Efeze 1 en 2 grote heerlijkheid voor de gelovigen.

1. Efeziërs - 22
22-12-2022
Christus completeert
Waarin wij wandelden
Efeziërs 1:23-2:3

2. Waar wacht Christus op?
Waarom is Zijn gezeten zijn aan Gods
rechter(hand) nog niet beëindigd?
Waarom is de tijd van Zijn regeren op aarde
en daarboven nog niet aangebroken?

3. 1.
Het boze (kwaad) is nog
in ontwikkeling, moet
uitrijpen; duisternis zal
toenemen, met alle vorm
van godsvrucht, die wel de
mens Jezus laat gelden,
maar de gekruisigde en
opgestane Christus als de
Zoon van God verwerpt.
======================
2 Tim.3:5; 1 Joh2:21-23;
Joh.5:23; 15:23; Luc.10:16 e.a.
Antwoord:

4. 2.
Het beheer van de
genade van God is
nog niet voorbij;
alle leden moeten
eerst geroepen zijn,
aantal moet vol zijn.
Antwoord:

5. geweldig uitzicht
Efe.1:22,23
1. God, de Beschikker, de Oorsprong van al wat is en gebeurt
2. Christus, Die alles uitvoert, doet, als Hoofd boven alles
3. De uitgeroepenen, het lichaam van Christus, als Zijn complement
4. Het tot completering voorbestemde al

6. Wat waren wij?

7. En jullie, die dood zijn voor jullie
krenkingen en zonden – Efeziërs 2:1

8. God verklaart de gelovige rechtvaardig
door het geloof van Jezus Christus,
en schenkt geloof en vrijkoping in genade
Romeinen 3:21-26

9. in Christus Jezus:
Efeziërs 1:1
-->
nbin Christus Jezus
gedoopt
nbin Zijn dood
gedoopt
tzHem begraven
en opgewekt
Romeinen 6:1-4

10. 1. één geworden met Christus
2. delen de gelijkenis van Zijn dood en opstanding
3. ontvingen geestelijk leven, identiek aan het Zijne
zij, die in
Christus Jezus zijn:

11. want wie gestorven is, is
gerechtvaardigd van de zondepf Rom. 6:7 allen

12. dit -oordelend, dat indien Één voor allen -stierf, dus allen -stierven.
En Hij -stierf voor allen, opdat zij die leven, niet meer zichzelf leven,
maar voor Hem, Die voor hen -stierf en -opgewekt werd - 2Cor.5:14,15

13. --> iedereen is
gerechtvaardigd
van de zonde af
want gestorven
tzmet Christus
(rechtvaardiging
door dood)

14. want wie gestorven is, is gerechtvaardigd vanaf de zonde
– staat voor de grote, witte troon, als ongelovige
--> oordeel, gericht: verontwaardiging, vergelding,
gramschap, verdrukking en benauwdheid over iedere
menselijke ziel – over de werken, zondige daden

15. alleen de gelovige nu - is
gerechtvaardigd door God
(rechtvaardiging door geloof)

16. ’jullie die doden zijn
voor jullie krenkingen
en zonden’ (2:1)
(uit de natiën)
’wij die doden zijn
voor de krenkingen
en de begeerten’ (2:5)
(uit Israël)

17. Wat is onze situatie
geestelijk gezien nu?

18. 1. Met Christus gekruisigd en voor de zonde gestorven
2. Met Christus begraven, het lichaam van de zonde is
vanuit God gezien niet langer voorhanden
3. Met Christus opgewekt, wij wandelen in nieuwheid
van leven, en leven zo voor God in Christus Jezus

19. Hoe was het?

20. de krenkingen en de zonden,
waarin jullie eens wandelden
wandelen: Efeziërs 2:1,10; 4:1,17,17; 5:2,8,15
3x hoe niet en 5x hoe wel

21. in overeenstemming met
de eon van deze wereld
1e - Gen.1:1-1:2
2e - Gen.1:2-7
--> 3e - Gen.7-Op.19
4e - Op.20
5e - Op.21,22
eon = aiōn ON-INDIEN-ZIJND
eonisch = aiōnion ON-INDIEN-ZIJNDe
wereld = kosmos SYSTEEM

22. in overeenstemming met
de vorst van het
volmachtsgebied
van de lucht
vorst = archonta = OORSPRONG-ZIJNDE, vorst, begin
volmacht = exousia = UIT-ZIJND, autoriteit, jurisdictie