12. Dan zet hij zijn dochtertje in de living neer: “Ga jij nu maar even spelen, dan kan papa zich snel omkleden.”
13. En dat laat Ellen zich geen twee keer zeggen! Meteen kruipt ze naar de speeltafel, neemt een kleurkrijtje en begint te tekenen.
14. Pas dan heeft Milan eindelijk tijd om zijn vrouw te begroeten: “En hoe gaat het vandaag met mijn allerliefste Tessje?” “Valt wel mee. De baby heeft me wel op tijd laten merken wanneer ik aan een rustpauze toe was!”
15. “Zo, dus jij past een beetje op je mama? Hopelijk blijf je even braaf wanneer je straks ook op de wereld bent!”
16. “Maar zeg nu tegen je mama dat ze best in bed mag kruipen als ze wil. Papa en grote zus zullen zich samen wel redden!”
17. Tess volgt de goede raad van haar man en de baby op, en kruipt onmiddellijk in bed. Pas nu voelt ze hoe moe ze eigenlijk wel is.
18. Milan doet intussen een poging om zijn dochtertje te leren lopen. Zolang hij haar handje vasthoudt, lukt het wel.
19. Maar telkens als hij haar loslaat, laat Ellen zich pardoes weer op de grond vallen!
20. Pas als ze ongeveer de hele living hebben doorkuist, lukt het Ellen eindelijk om enkele losse stapjes in de richting van haar vader te zetten.
21. En dan is het hek helemaal van de dam. Stapje voor stapje loopt Ellen de hele kamer door, en Milan tilt haar trots in de lucht: “Mijn flinke meid! Ik wist wel dat je het kon!”
22. “En nu zal ik je maar eens in je bedje gaan leggen, hé? Je zal wel moe zijn na een hele avond oefenen!”
23. Maar net op dat moment klinkt er een pijnlijke kreet vanuit de slaapkamer: “Milan! Het… het is begonnen!”
24. Milan, die net in de kinderkamer staat, zet zijn dochtertje op de grond en snelt naar de slaapkamer. Ellen volgt hem nieuwsgierig, ze vraagt zich af wat papa nu opeens gaat doen.
25. “Milan, help me dan! Dit is… zo mogelijk… nog erger als bij Ellen!”
26. Milan probeert Tess zo goed mogelijk bij te staan, maar hij vindt het zelf ook verschrikkelijk om zijn vrouw zo te zien afzien.
27. En Ellen, die kijkt met grote ogen toe. Waarom maakt mama zulke rare bewegingen, en waarom gilt ze zo? En wat staat papa daar zo vreemd te doen?
28. Haar verbazing wordt nog groter, wanneer ze haar moeder opeens met een baby in haar armen ziet staan!
29. “Hallo, ventje!”, fluistert Tess zachtjes, “Wat ben jij mooie, zeg! Je hebt je vaders huidskleur, maar mijn blonde haren en blauwe ogen!”
30. Met bevende handen geeft ze het kleintje door aan Milan, die ontroerd zijn zoontje in zijn armen wiegt.
31. En daardoor merkt hij niet, dat Tess opnieuw begint te kreunen en te puffen: “Milan… er komt er geloof ik nog één!”
32. En na veel gegil en gepers, wordt er uiteindelijk nog een kindje geboren: “Het is een meisje!” mompelt Tess, terwijl ze de baby van alle kanten bekijkt, “En deze keer is ze helemaal een kopietje van mij!”
33. Ellen, die naar de speeltafel gekropen was, kijkt vreemd op wanneer haar ouders binnenkomen: “Wa is da?”
34. “Dit is je broertje, Arne.”, zegt Milan, terwijl hij trots zijn zoontje zijn eerste flesje geeft.
35. “En dit hier is je zusje!”, zegt Tess in het voorbijlopen, “Ze heet Hazel.”
36. Door de komst van de tweeling, moet het kleine huisje een hele verbouwing ondergaan.
37. Er wordt een nieuwe verdieping aangebouwd, met een blauwe kamer voor Arne, en een roze voor Hazel.
38. Apetrots maar doodmoe gaan Milan en Tess de twee nieuwe aanwinsten van de familie in hun bedjes leggen.
39. En door alle drukte met de tweeling… vergaten ze Ellen bijna, die intussen half in slaap bij haar tekentafel zit. “Mama! Papa! Ellen moe… Ellen slape?”
40. “Och, meidje toch…” vermoeid tilt Tess haar dochtertje op, “Mama was je helemaal uit het oog verloren. Kom, nu gaan we lekker slapen, hé?”
41. De volgende dag is het alweer stressen geblazen! Tess heeft een telefoontje gekregen van haar baas dat ze onmiddellijk opnieuw moet komen werken, als ze niet ontslagen wil worden. Daardoor zijn Milan en zij op hetzelfde moment van huis, en moet het kindermeisje gebeld worden.
42. Mopperend stapt Tess in haar carpool: “Hij ziet het gewoon niet hé, onze baas? Hij snapt niet dat ik – behalve geld – ook liefde en aandacht aan mijn kinderen moet geven om hen goed op te voeden?!”
43. En dat Ellen aandacht nodig heeft… dat laat ze meteen goed horen door een keel op te zetten!
44. Gelukkig is het kindermeisje er, om de drie kleintjes te verzorgen.
45. En na een paar uur komt Tess dolgelukkig thuis: “Mijn baas is toch de slechtste nog niet! Ik heb meteen weer promotie gemaakt!”, roept ze enthousiast door de hele straat.
46. Ze bedankt het kindermeisje, en loopt meteen met Ellen door naar haar kamertje om haar op het potje te zetten.
47. Niet veel later komt ook Milan thuis, ook met promotie en een vette bonus!
48. Van dat geld kunnen ze ramen in de bovenverdieping laten zetten, en er wordt ook een stukje aan het huis bij gebouwd.
49. In dat stuk bevindt zich de grotere keuken en een tafel met acht stoelen, voor de toekomstige gezinsuitbreiding. Maar de tafel kan die avond ook al goed gebruikt worden voor het bezoek…
51. “Dat zal ik jou en Tess meteen eens allemaal vertellen!”, zegt Piet enthousiast, “Maar laten we eerst even gaan zitten.”
52. “Zo, kom nu maar op met je verhaal!”, zegt Milan ongeduldig, wanneer ze even later met hun drieën aan tafel zitten.
53. “Wel”, begint Piet, “Vlak nadat we getrouwd waren, zijn Fleur en ik op huwelijkreis geweest naar Simalië. Een prachtig land om te zien, echt een aanrader!”
54. “Tenminste… zolang je niet door die roze wolk heen kijkt. Fleur en ik ontdekten toevallig de grote armoede in dit land, de sloppenwijken, mensen die met z’n twintigen in een huisje wonen dat kleiner is als datgene waarin jullie deze uitdaging begonnen zijn,…”
55. “We werden aangeklampt door een vrouw, Miriam. Ze was wanhopig: haar ouders waren net gestorven, zowel haar echtgenoot als haar schoonouders waren doodziek, en ze moest twee kleine kinderen verzorgen.”
56. “Hoe verder de vakantie vorderde, hoe meer problemen Miriam kreeg in haar gezin. Haar gezondheid en die van haar kinderen ging ook met de dag achteruit. En…” Piet stopt even omdat ze deur achter hen opengaat.
57. Daar staat Fleur, met een peuterjongetje op haar arm. Achter haar schuifelt een donker meisje binnen, dat nieuwsgierig de kamer rondkijkt.
58. “Dit is ons nieuwe gezinnetje.” Piet loopt trots naar het meisje toe: “Onze adoptiedochter heet Véronique, het jongetje is haar broertje Victor.”
59. Milan is wat overdonderd door al wat hij net gehoord heeft, maar loopt toch hartelijk op het meisje toe: “Welkom in onze familie, Véronique! Ik ben je oom Milan.” Maar de kleine meid kijkt hem enkel verbaasd aan.
60. Ze mompelt iets wat de anderen niet kunnen verstaan, en dan begrijpen Milan en Tess dat Véronique en Victor hun taal nog niet spreken.
61. Maar in tegenstelling tot zijn zus, voelt Victor zich hier wel meteen thuis. Hij kruipt meteen naar de tekentafel en zoekt een kleurkrijtje uit.
62. En ook Véronique begint langzaam los te komen. Wanneer ze in haar vreemde taal tegen Ellen begint te brabbelen, klaart haar gezichtje meteen op.
63. En Ellen… die voelt zich al helemaal op haar gemak bij haar nieuwe nichtje!
64. Wanneer Piet, Fleur en de kinderen naar huis gaan, doet Véronique dan toch haar mond open: “Lief… Tess, Milan, Ellen… lief…”, mompelt ze zachtjes.