Van hof van plaisantie naar klooster

1. Even terugblikken… Kasteel Reynenborgh: van hof van plaisantie naar klooster.
1678 - Kopergravure van het kasteel van Borsbeek
richting noord – achter deze gebouwen:
nu de de Robianostraat
Jacques Le Roy (°1633 + 1719), baron van Broechem-Oelegem, gaf vaklui de opdracht om ‘hoven van
plaisantie’ of kastelen in het toenmalige hertogdom Brabant- waar o.a. ook de provincie Antwerpen
toebehoorde - te tekenen en te graveren op koperplaat. Zo ook het kasteel Reynenborgh.
Men vermoedt dat er vóór dit gebouw een schans stond, die bij onraad als toevluchtsoord diende voor
mensen en vee.
Uit een schepenakt van 23 september 1563 weten we dat de weduwe van wijlen Ferdinand Dassa het
gebouw verkocht.
In 1583 werd dit gebouw door een brand vernield. Wie het kasteel Reynenborgh weer opbouwde, zoals
op bovenstaande kopergravure afgebeeld, weten we niet.
Tijdens de 18de
eeuw komt de eigendom in handen van de familie de Villegas. Vader Diego en zoon
Louis de Villegas hebben – naast dit buitenverblijf - hun voornaamste woning in Antwerpen.
Louis vertoeft het liefst tijdens zijn oude dag in Borsbeek en zal daar in september 1794 overlijden.
1876 – Kasteel Reynenborgh – richting west – de zusters verblijven al een jaar op het kasteel.
Als we het wandelpad rechts volgen dan bereiken we de de Robianostraat.

2. Het kasteel Reynenborgh komt in handen van graaf Louis François de Robiano.
Hij overlijdt in 1855.
Dat jaar stelt zijn weduwe het kasteel als vakantieverblijf en als recreatieoord ter beschikking aan de
paters Jezuïeten, die op dat ogenblik in Antwerpen het handelsinstituut Sint-Ignatius hadden opgericht.
Twintig jaar later vestigden er zich de zusters van de congregatie van Het Arme Kind Jezus.
In 1889 werd het bouwvallige kasteel afgebroken.
1889 - richting oost - achter deze gebouwen: nu J. Reusenslei – L. Hendrickxlei
1. Kerk Sint-Jakob mét torenspits.
2. Afbraak van het kasteel Reynenborgh in 1889.
3. Op de achtergrond het eerste – voorlopige - schoolgebouw, gebouwd in 1876-1877,
bestaande uit zes lokalen, waarvan drie op de boven- en drie op de benedenverdieping.
De bouwkosten werden volledig gedragen door de laatste bewoner van het kasteel, gravin
Amelia von Stolberg, weduwe van graaf Louis de Robiano.
In dit gebouw deden de eerste zeven Borsbeekse meisjes hun intrede in de
‘nonnekensschool’. Dit gebouw werd vóór 1895 afgebroken.
4. Pensionaat gebouwd in 1886-1887.
Hier zullen de zusters – na de afbraak van het kasteel – tijdelijk een onderkomen vinden tot
de bouw van het klooster en de kapel, opgericht op de plaats van het afgebroken kasteel –
nr. 2, klaar zijn.
De verdere uitbreiding van het klooster en de schoolgebouwen zal nog duren tot halfweg het
midden van de vorige eeuw.
In 1964 telt de basis- en secundaire school 823 leerlingen.
In 1966-1967 wordt een stuk aan de oostgevel van het pensionaat bijgebouwd.
Tekst: Mortelmans Johan
Reproductie kopergravure en foto 1 en 2: archief Stan Mortelmans.