4. Cradle to CradleCradle to Cradle
1. Lokale materialen
2. Gescheiden bio/techno kringlopen
3. Energie uit hernieuwbare bron
4. Sociale rechtvaardigheid
6. Pas deze principes overal toe
Afval wordt voedsel
Consumptie is
niet meer schadelijk
Economische groei
is verantwoord
5. Diversiteit
7. Allemaal
meehelpen!
Daar vastpakken!
Die kant op!
1-2-3!
7
TransitieTransitie
naar eennaar een
duurzameduurzame
economieeconomie
Aanbod+Vraag+Recycling+Kennis+Overheid+NGO’s
Innovatie+Campagne+Subsidie+Onderwijs
Richting circulaire economie
Gezamenlijke+Gelijktijdige acties
8. 8
Recycling Maatschappij Groningen
Schip voert
grind aan
Lossen
Grind
Zand
Cement
Vrachtauto voert
betonpuin aan
Betonpuin
Breker
Zeef
Wind shifter
Mixer
Afvoer betonmortel
naar bouwprojecten
Afvoer betongranulaat
naar ...
X Betonmortel centrale Groningen
X X
Lokale productketensLokale productketens
9. Beton in gebouwen, wegen,
bruggen, viaducten, rioolbuizen
en andere toepassingen
in de gemeente Groningen
Fundament voor wegen en viaducten
Achterlaten
in de bodem
Mengen
Grondstoffen
Betonproducten
Gemengde
grondstoffen
Mortel
Menggranulaat
Breker
Zeef
40 – 200 jaar
Betongranulaat
Hydraulisch
Menggranulaat
Mengen
Recycling Downcycling >50%
beton
>90%
beton
Afval
Invoer
Uitvoer
Hoogovenslakken
Afval
Betongranulaat
Recycling
Bedrijven
Gemeente
Kennis-
instellingen
Wegen-
bouwer
s
Lokaal betonketenoverlegLokaal betonketenoverleg
Transitie-
versnellersBeton-
makers
Bouwers
11. WerkwijzeWerkwijze
Agenda 2e
ketenoverleg
1. Welkom
2. Wat is in de lokale
betonketen het grootste
duurzaamheidsprobleem?
Hergebruik van beton in
de wegenbouw is
downcycling
We storten beton op een
manier dat het niet te
recyclen is
Cementproductie
veroorzaakt 5% van de
CO2 uitstoot wereldwijd
3. Wat kan iedereen die hier is
doen om dat probleem op te
lossen, voor eigen rekening en
zonder subsidie
4. Rondvraag
5. Sluiting
Architect: dan
zetten wij
granulaatbeton in
de bestekken
AgentschapNL
: wij gaan
reclame maken
voor
ketenoverleg
Bouwend Nederland: wij
informeren onze leden
Regiegroep
granulaatbeton
: kan dit ook in
Eindhoven?
Mortelcentrale: dan geven
wij granulaatadvies aan
aannemers
Recyclingbedrijf: dan
geven wij voorrang aan
mortelcentrales
Gemeente: wij gaan
experimenteren met
andere wegfundatie
HBO: dat kunnen wij
onderzoeken
12. Resultaten KetenoverlegResultaten Ketenoverleg
Betonrecycling
in de gemeente
Groningen van 0
naar 10%
Betonketenoverleg nu
ook in 4 andere
plaatsen in Nederland
En in voorbereiding
in 5 plaatsen
Verfketenoverleg
Bitumenketenoverleg
Foodketenoverleg
PET-ketenoverleg
Open Source handboek
Lokaal Ketenoverleg
Kwartiermakerscursus
Doorbreekt het op-elkaar-wachten
Genereert draagvlak en enthousiasme
Permanente effecten
Breed inzetbaar
Editor's Notes
Circulaire economie is een economie met stabiele kringlopen. Dat betekent dat je geen grondstoffen uit eindige voorraden vernietigt of weggooit, maar dat je ze hergebruikt. Stabiliteit betekent volhoudbaarheid op lange termijn. Die kringlopen mogen dus geen schadelijke emissies veroorzaken waar we last mee krijgen. In een circulaire economie zijn alle producten, alle productieprocessen en alle ketens ontworpen voor stabiele kringlopen. Ieder afzonderlijk product kan daarop beoordeeld. De linker afwasborstel bijvoorbeeld is niet circulair. Er zit langcyclische koolstof in uit een eindige aardolievoorraad. Het ding eindigt in de vuilverbranding en levert nog wat energie, maar de koolstof zijn we kwijt. En dat niet alleen, we branden er ook nog eens een gat mee in onze ozonlaag. Als we dat met al onze spullen doen houden we dat op termijn niet vol. De rechter is wel circulair. Hij eindigt ook in de verbranding, maar de koolstof was kortcyclisch en dus minder schadelijk, en het metaal wordt teruggewonnen en gerecycled. Dat houden we in principe eindeloos vol. De rechter heeft echter een ander probleem: hij ziet er niet zo modern uit en we kopen hem daarom niet. Daar is dus innovatie nodig, met behoud van circulaire eigenschappen. Dat noemen we duurzame innovatie. Om duurzame innovatie in Noord-Nederland in de versnelling te krijgen hebben een aantal initiatiefnemers een samenwerkingsverband opgericht, het [Klik] Contactnet Duurzame Innovatie Noord-Nederland, oftwel CODIN. U ziet hier Syntens, de KvK, de drie milieufederaties van het Noorden, het Technologiecentrum Noord-Nederland (gezamenlijk transferpunt van het hoger onderwijs, de provincie Friesland en de gemeenten Groningen en Leeuwarden). De overheden in Drenthe staan er nog niet bij, maar u bent van harte welkom. Met de gemeenten Assen, Emmen en Hoogeveen bestaan overigens al goede contacten. De missie van CODIN is het versnellen van de transitie naar een circulaire economie.
Circulaire economie, hoe moet dat? De zwitserse textielfabrikant Climatex, leverancier van bekleding voor airbusstoelen, zat ook met die vraag en schakelde Michael Braungart in. Braungart is een Duitse chemiehoogleraar en co-auteur van Cradle to Cradle. Ze ontwikkelden 17 kleuren textielverf, allemaal gifvrij en biologisch afbreekbaar. In combinatie met biologisch textiel ontstaat daarmee een compleet circulair product. Voor Climatex is het een succesverhaal geworden. De productie werd aanzienlijk goedkoper om dat het dure gifstoffenlab de deur uit kon, evenals alle bijbehorende logistiek, luchtbehandeling, inspecties en administratie. Het knipafval van de fabriek wordt tegenwoordig verkocht aan de buren, die kweken er champignons op. Cradle to Cradle vat de toegepaste principes als volgt samen: [Klik] Gebruik lokale materialen [Klik] Hou technologische en biologische kringlopen gescheiden (hier gaat het dus om een biologische kringloop) [Klik] Gebruik energie uit hernieuwbare bron (dus geen aardolie, aardgas en steenkool) [Klik] Bewaak sociale rechtvaardigheid (armoede, ontplooingsmogelijkheden, ARBO) [Klik] Pas deze principes overal langs de keten toe. Als dit slaagt [Klik] dan is er geen afval meer, alleen voeding voor de levende natuur en voeding voor technologische processen [Klik] Consumptie is dan niet meer schadelijk voor de wereld, en [Klik] economische groei is verantwoord. Met name deze conclusies hebben C2C tot een ongekend populair concept gemaakt, al zijn ze toch wat utopisch. [Klik] Cradle to Cradle is inmiddels ook een heus keurmerk, weliswaar uitgedeeld door een slager die zijn eigen vlees keurt, maar toch met steeds meer navolging.
Herman Miller : Mirra was designed from beginning to end to meet the strict requirements of Herman Miller's Design for Environment cradle-to-cradle protocol for safe material chemistry, disassembly, and recyclability. The chair is durable, made of a minimal number of parts, and is easy to disassemble for local recycling. Recycled content is 42 percent, and the chair is 96 percent recyclable. Latitude fabric is 100 percent recyclable. Mirra contains no PVC. . http://www.mymiller.nl/my-mirra.html Nike : The Nike Considered line utilizes materials found primarily within 200 miles (320 km) of the Nike factory which reduces the energy used for transportation, diminishing the resulting climate change impact. The manufacturing process reduces solvent use by more than 80% compared with Nike’s typical products. The leather comes from a tannery that recycles wastewater to ensure toxins are kept out of the environment, and it is colored using vegetable-based dyes. Hemp and polyester are used to make the shoe's woven upper and shoelaces. The mid-sole is cut to lock into the outer sole, reducing the need for toxic adhesives. The shoe's outer sole includes rubber made from recycled factory rubber waste. http://en.wikipedia.org/wiki/Nike_Considered Ford : De Ford Model U is een concept-auto zoals er velen zijn, maar Ford ziet in deze auto de start van een revolutie die vergelijkbaar is met die van de Model T in de vorige eeuw. Een revolutie waarbij de autofabrikant een auto ontwikkelt die volledig te recyclen is. De aandrijving van de auto wordt verzorgd door verbrandingsmotor die op waterstof loopt, en die zuiniger is dan de motoren die we nu kennen. De auto stoot 99 procent minder CO2 uit dan de auto’s die nu op de weg zijn. Veel onderdelen van de auto zijn samengesteld uit biomaterialen. Zo zijn de vullingen van de stoelen deels gemaakt van soya, en worden de banden voor een deel uit mais samengesteld. Maar het belangrijkste in het concept is dat deze auto uitbreidbaar en aanpasbaar is, waardoor er niet steeds een nieuwe auto hoeft worden aangeschaft. De auto kan meegroeien met de behoeften van de eigenaar. De auto kan groter worden gemaakt, of worden omgevormd naar een pick-up truck, allemaal vanuit hetzelfde basismodel. Ook kan de auto worden gepersonaliseerd, door bijvoorbeeld aanpassingen in het interieur. Het is nog niet bekend of en wanneer Ford de Model U in productie neemt.http://www.vpro.nl/programma/tegenlicht/afleveringen/30458986/items/30462746/ Connex : Kabelslurven van bioplastic op basis van eztmeel uit aardappelschillen. Productie in dezelfde mallen als bij gebruik van ‘gewoon’kuntstof, maar bij lagere temepreaturen en dus goedkoper. Kleurstoffen uit groenteafval. Levensduur 10 jaar, daarna composteerbaar. http://www.kabelcamouflage.nl/nieuws-10.html
CODIN heeft van 2010 tot 2012 een project gedaan in Noord-Nederland om C2C productontwikkeling te bevorderen. Het project begon met een bijeenkomst waar C2C-specialisten uit Duitsland uitleg gaven over C2C-certificatie. We hebben ze aan het begin van hun lezing dit sprekerscadeautje gegeven: bonbons van Jos Schlaman uit Groningen. Dit hoort bij de meest duurzame producten van de regio: biologische chocola, in een gerecycled kartonnen doos, geplakt met plantaardige lijm, bedrukt met biologische inkt, hennep touwtje erom. Alleen de coating aan de binnenkant is synthetisch. Wat gaat het kosten om dit C2C te certificeren was de vraag. Het antwoord viel de ruim 50 ondernemers in de zaal flink tegen: 15 tot 20.000 euro. Alleen voor het doosje. Die kosten liggen zo hoog omdat ieder chemisch bestanddeel afzonderlijk onderzocht moet worden. Allemaal goed en wel zei de zaal, maar dan zit een grootschalige introductie van C2C-certificaten er voorlopig niet in. Dat CODIN-project moest daarna terug naar de tekentafel. In plaats van een campagne voor C2C-certificatie te starten hebben we ons eerst maar eens wat fundamentele vragen gesteld.
Van de eerste keten waar we naar gingen kijken ziet u hier een stukje. Het gaat hier om beton in de gemeente Groningen. Beton is daar na water het meest gebruikte materiaal, en er valt heel wat aan te verduurzamen, een goede kandidaat voor een experiment dus. De eerste vraag van ketenverduurzaming is welk deel van een keten beschouwd wordt. In de industrie zijn aanduidingen als Cradle to Gate en Cradle to Consumer gangbaar. Hier zijn we het anders gaan doen: we nemen de gemeente als systeemgrens en kijken wat er in en uit gaat, en wat er binnen de gemeente gebeurt. Hier zien we grondstoffen de gemeente binnenkomen, [klik] per schip, ...