
46: Intermezzo. De namen van de kinderen van Israël
47:1 Jozef in Egypte, zijn verhoging
missie van Jozef:
potentieel
missie van Jozef:
voleindigd
6. Jozef, de meesterdromer
3 paar tijdens zijn leven:
- 1. Jozef droomt dubbel, spreekt van zijn toekomst
schoven =
‘..God heeft mij voor jullie uit
gezonden tot behoud van leven’
Genesis 45:5
7. Jozef, de meesterdromer
- 1. Jozef droomt dubbel, spreekt van
zijn toekomst
zon, maan en sterren =
‘de zegeningen van je vader gaan de zegeningen van mijn voorouders
te boven tot aan het verlangen van de eonische heuvels; mogen zij tot
het hoofd van Jozef komen en tot de kroon van de uitgekozene onder
zijn broers’ Genesis 49:26
9. Jozef en zijn broers
Jozef ging op zoek
naar zijn broers, die
waren niet in Sichem,
maar in Dotan
Genesis 37:12-18
10. Jozef en zijn broers
Jozef verkocht
naar Egypte
20 zilverstukken
Genesis 37:28
11. 39:1 Jozef in het huis van Potifar
39:2-5 Jahweh is met Jozef
39:6 Alles aan Jozef toevertrouwd
39:7-19 Jozef en de vrouw van Potifar
===============================================
39:20 Jozef in de gevangenis
39:21 Jahweh is met Jozef
35:14-23 Alles aan Jozef toevertrouwd
40:1-23 Jozef en de hofmeesters
===============================================
41:1-14 Jozef voor de Farao
41:15-36 Jahweh is met Jozef
41:37-45 Alles aan Jozef toevertrouwd
41:46,47 Jozef en de Farao
dienaar
gevangene
prins
12. * Jozef in Potifars huis
* aan Jozef alles gegeven
* tegenstander actief - verleiding
14. Jozef, de meesterdromer
- 3. de farao
‘de droom van Farao, het (is) één’
– Genesis 41:25,26
LEVEN LEVENSONDERHOUD
15. Gods werk met Jozef
– uitwerking, inzet Genesis 42-50
Editor's Notes
Baruch : zegen , verband met bikkur (eerstgeborene) en brk (knielen)
Toevoeger: koren uit Egypte voor zijn familie, maar ook voor de andere volkerenHij voegt leven toe in Egypte, door zijn uitleg werden jaren aan de schenker toegevoegd, et cetera.Manasse : God heeft mijn smart weggenomen, Efraim: dubbele vrucht
Jozef = Jozef van Jakob, Jozef van Maria, Jozef van Arimatea
Zon, maan en sterren = vader, moeder, broers vrouw in Openbaring 12zon = mannelijk maan = vrouwelijk broers = sterren, ze hebben alle hun impact en betekenis.
God moves in a mysterious way:
Sichem = schouder - verantwoordelijkheid, de eik bij Sichem, daar gaat de afgoderij weg, terafim verstopt. Daar begint het nieuwe verbond, zij horen daar hun kudden te weiden, Jozua 20:7; 21:21 Levitische vrijstad (3 westelijk en 3 oostelijk) , uitbeelding van de koninkrijks=gemeente, houthakken, ijzer van de steel af.Dothan: twee bronnen, verdeeldheid van menselijke gewoontes en religies – Joodse volk : vergeef hun want …. Na de opstanding hebben ze Hem verworpen. Sichem: Jozef begraven, de eerste koning van Israel werd er geboren (Richteren 8) en onder de eik uitgeroepen tot koning. Benjamin werd in leven gehouden in Sichem. Koningen werden uitgeroepen in Sichem 1 Koningen 12 Rehabeam, ging mee met Jozef, begin van onze bedeling, grondgebied van Efraim.Sichar: Samaritaanse vrouw- jullie brood kopen, was alleen met die vrouw bij die ene bron. Adat = recht, wet, gewoonte, onderdeel van de cultuur, adat komt uit het Hb: hangt samen met Dothan: wet in de zin van regel.ontstane voorschriften, traditieDot , Dothan = hun wetten, regels, uitbeelding van judaisme. Laat maar zitten, ballingschap, Israel en Juda nieuw verbond. Zacharia: vasten? Zoek het zelf uit, Ik heb niet gezegd dat je moest vasten. Geen pos uitspraak over judaisme. Hun wetten, het feest van de Joden was nabij. Hinderde om te geloven – Duty. Hun regels. Zonder je broers kun je niet thuiskomen, en uiteindelijk namen ze zijn gebeente mee naar Kanaan.
Juda verkocht Jozef voor 20 zilverstukken – de Heer verkocht door Judas voor 30 zilverstukken Matt.26:14-16; 27:3-5
Jahweh is met Jozef 3x -
Jozef had makkelijk de weg naar de troon kunnen nemen: knieval maken voor Potifars vrouw (intrige) – Jozef handelt in geloof en vlucht wegDe Heer had makkelijk de troon kunnen krijgen: knieval maken voor de tegenstander – de Heer zegt: er staat geschreven – geloof.
Schenker = wijn (vreugde van leven) Bakker = brood (leven)