2. Daar staan Piet, Fleur en Tess dan, voor hun huis. Daar, waar hun nieuwe leven als student zal beginnen.
3. Nu ja, eigenlijk zijn het twee huizen: in het ene wonen Piet en Fleur, daar is ook de leerhoek en het salon.
4. En in het andere woont Tess voorlopig nog alleen. Maar als Milan komt, zullen ze samen in dit gedeelte gaan wonen. Dit is ook het huis waar de keuken is, en waar ze samen eten.
5. De drie jongeren beginnen meteen met hun specialisatie te kiezen. Piet gaat voor Toneel.
6. Tess voelt heel goed mensen aan. Daarom kiest zij voor Psychologie.
7. Fleur twijfelt nog even, maar beslist uiteindelijk om Kunst te gaan studeren.
8. Piet en Tess hebben al meteen college, en vertrekken een beetje zenuwachtig naar hun eerste les.
9. Fleur hoeft zich nog geen zorgen te maken, maar besluit wel om haar tijd nuttig te gebruiken: ze begint al aan haar paper te schrijven.
10. Wanneer Piet en Tess weer thuiskomen, beginnen ook zij te leren. Maar ondanks het vele studeren, hangt er toch een heel gezellige sfeer in het huis.
11. Niet veel later vertrekt ook Fleur naar haar eerste college. Met knikkende knieën, ook al hebben Tess en Piet haar vertelt dat het best meevalt.
12. Piet en Tess hebben – tussen de papers door – een interessant gesprek over… de liefde!
13. Nadat Piet een hele tijd heeft vertelt hoe gek hij wel is op Fleur, vraagt hij opeens aan Tess: “En, hoe zit het nu tussen jou en Milan?”
14. Tess schrikt op: “Hoezo, tussen mij en Milan? Er is niks tussen ons, we zijn alleen maar goede vrienden!”
15. “Goede vrienden, laat me niet lachen!”, roept Piet van achter zijn computer, “Ik heb Milan nog wel naar je zien kijken hoor, toen je laatst bij ons thuis was!”
16. Tess weet even niet meer wat te zeggen. “Ik euhm… ik begin alvast aan het eten.”, zegt ze, en staat snel op.
17. Tess snijdt de groenten, en zet de aardappelen en de biefstukken op het vuur. Daarna gaat ze op haar bed liggen.
18. De woorden van Piet over Milan blijven door haar hoofd zinderen. Zou hij echt een oogje op haar hebben?
19. “Hé, dromer!”, hoort ze Fleur dan opeens vanuit de keuken roepen, “Gelukkig kwam ik op tijd binnen, anders zouden we nu aangebrande aardappelen en biefstuk moeten eten!”
20. Na het eten worden de nodige opdrachten gemaakt en papers geschreven. De drie voelen zich al helemaal thuis in het studentenleven.
