SlideShare a Scribd company logo
Voorzetsels
          Weet je nog???
                op



achter




                           voor
Als het goed is heb je bij Nederlands geleerd dat voorzetsels al
die woordjes zijn die je voor ‘de kast’ kan zetten.
(in de kast, achter de kast, op de kast, voor de kast, naast de kast,
enz.)

In het Engels heb je ook voorzetsels. We delen ze in in 3 groepen.

Groep 1: voorzetsels van plaats
in – in               in front of – voor
with – met            behind – achter
next to – naast       between – tussen

Our house is next to a bar.
There is a garden behind our house.
Our house is between two busy roads.
Groep 2: de vertalingen van ‘boven’ en ‘onder’
among – onder / te midden van/tussen, altijd bij personen
under – onder (ergens onder / lager dan)
below – onder (lager dan iets anders, meestal bij temperatuur)
over – boven (overheen / bovenop)
above – boven (hoger dan iets anders, meestal bij temperatuur)



I feel great when I’m among friends.
We don’t sell these games to persons under the age of 16.
There is a bridge over the river.
The temperature is below freezing in winter.
In spring, the temperature is above freezing
Groep 3: de vertalingen voor het Nederlansde woordje ‘voor’.
in front of – voor (als je ergens echt fysiek voor staat)
for – voor (alle andere gevallen, dit is voor….)

Dad is standing in front of the building.
This present is for my grandma.
Show that you know
Vul het goede voorzetsel in. Kies uit:
In, with, next to, in front of, between, behind, below, under, among,
over, above, for.

1.   I sat ______ two smelly people in the bus. I couldn’t breathe!
2.   I saw your car standing _____ my house when I came home.
3.   The dog barked when he saw the plane flying ____ our house.
4.   Pierre is happiest when he is ______ his friends.
5.   Temperatures are ______ zero today. It is really cold.
6.   Have you looked ____ your room to find your shoes?
7.   He hit _____ a tree, so he could not be seen.

More Related Content

More from missie_maes

Antwoorden extra oefeningen chapter 2, 4 mavo
Antwoorden extra oefeningen chapter 2, 4 mavoAntwoorden extra oefeningen chapter 2, 4 mavo
Antwoorden extra oefeningen chapter 2, 4 mavomissie_maes
 
Bijwoorden van tijd
Bijwoorden van tijdBijwoorden van tijd
Bijwoorden van tijd
missie_maes
 
Ontkenningen met be
Ontkenningen met beOntkenningen met be
Ontkenningen met bemissie_maes
 
Vragen maken h4
Vragen maken h4Vragen maken h4
Vragen maken h4
missie_maes
 
Present continuous voor toekomst
Present continuous voor toekomstPresent continuous voor toekomst
Present continuous voor toekomstmissie_maes
 
Oefening past continuous
Oefening past continuousOefening past continuous
Oefening past continuous
missie_maes
 
Past continuous
Past continuousPast continuous
Past continuous
missie_maes
 
Vragende voornaamwoorden
Vragende voornaamwoordenVragende voornaamwoorden
Vragende voornaamwoorden
missie_maes
 
Lidwoorden
LidwoordenLidwoorden
Lidwoorden
missie_maes
 
Extra oefening met aangeplakte vragen
Extra oefening met aangeplakte vragenExtra oefening met aangeplakte vragen
Extra oefening met aangeplakte vragen
missie_maes
 
Voorzetsels van tijd
Voorzetsels van tijdVoorzetsels van tijd
Voorzetsels van tijdmissie_maes
 
Aangeplakte vragen
Aangeplakte vragenAangeplakte vragen
Aangeplakte vragen
missie_maes
 
Future
FutureFuture
Future
missie_maes
 
Telwoorden
TelwoordenTelwoorden
Telwoorden
missie_maes
 
Alphabet days-months-the clock
Alphabet days-months-the clockAlphabet days-months-the clock
Alphabet days-months-the clock
missie_maes
 
Wanneer gebruik je the
Wanneer gebruik je theWanneer gebruik je the
Wanneer gebruik je the
missie_maes
 
One
OneOne
Wanneer gebruik je the
Wanneer gebruik je theWanneer gebruik je the
Wanneer gebruik je themissie_maes
 

More from missie_maes (20)

Antwoorden extra oefeningen chapter 2, 4 mavo
Antwoorden extra oefeningen chapter 2, 4 mavoAntwoorden extra oefeningen chapter 2, 4 mavo
Antwoorden extra oefeningen chapter 2, 4 mavo
 
Present perfect
Present perfectPresent perfect
Present perfect
 
Bijwoorden van tijd
Bijwoorden van tijdBijwoorden van tijd
Bijwoorden van tijd
 
Ontkenningen met be
Ontkenningen met beOntkenningen met be
Ontkenningen met be
 
Vragen maken h4
Vragen maken h4Vragen maken h4
Vragen maken h4
 
Present continuous voor toekomst
Present continuous voor toekomstPresent continuous voor toekomst
Present continuous voor toekomst
 
Oefening past continuous
Oefening past continuousOefening past continuous
Oefening past continuous
 
Past continuous
Past continuousPast continuous
Past continuous
 
Vragende voornaamwoorden
Vragende voornaamwoordenVragende voornaamwoorden
Vragende voornaamwoorden
 
Lidwoorden
LidwoordenLidwoorden
Lidwoorden
 
Extra oefening met aangeplakte vragen
Extra oefening met aangeplakte vragenExtra oefening met aangeplakte vragen
Extra oefening met aangeplakte vragen
 
Voorzetsels van tijd
Voorzetsels van tijdVoorzetsels van tijd
Voorzetsels van tijd
 
Aangeplakte vragen
Aangeplakte vragenAangeplakte vragen
Aangeplakte vragen
 
Future
FutureFuture
Future
 
Telwoorden
TelwoordenTelwoorden
Telwoorden
 
Alphabet days-months-the clock
Alphabet days-months-the clockAlphabet days-months-the clock
Alphabet days-months-the clock
 
Wanneer gebruik je the
Wanneer gebruik je theWanneer gebruik je the
Wanneer gebruik je the
 
One
OneOne
One
 
Wanneer gebruik je the
Wanneer gebruik je theWanneer gebruik je the
Wanneer gebruik je the
 
One
OneOne
One
 

Voorzetsels

  • 1. Voorzetsels Weet je nog??? op achter voor
  • 2. Als het goed is heb je bij Nederlands geleerd dat voorzetsels al die woordjes zijn die je voor ‘de kast’ kan zetten. (in de kast, achter de kast, op de kast, voor de kast, naast de kast, enz.) In het Engels heb je ook voorzetsels. We delen ze in in 3 groepen. Groep 1: voorzetsels van plaats in – in in front of – voor with – met behind – achter next to – naast between – tussen Our house is next to a bar. There is a garden behind our house. Our house is between two busy roads.
  • 3. Groep 2: de vertalingen van ‘boven’ en ‘onder’ among – onder / te midden van/tussen, altijd bij personen under – onder (ergens onder / lager dan) below – onder (lager dan iets anders, meestal bij temperatuur) over – boven (overheen / bovenop) above – boven (hoger dan iets anders, meestal bij temperatuur) I feel great when I’m among friends. We don’t sell these games to persons under the age of 16. There is a bridge over the river. The temperature is below freezing in winter. In spring, the temperature is above freezing
  • 4. Groep 3: de vertalingen voor het Nederlansde woordje ‘voor’. in front of – voor (als je ergens echt fysiek voor staat) for – voor (alle andere gevallen, dit is voor….) Dad is standing in front of the building. This present is for my grandma.
  • 5. Show that you know Vul het goede voorzetsel in. Kies uit: In, with, next to, in front of, between, behind, below, under, among, over, above, for. 1. I sat ______ two smelly people in the bus. I couldn’t breathe! 2. I saw your car standing _____ my house when I came home. 3. The dog barked when he saw the plane flying ____ our house. 4. Pierre is happiest when he is ______ his friends. 5. Temperatures are ______ zero today. It is really cold. 6. Have you looked ____ your room to find your shoes? 7. He hit _____ a tree, so he could not be seen.