3. Waarom De wereld in getallen?
• Beproefde rekenmethode
• Iedere dag instructie
• Weektaak voor zelfstandig werken
• Rekenen op je eigen niveau
4. Beproefde rekenmethode
• Bewezen succesvol – 4e
versie
• Voldoet aan alle eisen die de overheid stelt
• Bereidt voor op CITO-toets
• Optimale voorbereiding op VO
5. Een les
• Les duurt 50 à 60 min
• Altijd dezelfde lesopbouw
- ½ les instructie
- ½ les weektaak
• Extra instructie voor
rekenzwakke kinderen
instructie +
oefenen
verlengde
instructie
zelfstandig werken
aan de weektaak
6. Opbouw van een blok
basisstof na de toets
toets
week 1 week 2 week 3 week 4 week 5
In september 2013 zijn we gestart met deze methode in groep 3 t/m 8
Bewezen succesvol : De wereld in getallen is een beproefde rekenmethode. Het is alweer de 4e versie. Een beproefd concept dat steeds met z’n tijd meegaat. Voldoet aan alle eisen : De overheid stelt eisen aan het rekenonderwijs. Zo is vastgelegd wat de kinderen moeten kennen en kunnen aan het einde van groep 8. De wereld in getallen voldoet aan alle eisen die de overheid stelt aan rekenmethodes voor het basisonderwijs. Voorbereiding op Citotoets : De Cito-toets is een belangrijk meetinstrument die o.a. de rekenvaardigheid van kinderen weergeeft. Een goede voorbereiding op de toets zorgt ervoor dat de rekenvaardigheid zo goed mogelijk kan worden gemeten. De wereld in getallen bereid de kinderen voor door b.v. structureel te oefenen met de diverse oefenvormen die ook in de Cito-toets worden gebruikt. Voorbereiding op VO : Er is een doorlopende leerlijn naar het voortgezet onderwijs. Dat betekent dat het niveau dat de kinderen eind groep 8 bereiken aansluit bij het niveau dat in het eerste jaar van het voortgezet onderwijs wordt verwacht. Dit zorgt voor een soepele overstap.
- Instructie : Iedere les begint met instructie. Daarbij krijgen de kinderen uitleg over 1 nieuw rekenonderwerp. - Rekenzwakke kinderen : De kinderen die het na de instructie nog niet helemaal begrijpen, krijgen extra uitleg. - Weektaak : Na de instructie gaat iedereen zelfstandig werken aan hun weektaak. Hierbij plannen ze zelf hun tijd in, zodat ze aan het einde van de week alle opgaven van die week hebben gemaakt.
Opbouw van een blok Er zijn 8 blokken in een jaar en een blok heeft afwisselend 4 en 5 weken. Elk blok wordt afgerond met een toets . Deze toets wordt digitaal gemaakt. Na de toets De toetsresultaten geven duidelijk aan welke onderdelen een kind goed beheerst en welke onderdelen een kind nog extra moet oefenen. Elke leerling Krijgt een taakbriefje met daarop de opdrachten die nog extra geoefend moeten worden. De week na de toets wordt gebruikt om waar nodig extra uitleg te geven en te herhalen.
Na de instructie (1 e helft van de les) gaan de kinderen zelfstandig oefenen (2 e helft van de les). Dit doen ze met de weektaak . Hierbij ligt vast welke opgaven ze deze week moeten maken. De kinderen plannen zelf hun tijd in zodat ze aan het einde van de week de weektaak hebben afgerond. 1 ster : De kinderen die moeite hebben met rekenen, krijgen na de klassikale instructie extra uitleg. Daarna beginnen hun weektaak bij de opgaven die zijn aangeduid met 1 ster. Zijn ze klaar met deze opgaven, dan werken ze door op het volgende niveau. 2 sterren : De meeste kinderen zullen (direct na de instructie) beginnen op het gemiddelde niveau, aangeduid met 2 sterren. Ook voor hen geldt dat als ze hiermee klaar zijn, ze kunnen doorwerken naar het 3 sterren niveau. 3 sterren : De kinderen die heel goed kunnen rekenen, maken de weektaak op 3 sterren niveau (dit is een selectie van de 2 sterren opgaven en alle 3 sterren opgaven). De kinderen die hiermee klaar zijn, kunnen verder werken in het Pluswerkboek (zie sheet 8). Dit biedt extra lastige opgaven die aansluiten bij het onderwerp van de weektaak.
Omkeerboek Alle kinderen hebben het omkeerboek. Aan de ene kant van het boek zitten de instructielessen (1 e helft van de les) en aan de andere kant van het boek zitten de taken uit de weektaak (2 e helft van de les). (klik in de dia en het boek ‘draait’)
Alle kinderen hebben, naast het omkeerboek, een werkboek voor de lessen. Bovendien oefenen ze wekelijks op de computer (minimaal 15 minuten, maximaal 30 minuten). Groep 3 : In groep 3 hebben de kinderen nog geen omkeerboek, maar enkel een werkboek. Zo kunnen ze zich maximaal concentreren op de les, zonder te worden afgeleid door de verschillende materialen. Groep 8B : In de tweede helft van groep 8 hebben de kinderen ook geen rekenboek meer. Ze herhalen de lesstof per onderwerp en op hun eigen niveau vanuit een werkboek. Door deze extra herhaling zijn ze optimaal voorbereid op de middelbare school. Het werkboek kunnen ze dan later als naslagwerk gebruiken.
Iedere week oefenen de kinderen op de computer. Minimaal 15 minuten, maximaal 30 minuten. Dit is niet alleen leuk, het zorgt er ook voor dat de basisvaardigheden goed worden ingeslepen.
Naast het materiaal dat alle kinderen hebben (voorgaande sheet), is er voor de rekenzwakke en rekensterke kinderen extra materiaal. Zo houdt de methode rekening met eventuele niveauverschillen tussen de kinderen en wordt de groep bij elkaar gehouden. De kinderen kunnen dan van elkaar leren. Bijwerkboek : Voor kinderen die moeite hebben met rekenen en extra uitleg nodig hebben, is er het Bijwerkboek. Aan de hand daarvan krijgen ze extra instructie, zodat ze alsnog aan kunnen sluiten bij de rest van de groep. De kinderen krijgen 1 oplossingsstrategie aangereikt. Zo worden ze niet onnodig in verwarring gebracht. Dat geeft zelfvertrouwen en komt de rekenprestaties ten goede. Pluswerkboek : Voor de kinderen die heel goed kunnen rekenen en die snel klaar zijn met de opgaven uit hun weektaak is er het Pluswerkboek. Hierin staan extra uitdagende opgaven waar ze hun tanden kunnen inzetten.