SlideShare a Scribd company logo
1 of 109
Caire!
Drs. R. Balistreri
r.balistreri@jdw.nl
@geschiedenisles
Wat is
maatschappij-
leer?
Vandaag:
 Wat gaan we dit jaar
doen?
 Wat is de Nederlandse
maatschappij?
 De maatschappij dat
ben jij!
 Wat is
maatschappijleer?
Maatschappijleer in klas 4
D1 = Parlementaire democratie
D2 = Rechtsstaat
D3 = Praktische opdracht Massamedia
(onderzoeksjournalistiek)
D4 = Verzorgingsstaat en
Pluriforme samenleving
Excursie naar Den Haag, gastlessen,
wekelijks Kahoot Nieuwsquiz
Programma 4A
Programma 4B
Programma 4C
Programma 4D
Programma 4E
De Nederlandse
samenleving…
https://www.youtube.com/w
atch?v=yayMuZxlttc
https://www.youtube.com/wat
ch?v=Uc2CeJe8v7k
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
De maatschappij ben jij!
 In de tram
 In het park
 De plas
 Wat gaat er mis?
https://sire.nl/campagnes/de-maatschappij-dat-ben-jij-4/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://sire.nl/campagnes/de-maatschappij-dat-ben-jij-4/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
Vandaag:
 Wat zijn maatschappelijke
problemen?
 Wat zijn waarden en
normen?
 Wat moet de overheid doen
aan maatschappelijke
problemen?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Maatschappelijke problemen:
 Gaan (grote) groepen
mensen aan
 Hangen samen met
maatschappelijke
veranderingen
 Roepen verschillende
meningen op m.b.t. oorzaak
en aanpak
 Vragen om een
gemeenschappelijke
oplossing
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Waarden, normen en belangen
 Waarde = een principe dat
mensen belangrijk vinden
 Norm = opvatting over hoe
mensen zich moeten
gedragen
 Belang = voordeel dat
mensen ergens bij hebben
(gemeenschappelijk of
tegengesteld)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Plato: “Naar mijn mening wordt een
staat gesticht omdat ieder menselijk
individu voor zichzelf niet voldoende
is en aan meer behoefte heeft”
 Hobbes: “oorlog van allen tegen
allen”; enige manier om mensen te
doen laten afzien van geweld is:
samenwerken en rechten / vrijheden
over te dragen aan
allesoverheersende macht
(Leviathan; de soeverein)
 Anarchisten wijzen hogere macht af
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Drie kenmerken van een
staat:
 Beschikt over eigen
grondgebied
 Grondgebied wordt bewoond
door groep mensen (volk)
 Staat heeft hoogste macht
(soevereiniteit)
 Belasting, geweldsmonopolie,
openbare orde
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Politiek: “Het beleid van de
overheid, de totstandkoming van
dat beleid en de effecten ervan”
 Europees, landelijk,
provinciaal en gemeentelijk
niveau
 In de politiek worden
verschillende opvattingen en
belangen afgewogen
 Politieke actoren =
betrokkenen bij politiek beleid
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Macht, invloed en gezag
 Macht = het vermogen iets gedaan
te krijgen
 Invloed = resultaat van het gebruik
van macht
 Gezag = als anderen macht
accepteren en erkennen
 Machtsbases (factoren waarop
macht is gebaseerd): geld, functie,
kennis en ervaring
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Politiek probleem: een
maatschappelijk probleem dat door de
politiek wordt aangepakt
 Niet ieder maatschappelijk
probleem wordt een politiek
probleem
 Civil society = het maatschappelijk
middenveld (organisaties buiten de
overheid als: kerken, vakbonden,
sportverenigingen, buurtorganisaties,
culturele instellingen)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
Maak de oefentoets in
LessonUp
 Wat is je score?
 Wat beheers je al goed?
 Wat beheers je nog niet
voldoende?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
Vandaag:
 Wanneer is een land
een democratie?
 Wat is een dictatuur?
 Hoe democratisch is
Nederland?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Democratie (direct en indirect) en
dictatuur
 Volksraadpleging = referendum
 Een land moet voldoen aan vier
voorwaarden om een democratie te
kunnen zijn:
 Bevolking kiest eigen bestuur d.m.v.
verkiezingen
 Verkiezingen zijn vrij en geheim
 Grondrechten vastgelegd in grondwet
(overheid respecteert grondwet)
 Er is een onafhankelijke rechterlijke macht
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://www.youtube.co
m/watch?v=Wsqol2Cmq
KQ
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://schooltv.nl/video/clipphan
ger-wat-is-een-referendum/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://infographic
s.economist.com/2
018/DemocracyInd
ex/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
Vandaag:
 Hoe is het
Nederlandse bestuur
georganiseerd op
landelijk, provinciaal
en lokaal niveau?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Burgers met stemrecht:
Nederlanders van 18 jaar of
ouder (in gemeente: alle
inwoners ≥18)
 Verkiezingen worden in
principe om de 4 jaar
gehouden
 Soms eerder of later: kabinet
valt / gemeentelijke herindeling
 De volksvertegenwoordigers
zijn georganiseerd in fracties
(partijen)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://schooltv.nl/v
ideo/clipphanger-
wat-doet-de-
gemeenteraad/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Gemeentelijk niveau:
 Bestuur (maakt wetten en voert
deze uit): college van
burgemeester en wethouders
 Coalitie van partijen met een
meerderheid in de raad
 Volksvertegenwoordiging
(controleert het bestuur): de
gemeenteraad
 Burgers kiezen gemeenteraad in
verkiezingen (om de 4 jaar)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Provinciaal niveau:
 Voorzitter: commissaris van de
Koning
 Bestuur (maakt wetten en voert
deze uit): gedeputeerde staten
 Volksvertegenwoordiging
(controleert het bestuur):
provinciale staten
 Burgers kiezen provinciale staten
in verkiezingen (om de 4 jaar)
 Provinciale staten kiezen leden
Eerste Kamer
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Landelijk niveau:
 Bestuur (maakt wetten en voert
deze uit): regering
 Regering = koning + ministers
 Kabinet = ministers +
staatssecretarissen
 Vertrouwensregel
 Volksvertegenwoordiging
(controleert het bestuur): Eerste
en Tweede Kamer
 Burgers kiezen Tweede Kamer in
verkiezingen (om de 4 jaar)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we zelf?
§ 1.3
Meer gelijkheid of meer
vrijheid?
§ 1.4
Regering of parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje is
iedereen gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
Maak de oefentoets in
LessonUp
 Wat is je score?
 Wat beheers je al goed?
 Wat beheers je nog niet
voldoende?
Wopke’s en Willy’s
Maak een alternatieve
Miljoenennota
- 3 onderwerpen waar meer
geld naartoe moet
- 3 onderwerpen waar minder
geld naartoe moet
Schrijf een alternatieve
Troonrede (ong. 10 regels)
- Hoe gaat het volgens jou
met NL?
- Wat moet er volgens jou
komend jaar gebeuren?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.3
Meer gelijkheid
of meer
vrijheid?
Vandaag:
 Welke politieke stromingen
zijn er in Nederland?
 Hoe zijn de politieke
stromingen ontstaan?
 Welke standpunten hebben
politieke stromingen?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Politieke stromingen:
een groep mensen die min
of meer dezelfde
opvattingen heeft over de
inrichting van de
maatschappij en de
verhouding tussen
overheid en samenleving
 Liberalisme, socialisme,
confessionalisme
 Niet hetzelfde als politieke
partijen!
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Liberalisme legt de nadruk op
vrijheid van het individu
 Economische vrijheid:
‘onzichtbare hand’ (Adam Smith)
 Persoonlijke vrijheid: overheid
moet burgers zo veel mogelijk
met rust laten (alleen kerntaken:
orde en rust)
 Persoonlijke belangen (lage
belastingen en uitkeringen)
 Liberalisme in Nederland: VVD,
D66
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Socialisme ontstond als reactie op
slechte omstandigheden van arbeiders
 Communisme (radicaal): klasseloze
samenleving d.m.v. socialistische
revolutie
 Sociaal-democratie (gematigd):meer
gelijkheid d.m.v. wetgeving
 Gelijkheid en gelijke kansen
(overheid moet zwakkeren
beschermen)
 Socialisme in Nederland: PvdA, SP,
GroenLinks
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Confessionalisme (christen-
democratie):
 Bijbelse waarden (naastenliefde,
verantwoordelijkheid,
rentmeesterschap, gezin als
hoeksteen, tegen abortus/euthanasie)
 Beperkte rol voor de overheid
(voorkeur voor civil society)
 Middenpositie tussen gelijkheid en
vrijheid
 Christendemocratie in Nederland:
CDA, ChristenUnie, SGP
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
De rol van de overheid:
 Liberalen  passieve overheid
 Alleen kerntaken, persoonlijke en
economische vrijheid
 Socialisten  actieve overheid
 Overheid moet zorgen voor zo veel
mogelijk gelijkheid (zwakkeren
beschermen)
 Confessionelen  aanvullende overheid
 Alleen overheid als civil society niet kan
helpen
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Populisme: politieke stijl,
speelt in op gevoelens van
onvrede van het volk
 Fascisme: sterk anti-
democratisch, geen vrijheid of
gelijkheid, racistisch,
nationalistisch, problemen
oplossen met geweld
 Ecologisme: welvaartsgroei
mag niet ten koste gaan van
het milieu
Liberalisme Socialisme Confessio-
nalisme
Belangrijkste
waarden:
Economische vrijheid
Persoonlijke vrijheid
Gelijkwaardigheid
Solidariteit
Geloof
Naastenliefde
Doel: Vrijheid (doen en
laten wat je wilt)
Bescherming vrijheid
Eerlijke verdeling van
inkomen, kennis en
macht
Bescherming
zwakkeren
Respect voor het
woord van de Bijbel
Samenleving waarin
mensen voor elkaar
zorgen
Komt vooral op
voor:
Werkende burgers en
ondernemers
Bedrijven
Mensen met weinig
geld
Mensen met minder
kansen
Gezinnen met
kinderen
Christelijke
instellingen
Rol van de
overheid:
Passief: alleen zorgen
voor veiligheid
Actief: ongelijkheid
tegengaan
Beperkt: alleen als er
geen andere hulp is
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.3
Meer gelijkheid
of meer
vrijheid?
Vandaag:
 Welke politieke partijen
zijn er in Nederland?
 Wat is het verschil
tussen links, rechts,
progressief en
conservatief?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Conservatief versus progressief
 Conservatief = behoudend,
vasthouden aan traditionele
waarden, veranderingen
moeten langzaam worden
doorgevoerd
 Progressief = vooruitstrevend,
de samenleving moet
veranderen, er moet meer
gelijkwaardigheid komen
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Verschil tussen links en rechts
 Links staat voor:
gelijkwaardigheid, eerlijke
verdeling van
inkomen/kennis/macht,
bescherming van zwakkeren en
een actieve overheid
 Rechts staat voor: vrijheid
(persoonlijke en economische),
nadruk op belangen van het
individu en het bedrijfsleven en
een passieve overheid
https://schooltv.nl/video/waarom-
spreken-we-in-de-politiek-van-links-
en-rechts-vooruitstrevend-versus-
conservatief/playlist/209/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Standpunten linkse partijen:
 Grote sociaal-economische rol
overheid
 Veel sociale zekerheid (daarom:
hoge belastingen)
 Weinig vertrouwen in vrije markt
 Ondersteunen minderheden
 Nivellering (kloof arm en rijk
dichten)
 Ontwikkelingshulp
 Overheid heeft verzorgingstaak
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Standpunten rechtse partijen:
 Vrijheid: dus minder overheids-
regels
 Geen belastingverhoging
 Taak overheid: bescherming
rechtsorde (passieve rol)
 Internationale bescherming
vrijheid
 Nadruk op individu en bedrijfs-
leven
 Geloof in de vrije markt
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Middenpartij / Centrumpartij:
 Partij die soms een links en soms
een rechts standpunt inneemt (of
van allebei iets)
One-issuepartij:
 Partij die zich voornamelijk bezig
houdt met één thema
Ga naar:
https://tweedekamer2017
.stemwijzer.nl/#intro
Wat is jouw politieke
voorkeur?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Mini-presentatie over een politieke partij
(voorbereiden tijdens de les, in duo’s, maximaal 2
minuten)
 Hoe veel zetels heeft deze partij?
 Zit deze partij in de coalitie of in de oppositie?
 Wat zijn de belangrijkste standpunten van deze partij?
 Wie is de leider van deze partij?
 Zou je op deze partij stemmen? Waarom wel of waarom
niet?
§ 1.3
Meer gelijkheid
of meer
vrijheid?
Maak de oefentoets in
LessonUp
 Wat is je score?
 Wat beheers je al goed?
 Wat beheers je nog niet
voldoende?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
Vandaag:
 Wat is het parlement?
 Welke taken en
bevoegdheden hebben
de Eerste en de Tweede
Kamer?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Parlement bestaat uit:
 Tweede Kamer:
 150 leden
 direct verkozen
 meer bevoegdheden
 Eerste Kamer:
 75 leden
 indirect verkozen
 minder politiek (chambre de
réflextion)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://www.
ntr.nl/html/m
icrio/schooltv
/tweedekame
r/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://schooltv.nl
/video/clipphange
r-hoe-werkt-de-
tweede-kamer/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Tweede Kamer
 Heeft een medewetgevende
taak:
 Recht van initiatief (Kamerleden
komen zelf met wetsvoorstellen)
 Recht van amendement
(Kamerleden wijzigen
wetsvoorstel van het kabinet)
 Budgetrecht (Kamerleden kunnen
begroting goedkeuren, wijzigen
of afkeuren)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Tweede Kamer
 Heeft een controlerende taak (1):
 Recht van parlementaire enquête
(of een eenvoudiger middel:
parlementair onderzoek)
 Recht van interpellatie (Kamerleden
mogen vragen stellen aan de
regering)
 Kamerleden kunnen een
spoeddebat (dertigledendebat)
aanvragen
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Tweede Kamer
 Heeft een controlerende taak (2):
 Kamerleden kunnen moties
indienen:
 Motie van treurnis (de Kamer
betreurt een besluit)
 Motie van afkeuring (regering
moet beleid bijstellen)
 Motie van wantrouwen (Kamer
zegt vertrouwen in minister /
regering op)
Eerste Kamer Tweede Kamer
Recht van
initiatief
NEE JA
Recht van
amendement
NEE JA
Budgetrecht NEE JA
Recht van
enquête
JA JA
Recht van
interpellatie
JA JA
Motierecht JA JA
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://schooltv.nl/video/clip
phanger-hoe-werkt-de-eerste-
kamer/
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
Vandaag:
 Wat is de regering?
 Volgens welke stappen
verloopt het
formatieproces?
 Hoe komt in Nederland een
nieuwe wet tot stand?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Nederland is een constitutionele
monarchie: macht Koning wordt beperkt
door Grondwet
 Koning mag geen politieke uitspraken doen
(‘recht om geraadpleegd te worden, recht
om aan te moedigen, recht om te
waarschuwen’)
 Koning speelt géén rol bij de formatie
 Informateur, formateur en
regeerakkoord, beëdiging door de
Koning, bordesscène, regerings-
verklaring
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Coalitie (samenwerking
regeringspartijen) en
oppositie
 Meerderheidskabinet of
minderheidskabinet
 Grondwet: “Koning is
onschendbaar” 
ministeriële
verantwoordelijkheid
 Minister, staatssecretaris,
ministerie, vertrouwensregel
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Parlementair stelsel: zwaartepunt
ligt bij parlement (voorbeeld:
Nederland)
 Presidentieel stelsel: striktere
scheiding van machten, president is
staatshoofd en regeringsleider
tegelijk (voorbeeld: VS)
 Impeachment-procedure
 Checks and balances
 Dualisme (regering regeert,
parlement controleert) en monisme
(overwicht van de regering)
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
Maak de oefentoets in
LessonUp
 Wat is je score?
 Wat beheers je al goed?
 Wat beheers je nog niet
voldoende?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
Vandaag:
 Hoe kan je als burger
invloed uitoefenen op de
politiek?
 Welke rol hebben de
media in de politieke
besluitvorming?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Als burger kun je ook zonder
verkiezingen invloed
uitoefenen:
 Persoonlijk contact met een
volksvertegenwoordiger
(Kamerlid, gemeenteraadslid)
 Lid worden van een politieke
partij
 Een burgerinitiatief opzetten
 Media (ingezonden brief in de
krant, sociale media, televisie)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Politieke partijen vervullen vier
functies:
 1: rekrutering en selectie
 2: articulatie (formuleren) en
 3. aggregatie (samenbrengen
in programma) van wensen
en belangen
 4. socialisatiefunctie (door
scholing en ontwikkelingen
leren hoe politieke systeem
werkt)
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Functies van massa-
media:
1. Amusementsfunctie
2. Informatieve functie
3. Meningsvormende
functie
4. Agendafunctie
5. Waakhondfunctie
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Pressiegroepen:
 Belangengroepen (lobby):
behartigen van belangen
in persoonlijke contacten
met politici en ambtenaren
 Actiegroepen: actief voor
één bepaald doel, houden
op te bestaan als doel
bereikt is
 Ambtenaren worden ook wel
de vierde macht genoemd
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Model van
politieke
besluitvorming:
4 barrières
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Davies J-curve:
als verwachtingen
en werkelijkheid
onacceptabel uit
elkaar liggen,
ontstaat een
opstand
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
Maak de oefentoets in
LessonUp
 Wat is je score?
 Wat beheers je al goed?
 Wat beheers je nog niet
voldoende?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Beslissen we
zelf?
§ 1.3
Meer
gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement:
waar ligt het
zwaartepunt?
§ 1.5
In het
stemhokje zijn
we gelijk. Maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we
meer of
minder
Europa?
§ 1.6
Willen we meer
of minder
Europa?
Vandaag:
 Hoe is de Europese
samenwerking
ontstaan?
 Hoe werken de
Europese instellingen?
 Welke discussies zijn er
over Europa?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
Ontstaan Europese
samenwerking:
 1951: oprichting EGKS
(Europese Gemeenschap voor
Kolen en Staal)
 1957: oprichting EEG (Europese
Economische Gemeenschap)
 1993: Europese Gemeenschap
wordt Europese Unie; ook
samenwerking op niet-
economisch gebied
 Nu: 28 leden
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
https://www.youtube.com/watc
h?time_continue=82&v=gsXRMQ
H2hbY
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Uitvoerende macht:
 Europese Commissie
(één commissaris
per lidstaat,
verantwoordelijk
voor een bepaald
beleidsterrein) >
supranationaal
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Wetgevende macht:
 Raad van de Europese Unie
(Raad van Ministers) >
intergouvernementeel
 Europees Parlement
(medewetgever,
volksvertegenwoordiging,
Europese fracties, Brussel +
Straatsburg) > supranationaal
 Europese Raad (Eurotop) >
intergouvernementeel
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
 Rechterlijke macht:
 Hof van Justitie van de
Europese Unie
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
§ 1.1
Wie lost onze
problemen op?
§ 1.2
Wie beslist?
§ 1.3
Meer gelijkheid of
meer vrijheid?
§ 1.4
Regering of
parlement: waar ligt
het zwaartepunt?
§ 1.5
In het stemhokje
zijn we gelijk, maar
daarbuiten?
§ 1.6
Willen we meer of
minder Europa?
§ 1.6
Willen we meer
of minder
Europa?
Maak de oefentoets in
LessonUp
 Wat is je score?
 Wat beheers je al goed?
 Wat beheers je nog niet
voldoende?

More Related Content

More from RemyBalistreri

2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
2020 04 uitslag 2 april Merz PubquizRemyBalistreri
 
Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?RemyBalistreri
 
Hoe nieuw is het coronavirus
Hoe nieuw is het coronavirusHoe nieuw is het coronavirus
Hoe nieuw is het coronavirusRemyBalistreri
 
Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?RemyBalistreri
 
Lesbrief coronavirus in historisch perspectief
Lesbrief coronavirus in historisch perspectiefLesbrief coronavirus in historisch perspectief
Lesbrief coronavirus in historisch perspectiefRemyBalistreri
 
1 gs memo h1 jagers en boeren
1 gs memo h1 jagers en boeren1 gs memo h1 jagers en boeren
1 gs memo h1 jagers en boerenRemyBalistreri
 
5 gs gwp tijdvak 9 en 10
5 gs gwp tijdvak 9 en 105 gs gwp tijdvak 9 en 10
5 gs gwp tijdvak 9 en 10RemyBalistreri
 
5 gs gwp thema democratie
5 gs gwp thema democratie5 gs gwp thema democratie
5 gs gwp thema democratieRemyBalistreri
 
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
4 ml dilemma h4 pluriforme samenlevingRemyBalistreri
 
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaatRemyBalistreri
 
4 ml dilemma h2 rechtsstaat
4 ml dilemma h2 rechtsstaat4 ml dilemma h2 rechtsstaat
4 ml dilemma h2 rechtsstaatRemyBalistreri
 

More from RemyBalistreri (20)

2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
 
Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?
 
Hoe nieuw is het coronavirus
Hoe nieuw is het coronavirusHoe nieuw is het coronavirus
Hoe nieuw is het coronavirus
 
Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?
 
Lesbrief coronavirus in historisch perspectief
Lesbrief coronavirus in historisch perspectiefLesbrief coronavirus in historisch perspectief
Lesbrief coronavirus in historisch perspectief
 
1 gs memo h3 romeinen
1 gs memo h3 romeinen1 gs memo h3 romeinen
1 gs memo h3 romeinen
 
1 gs memo h2 grieken
1 gs memo h2 grieken1 gs memo h2 grieken
1 gs memo h2 grieken
 
1 gs memo h1 jagers en boeren
1 gs memo h1 jagers en boeren1 gs memo h1 jagers en boeren
1 gs memo h1 jagers en boeren
 
5 gs gwp tijdvak 9 en 10
5 gs gwp tijdvak 9 en 105 gs gwp tijdvak 9 en 10
5 gs gwp tijdvak 9 en 10
 
5 gs gwp tijdvak 8
5 gs gwp tijdvak 85 gs gwp tijdvak 8
5 gs gwp tijdvak 8
 
5 gs gwp tijdvak 7
5 gs gwp tijdvak 75 gs gwp tijdvak 7
5 gs gwp tijdvak 7
 
5 gs gwp tijdvak 6
5 gs gwp tijdvak 65 gs gwp tijdvak 6
5 gs gwp tijdvak 6
 
5 gs gwp tijdvak 5
5 gs gwp tijdvak 55 gs gwp tijdvak 5
5 gs gwp tijdvak 5
 
5 gs gwp thema democratie
5 gs gwp thema democratie5 gs gwp thema democratie
5 gs gwp thema democratie
 
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
 
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
 
4 ml dilemma h2 rechtsstaat
4 ml dilemma h2 rechtsstaat4 ml dilemma h2 rechtsstaat
4 ml dilemma h2 rechtsstaat
 
4 gs gwp tijdvak 4
4 gs gwp tijdvak 44 gs gwp tijdvak 4
4 gs gwp tijdvak 4
 
4 gs gwp tijdvak 3
4 gs gwp tijdvak 34 gs gwp tijdvak 3
4 gs gwp tijdvak 3
 
4 gs gwp tijdvak 2
4 gs gwp tijdvak 24 gs gwp tijdvak 2
4 gs gwp tijdvak 2
 

4 ml dilemma h1 parlementaire democratie

  • 2. Wat is maatschappij- leer? Vandaag:  Wat gaan we dit jaar doen?  Wat is de Nederlandse maatschappij?  De maatschappij dat ben jij!  Wat is maatschappijleer?
  • 3. Maatschappijleer in klas 4 D1 = Parlementaire democratie D2 = Rechtsstaat D3 = Praktische opdracht Massamedia (onderzoeksjournalistiek) D4 = Verzorgingsstaat en Pluriforme samenleving Excursie naar Den Haag, gastlessen, wekelijks Kahoot Nieuwsquiz
  • 4. Programma 4A Programma 4B Programma 4C Programma 4D Programma 4E
  • 6. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? De maatschappij ben jij!  In de tram  In het park  De plas  Wat gaat er mis? https://sire.nl/campagnes/de-maatschappij-dat-ben-jij-4/
  • 7. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? https://sire.nl/campagnes/de-maatschappij-dat-ben-jij-4/
  • 8. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 9. § 1.1 Wie lost onze problemen op? Vandaag:  Wat zijn maatschappelijke problemen?  Wat zijn waarden en normen?  Wat moet de overheid doen aan maatschappelijke problemen?
  • 10. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Maatschappelijke problemen:  Gaan (grote) groepen mensen aan  Hangen samen met maatschappelijke veranderingen  Roepen verschillende meningen op m.b.t. oorzaak en aanpak  Vragen om een gemeenschappelijke oplossing
  • 11. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Waarden, normen en belangen  Waarde = een principe dat mensen belangrijk vinden  Norm = opvatting over hoe mensen zich moeten gedragen  Belang = voordeel dat mensen ergens bij hebben (gemeenschappelijk of tegengesteld)
  • 12. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Plato: “Naar mijn mening wordt een staat gesticht omdat ieder menselijk individu voor zichzelf niet voldoende is en aan meer behoefte heeft”  Hobbes: “oorlog van allen tegen allen”; enige manier om mensen te doen laten afzien van geweld is: samenwerken en rechten / vrijheden over te dragen aan allesoverheersende macht (Leviathan; de soeverein)  Anarchisten wijzen hogere macht af
  • 13. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Drie kenmerken van een staat:  Beschikt over eigen grondgebied  Grondgebied wordt bewoond door groep mensen (volk)  Staat heeft hoogste macht (soevereiniteit)  Belasting, geweldsmonopolie, openbare orde
  • 14. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Politiek: “Het beleid van de overheid, de totstandkoming van dat beleid en de effecten ervan”  Europees, landelijk, provinciaal en gemeentelijk niveau  In de politiek worden verschillende opvattingen en belangen afgewogen  Politieke actoren = betrokkenen bij politiek beleid
  • 15. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Macht, invloed en gezag  Macht = het vermogen iets gedaan te krijgen  Invloed = resultaat van het gebruik van macht  Gezag = als anderen macht accepteren en erkennen  Machtsbases (factoren waarop macht is gebaseerd): geld, functie, kennis en ervaring
  • 16. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Politiek probleem: een maatschappelijk probleem dat door de politiek wordt aangepakt  Niet ieder maatschappelijk probleem wordt een politiek probleem  Civil society = het maatschappelijk middenveld (organisaties buiten de overheid als: kerken, vakbonden, sportverenigingen, buurtorganisaties, culturele instellingen)
  • 17. § 1.1 Wie lost onze problemen op? Maak de oefentoets in LessonUp  Wat is je score?  Wat beheers je al goed?  Wat beheers je nog niet voldoende?
  • 18. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 19. § 1.2 Beslissen we zelf? Vandaag:  Wanneer is een land een democratie?  Wat is een dictatuur?  Hoe democratisch is Nederland?
  • 20. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Democratie (direct en indirect) en dictatuur  Volksraadpleging = referendum  Een land moet voldoen aan vier voorwaarden om een democratie te kunnen zijn:  Bevolking kiest eigen bestuur d.m.v. verkiezingen  Verkiezingen zijn vrij en geheim  Grondrechten vastgelegd in grondwet (overheid respecteert grondwet)  Er is een onafhankelijke rechterlijke macht
  • 21. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 22. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? https://www.youtube.co m/watch?v=Wsqol2Cmq KQ
  • 23.
  • 24. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? https://schooltv.nl/video/clipphan ger-wat-is-een-referendum/
  • 25. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 26. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? https://infographic s.economist.com/2 018/DemocracyInd ex/
  • 27. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 28. § 1.2 Beslissen we zelf? Vandaag:  Hoe is het Nederlandse bestuur georganiseerd op landelijk, provinciaal en lokaal niveau?
  • 29. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Burgers met stemrecht: Nederlanders van 18 jaar of ouder (in gemeente: alle inwoners ≥18)  Verkiezingen worden in principe om de 4 jaar gehouden  Soms eerder of later: kabinet valt / gemeentelijke herindeling  De volksvertegenwoordigers zijn georganiseerd in fracties (partijen)
  • 30. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? https://schooltv.nl/v ideo/clipphanger- wat-doet-de- gemeenteraad/
  • 31. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Gemeentelijk niveau:  Bestuur (maakt wetten en voert deze uit): college van burgemeester en wethouders  Coalitie van partijen met een meerderheid in de raad  Volksvertegenwoordiging (controleert het bestuur): de gemeenteraad  Burgers kiezen gemeenteraad in verkiezingen (om de 4 jaar)
  • 32.
  • 33. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Provinciaal niveau:  Voorzitter: commissaris van de Koning  Bestuur (maakt wetten en voert deze uit): gedeputeerde staten  Volksvertegenwoordiging (controleert het bestuur): provinciale staten  Burgers kiezen provinciale staten in verkiezingen (om de 4 jaar)  Provinciale staten kiezen leden Eerste Kamer
  • 34.
  • 35. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Landelijk niveau:  Bestuur (maakt wetten en voert deze uit): regering  Regering = koning + ministers  Kabinet = ministers + staatssecretarissen  Vertrouwensregel  Volksvertegenwoordiging (controleert het bestuur): Eerste en Tweede Kamer  Burgers kiezen Tweede Kamer in verkiezingen (om de 4 jaar)
  • 36. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje is iedereen gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 37.
  • 38.
  • 39.
  • 40. § 1.2 Beslissen we zelf? Maak de oefentoets in LessonUp  Wat is je score?  Wat beheers je al goed?  Wat beheers je nog niet voldoende?
  • 41. Wopke’s en Willy’s Maak een alternatieve Miljoenennota - 3 onderwerpen waar meer geld naartoe moet - 3 onderwerpen waar minder geld naartoe moet Schrijf een alternatieve Troonrede (ong. 10 regels) - Hoe gaat het volgens jou met NL? - Wat moet er volgens jou komend jaar gebeuren?
  • 42. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 43. § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? Vandaag:  Welke politieke stromingen zijn er in Nederland?  Hoe zijn de politieke stromingen ontstaan?  Welke standpunten hebben politieke stromingen?
  • 44. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Politieke stromingen: een groep mensen die min of meer dezelfde opvattingen heeft over de inrichting van de maatschappij en de verhouding tussen overheid en samenleving  Liberalisme, socialisme, confessionalisme  Niet hetzelfde als politieke partijen!
  • 45. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Liberalisme legt de nadruk op vrijheid van het individu  Economische vrijheid: ‘onzichtbare hand’ (Adam Smith)  Persoonlijke vrijheid: overheid moet burgers zo veel mogelijk met rust laten (alleen kerntaken: orde en rust)  Persoonlijke belangen (lage belastingen en uitkeringen)  Liberalisme in Nederland: VVD, D66
  • 46. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Socialisme ontstond als reactie op slechte omstandigheden van arbeiders  Communisme (radicaal): klasseloze samenleving d.m.v. socialistische revolutie  Sociaal-democratie (gematigd):meer gelijkheid d.m.v. wetgeving  Gelijkheid en gelijke kansen (overheid moet zwakkeren beschermen)  Socialisme in Nederland: PvdA, SP, GroenLinks
  • 47. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Confessionalisme (christen- democratie):  Bijbelse waarden (naastenliefde, verantwoordelijkheid, rentmeesterschap, gezin als hoeksteen, tegen abortus/euthanasie)  Beperkte rol voor de overheid (voorkeur voor civil society)  Middenpositie tussen gelijkheid en vrijheid  Christendemocratie in Nederland: CDA, ChristenUnie, SGP
  • 48. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? De rol van de overheid:  Liberalen  passieve overheid  Alleen kerntaken, persoonlijke en economische vrijheid  Socialisten  actieve overheid  Overheid moet zorgen voor zo veel mogelijk gelijkheid (zwakkeren beschermen)  Confessionelen  aanvullende overheid  Alleen overheid als civil society niet kan helpen
  • 49. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Populisme: politieke stijl, speelt in op gevoelens van onvrede van het volk  Fascisme: sterk anti- democratisch, geen vrijheid of gelijkheid, racistisch, nationalistisch, problemen oplossen met geweld  Ecologisme: welvaartsgroei mag niet ten koste gaan van het milieu
  • 50. Liberalisme Socialisme Confessio- nalisme Belangrijkste waarden: Economische vrijheid Persoonlijke vrijheid Gelijkwaardigheid Solidariteit Geloof Naastenliefde Doel: Vrijheid (doen en laten wat je wilt) Bescherming vrijheid Eerlijke verdeling van inkomen, kennis en macht Bescherming zwakkeren Respect voor het woord van de Bijbel Samenleving waarin mensen voor elkaar zorgen Komt vooral op voor: Werkende burgers en ondernemers Bedrijven Mensen met weinig geld Mensen met minder kansen Gezinnen met kinderen Christelijke instellingen Rol van de overheid: Passief: alleen zorgen voor veiligheid Actief: ongelijkheid tegengaan Beperkt: alleen als er geen andere hulp is
  • 51. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 52.
  • 53. § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? Vandaag:  Welke politieke partijen zijn er in Nederland?  Wat is het verschil tussen links, rechts, progressief en conservatief?
  • 54. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Conservatief versus progressief  Conservatief = behoudend, vasthouden aan traditionele waarden, veranderingen moeten langzaam worden doorgevoerd  Progressief = vooruitstrevend, de samenleving moet veranderen, er moet meer gelijkwaardigheid komen
  • 55. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Verschil tussen links en rechts  Links staat voor: gelijkwaardigheid, eerlijke verdeling van inkomen/kennis/macht, bescherming van zwakkeren en een actieve overheid  Rechts staat voor: vrijheid (persoonlijke en economische), nadruk op belangen van het individu en het bedrijfsleven en een passieve overheid https://schooltv.nl/video/waarom- spreken-we-in-de-politiek-van-links- en-rechts-vooruitstrevend-versus- conservatief/playlist/209/
  • 56. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Standpunten linkse partijen:  Grote sociaal-economische rol overheid  Veel sociale zekerheid (daarom: hoge belastingen)  Weinig vertrouwen in vrije markt  Ondersteunen minderheden  Nivellering (kloof arm en rijk dichten)  Ontwikkelingshulp  Overheid heeft verzorgingstaak
  • 57. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Standpunten rechtse partijen:  Vrijheid: dus minder overheids- regels  Geen belastingverhoging  Taak overheid: bescherming rechtsorde (passieve rol)  Internationale bescherming vrijheid  Nadruk op individu en bedrijfs- leven  Geloof in de vrije markt
  • 58. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Middenpartij / Centrumpartij:  Partij die soms een links en soms een rechts standpunt inneemt (of van allebei iets) One-issuepartij:  Partij die zich voornamelijk bezig houdt met één thema
  • 60. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Mini-presentatie over een politieke partij (voorbereiden tijdens de les, in duo’s, maximaal 2 minuten)  Hoe veel zetels heeft deze partij?  Zit deze partij in de coalitie of in de oppositie?  Wat zijn de belangrijkste standpunten van deze partij?  Wie is de leider van deze partij?  Zou je op deze partij stemmen? Waarom wel of waarom niet?
  • 61.
  • 62. § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? Maak de oefentoets in LessonUp  Wat is je score?  Wat beheers je al goed?  Wat beheers je nog niet voldoende?
  • 63. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 64. § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? Vandaag:  Wat is het parlement?  Welke taken en bevoegdheden hebben de Eerste en de Tweede Kamer?
  • 65.
  • 66.
  • 67. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Parlement bestaat uit:  Tweede Kamer:  150 leden  direct verkozen  meer bevoegdheden  Eerste Kamer:  75 leden  indirect verkozen  minder politiek (chambre de réflextion)
  • 68. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 70. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? https://schooltv.nl /video/clipphange r-hoe-werkt-de- tweede-kamer/
  • 71. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Tweede Kamer  Heeft een medewetgevende taak:  Recht van initiatief (Kamerleden komen zelf met wetsvoorstellen)  Recht van amendement (Kamerleden wijzigen wetsvoorstel van het kabinet)  Budgetrecht (Kamerleden kunnen begroting goedkeuren, wijzigen of afkeuren)
  • 72. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Tweede Kamer  Heeft een controlerende taak (1):  Recht van parlementaire enquête (of een eenvoudiger middel: parlementair onderzoek)  Recht van interpellatie (Kamerleden mogen vragen stellen aan de regering)  Kamerleden kunnen een spoeddebat (dertigledendebat) aanvragen
  • 73. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Tweede Kamer  Heeft een controlerende taak (2):  Kamerleden kunnen moties indienen:  Motie van treurnis (de Kamer betreurt een besluit)  Motie van afkeuring (regering moet beleid bijstellen)  Motie van wantrouwen (Kamer zegt vertrouwen in minister / regering op)
  • 74. Eerste Kamer Tweede Kamer Recht van initiatief NEE JA Recht van amendement NEE JA Budgetrecht NEE JA Recht van enquête JA JA Recht van interpellatie JA JA Motierecht JA JA
  • 75. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? https://schooltv.nl/video/clip phanger-hoe-werkt-de-eerste- kamer/
  • 76. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 77. § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? Vandaag:  Wat is de regering?  Volgens welke stappen verloopt het formatieproces?  Hoe komt in Nederland een nieuwe wet tot stand?
  • 78.
  • 79.
  • 80. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 81. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Nederland is een constitutionele monarchie: macht Koning wordt beperkt door Grondwet  Koning mag geen politieke uitspraken doen (‘recht om geraadpleegd te worden, recht om aan te moedigen, recht om te waarschuwen’)  Koning speelt géén rol bij de formatie  Informateur, formateur en regeerakkoord, beëdiging door de Koning, bordesscène, regerings- verklaring
  • 82. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Coalitie (samenwerking regeringspartijen) en oppositie  Meerderheidskabinet of minderheidskabinet  Grondwet: “Koning is onschendbaar”  ministeriële verantwoordelijkheid  Minister, staatssecretaris, ministerie, vertrouwensregel
  • 83.
  • 84.
  • 85. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Parlementair stelsel: zwaartepunt ligt bij parlement (voorbeeld: Nederland)  Presidentieel stelsel: striktere scheiding van machten, president is staatshoofd en regeringsleider tegelijk (voorbeeld: VS)  Impeachment-procedure  Checks and balances  Dualisme (regering regeert, parlement controleert) en monisme (overwicht van de regering)
  • 86. § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? Maak de oefentoets in LessonUp  Wat is je score?  Wat beheers je al goed?  Wat beheers je nog niet voldoende?
  • 87. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 88. § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? Vandaag:  Hoe kan je als burger invloed uitoefenen op de politiek?  Welke rol hebben de media in de politieke besluitvorming?
  • 89. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Als burger kun je ook zonder verkiezingen invloed uitoefenen:  Persoonlijk contact met een volksvertegenwoordiger (Kamerlid, gemeenteraadslid)  Lid worden van een politieke partij  Een burgerinitiatief opzetten  Media (ingezonden brief in de krant, sociale media, televisie)
  • 90. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Politieke partijen vervullen vier functies:  1: rekrutering en selectie  2: articulatie (formuleren) en  3. aggregatie (samenbrengen in programma) van wensen en belangen  4. socialisatiefunctie (door scholing en ontwikkelingen leren hoe politieke systeem werkt)
  • 91.
  • 92. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Functies van massa- media: 1. Amusementsfunctie 2. Informatieve functie 3. Meningsvormende functie 4. Agendafunctie 5. Waakhondfunctie
  • 93. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Pressiegroepen:  Belangengroepen (lobby): behartigen van belangen in persoonlijke contacten met politici en ambtenaren  Actiegroepen: actief voor één bepaald doel, houden op te bestaan als doel bereikt is  Ambtenaren worden ook wel de vierde macht genoemd
  • 94. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Model van politieke besluitvorming: 4 barrières
  • 95. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 96. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Davies J-curve: als verwachtingen en werkelijkheid onacceptabel uit elkaar liggen, ontstaat een opstand
  • 97. § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? Maak de oefentoets in LessonUp  Wat is je score?  Wat beheers je al goed?  Wat beheers je nog niet voldoende?
  • 98. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Beslissen we zelf? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk. Maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 99. § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Vandaag:  Hoe is de Europese samenwerking ontstaan?  Hoe werken de Europese instellingen?  Welke discussies zijn er over Europa?
  • 100. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Ontstaan Europese samenwerking:  1951: oprichting EGKS (Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal)  1957: oprichting EEG (Europese Economische Gemeenschap)  1993: Europese Gemeenschap wordt Europese Unie; ook samenwerking op niet- economisch gebied  Nu: 28 leden
  • 101. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa? https://www.youtube.com/watc h?time_continue=82&v=gsXRMQ H2hbY
  • 102.
  • 103. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Uitvoerende macht:  Europese Commissie (één commissaris per lidstaat, verantwoordelijk voor een bepaald beleidsterrein) > supranationaal
  • 104. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Wetgevende macht:  Raad van de Europese Unie (Raad van Ministers) > intergouvernementeel  Europees Parlement (medewetgever, volksvertegenwoordiging, Europese fracties, Brussel + Straatsburg) > supranationaal  Europese Raad (Eurotop) > intergouvernementeel
  • 105. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?  Rechterlijke macht:  Hof van Justitie van de Europese Unie
  • 106. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 107. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 108. § 1.1 Wie lost onze problemen op? § 1.2 Wie beslist? § 1.3 Meer gelijkheid of meer vrijheid? § 1.4 Regering of parlement: waar ligt het zwaartepunt? § 1.5 In het stemhokje zijn we gelijk, maar daarbuiten? § 1.6 Willen we meer of minder Europa?
  • 109. § 1.6 Willen we meer of minder Europa? Maak de oefentoets in LessonUp  Wat is je score?  Wat beheers je al goed?  Wat beheers je nog niet voldoende?