SlideShare a Scribd company logo
1 of 40
Hoofdstuk 1
Het ontstaan van
beschavingen_____________________________________________________
§ 1.2
Van oerknal naar
oermens
§ 1.3
Leven van de
landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving
verandert
§ 1.6
Goden en mummies
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Wat is er bekend
over het leven
van de jagers-
verzamelaars in
de prehistorie?
https://schooltv.nl/video/histoclips-oetzi-de-ijsmummie/
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Religies kennen scheppingsverhalen
 Charles Darwin en de
evolutietheorie
 Evolutie van de mens begon in Afrika
 Tijd van vroege voorouders:
“Steentijd” of “Prehistorie”
 Onderzoek aan de hand van
ongeschreven bronnen (werktuigen,
tekeningen, overblijfselen)
 Geschiedenis begint bij de uitvinding
van het schrift
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Homo sapiens:
“verstandige mens”
 Bestaansmiddelen:
jagen en verzamelen
 Taakverdeling tussen
mannen en vrouwen
 Gebruik van taal
belangrijkste reden
voor voorsprong
homo sapiens
§ 1.2
Van oerknal naar
oermens
§ 1.3
Leven van de
landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving
verandert
§ 1.6
Goden en mummies
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Waardoor werd
de landbouw het
belangrijkste
middel van
bestaan?
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 ± 9000 vC: landbouwrevolutie
 Vaste woonplaatsen en landbouw
in plaats van rondtrekken en
jagen
 Eerste boeren leefden in het
Midden-Oosten en Noord-Afrika
 Enorme veranderingen voor de
mensheid: ontstaan van de eerste
beschavingen
 Overgang naar landbouw duurde
duizenden jaren
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Oorzaken voor het ontstaan
van landbouw:
 Bevolkingsgroei (meer voedsel
nodig)
 Afname grote dieren (andere
voedselbronnen zoeken)
 Mesopotamië erg vruchtbaar
 Kennis over planten en dieren
groeide
 Einde laatste ijstijd
 >> meer zekerheid
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Gevolgen van het ontstaan van
landbouw:
 Vaste woonplaats en huizen
 Bevolkingsgroei (door de
veiligheid)
 Ontstaan van dorpjes
 Landbouwtechnieken maken
hogere productie mogelijk
 Uitvindingen (zoals het wiel en
het schrift)
 Verspreiding veeziekten
Veeteelt Akkerbouw Nieuwe
uitvindingen
Landbouwrevolutie (schematisch)
Hogere voedselproductie
Groei van dorpen
Ontstaan ambachten
Ontstaan
handel
Ontstaan steden
§ 1.2
Van oerknal naar
oermens
§ 1.3
Leven van de
landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving
verandert
§ 1.6
Goden en mummies
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Welke gevolgen had
de komst van de
irrigatielandbouw?
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 ± 4000 vC: bewoners van Egypte
gaan over op landbouw
 Jaarlijkse overstroming van de Nijl
was erg gunstig
 Door aanleg van kanalen was het
mogelijk tweemaal per jaar te
oogsten
 Irrigatielandbouw = landbouw
bedrijven door bevloeiing
 Mespotamië: Eufraat en Tigris
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Gevolgen van de komst van
irrigatielandbouw:
 Voedseloverschotten
 Niet iedereen hoeft boer te
zijn  ontstaan ambachten
 Door overschatten en nieuwe
producten ontstaat handel
 Uitvindingen (ploeg, bronzen
werktuigen)
 Ontstaan steden (Ur,
Memphis, Thebe)
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Ambtenaren werkten in dienst
voor de vorst om landbouw,
handel en nijverheid te
controleren
 Mesopotamiërs (spijkerschrift)
en Egyptenaren
(hiërogliefenschrift) bedachten
rond 3100 vC als eerste het
schrift  einde van de
prehistorie (voor het eerst
geschreven bronnen)
Steen van Rosetta
 Ontcijfering van het
hiërogliefenschrift door
Champollion (1812)
§ 1.2
Van oerknal naar
oermens
§ 1.3
Leven van de
landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving
verandert
§ 1.6
Goden en mummies
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Wie hadden de
macht in Egypte?
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Bestuur was nodig om te
controleren of iedereen zich aan
de regels hield
 3300 vC: ontstaan Beneden-
Egypte en Boven-Egypte
 3100 vC: centraal bestuur onder
de farao (alleenheerser)
 Besluiten over landbouw, wetten
maken, legeraanvoerder, hoogste
priester en hoogste rechter
 Goddelijke verering
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Verschillen in rijkdom,
macht en aanzien groter dan
bij jagers-verzamelaars 
sociale lagen
 Farao’s voerden
veroveringsoorlogen
 Heldendaden vereerd in
koningsgraven
 4 bloeiperiodes
 332 vC: ingenomen door
Alexander de Grote
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
Vier bloeiperiodes
en tussentijden:
 Het Oude Rijk
(2686 – 2181 vC)
 Het Middenrijk
(2055-1795 vC)
 Het Nieuwe Rijk
(1550 – 1069 vC)
 De Late Tijd
(747 – 332 vC)
https://schooltv.nl/video/histoclips-de-oude-egyptenaren/
§ 1.2
Van oerknal naar
oermens
§ 1.3
Leven van de
landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving
verandert
§ 1.6
Goden en mummies
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Hoe dachten de
Egyptenaren over
de goden en het
leven na de dood?
§ 1.2
Van oerknal naar oermens
§ 1.3
Leven van de landbouw
§ 1.4
De Nijl en Egypte
§ 1.5
De samenleving verandert
§ 1.6
Goden en mummies
 Polytheïsme (meerdere goden)
 Macht van de farao groot: wist hoe
goden geëerd moesten worden
 Bestuurlijke eenwording zorgde voor
eenheid in de godenwereld
 Tempels, priesters en natuurkrachten
(natuurgodsdienst)
 Grafkamers  leven na de dood
 Mummies meestal van rijke
Egyptenaren
 Piramides in de Vallei der Koningen
Horus Osiris Isis Amon-Re Anubis
1 gs memo h1 jagers en boeren
1 gs memo h1 jagers en boeren

More Related Content

More from RemyBalistreri

2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
2020 04 uitslag 2 april Merz PubquizRemyBalistreri
 
Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?RemyBalistreri
 
Hoe nieuw is het coronavirus
Hoe nieuw is het coronavirusHoe nieuw is het coronavirus
Hoe nieuw is het coronavirusRemyBalistreri
 
Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?RemyBalistreri
 
Lesbrief coronavirus in historisch perspectief
Lesbrief coronavirus in historisch perspectiefLesbrief coronavirus in historisch perspectief
Lesbrief coronavirus in historisch perspectiefRemyBalistreri
 
5 gs gwp tijdvak 9 en 10
5 gs gwp tijdvak 9 en 105 gs gwp tijdvak 9 en 10
5 gs gwp tijdvak 9 en 10RemyBalistreri
 
5 gs gwp thema democratie
5 gs gwp thema democratie5 gs gwp thema democratie
5 gs gwp thema democratieRemyBalistreri
 
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
4 ml dilemma h4 pluriforme samenlevingRemyBalistreri
 
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaatRemyBalistreri
 
4 ml dilemma h2 rechtsstaat
4 ml dilemma h2 rechtsstaat4 ml dilemma h2 rechtsstaat
4 ml dilemma h2 rechtsstaatRemyBalistreri
 
4 ml dilemma h1 parlementaire democratie
4 ml dilemma h1 parlementaire democratie4 ml dilemma h1 parlementaire democratie
4 ml dilemma h1 parlementaire democratieRemyBalistreri
 

More from RemyBalistreri (20)

2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
2020 04 uitslag 2 april Merz Pubquiz
 
Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?
 
Hoe nieuw is het coronavirus
Hoe nieuw is het coronavirusHoe nieuw is het coronavirus
Hoe nieuw is het coronavirus
 
Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?Hoe nieuw is het coronavirus?
Hoe nieuw is het coronavirus?
 
Lesbrief coronavirus in historisch perspectief
Lesbrief coronavirus in historisch perspectiefLesbrief coronavirus in historisch perspectief
Lesbrief coronavirus in historisch perspectief
 
1 gs memo h3 romeinen
1 gs memo h3 romeinen1 gs memo h3 romeinen
1 gs memo h3 romeinen
 
1 gs memo h2 grieken
1 gs memo h2 grieken1 gs memo h2 grieken
1 gs memo h2 grieken
 
5 gs gwp tijdvak 9 en 10
5 gs gwp tijdvak 9 en 105 gs gwp tijdvak 9 en 10
5 gs gwp tijdvak 9 en 10
 
5 gs gwp tijdvak 8
5 gs gwp tijdvak 85 gs gwp tijdvak 8
5 gs gwp tijdvak 8
 
5 gs gwp tijdvak 7
5 gs gwp tijdvak 75 gs gwp tijdvak 7
5 gs gwp tijdvak 7
 
5 gs gwp tijdvak 6
5 gs gwp tijdvak 65 gs gwp tijdvak 6
5 gs gwp tijdvak 6
 
5 gs gwp tijdvak 5
5 gs gwp tijdvak 55 gs gwp tijdvak 5
5 gs gwp tijdvak 5
 
5 gs gwp thema democratie
5 gs gwp thema democratie5 gs gwp thema democratie
5 gs gwp thema democratie
 
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
4 ml dilemma h4 pluriforme samenleving
 
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
4 ml dilemma h3 verzorgingsstaat
 
4 ml dilemma h2 rechtsstaat
4 ml dilemma h2 rechtsstaat4 ml dilemma h2 rechtsstaat
4 ml dilemma h2 rechtsstaat
 
4 ml dilemma h1 parlementaire democratie
4 ml dilemma h1 parlementaire democratie4 ml dilemma h1 parlementaire democratie
4 ml dilemma h1 parlementaire democratie
 
4 gs gwp tijdvak 4
4 gs gwp tijdvak 44 gs gwp tijdvak 4
4 gs gwp tijdvak 4
 
4 gs gwp tijdvak 3
4 gs gwp tijdvak 34 gs gwp tijdvak 3
4 gs gwp tijdvak 3
 
4 gs gwp tijdvak 2
4 gs gwp tijdvak 24 gs gwp tijdvak 2
4 gs gwp tijdvak 2
 

1 gs memo h1 jagers en boeren

  • 1. Hoofdstuk 1 Het ontstaan van beschavingen_____________________________________________________
  • 2. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies
  • 3. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Wat is er bekend over het leven van de jagers- verzamelaars in de prehistorie?
  • 5. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Religies kennen scheppingsverhalen  Charles Darwin en de evolutietheorie  Evolutie van de mens begon in Afrika  Tijd van vroege voorouders: “Steentijd” of “Prehistorie”  Onderzoek aan de hand van ongeschreven bronnen (werktuigen, tekeningen, overblijfselen)  Geschiedenis begint bij de uitvinding van het schrift
  • 6.
  • 7. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Homo sapiens: “verstandige mens”  Bestaansmiddelen: jagen en verzamelen  Taakverdeling tussen mannen en vrouwen  Gebruik van taal belangrijkste reden voor voorsprong homo sapiens
  • 8.
  • 9.
  • 10. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies
  • 11. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Waardoor werd de landbouw het belangrijkste middel van bestaan?
  • 12. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  ± 9000 vC: landbouwrevolutie  Vaste woonplaatsen en landbouw in plaats van rondtrekken en jagen  Eerste boeren leefden in het Midden-Oosten en Noord-Afrika  Enorme veranderingen voor de mensheid: ontstaan van de eerste beschavingen  Overgang naar landbouw duurde duizenden jaren
  • 13. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Oorzaken voor het ontstaan van landbouw:  Bevolkingsgroei (meer voedsel nodig)  Afname grote dieren (andere voedselbronnen zoeken)  Mesopotamië erg vruchtbaar  Kennis over planten en dieren groeide  Einde laatste ijstijd  >> meer zekerheid
  • 14. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Gevolgen van het ontstaan van landbouw:  Vaste woonplaats en huizen  Bevolkingsgroei (door de veiligheid)  Ontstaan van dorpjes  Landbouwtechnieken maken hogere productie mogelijk  Uitvindingen (zoals het wiel en het schrift)  Verspreiding veeziekten
  • 15.
  • 16. Veeteelt Akkerbouw Nieuwe uitvindingen Landbouwrevolutie (schematisch) Hogere voedselproductie Groei van dorpen Ontstaan ambachten Ontstaan handel Ontstaan steden
  • 17.
  • 18. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies
  • 19. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Welke gevolgen had de komst van de irrigatielandbouw?
  • 20. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  ± 4000 vC: bewoners van Egypte gaan over op landbouw  Jaarlijkse overstroming van de Nijl was erg gunstig  Door aanleg van kanalen was het mogelijk tweemaal per jaar te oogsten  Irrigatielandbouw = landbouw bedrijven door bevloeiing  Mespotamië: Eufraat en Tigris
  • 21.
  • 22.
  • 23. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Gevolgen van de komst van irrigatielandbouw:  Voedseloverschotten  Niet iedereen hoeft boer te zijn  ontstaan ambachten  Door overschatten en nieuwe producten ontstaat handel  Uitvindingen (ploeg, bronzen werktuigen)  Ontstaan steden (Ur, Memphis, Thebe)
  • 24. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Ambtenaren werkten in dienst voor de vorst om landbouw, handel en nijverheid te controleren  Mesopotamiërs (spijkerschrift) en Egyptenaren (hiërogliefenschrift) bedachten rond 3100 vC als eerste het schrift  einde van de prehistorie (voor het eerst geschreven bronnen)
  • 25.
  • 26. Steen van Rosetta  Ontcijfering van het hiërogliefenschrift door Champollion (1812)
  • 27.
  • 28.
  • 29. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies
  • 30. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Wie hadden de macht in Egypte?
  • 31. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Bestuur was nodig om te controleren of iedereen zich aan de regels hield  3300 vC: ontstaan Beneden- Egypte en Boven-Egypte  3100 vC: centraal bestuur onder de farao (alleenheerser)  Besluiten over landbouw, wetten maken, legeraanvoerder, hoogste priester en hoogste rechter  Goddelijke verering
  • 32. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Verschillen in rijkdom, macht en aanzien groter dan bij jagers-verzamelaars  sociale lagen  Farao’s voerden veroveringsoorlogen  Heldendaden vereerd in koningsgraven  4 bloeiperiodes  332 vC: ingenomen door Alexander de Grote
  • 33. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies Vier bloeiperiodes en tussentijden:  Het Oude Rijk (2686 – 2181 vC)  Het Middenrijk (2055-1795 vC)  Het Nieuwe Rijk (1550 – 1069 vC)  De Late Tijd (747 – 332 vC)
  • 35. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies
  • 36. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Hoe dachten de Egyptenaren over de goden en het leven na de dood?
  • 37. § 1.2 Van oerknal naar oermens § 1.3 Leven van de landbouw § 1.4 De Nijl en Egypte § 1.5 De samenleving verandert § 1.6 Goden en mummies  Polytheïsme (meerdere goden)  Macht van de farao groot: wist hoe goden geëerd moesten worden  Bestuurlijke eenwording zorgde voor eenheid in de godenwereld  Tempels, priesters en natuurkrachten (natuurgodsdienst)  Grafkamers  leven na de dood  Mummies meestal van rijke Egyptenaren  Piramides in de Vallei der Koningen
  • 38. Horus Osiris Isis Amon-Re Anubis