2. Werkgever
• Ontslaguitkering aftrekbaar bij werkgever in jaar van
ontslag
• Eventueel reorganisatievoorziening in eerder jaar uit
voorzichtigheid
• Kan fiscaal reeds als de lasten redelijkerwijs te
verwachten zijn
• Op basis van een redelijke schatting
• Verlies: 1 jaar terug en 9 jaar vooruit
3. Werknemer
• Loon is al hetgeen uit dienstbetrekking wordt
genoten
• Hiertoe behoren dus ook ontslagvergoedingen en
gouden handdrukken
4. Ontslaguitkering ineens
• Direct afrekenen bij ter beschikkingstelling
• Progressief tarief, maximaal 52%
• Geen premies werknemersverz., wel ZVW
• Mogelijk (deels) belast in het buitenland
• Verrekening van verliezen
• Middeling
• Volledige vrijheid van besteding
• Geen 30% regeling
• Eventueel knippen van de uitkering, deel ineens, deel
uitgesteld
5. Stamrechtvrijstelling
• Uitstel van belastingheffing
• Mogelijk lager tarief
• Heffing toegerekend aan werkland
• Voorwaarden:
– Aanspraak op periodieke uitkeringen
– Ter vervanging van gederfd of te derven loon
– Met ingang uiterlijk op 65 jaar
– En kwalificerende uitvoerder
– Waarbij sterftekans minimaal 1% is en
– Geld rechtstreeks bij verzekeraar wordt gestort
6. Geen stamrecht voor
• Regulier loon
• Vakantiedagen
• Vakantiegeld
• Bonussen
• Tantièmes
• Rentevergoeding voor te late uitbetaling
• Toegezegde uitkeringen in de arbeidsovereenkomst
8. Stamrecht uitvoerders
• Professionele verzekeraars
• Bankinstellingen
• Beleggingsinstellingen
• Vennootschappen
• Kan onder voorwaarden ook zonder medewerking
werkgever
• In beginsel geen toestemming Belastingdienst nodig
9. Professionele verzekeraars
• In Nederland gevestigd
• In buitenland gevestigd
• Kosten kunnen fors zijn, zeker bij uitgestelde ingang
• Geen flexibiliteit
• Maatschappij is inhoudingsplichtig over uitkeringen
10. Bank-/Beleggingsinstellingen
• Pas mogelijk sinds 2010
• Stamrechtspaarrekening of
• Stamrechtbeleggingsrekening
• Geen verzekering
• Kapitaal kan uitsluitend voor aankoop p.u. worden
aangewend
• Bank is inhoudingsplichtig
• Ook bij buitenlandse instellingen mits inlichtingen en
zekerheid
• Vrijstelling in box 3
11. Vennootschap
• Elke vennootschap in Nederland
• Elke vennootschap in EU-lidstaat, mits:
– Winstbelasting ten minste 10%
– Door de fiscus aangewezen
– Inlichtingenplicht
– Aansprakelijk voor belastingafdracht
• Geen plicht om aandeelhouder te zijn
• Kinderen als aandeelhouder leidt tot fictieve
verkrijging voor erfbelasting
12. Voordelen stamrecht-BV
• Uitstel van heffing
• Oprichting kan snel
• Starten onderneming, bijvoorbeeld door MBI
• Beleggingsvrijheid
• Belegging in hypotheek aandeelhouder
• Verstrekken van leningen aan anderen
• Flexibiliteit
13. Nadelen stamrecht-BV
• € 18.000 nodig voor aandelenkapitaal
• Administratie, jaarrekening, deponering, aangifte
vennootschapsbelasting
• Is de BV wel juiste rechtsvorm voor onderneming
• Aandacht voor belegging
• Rendement kan beperkt zijn
• Risico op voortijdige onttrekking van geld
• Weinig zekerheid over hoogte uitkeringen
14. Afkoop van stamrecht
• Progressieve heffing over waarde
• Revisierente van 20%
• Effectieve heffing kan dus 72% zijn
• Afzien is afkoop, tenzij niet vatbaar voor
verwezenlijking
• Ook bij verplaatsing feitelijke leiding BV naar
buitenland
15. VUT-regeling
• Indien ontslagvergoeding als regeling voor
vervroegde uittreding aangemerkt wordt:
– Is werkgever 52% eindheffing verschuldigd over
bijdrage of storting, zonder verhaal op werknemer
– Zijn uitkeringen bij werknemer progressief belast
• Dus: dubbele heffing
• Bij twijfel kan werkgever vooraf zekerheid aan de
Belastingdienst vragen
• Bewijslast ligt bij de inspecteur
16. Wat is VUT-regeling?
• Indien doelstelling ontslagvergoeding is:
– Overbrugging naar pensioen of AOW of
– Aanvulling is op pensioen
• Kwalitatieve toets (collectief ontslag wegens
reorganisatie of individueel ontslag wegens
disfunctioneren)
• Kwantitatieve toets (55 jaar/100% of 70% loon tot 2
jaar voor pensionering)
• Demotie is geen VUT (arbeidsduur > 50%)
• Fiscaal maximaliseren pensioen mag
17. WW-uitkering
• Geen uitkering als er een uitsluitingsgrond geldt,
bijvoorbeeld:
– De eerste 2 jaar ziekte
– Zwangerschap / bevallingsverlof
• De werknemer moet direct beschikbaar zijn voor
betaald werk
• De werknemer mag niet vrijwillig werkeloos zijn
18. Duur en hoogte
• Voldaan moet worden aan referte-eisen:
– Als er in 36 weken voor werkeloosheid minimaal 26
weken gewerkt is -> basisuitkering van 3 maanden
– Als er in 5 jaar voor werkeloosheid in ten minste 4 jaar
over 52 dagen loon is ontvangen -> verlengde
uitkering van maximaal 38 maanden
• Hoogte uitkering:
– Eerste 2 maanden 75% dagloon
– Vanaf 3de maand 70% dagloon
– Met een maximum van € 191,82 per dag
19. WW en start eigen bedrijf
• Gedurende 26 weken mogelijk met behoud van
uitkering
• Na 2 jaar wordt bepaald of en wat er terugbetaald
moet worden
• Geen plicht tot solliciteren
20. Tot slot
• Heffing ineens kan fors zijn
• Verzekering vaak duur
• Stamrechtspaarrekening kan mooi alternatief zijn
• Stamrecht-BV alleen in specifieke situaties
• Pas op met VUT-regeling
• Sociale vangnet wordt steeds verder ingeperkt