9. 5% 95%
bewust, gepland onbewust, automatisch
• Nieuwe situaties • Dagelijkse acties
• Nadenken en kiezen • Gewoontehandelingen
(weinig ervaring) (ervaring)
• Focus op lange termijn • Focus op hier en nu
• Groepsdenken • Altijd gericht op ik
mogelijk
• Intentie (nut, • Context (prikkels voor
waardering, controle) en na gedrag)
25. Consistentie en commitment
Zodra we een keuze hebben
gemaakt of een standpunt hebben
ingenomen, ervaren we interne en
externe druk om consistent te
handelen met dit commitment.
Deze druk zorgt ervoor dat we
handelen zodat onze eerdere
beslissing wordt gerechtvaardigd
26. iets in publiek laten ondertekenen,
kan later moeilijk ontkent worden
27.
28.
29.
30. We doen liever iets voor iemand die we
sympathiek vinden