SlideShare a Scribd company logo
Grenzen verleggen
door grenzen te stellen
Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde
Grenzen verleggen
  door grenzen te stellen
  Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Vastgesteld door de deelraad van
IJsselmonde op 9 oktober 2008
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Colofon
Tekstwerk en ondersteuning visie-ontwikkeling:
Han Paulides, Mara Frank en Tamara Schuurs van
RADAR Advies, Veemarkt 83, 1019 DB Amsterdam




Fotografie: Rob Kamminga
Grafische productie: TIME, Rotterdam

In opdracht van:
Deelgemeente IJsselmonde
Postbus 9044
3007 AA Rotterdam
Telefoon: (010) 479 82 00
E-mail: deelgemeente@ijsselmonde.rotterdam.nl
Website: www.ijsselmonde.nl




2
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Inhoudsopgave


Hoofdstuk 1        Inleiding: IJsselmonde investeert in haar kleurrijke jeugd                 5
                   1.1 Historisch perspectief: ontwikkelingen in het jongerenwerk             7
                   1.2 Waarom een visie?                                                      8
                   1.3 Wat is een visie?                                                      8

Hoofdstuk 2        Beeldsamenvatting                                                          9

Hoofdstuk 3        De jongeren                                                               11
                   3.1 Informatiemaatschappij                                                11
                   3.2 De jeugd van IJsselmonde                                              12
                   3.3 Voorzieningen voor jongeren                                           13

Hoofdstuk 4        De Visie op het Jongerenwerk                                              15
                   4.1 Wat is jongerenwerk?                                                  15
                   4.2 Wat doet jongerenwerk (kerntaken)?                                    16
                   4.3 Voor wie is jongerenwerk?                                             17

Hoofdstuk 5        De pedagoog                                                               18
                   5.1 Kansen bieden en grenzen stellen                                      18
                   5.2 Talenten ontdekken en ontplooien                                      19
                   5.3 Vraaggericht werken                                                   20

Hoofdstuk 6        Het jongerenwerk in relatie tot de omgeving                               21
                   6.1 Jongerenwerk als onderdeel van de buurt                               21
                   6.2 Samenwerken met ouders                                                22
                   6.3 De kunst van het samenwerken in de keten                              22
                   6.4 Informatie-uitwisseling                                               26

Hoofdstuk 7        Versterking van de interne organisatorische aansturing                    28
                   7.1 Eenduidigheid in visie en handelen                                    28

Hoofdstuk 8        Inrichting van het jongerenwerk                                           29
                   8.1 Preventief en normatief jongerenwerk                                  29
                   8.2 Differentiatie in ambulant en accommodatiegebonden jongerenwerk       29
                   8.3 Differentiatie in mbo-ers en hbo-ers                                  30
                   8.4 Differentiatie in doelgroepen                                         30
                   8.5 Differentiatie in het personeelsbestand                               30
                   8.6 Verbinding kinderwerk-jongerenwerk                                    30
                   8.7 Voorzieningen                                                         31
                   8.8 Deelname aan kwaliteitstraject Rotterdams jongerenwerk                32

Hoofdstuk 9        Deelgemeente als opdrachtgever én partner                                 33

Hoofdstuk 10       Aan de slag: jongerenwerk heeft toekomst in IJsselmonde                   35

Bijlage 1          Kaders vanuit het jeugdbeleid                                             37

Bijlage 2          Normering Jongerenwerk                                                    43



                                                                                              3
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




4
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




1           Inleiding: IJsselmonde investeert
            in haar kleurrijke jeugd1


Bewoners die van oudsher in IJsselmonde wonen, krijgen de laatste jaren te maken met grote ver-
anderingen in de deelgemeente. De deelgemeente verjongt sterk. De komst van mensen met andere
culturele achtergronden betekent dat oorspronkelijke bewoners te maken krijgen met buren die er
andere gewoonten op nahouden dan zij zelf. Vaak gaat het samenleven en het naast elkaar wonen
goed. Soms verloopt het ingewikkelder dan we met z’n allen zouden willen.

IJsselmonde kent veel jonge bewoners. Jongeren manifesteren zich anders dan volwassenen. Jongeren
zijn uitbundig aanwezig, zij leven binnen het gezin, maar ook op straat, op school, bij de scouting en bij
de sportvereniging. Jongeren geven kleur aan de samenleving, achter de kassa van een winkel, als kran-
tenbezorger, als enquêteur voor een energiebedrijf, als pompbediende bij een benzinestation, sportend
in de buitenruimte, fietsend op weg naar school, enzovoorts.

De deelgemeente vindt het positief dat jongeren in het publieke domein kleurrijk aanwezig zijn. We zijn
blij met de energie en de aanwezigheid van jongeren. Jongeren die niets ondernemen, die apathisch zijn,
dát is zorgwekkend. Jongeren die alléén maar dominant gedrag laten zien, die voor overlast zorgen, die
luidruchtig aanwezig zijn of zelfs intimiderend, dergelijk gedrag baart de deelgemeente zorgen.

De deelgemeente heeft de laatste tijd flink geïnvesteerd in jongeren. Zo zijn er bijvoorbeeld Cruyff- en
Krajicekcourts voor sportende jongeren en zoneparcspeelplaatsen voor kinderen gerealiseerd, is de
voorziening Thuis-op-straat/TOS in de deelgemeente actief geworden en is de inzet van de DOSA-regis-
seur voor jongeren en gezinnen die ondersteuning en/of correctie nodig hebben. Er zijn professionals
die jongeren aan school en/of werk helpen. De groepsaanpak is er voor jongeren die zich als groep
manifesteren op straat. Er zijn specifieke jongerenaccommodaties geopend waar ook de verbinding
wordt gelegd naar werk, school en hulpverlening. In 2008 is een begin gemaakt met de uitbreiding van
het jongerenwerk in de deelgemeente, wat in 2009 een vervolg zal krijgen. Er wordt geïnvesteerd in duur-
zame samenwerkingsverbanden tussen onder andere woningbouwverenigingen, de politie, het jonge-
renwerk en de deelgemeente en in 2009 zal ook in de deelgemeente IJsselmonde het Centrum voor
Jeugd en Gezin zijn deuren openen. Het jeugdbeleid is vastgelegd in een nota jeugdbeleid. Kortom: de
deelgemeente neemt haar jeugd serieus!

Maar… we zijn er nog niet, jongeren staan hoog op de agenda van de deelgemeente. Meer aandacht
is nodig voor jonge schoolverlaters, tienermoeders, jongeren die niet werken, jongeren die niet sporten,
jongeren die dreigen te ontsporen, jongeren die onzichtbaar zijn en steun nodig hebben, jongeren die een
stevige schouder missen en jongeren die bewust of onbewust geen ‘binding’ hebben met de samenleving.

Vanwege de agendasetting van IJsselmonde en de hernieuwde stedelijke aandacht voor jongeren krijgt
het jongerenwerk in IJsselmonde de komende jaren een kwantitatieve en kwalitatieve injectie. Waar de
deelgemeente het jarenlang heeft moeten doen met een zeer gering aantal jongerenwerkers, zal binnen
nu en twee jaar het jongerenwerk tot ca. 18-19 jongerenwerkers worden uitgebreid. Deze uitbreiding is
enorm voor IJsselmondse begrippen. De uitbreiding biedt jonge en oude bewoners in IJsselmonde unie-
ke kansen. Aan de andere kant zorgt het ook voor een groot verwachtingspatroon. De bewoners, de deel-
gemeente, de samenwerkende partners, de stad Rotterdam en niet in de laatste plaats de jongeren zelf
hebben enorme verwachtingen van de inzet en het resultaat van het jongerenwerk.




    1 Kleurrijk staat voor: verschillende jeugdstijlen, culturen, spontaniteit, enthousiasme en onbevangenheid van de jeugd.




                                                                                                                               5
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Juist vanwege dit verwachtingspatroon wil de deelgemeente op papier zetten wat de verwachtingen zijn
van het jongerenwerk. Het resultaat hiervan is dit visiedocument: “Grenzen verleggen door grenzen te
stellen”.

Vanwege de voorziene aanzienlijke uitbreiding van het jongerenwerk en de ambities van de deelge-
meente met betrekking tot het jeugdbeleid en het jongerenwerk als belangrijk onderdeel daarvan,
heeft de deelgemeente ook besloten tot een herijking van het subsidiebeleid van het jongerenwerk.
Sleutelbegrippen van de herijking zijn: professionalisering, groeistrategie, kwaliteitsborging, wijkge-
richt aanbod voor alle jongeren, aandachtvragend en niet-aandachtvragend en last but not least: de
ontwikkeling van jong democratisch burgerschap.

De visie van de deelgemeente dient ten grondslag te liggen aan de wijze waarop de komende tijd uitvoe-
ring zal worden gegeven aan het jongerenwerk in IJsselmonde. De visie zal als basis dienen voor een op
te stellen programma van eisen waarin uitvoerende instellingen op het terrein van het jongerenwerk zich
kunnen herkennen en waaraan ze willen en kunnen voldoen. Het streven is om begin 2009 het aanbe-
stedingstraject voor subsidietoekenning af te ronden.2

Naar een deelgemeentelijke visie op het jongerenwerk
‘Grenzen verleggen door grenzen te stellen’, dat is de titel van deze visie. We willen dat jongeren hun
grenzen verleggen, dat ze de kwaliteiten die zij in zich hebben op positieve wijze ontwikkelen en uiten. We
willen dat jongeren opgroeien tot volwaardige burgers, die op volwaardige wijze deelnemen aan de
samenleving. Een volwaardige deelname aan de samenleving betekent dat je je nuttig voelt (vanuit het
eigen perspectief) en nuttig maakt (vanuit een gemeenschappelijk perspectief). Uitgangspunt daarbij is
dat volwaardige burgers zelf de regie in handen hebben, zelfsturend zijn. Daarbij worden in de deelge-
meentelijke Kadernota Welzijn drie verschillende niveaus onderscheiden: de sturende burger die zich
prima kan redden, de vragende burger die met ondersteuning zelf aan het roer kan blijven en de steu-
nende burger die niet voor zichzelf kan zorgen en/of een gevaar vormt voor zichzelf en/of zijn leefomge-
ving. De overgang van het ene naar het andere niveau verloopt geleidelijk. Jongerenwerkers kunnen jon-
geren begeleiden in de wording tot ‘sturend burger’. De eigen kracht van jongeren en de gezinnen waar-
in zij opgroeien, staat altijd centraal. Er wordt gekeken naar wat jongeren en gezinnen wél kunnen in
plaats van dat er uitsluitend wordt gekeken naar wat ze niét kunnen. Kwaliteiten en mogelijkheden van
jongeren en gezinnen worden ingezet om jongeren en hun ouders, broertjes en zusjes zoveel mogelijk
zélf aan het roer van hun eigen leven te laten staan.3

Jongerenwerkers kunnen jongeren echter alleen ondersteunen naar volwaardig, sturend burgerschap
door duidelijke grenzen te stellen, door de kaders van wat wel en wat niet kan goed af te bakenen. Door
duidelijke grenzen te stellen aan jongeren, ontstaat er binnen die grenzen ruimte om talent te ontdekken
en te ontplooien. De grenzen die je als jongerenwerker stelt vormen als het ware het kader waarbinnen
jongeren kunnen experimenteren. Door te experimenteren, door op zoek te gaan naar de ideeën en talen-
ten van jongeren en door jongeren te stimuleren om hun talent te ontplooien, kunnen jongeren hun eigen
grenzen verleggen.




2 Onder aanbesteding wordt hier verstaan dat meerdere partijen op basis van een programma van eisen, welke voortvloeit
    uit het deelgemeentelijk Visiedocument Jongerenwerk en de nota Samenhangend Jeugdbeleid, worden uitgenodigd om
    een subsidieverzoek te doen. Op basis van de mate van aansluiting van het subsidieverzoek bij de deelgemeentelijke uit-
    gangspunten en een aantal nader te bepalen wegingcriteria zal bepaald worden aan welke partij(-en) subsidie zal worden
    verstrekt ten bate van de uitvoering van het jongerenwerk in de deelgemeente IJsselmonde in 2009.
3 Voor meer informatie over de drie niveaus van zelfsturend burgerschap, zie de Kadernota Welzijn van deelgemeente
    IJsselmonde.




6
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




1.1 Historisch perspectief: ontwikkelingen in het jongerenwerk
De verwachtingen van het jongerenwerk nemen toe. Jongerenwerkers worden gezien als sterke peda-
gogische partners in een wijk. Het zijn stevig opererende rolmodellen die oog hebben voor de talenten
en mogelijkheden van jongeren, maar die jongeren ook stevig kunnen aanspreken op ongewenst
gedrag. Jongerenwerkers helpen jongeren op een methodische manier op weg om hun heden en toe-
komst vorm en inhoud te geven. Daarbij zijn jongerenwerkers in staat om stevig op te treden in de
afstemming met ketenpartners en met belangrijke personen in de leefwereld van de jongere(n). Het
jongerenwerk heeft de potentie om een aanvulling te zijn op de meer repressieve aanpak door bij-
voorbeeld samen te werken met de politie, maar kan dat nog onvoldoende. Vaak ontbreekt een eens-
gezinde, herkenbare, doelgerichte en methodische manier van werken. Ook de samenwerking met
partners moet steviger gericht zijn op het aanpakken van jongeren - waar mogelijk preventief en cura-
tief -, maar als het nodig is ook repressief.

Een aantal ontwikkelingen in het afgelopen decennium hebben ertoe geleid dat er in het jongerenwerk
een tweede professionaliseringsbeweging is ontstaan. Die moet leiden tot een sterk beroepsprofiel.4
Deze ontwikkelingen zijn5:
• Jarenlange bezuiniging op het jongerenwerk;
• Opleidingen jongerenwerk zijn opgeheven of leiden een kwijnend bestaan;
• Een onduidelijke opdracht aan het jongerenwerk (opdrachtgevers beredeneren vaak vanuit
   problemen met jongeren terwijl het jongerenwerk werkt aan de problemen van jongeren);
• Veel nieuwe initiatieven op het gebied van de jeugd (DOSA, Jongerenloket, groepsaanpak,
   ketenoverleg);
• Ondanks alle initiatieven, zijn er nog geen grote sprongen vooruit gemaakt.
   De problematiek lijkt eerder toe te nemen dan af te nemen;
• Systematische/methodische aandacht voor ontwikkeling en ondersteuning van het
   uitvoerend jongerenwerk ontbreekt.

Momenteel gebeurt er veel in IJsselmonde en Rotterdam op het gebied van het jeugdbeleid. Het kwa-
litatief en kwantitatief versterken van het jongerenwerk is één van de speerpunten in IJsselmonde en
van het jeugdveiligheidsactieprogramma “Ruimte geven door grenzen te stellen; Rotterdam doet het!”.

Professionaliseringsslag
In het kader van versterking van het jongerenwerk is er op initiatief van de deelgemeenten en de stad een
Rotterdamse methodiek jongerenwerk ontwikkeld, waarin de kerntaken en kerncompetenties van de
jongerenwerker worden beschreven. Ook is er een normering jongerenwerk tot stand gekomen, waarin
de resultaatgebieden en de daarvoor benodigde formatie per gebied beschreven worden. Beide docu-
menten vormden de basis van waaruit een kwalitatief en kwantitatief traject is ingezet.

Kwaliteitstraject
Het kwaliteitstraject voor het jongerenwerk bestaat uit een aantal onderdelen: een assessment voor alle
Rotterdamse jongerenwerkers (“Klasse!”), opleiding en bijscholing van jongerenwerkers, de Nieuwe
Leerlijn Jongerenwerk op mbo en hbo niveau (start vanaf september 2008), het ontwerpen en imple-
menteren van een jongerenwerkapplicatie, het verbeteren van de aansturing van de sector en het moni-
toren van de resultaten.

Kwantiteitstraject
Het kwantiteitstraject voorziet in de gefaseerde aanstelling van 50 fte nieuwe jongerenwerkers. Daarbij
gaat het om maatwerk, waarbij het accent kan liggen op ambulant werk, maar ook op jeugdservice-




4 In de zeventiger jaren was de eerste professionaliseringsbeweging.
5 Henk Spies (2008). ‘Natuurlijk willen risicojongeren leren’.




                                                                                                       7
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




teams of inpandig jongerenwerk. De basis voor toekenning per gebied is de ontwikkelde Normering
Jongerenwerk. Voor de deelgemeente IJsselmonde houdt dit in dat er ruim vier keer zo veel jonge-
renwerkers bij zullen komen (naar in totaal ca. 18-19 jongerenwerkers. Enige ruimte is gewenst waar
het gaat om het exacte aantal. Dit is afhankelijk van opleidingsniveau, inschaling en specifiek profiel
jongerenwerker.



1.2 Waarom een visie?
Gezien de ontwikkelingen in IJsselmonde en vanwege een aanzienlijke uitbreiding van het aantal jonge-
renwerkers in deelgemeente IJsselmonde, bestaat er in IJsselmonde de behoefte om een visie te ont-
wikkelen waarin wordt ingegaan op de wijze waarop vanuit het deelgemeentelijk jeugdbeleid vorm en
inhoud gegeven wordt aan het jongerenwerk in IJsselmonde.6 Het streven hierbij is dat er overeenstem-
ming komt over een aantal basisgedachten in het jongerenwerk. Denk hierbij aan een pedagogische aan-
pak, de samenwerking met ketenpartners, het delen van informatie, de rol van de deelgemeente, enzo-
voort. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling om tot in detail te beschrijven hoe het jongerenwerk in
IJsselmonde eruit moet zien. Zo stellen we dat meidenwerk belangrijk en noodzakelijk is, maar hoe daar
precies invulling aan gegeven wordt en met welke methodiek, daar gaan we niet op in.

De visie die IJsselmonde heeft op het jongerenwerk is deels ingegeven door ontwikkelingen in de stad
Rotterdam. “Ieder Kind Wint”, “Ruimte geven door grenzen te stellen”, de methodiek van het Rotterdamse
jongerenwerk, maar ook het deelgemeentelijk beleidskader Samenhangend Jeugdbeleid vormen de
kaders waarbinnen IJsselmonde haar visie op het jongerenwerk formuleert. In bijlage 1 is een korte
samenvatting weergegeven van hierboven genoemde beleidsdocumenten.



1.3 Wat is een visie?
Er bestaat vaak verwarring over wat een visie inhoudt. Te vaak wordt er in een visie gekeken naar het ver-
leden of de huidige situatie, terwijl bij een visie juist de toekomst van belang is. Het maakt duidelijk waar
een organisatie, of in dit geval de deelgemeente, voor staat en naartoe wil. Een goede visie is gedurfd en
staat los van de situatie van vandaag. Een visie is een richtinggevend kompas en een bron van inspiratie.
Het is een ambitieus en origineel plan voor de toekomst. Een visie kijkt naar de toekomst van morgen en
vertelt wat we willen bereiken. In een visie wordt niet ingegaan op hoe iets bereikt zal worden. Dat laat-
ste noemen we een strategie.

Een visie heeft een aantal duidelijke functies7, zoals:
• Richting geven: Een visie zorgt dat alle neuzen dezelfde kant op staan;
• Inspireren: Een duidelijke visie geeft een kader om richting te geven aan de uitvoering van een toe-
   komstbeeld;
• Zich onderscheiden van anderen: Door een visie te schrijven wacht je niet af wat anderen doen, maar
   onderneem je zelf actie.

Een visie is krachtig en inspirerend en wordt gedragen door alle betrokkenen. Met een gedeelde visie
weet het jongerenwerk wat er van ze verwacht wordt. Op basis van de visie moet het jongerenwerk in
staat zijn om duidelijke en concrete werkafspraken te maken met de deelgemeente.8




6 De basis van het deelgemeentelijk jeugdbeleid wordt gevormd door het deelgemeentelijke rapport Herijking
    Samenhangend Jeugdbeleid.
7 Deze functies van een visie worden veel gebruikt in organisatie theorieën.
8 Van Ginkel, F., Veenbaas, R., Noorda, J. (2007). Jongerenwerk: Stand van zaken en perspectief. Amsterdam/Utrecht:
    Nederlands Jeugdinstituut/Uitgeverij SWP.




8
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




2   Beeldsamenvatting




                                                                                       9
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




10
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




3           De jongeren


De maatschappij die de afgelopen jaren onherkenbaar is veranderd, vraagt om een nieuw type jongeren-
werker met een nieuwe beroepsopvatting en een gereedschapskist met nieuwe instrumenten, die zijn
aangepast aan de grootstedelijke problematiek. Een tweede professionaliseringsbeweging in het jonge-
renwerk, die moet leiden tot een sterk beroepsprofiel is in gang gezet om deze verandering tot stand te
brengen. In dit hoofdstuk wordt de maatschappij waarin jongeren opgroeien beschreven, we geven een
beeld van de IJsselmondse jeugd en van de voorzieningen die er voor hen zijn.



3.1 Informatiemaatschappij
De wereld waarin jongeren van nu opgroeien is totaal anders dan de wereld waarin volwassenen zijn
opgegroeid. De informatiemaatschappij, massamediale beeldcultuur, hoog welvaartsniveau, sterke beïn-
vloeding door commercie en multiculturele samenleving, zijn woorden die de huidige maatschappij ken-
merken. Deze kenmerken veranderen het denken en doen van kinderen.

De informatiemaatschappij en de oneindige mogelijkheden van het internet veranderen de manier
waarop jongeren met informatie omgaan, waar ze kennis vandaan halen en wie de kennis levert. Er is
geen ‘groot gelijk’ meer, geen meester of juf die de wijsheid in pacht heeft. De wereld is groot gewor-
den, je kunt chatten met mensen over de hele wereld. Tegelijkertijd is de wereld klein geworden, jon-
geren hebben behoefte aan groepsvorming, willen ergens bij horen. Toegenomen welvaart en non-stop
commercie hebben jongeren ‘mediasmart’ gemaakt. Ze zijn cynischer, laten zich niet zomaar iets voor-
schrijven, geloven je niet als je geen bewijs kunt leveren. Er is zoveel keuze en ze zijn gewend aan zo’n
hoge kwaliteit, dat producten goed en functioneel moeten zijn. Jongeren gaan ook heel anders om met
het verwerken van informatie, doordat informatie steeds meer in beelden ‘binnenkomt’ en niet langer
in woorden. Tot slot, waar de multiculturele samenleving voor volwassenen vooral een begrip is, is het
voor jongeren de dagelijkse realiteit van school en vrienden. De helft van de Rotterdamse jongeren is
van allochtone afkomst. Dit heeft effect op de centrale waarden die worden nagestreefd. Niet alleen bij
jongeren met een andere culturele achtergrond, maar bij alle jongeren.9

De veranderde wereld is heel kind en jongere gericht. Kinderen worden ook steeds belangrijker. We
krijgen steeds later en minder kinderen. Volwassenen van nu kunnen moeilijker omgaan met ouder
worden. De fixatie op jong zijn en jong gedrag maakt dat we ons gelijk stellen aan jongeren, als maat-
je. Tegelijkertijd is de maatschappij echter ook gevaarlijk: denk aan de gevaren van verkeer, seks,
alcohol en drugs. De wens van volwassenen om gelijk te zijn aan jongeren, het maatje van de jonge-
re te zijn, laat zich soms dan ook moeilijk rijmen met de gevaren in de maatschappij.10




    9   Boschma, J. & Groen, I. (2007). Generatie Einstein slimmer, sneller en socialer: Communiceren met jongeren
        van de 21e eeuw. Amsterdam: Pearson Education Benelux bv.
    10 Boschma, J. & Groen, I. (2007). Generatie Einstein slimmer, sneller en socialer: Communiceren met jongeren
        van de 21e eeuw. Amsterdam: Pearson Education Benelux bv.




                                                                                                                     11
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




3.2 De jeugd van IJsselmonde
IJsselmonde vergroent en verkleurt.11 In 2007 telde deelgemeente IJsselmonde 58.646 inwoners, waar-
van 16.421 jongeren. Dit betekent dat 28% van alle inwoners in IJsselmonde jonger is dan 23 jaar.
In tabel 1 is te zien hoe de leeftijdsopbouw in deelgemeente IJsselmonde en de stad Rotterdam is.



                   Beverwaard            Groot        Lombardijen           Oud           IJsselmonde        Rotterdam
                                     IJsselmonde                        IJsselmonde


  0 - 5 jaar               9%                6%                7%               7%                7%               7%


  6 - 14 jaar             13%               10%                9%              10%               10%              10%


  15 - 22 jaar            14%               10%              10%                8%               11%              11%


  23 - 39 jaar            24%               20%              24%               27%               22%              27%


  40 - 64 jaar            33%               29%              29%               40%               31%              31%

  ≥ 65 jaar                7%               25%              21%                8%               19%              15%


  Totaal                 100%             100%              100%              100%             100%               100%


  N=                  12.356            27.045            13.643            5.602            58.646           584.046

Tabel 1. Leeftijd in percentages op basis van gegevens uit 2007.



In de tabel hiernaast staat de leeftijdsopbouw van de IJsselmondse jeugd per wijk weergegeven.12




11 De cijfers welke zijn gebruikt in dit hoofdstuk zijn afkomstig uit: IJsselmonde in Beeld 2007 - Centrum voor
     Onderzoek en Statistiek en het Jeugd Actieprogramma Groot IJsselmonde 2008-2012.
12 Deze tabellen zijn afkomstig uit de PowerPoint presentatie ten behoeve van de stuurgroep, mei 2008.




12
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Oud IJsselmonde                                               Beverwaard

 Leeftijdsgroep         Aantal         Percentage               Leeftijdsgroep          Aantal        Percentage

  0 - 5 jaar                365                  26              0 - 5 jaar                1109                 25


  6 - 12 jaar               424                  31              6 - 12 jaar               1221                 28


  13 - 17 jaar              307                  22              13 - 17 jaar               976                 22


  18 - 22 jaar              282                  21              18 - 22 jaar              1112                 25


  Totaal                   1378                 100              Totaal                    4418                100


Groot IJsselmonde                                             Lombardijen

 Leeftijdsgroep         Aantal         Percentage               Leeftijdsgroep          Aantal        Percentage

  0 - 5 jaar               1674                  24              0 - 5 jaar                 901                 27


  6 - 12 jaar              2017                  29              6 - 12 jaar                993                 28


  13 - 17 jaar             1633                  23              13 - 17 jaar               724                 20


  18 - 22 jaar             1671                  24              18 - 22 jaar               898                 25


  Totaal                   6995                 100              Totaal                    3516                100

Tabel 2. Leeftijdsopbouw per wijk.



3.3 Voorzieningen voor jongeren
De deelgemeente staat er op het gebied van voorzieningen in de buitenruimte goed voor. Er is een groot
aantal voorzieningen voor sport, spel en educatie. Binnenvoorzieningen die gericht zijn op jongeren
waren in 2006 nog nauwelijks te vinden in IJsselmonde (zie tabel 3).



       Voorzieningen               Groot IJsselmonde              Lombardijen                     Beverwaard
                                  en Oud IJsselmonde


  Sportaccommodatie                       14                               7                           5


  Wijkaccommodatie                          2                              4                           1


  Sportshop/JIP                             1                              1                           1


  Speel-o-theek                             -                              1                           -


  Sport- en Spelplekken                   20                              13                           8


  Educatie & speeltuinen                    7                              4                           1


  Totaal                                  44                              30                          16

Tabel 3. Aantal voorzieningen in de wijken naar soort op basis van gegevens uit 2006.



                                                                                                                     13
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Inmiddels is er echter een aantal voorzieningen bijgekomen. IJsselmonde kent nu onder andere de vol-
gende voorzieningen:13

•    Talenthouse Lombardijen;
•    Sportshop Lombardijen;
•    Praktijk Leer Centrum (Middengebied-zuid);
•    Sportshop Hollands tuin (Middengebied-noord);
•    Focus (Beverwaard);
•    Jongerenwerk Perspect (Lombardijen, Middengebied-noord, Middengebied-zuid en Beverwaard);
•    Jongerenwerk SWF (Lombardijen, Middengebied-zuid en Middengebied-noord), Jongerenwerk YfC
     (Beverwaard);
•    Fusion Radio (webradiostation);
•    Verschillende kunstgrasveldjes + sportactiviteiten S&R in Speeltuin Sportdorp;
•    Zoneparcspeelplaatsen;
•    Sport BSO;
•    TOS Heindijk.




13 Deze opsomming is niet uitputtend, maar het geeft een beeld.




14
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




4
2           De Visie op het
            Jongerenwerk


Deelgemeente IJsselmonde beschrijft in haar visie op het jongerenwerk wat jongerenwerk is en wat de
kerntaken van het jongerenwerk zijn. De visie van de deelgemeente gaat over de pedagogische relatie
van jongerenwerkers met jongeren, het gaat over oog voor talentontwikkeling en vraaggericht werken,
het gaat over de samenwerking met partners en over informatie uitwisseling. Het gaat ook over de rela-
tie tussen de deelgemeente en de uitvoerende organisatie van het jongerenwerk. Belangrijk in die rela-
tie is dat de deelgemeente niet alleen opdrachtgever is, maar ook partner. Met deze visie op het jonge-
renwerk sluit de deelgemeente aan bij de beschrijving van de missie en kerntaken van het jongerenwerk
zoals verwoord in de Rotterdamse methodiek van het jongerenwerk.14



       Jongeren moeten het kunnen maken in Rotterdam. Als ze willen krijgen ze van ons alle kans.
       Als ze echt niet kunnen, onze hulp. Maar voor wie niet wil, stellen we grenzen en treffen we
       maatregelen.15




4.1 Wat is jongerenwerk?
Vraag een willekeurig persoon wat jongerenwerk is en ze noemen een bouwvallige keet of buurthuis
waar af en toe een voetbaltoernooitje voor lastige jongeren wordt georganiseerd. Daarmee wordt het jon-
gerenwerk echter geen recht gedaan. Het jongerenwerk heeft als doel de maatschappelijke participatie
van jongeren te bevorderen en te vergroten. De jongerenwerkers zijn pedagogische beroepskrachten, die
jongeren in een accommodatie en op straat ondersteunen en helpen bij het volwassen worden. Het biedt
jongeren een veilige omgeving, waar ze kunnen opgroeien, exploreren, experimenteren en belangrijke
vaardigheden kunnen opdoen. Daarnaast stelt het jongerenwerk, wanneer nodig, grenzen. Het jonge-
renwerk heeft daarmee ook een belangrijke preventieve taak. Het biedt kansen aan jongeren, onder-
steunt hen bij het realiseren van deze kansen en voorkomt daarmee dat jongeren afglijden. Dankzij het
jongerenwerk kunnen jongeren zich ontwikkelen tot volwaardige volwassenen.

Het jongerenwerk hanteert de volgende principes16:

•      Het jongerenwerk erkent het recht dat jongeren hebben op het gebruik van de openbare ruimte;
•      Het jongerenwerk steunt en stimuleert jongeren in het dragen van eigen verantwoordelijkheid en
       stimuleert jongeren tot een actieve bijdrage aan hun eigen leefomgeving;
•      Het jongerenwerk steunt jongeren bij het verkrijgen en benutten van kansen op maatschappelijke
       participatie;
•      Het jongerenwerk heeft een sterk pedagogische functie (jongeren ondersteunen bij hun weg naar
       volwassenheid, opvoeden, normeren, grenzen stellen);
•      De jongerenwerker gaat vanuit zijn deskundigheid, visie en opdracht de dialoog aan met jongeren;




    14 Conform de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk (Adviesbureau van Montfoort, 2006.
        Het Rotterdamse Jongerenwerk: Functies, kerntaken, competenties, methoden.)
    15 Kadernotitie Jeugdbeleid 2004-2006.
    16 Conform de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk (Adviesbureau van Montfoort, 2006.
        Het Rotterdamse Jongerenwerk: Functies, kerntaken, competenties, methoden.)




                                                                                                      15
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




•    Het jongerenwerk ondersteunt en begeleidt jongeren bij het bedenken en organiseren van algemene
     activiteiten en activiteiten met een vormend karakter17;
•    Het jongerenwerk doet het niet alleen, maar werkt intensief samen met partners en voorzieningen
     die te maken hebben met de jongeren;
•    Indien jongeren ernstige problemen hebben, dan worden zij vanuit het jongerenwerk doorverwezen
     en toegeleid naar ketenpartners.



4.2 Wat doet jongerenwerk (kerntaken)?
Het jongerenwerk heeft persoonlijk contact met jongeren en daardoor veel kennis over de leefwereld van
jongeren. Het jongerenwerk werkt samen met alle andere partijen die te maken hebben met jongeren.
De kennis die het jongerenwerk heeft, is hierbij van zeer groot belang.

Het jongerenwerk heeft zeven kerntaken18:

1. Contact leggen en onderhouden.
   Jongeren worden actief opgezocht of komen naar de accommodatie. Jongeren worden ondersteund
   en geactiveerd.

2. Informatie verzamelen en signaleren.
   Door veelvuldig contact met jongeren is het jongerenwerk in staat informatie te verzamelen en te sig-
   naleren. Netwerkpartners zijn daarbij van groot belang. Het jongerenwerk monitort groepen en indi-
   viduen en deelt informatie met partners om ervoor te zorgen dat jongeren de beste kansen en hulp
   krijgen.

3. Jongeren ondersteunen en begeleiden bij het bedenken, voorbereiden en uitvoeren
   van programma’s en activiteiten.19
   Om het doel, maatschappelijke participatie van jongeren, te bereiken worden programma’s bedacht,
   voorbereid en uitgevoerd. De jongerenwerker anno 2008 is geen ‘activiteitenboer’ die draait wat de
   jongeren vragen, maar stimuleert de jongeren om zoveel mogelijk zelf te doen en mede verantwoor-
   delijk te zijn voor de uitvoering. Zo leren zij vaardigheden waar ze de rest van hun leven nog wat aan
   hebben. Dit vraagt wel om een veilige en stimulerende omgeving, waarbij op een acceptabele manier
   met elkaar wordt omgegaan.

4. Vorming en opvoeding.
   Het jongerenwerk zet in op vorming en opvoeding . De jongerenwerkers leveren hieraan een bijdra-
   ge door het aanleren van sociale vaardigheden, omgangsvormen en agressiebeheersing. Ook onder-
   steuning bij school en werk is soms nodig. Dit kan ook door jongeren toe te leiden naar andere orga-
   nisaties. Daarnaast zet het jongerenwerk in op het ontwikkelen van een positief zelfbeeld.




17 In de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk staat dit principe anders omschreven (“Het jongerenwerk organi-
     seert algemene activiteiten en activiteiten met een vormend karakter”). IJsselmonde kiest voor een ondersteunende
     rol van de jongerenwerker. Jongeren bedenken en organiseren zélf activiteiten, de jongerenwerker ondersteunt en
     begeleidt hen hierin.
18 Conform de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk (Adviesbureau van Montfoort, 2006. Het Rotterdamse
     Jongerenwerk: Functies, kerntaken, competenties, methoden.).
19 In de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk staat deze kerntaak anders omschreven (“Programma’s en acti-
     viteiten bedenken, voorbereiden en uitvoeren”). IJsselmonde kiest voor een ondersteunende taak van de jongerenwer-
     ker. Jongeren bedenken en organiseren zélf activiteiten, de jongerenwerker ondersteunt en begeleidt hen hierin.




16
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




5. Praktische dienstverlening en voorlichting.
   Het jongerenwerk geeft voorlichting, ondersteunt en adviseert de jongere bij het vinden en/of behou-
   den van werk of onderwijs.

6. Doorverwijzing.
   Het jongerenwerk doet niet aan hulpverlening, het is geen school en geen uitzendbureau. Jongeren-
   werkers signaleren en verwijzen door naar partners. Het is geen kwestie van eenvoudigweg een dos-
   sier doorschuiven naar een ander, maar het jongerenwerk stimuleert, ondersteunt en begeleidt de
   jongere naar de instelling die hem of haar verder kan helpen.

7. Participeren in netwerken en samenwerken met partners.
   Het jongerenwerk kan het uiteindelijk niet alleen en dat hoeft ook niet. Het jongerenwerk participeert
   in netwerken en werkt samen met partners. Daaronder vallen niet alleen de professionele partners,
   maar ook de sociale netwerken in de wijk en buurten én, belangrijker, de ouders. Het jongerenwerk
   gaat uit van het principe: jongeren ondersteunen bij hun weg naar volwassenheid, hen opvoeden en
   normen en grenzen stellen aan het gedrag van jongeren.



4.3 Voor wie is jongerenwerk?
Het jongerenwerk is er in principe voor álle jongeren tussen de 12 en 23 jaar. Daarom is het uit-
gangspunt in deelgemeente IJsselmonde dat het jongerenwerk in principe toegankelijk is voor álle
jongeren in IJsselmonde, ongeacht sekse, etniciteit, opleidingsniveau, dagbesteding en dergelijke.
Het jongerenwerk is er dus niet alleen voor overlastgevende jongeren. Het jongerenwerk dient dus-
danig georganiseerd te zijn, dat deze toegankelijkheid er ook daadwerkelijk voor alle jongeren is. In
de praktijk betekent dit dat er een diversiteit zal moeten zijn in het aanbod van voorzieningen. Zo heb-
ben meiden andere behoeften dan jongens. Om zowel een aantrekkelijk aanbod te kunnen bieden
voor jongere tieners als voor oudere jongeren wordt ook in IJsselmonde gewerkt met een splitsing in
de leeftijdscategorie 12-15 jaar en 16-23 jaar.

Dat het lastig is om voorzieningen aantrekkelijk en toegankelijk te maken voor alle jongeren, dat staat
buiten kijf. We hebben het over een erg grote doelgroep, die met de vergroening in IJsselmonde alleen
maar groter zal worden. Zelfs met de aankomende uitbreiding van het aantal jongerenwerkers, zal het
lastig zijn om álle jongeren in IJsselmonde de kans te geven kennis te maken met het jongerenwerk. Ook
niet alle jongeren hebben behoefte aan het jongerenwerk. Veel jongeren kunnen zich op eigen wijze en
eigen initiatief prima en verantwoord vermaken.

Desondanks willen we dat alle jongeren zich tot het jongerenwerk kunnen richten als zij dit willen. Voor
het jongerenwerk is het goed als er ook niet-problematische jongeren gebruik maken van het jongeren-
werk. Deze jongeren fungeren als rolmodellen voor risicojongeren en ‘trekken’ daarmee anderen
‘omhoog’. Een vraaggerichte benadering waarbij jongeren uitgedaagd worden om zelf met ideeën te
komen, die uit te werken en uit te voeren, is een manier om in de programmering aansluiting te vinden
bij de wensen van verschillende groepen jongeren. Het inzetten van publiciteit die gericht is op verschil-
lende doelgroepen en op een geografische spreiding over de wijk, zorgt ervoor dat het jongerenwerk
zichtbaar is voor alle jongeren in de wijk.20




20 Van Ginkel, F., Veenbaas, R., Noorda, J. (2007). Jongerenwerk: Stand van zaken en perspectief. Amsterdam/Utrecht:
    Nederlands Jeugdinstituut/Uitgeverij SWP.




                                                                                                                       17
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




5          De pedagoog


Een jongerenwerker is een pedagoog: hij of zij ondersteunt jongeren bij hun ontwikkeling, gaat op
zoek naar kwaliteiten en talenten en helpt jongeren om die te ontwikkelen. Maar de jongerenwerker
stelt ook grenzen, handhaaft die, en bevecht die indien nodig. In dit hoofdstuk worden de verschillen-
de aspecten van de pedagogische basishouding besproken.



5.1 Kansen bieden en grenzen stellen
Als we het hebben over jongeren in het jongerenwerk, dan hebben we het vaak over problemen die
jongeren ondervinden in hun pad naar volwassenheid. We praten over agressie, brutaliteit, crimina-
liteit, drug- en alcoholmisbruik, voortijdig schoolverlaten, financiële problemen, et cetera.

Dat jongeren zich afzetten tegen de volwassen wereld, dat ze experimenteren en grenzen opzoeken, dat
ze zich brutaler en groter voordoen dan ze zijn of dat ze zich juist onzichtbaar opstellen: het hoort alle-
maal bij de leeftijd. Soms vanwege onzekerheid, vaak vanwege de groep waartoe ze behoren of willen
behoren. Omdat het vaak om vervelend gedrag gaat, is het voor volwassenen verleidelijk om dit gedrag
als eendimensionaal, beheersend en afwijzend te benaderen. De uiterlijk waarneembare kenmerken,
zoals een grote mond, harde muziek, graffiti en dergelijke, zijn niet prettig en niet acceptabel.

Grenzen stellen en structuur bieden is dan nodig. Plooibare jongeren staan makkelijker open voor aan-
wijzingen van volwassenen. Anderen laten niet altijd zien dat ze open staan voor aanwijzingen en onder-
steuning door volwassenen.
Echter, alle jongeren hebben baat bij een duidelijke structuur en grenzen en een consequente handha-
ving daarvan. Of het jong zijn al dan niet soepel verloopt, heeft daarmee niets te maken.

Naast grenzen stellen en structuur bieden, wil IJsselmonde aandacht besteden aan het ontdekken en
ontwikkelen van kwaliteiten en talenten van jongeren. Bij het problematiseren van (het gedrag van) jon-
geren, wordt vaak vergeten dat zelfs de grootste etter over talenten beschikt die, als je je best doet, ont-
dekt, ontwikkeld en ontplooid kunnen worden. Jongeren zijn burgers. Jong burgerschap moet gestimu-
leerd worden. Dat betekent dat jongeren leren om op volwaardige wijze deel te nemen aan de samenle-
ving, dat zij zich nuttig voelen en nuttig maken.21

IJsselmonde kiest voor een pedagogische benadering, die zoekt naar een balans tussen het ontdek-
ken en ontplooien van talenten van jongeren en het oog hebben voor de effecten van het destructieve
gedrag van jongeren voor zichzelf en hun omgeving. De pedagogische benadering heeft oog voor de
positieve kant van jongeren, activeert jongeren, confronteert, daagt uit en schudt wakker. De jonge-
renwerker zorgt er binnen deze benadering voor dat jongeren als jonge burgers volwaardig deel kun-
nen nemen aan de samenleving (jong burgerschap).22 Van de jongerenwerker als pedagoog wordt ver-
wacht dat hij of zij een goed voorbeeld is, dat hij of zij ondersteunend is en kansen biedt. Tegelijkertijd
is de jongerenwerker in staat om duidelijke grenzen aan te geven van wat wel en niet toelaatbaar en
accepteerbaar is. Opgroeiende kinderen hebben behoefte aan grenzen en structuur, het biedt ze hou-
vast en de mogelijkheid om de wereld te verkennen en zich ertegen af te zetten. Juist vanwege de




    21 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde.
    22 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde.




    18
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




kwetsbaarheid van jongeren verwachten we van pedagogen dat ze grenzen stellend zijn. Om het hand-
havende karakter van het jongerenwerk sterker neer te zetten in IJsselmonde kiest IJsselmonde voor
een aantal jongerenwerkers met een sterk handhavend profiel.



   De houding van een jongerenwerker is:
   Met lef, uitdagend, grens verleggend, confronterend, ondernemend, competentiegericht, kwa-
   liteiten aanspreken, verborgen talenten ontdekken, prikkelend, vernieuwend, planmatig en
   vraaggericht werken, probleemgericht, focus op participatie, interventiegericht, grenzen stel-
   lend, niet de aap overnemen van jongeren, confronterend, een voorbeeld zijn en out of the box
   denken en handelen.

   Oud jongerenwerkgedrag is:
   Pleasen, belangen van jongeren behartigen, namens jongeren praten, het voor jongeren doen,
   uit handen nemen, overnemen, betuttelen, weten wat goed voor ze is, bemoederen, redeneren
   vanuit hoe moeilijk jongeren het hebben, aanbod gericht werken en jongeren behandelen als
   niet ‘kunners’ of niet ‘weters’.




5.2 Talenten ontdekken en ontplooien
In IJsselmonde zijn de jongerenwerkers de talentenscouts van jongeren. Jongeren, en zeker de jongeren
waarmee jongerenwerkers werken, zijn vaak uitmuntend in het maskeren van hun talenten. Jongeren
hebben enorm veel energie en goede ideeën, maar volwassenen erkennen en waarderen dat nog te wei-
nig. Jongeren zijn geweldige managers van hoe zij informatie tot zich nemen, terwijl ‘de volwassenen’
maar denken dat je niet tegelijkertijd huiswerk kunt maken, tv-kijken, aan de pc werken en mobiel kunt
bellen.23

Het jongerenwerk en in algemene zin het welzijnswerk is vaak enerzijds te betuttelend geweest naar jon-
geren. Anderzijds worden jongeren vaak geproblematiseerd. Vanuit dit eenzijdig probleem denken is
geen oog geweest voor de talenten van jongeren. We weten als professionals wel wat goed is voor jon-
geren en dat bieden we de jongeren aan, zonder inbreng te vragen van de jongeren zelf. De methodische
visie achter dit aanbodgericht werken, blijkt in de huidige tijd niet te werken.

Jongeren zijn dynamisch, vindingrijk en creatief. Als we alleen al kijken naar de vaardigheden van jon-
geren op het gebied van internet en de huidige elektronica zoals iPod, Wii, enzovoort. Jongeren zijn
opgevoed met de huidige techniek van het internetten, mobieltjes al dan niet met opnameapparatuur en
fotocamera. In de wijze waarop ze met deze ontwikkeling omgaan, streven ze volwassenen met gemak
voorbij.

Van het jongerenwerk in IJsselmonde wordt verwacht dat ze jongeren uitdaagt en prikkelt hun talenten
te gebruiken en deze niet te verwaarlozen en onbenut te laten.



23 Boschma, J. & Groen, I. (2007). Generatie Einstein slimmer, sneller en socialer: Communiceren met jongeren
    van de 21e eeuw. Amsterdam: Pearson Education Benelux bv.




                                                                                                                19
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




5.3 Vraaggericht werken
Jongeren in IJsselmonde moeten de ruimte krijgen om hun ideeën, talenten en dromen te realiseren
binnen de grenzen die de maatschappij en het jongerenwerk stelt. Jongeren moeten gestimuleerd wor-
den tot democratisch burgerschap waarbij aandacht is voor participatie en medeverantwoordelijkheid.
Een van de manieren om jongeren uit te dagen is jongeren te ondersteunen bij het zelf bedenken, opzet-
ten, uitvoeren en evalueren van activiteiten. Dit vraagt van het jongerenwerk een andere benadering dan
het ‘voor’ jongeren doen. We moeten jongeren hun creativiteit en organiserend vermogen niet uit handen
nemen. We moeten leren om jongeren hierop uit te dagen in plaats van het over te nemen. Op die manier
stimuleer je het zelfsturend vermogen van jongeren en ontwikkel je burgerschap, waarbij jongeren vol-
waardig deel uitmaken van de samenleving, waarbij zij zich nuttig voelen en nuttig maken.24 In de prak-
tijk blijkt dat jongeren dan komen tot een competentie ontwikkeling die bruikbaar is tijdens studie, werk
en latere toekomst.

Het ontwikkelen van talenten vraagt van het jongerenwerk een vraaggerichte benadering. Het jongeren-
werk zorgt samen met jongeren voor heldere kaders en gedragsregels waarbinnen ruimte is voor expe-
rimenteren. Jongeren dienen zo veel mogelijk betrokken te worden bij de organisatie en uitvoering van
het jongerenwerk (regels maken en handhaven, fondsenwerving, activiteiten bedenken, organiseren en
uitvoeren, etc.). Op die manier maak je een omslag van jongeren als consumenten naar jongeren als pro-
ducenten.




24 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde.




20
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




6           Het jongerenwerk in
            relatie tot de omgeving


De leefwereld van jongeren is - natuurlijk - veel breder dan het jongerenwerk. Ouders zijn van onschat-
bare waarde als het gaat om invloed die zij hebben op de ontwikkeling van hun kind. Ook andere familie-
leden en vrienden, scholen, werkgevers, sportverenigingen, culturele verenigingen, enzovoort hebben
een enorme impact op de ontwikkeling van een jongere tot volwassene.

De moderne jongerenwerker investeert niet alleen in jongeren, maar ook in de contacten met volwasse-
nen, organisaties en instanties. De jongerenwerker beschouwt de hele sociale omgeving van de doel-
groep als zijn werkterrein. Dat betekent: samenwerken met ketenpartners, maar ook relaties onderhou-
den met ouders en buurtbewoners. Door aanwezig te zijn, daar waar een jongere zelf zijn oplossingen
zoekt, kan het verschil gemaakt worden. Het zwakke netwerk wordt versterkt en jongeren leren op eigen
benen te staan. Dit betekent dat jongerenwerkers relaties onderhouden met ouders, buurtbewoners, vrij-
willigers, buurtagenten, docenten van school, sportverenigingen, culturele verenigingen, werkgevers,
kortom met de mensen die betekenis hebben in het dagelijkse leven van jongeren.25



6.1 Jongerenwerk als onderdeel van de buurt
Ouders zijn primair verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind. Deze opvoeding wordt echter
gedeeltelijk uitbesteed. Aan school, maar ook aan bijvoorbeeld sportverenigingen, de scouting of het jon-
gerenwerk. Ouders en het jongerenwerk hebben dus een gedeelde pedagogische taak.26 Daarom is het
van belang dat ouders op de hoogte zijn van wat er in de jongerenvoorziening gebeurt. Voor ouders is het
prettig om te weten wie zich ontfermt over zijn of haar kind, om te weten dat de voorziening een veilige
plek is, dat jongerenwerkers jongeren stimuleren om hun talenten te ontdekken en te ontplooien en dat
ze ook ingrijpen als het fout gaat.

Het lijkt allemaal heel logisch, maar helaas worden ouders vaak pas op de hoogte gesteld van het reilen
en zeilen van hun kroost als het niet goed gaat. Als het kind ruzie heeft gemaakt met anderen, als school-
uitval dreigt, als er contacten zijn met de politie, et cetera. Dat is jammer, want een gedeelde pedagogi-
sche verantwoordelijkheid betekent ook dat je elkaar ondersteunt en dingen die goed gaan met elkaar
deelt.

IJsselmonde verwacht van het jongerenwerk dat het ouders betrekt bij de voorziening. Een jongeren-
voorziening in IJsselmonde is geen voorziening waar alleen jongeren zich thuis voelen, maar een voor-
ziening waar jongeren, ouders én omwonenden bij betrokken zijn.

Omwonenden zijn vaak niet blij als ze horen dat er een voorziening voor jongeren in hun buurt komt. Het
is goed om hier vooraf bij stil te staan en om vóóraf te bedenken hoe men gaat voorkomen dat de voor-
ziening een slechte naam krijgt. Een voorziening moet in ieder geval niet worden gepresenteerd als een
voorziening voor ‘probleemjongeren’. Jongeren hebben geen interesse in een dergelijke voorziening (met
onderbezetting als gevolg) en omwonenden zullen protesteren. IJsselmonde wil voorzieningen die ver-
leidelijk zijn. Zowel voor de jongeren die de voorziening zullen bezoeken, als voor de volwassenen die in
de nabije omgeving wonen.




    25 Ook in de Kadernota Welzijn van de deelgemeente komt dit nadrukkelijk aan bod.
    26 Voor de pedagogische rol van het jongerenwerk, zie hoofdstuk 4.




                                                                                                       21
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




6.2 Samenwerken met ouders
Ouders zijn de primair verantwoordelijken voor- en de primaire opvoeders van hun kinderen. Als het jon-
gerenwerk aandacht heeft voor jongeren, dan moet het ook aandacht hebben voor ouders en voor het
contact tussen ouders en kinderen. Iedere jongerenwerkorganisatie zal in haar plannen opnemen dat ze
samenwerkt met ouders, om daarna te constateren dat dit in de praktijk niet eenvoudig is en dat dit vaak
gebeurt op basis van een negatief incident. Jongeren geven jongerenwerkers vaak te kennen dat ze niet
willen dat er contact is met hun ouders. Veel jongeren zeggen: er is thuis niemand die me begrijpt, nie-
mand die naar me luistert, niemand die aandacht voor me heeft. Als het jongerenwerk ouders alleen
betrekt als er iets negatiefs gebeurt met hun kind, dan komt de gewenste en noodzakelijke zorg en aan-
dacht van ouders voor hun kinderen er niet. Als je ouders echter betrekt bij de positieve dingen van hun
kind, bij de talenten van hun kind, dan stimuleer je het burgerschap en de opvoedkwaliteiten van ouders
én is het voor jongeren geen probleem dat ouders betrokken worden bij het jongerenwerk.

Talenten ontdekken en ontplooien staat centraal in het jongerenwerk van IJsselmonde. Laat ouders mee-
kijken en meedenken in het zoekproces naar talent. Bedenk en organiseer samen met jongeren leuke en
creatieve plannen om ouders van jongeren te ontmoeten. Van het jongerenwerk verwachten we dat ze
een cultuur creëert waarin ouders hun gezicht laten zien in het jongerenwerk en de jongerenwerker per-
soonlijk kennen. Op deze manier geven we met elkaar concreet vorm aan het burgerschap van volwas-
senen. We prikkelen volwassenen om deel te nemen aan de samenleving, waardoor ouders zich nuttig
voelen en nuttig maken.27 We prikkelen ouders om oog te hebben voor de kwaliteiten van hun kind en we
dagen ouders uit om de leefwereld van hun kind te leren kennen. Op die manier stimuleert het jonge-
renwerk ouders om hun eigen leven en dat van hun kinderen zelf te regisseren, vanuit hun eigen kracht
en met behulp van eigen sociale netwerken.28

Een goede relatie met ouders kan er daarnaast voor zorgen dat er een andere beeldvorming en imago
ontstaat van het jongerenwerk. De deelgemeente is van mening dat ouders de eerste en primair verant-
woordelijken zijn voor de opvoeding van hun kind(eren). Het jongerenwerk is een instrument om een bij-
drage te leveren aan het welzijn en jong burgerschap van jongeren.



6.3 De kunst van het samenwerken in de keten
Het jongerenwerk is een schakel in het netwerk van jeugdvoorzieningen en is aangewezen op samen-
werking. Een werkbaar pedagogisch klimaat om talenten te ontwikkelen en grenzen te stellen maak je
met elkaar en kun je niet alleen.29 Om goed te kunnen samenwerken, is het nodig om de wederzijdse
verwachtingen goed af te stemmen. Het moet duidelijk zijn wat je wel en wat je niet te bieden hebt.

De positie van het jongerenwerk in het veld
Het jongerenwerk bevindt zich meestal in het zogenoemde derde socialisatiemilieu. De eerste twee soci-
alisatiemilieus zijn het gezin en de school, het derde is vrije tijd in de buurt of wijk. Het jongerenwerk
heeft natuurlijk ook te maken met school, werk en gezin. In samenwerking met andere voorzieningen,
zoals scholen en jeugdzorg, kan de jongerenwerker worden aangesproken op zijn deskundigheid als ken-
ner van de leefwereld en de sociale omgeving van jongeren. De jongerenwerker is de verbindende scha-
kel tussen de leefwereld van jongeren en hun ouders aan de ene kant en maatschappelijke instanties aan
de andere kant.30




27 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde.
28 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde.
29 Over de pedagogische rol van het jongerenwerk, zie hoofdstuk 4.
30 Van Ginkel, F., Veenbaas, R., Noorda, J. (2007). Jongerenwerk: Stand van zaken en perspectief.
     Amsterdam/Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut/Uitgeverij SWP.




22
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




De laatste jaren heeft het jongerenwerk zich sterk verbreed. De verbinding met uitsluitend ‘vrije tijd’
kan inmiddels bijna worden losgelaten, omdat er steeds meer intensieve samenwerking is met ande-
re disciplines (onderwijs, instellingen voor arbeidstoeleiding, politie en justitie, jeugdhulpverlening
enz.).31 Om een beeld te geven van de positie van het jongerenwerk in het hele veld, maken we ge-
bruik van een schema dat is gebaseerd op een schema ontwikkeld door trainer Henk Spies, in het
kader van de Rotterdam Training voor de Stedelijke Pool Jongerenwerk. In het schema is goed te zien
dat de jongerenwerker contacten onderhoudt met veel verschillende partijen en organisaties (jonge-
ren, opdrachtgever, buurtbewoners, ketenpartners, de stadsmarinier, etc.).



      Eigen                                        Opdrachtgever
      organisatie,
      team
                                                                                               Ouders en
                                                                                               omgeving,
                                             Jongerenwerker                                    buurtbewoners
                                                                                               en sociaal
                                                                                               netwerk van
      Ketenpartners,                                                                           jongeren
      organisaties en
      instanties                                  Jongeren




Problemen waar jongeren (en de omgeving in de vorm van overlast) mee te maken krijgen zijn vaak groot
en echte antwoorden op maatschappelijke opvoedvraagstukken zijn er nog niet. Duidelijk is dat de ant-
woorden hierop niet alleen van het jongerenwerk kunnen komen. Een integrale aanpak is noodzakelijk.
Zoals bovenstaand schema ook laat zien, zijn er ontelbare samenwerkingsverbanden tussen het jonge-
renwerk en organisaties op het terrein van kunst en cultuur, sport en beweging, gezondheid, scouting,
werk en scholing, veiligheid, welzijn et cetera mogelijk. Hieronder gaan we in op een aantal belangrijke
samenwerkingspartners.

Politie
Eén van de twee ambities die het jeugdveiligheidsactieprogramma “Ruimte geven door grenzen te stel-
len; Rotterdam doet het!” voor het jongerenwerk formuleert betreft de samenwerking tussen jongeren-
werk en de politie. Deze samenwerking moet in 2012 sterk verbeterd zijn op de rol van toezicht en hand-
having.

De samenwerking is tweezijdig en van de politie wordt ook verwacht dat zij oog heeft voor de belan-
gen/gevoelens/situatie van jongeren. In dit document gaan we ervan uit dat de politie op juiste wijze invul-
ling geeft aan haar taken. Als dit in de praktijk niet zo is, dan dient daar in een ander kader aandacht aan
te worden besteed. Het betreft hier de visie op het jongerenwerk en in dat opzicht gaat het te ver om uit-
gebreid aandacht te besteden aan de verantwoordelijkheid en rol van de politie. Het gaat er in deze visie
om wat het jongerenwerk zélf kan doen om de samenwerking te verbeteren.

In IJsselmonde gaan we voor een veilige samenleving voor kinderen, jongeren en volwassenen. Veiligheid
in je eigen huis, veiligheid op school, veiligheid tijdens het spelen in een speeltuin/speelplek, veiligheid
in de winkelstraat, veiligheid tijdens een feestje en veiligheid tijdens het sporten. We vinden het allemaal
wenselijk en normaal. De politie is één van de toezichthouders en handhavers om te zorgen voor deze
gewenste veiligheid.




31 Van Ginkel, F., Veenbaas, R., Noorda, J. (2007). Jongerenwerk: Stand van zaken en perspectief. Amsterdam/Utrecht:
    Nederlands Jeugdinstituut/Uitgeverij SWP.




                                                                                                                       23
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Jongeren bevinden zich in een leeftijdsfase waarin ze tegendraads zijn en grenzen verkennen. Tegen
autoriteiten aanschoppen, hoort bij hun ontwikkeling. De politie bewaakt de grenzen en treedt op wan-
neer jongeren over de schreef gaan. Dit leidt ertoe dat jongeren en politie niet altijd samen door één deur
gaan. De politie is de boeman in blauw uniform, die bijvoorbeeld een grotere broer heeft opgepakt of die
in de ogen van jongeren komt zeuren als je met je vrienden op straat staat te kletsen. Dat de politie dat
doet om te zorgen voor een prettige en veilige buurt, en dat politieagenten ook gewone mensen zijn, dat
zien jongeren niet altijd. Van jongerenwerkers, volwassen mensen met een pedagogische taak, ver-
wachten wij dat zij het nut en de noodzaak van het politiewerk wél zien. Wij verwachten dat het jonge-
renwerk in het belang van de wijk en in het belang van de jongeren, de politie bijstaat in haar taak de
openbare orde en veiligheid te handhaven. Daarbij gaat het niet alleen om daadwerkelijke veiligheid,
maar ook om een gevoel van veiligheid en prettig wonen voor alle bewoners in de wijk.

Op dit moment is de samenwerking tussen jongerenwerk en politie vaak niet goed. Op de opleiding gaat
het al fout. Veel jongerenwerkers kiezen voor het vak omdat ze zelf een onstuimige jeugd hebben gehad
en nu andere jongeren willen helpen in de ontwikkeling naar volwassenheid. Een aantal jongerenwerkers
heeft in zijn of haar eigen jeugd op slechte voet gestaan met de politie en dit suddert door tijdens de oplei-
ding en later in het werk als jongerenwerker. Bovendien hechten jongerenwerkers grote waarde aan het
opbouwen van een vertrouwensrelatie met jongeren. Daarbij stellen jongerenwerkers zich op als ‘het
maatje’ van de jongere. Op het moment dat een jongere iets vertelt aan de jongerenwerker wat de poli-
tie zou moeten weten, dan voelt de jongerenwerk dat hij of zij dit niet kan doorgeven, omdat de vertrou-
wensrelatie dan onder druk komt te staan. Tot slot worden jongeren vaak gezien als kwetsbare kinderen,
die in bescherming genomen moeten worden, waar je het als jongerenwerker voor moet opnemen. Dat
de politie er is om voor een veilige leefomgeving te zorgen en om een kind weer op het juist pad te bren-
gen en dus te helpen bij zijn of haar ontwikkeling, daar wordt op zo’n moment niet altijd aan gedacht. De
deelgemeente ziet het belang in van een betrouwbare relatie tussen jongeren en jongerenwerkers. Een
betrouwbare relatie is iets anders dan een vertrouwensrelatie. Een vertrouwensrelatie is al te vaak een
excuus dat gebruikt wordt om te talmen, om dingen niet te doen, om geen informatie uit te wisselen met
partners. In IJsselmonde willen we daarom betrouwbare relaties tussen jongeren en jongerenwerkers en
géén vertrouwensrelaties.

De jongerenwerker is een pedagoog, die jongeren in het ‘derde milieu’ opvoedt. Net zoals ouders elkaar
in het bijzijn van hun kinderen niet moeten afvallen, moet het jongerenwerk de politie niet afvallen. Zeker
niet waar jongeren bij zijn. Het jongerenwerk heeft de taak om naar jongeren en ouders uit te dragen dat
de politie een onderdeel is van de samenleving en dat we - net als de dokter, de metselaar, de loodgie-
ter en de docent - niet zonder de politie kunnen.32

Uitdragen dat de politie er bij hoort in de samenleving, doe je door de politie (net als alle anderen pro-
fessionals) welkom te laten zijn in een jongerenvoorziening. Uiteraard stemmen jongerenwerk en politie
gezamenlijk af onder welke condities dit gebeurt, op welke tijdstippen, enzovoort. Goed afgestemde
onderlinge verwachtingen en goede afspraken vormen immers de basis voor een goede samenwerking.

DOSA
Van het jongerenwerk wordt in het bijzonder een constructieve samenwerking verwacht met DOSA. Het
jongerenwerk heeft zicht op de trends en ontwikkelingen die leven in ‘jeugdland’. Daarnaast heeft het
jongerenwerk vaak informatie over jongeren die relevant kan zijn voor het maatwerktraject dat wordt
geregisseerd door DOSA of het kan nodige informatie vergaren. Van DOSA en het jongerenwerk wordt
verwacht dat ze een samenwerking ontwikkelen die recht doet aan de kern en opdracht van beide partij-
en, waarbij wederzijdse informatie uitwisseling, onderzoek, transparantie en terugkoppeling van de
voortgang ingrediënten zijn voor een productieve samenwerking. Een sleutelwoord in de samenwerking
is betrouwbaarheid. Betrouwbaar voor de partners in doen en laten en betrouwbaar omgaan met infor-
matie.




32 Dit staat los van de vraag of genoemde beroepsgroepen hun werk goed doen.




24
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Toeleiding naar arbeidsmarkt/scholing
IJsselmonde richt zich in de methodische aanpak van het jongerenwerk op het ontdekken en ontwikke-
len van talenten van jongeren. Dit kunnen talenten zijn op allerlei terreinen: kunst en cultuur, sport, maar
ook op het gebied van werk en scholing. Jongerenvoorzieningen moeten niet langer voorzieningen zijn
waar alleen maar gehangen wordt.

Om de toeleiding naar werk soepel te laten verlopen, is een goede samenwerking met partijen die jon-
geren toeleiden naar werk en scholing cruciaal, zoals het Jongerenloket. Via diverse projecten is toelei-
ding naar werk goed te organiseren. Op dit moment zijn er al concrete projecten met toeleiding naar werk
en scholing, bijvoorbeeld de toeleiding door het ID-plein in Talenthouse en de samenwerking van het jon-
gerenwerk met het Praktijk leercentrum. Ook in de toekomst moeten dergelijke projecten worden geor-
ganiseerd. Samen met het Jongerenloket wordt gedacht aan werkbare relaties tussen een deelgemeen-
telijke en stedelijke Jongerenloket benadering voor jongeren die niet zelfstandig hun weg vinden naar het
Jongerenloket.

Onderwijs
Het jongerenwerk ontplooit steeds vaker activiteiten in samenwerking met het onderwijs. Het leefdomein
‘vrije tijd’ waar het jongerenwerk zich van oudsher op gericht heeft wordt dan ook steeds meer verbreed
naar het complete leefdomein van jongeren. Het jongerenwerk kan een rol spelen in de opvang en vrije-
tijdsbesteding van leerlingen, het kan deel uitmaken van de zorgstructuur in het voortgezet onderwijs
(activiteiten in het kader van veilige school en voortijdig schoolverlaten) en het kan educatieve activitei-
ten organiseren tijdens of na schooltijd (op school en/of buiten school). In IJsselmonde wordt creatief
ingezet op praktijkonderwijs binnen het jongerenwerk. Daarnaast is ook uitwisseling, afstemming en
gezamenlijke inzet en programmering op het terrein van de Brede school en programmering in de deel-
gemeente/wijk aan de orde. Het jongerenwerk en de Brede school kunnen elkaar versterken door het
opzetten van activiteiten op Brede scholen. Uitgangspunt hierbij is dat de ontwikkelingen rondom de VO
(Brede) scholen én de ontwikkelingen rondom het jongerenwerk samenkomen zodat deze elkaar ver-
sterken.

Scholen voor voortgezet onderwijs staan na schooltijd vrijwel altijd leeg, terwijl scholen steeds meer een
onderdeel van de wijk willen worden. Jongerenwerk kan eenvoudig fysiek in een school worden gereali-
seerd. Het jongerenwerk is dan niet alleen een gesprekspartner en expert, maar ook een direct aanwe-
zige partner, zichtbaar voor de scholieren. Ook in het kader van informatie-uitwisseling en toeleiding
naar school bij schooluitval, kan het onderwijs een belangrijke samenwerkingspartner zijn.

Groepsaanpak
De snelle verjonging in IJsselmonde heeft geleid tot incidenten die ontstaan door overlast door groepen
jongeren. In de groepsaanpak werkt de deelgemeente samen met de politie, het welzijnswerk en de
woningcorporaties aan het tegengaan van de overlast van groepen jongeren. Naast de samenwerking
met de politie, DOSA, het onderwijs en het Jongerenloket, is het daarom van belang dat het jongerenwerk
betrokken is bij de groepsaanpak. In IJsselmonde is dit standaard het geval. IJsselmonde wil dit graag zo
behouden. Om de mogelijkheden van het deelgemeentelijke veiligheidsbeleid optimaal te kunnen benut-
ten, is er naast een projectleider groepsaanpak tijdelijk een stadsmarinier ingezet in IJsselmonde.
De stadsmarinier geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de deelgemeente en helpt de deelgemeente
om resultaat te behalen. Indien noodzakelijk spreekt hij diensten/instellingen hierop aan.

Het jongerenwerk beschikt over veel informatie van en over jongeren. Op papier, maar vooral ook ‘in het
hoofd’. Het jongerenwerk kan op meerdere manieren betrokken zijn bij de groepsaanpak. Het jongeren-
werk legt contact met groepen jongeren en individuele jongeren. Via observatie, informatie verzameling
en analyse kan het jongerenwerk veel informatie verkrijgen over jongeren. Daarnaast kan het jongeren-
werk meedenken en meepraten met andere partners die betrokken zijn bij de groepsaanpak. Op wie
moeten we onze aandacht richten en welke interventies zijn er nodig. Een andere belangrijke taak voor
het jongerenwerk binnen de groepsaanpak is weggelegd aan de aanbodkant. Op basis van de analyse
wordt een groepsgerichte en/of individugerichte interventie ingezet. Het jongerenwerk kan een aanbod
organiseren voor en vooral mét de jongere(n).



                                                                                                         25
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




Hulpverlening
Jongerenwerkers verwijzen jongeren onvoldoende door naar de hulpverlening. Jongerenwerkers zijn
geneigd om zelf hulp te verlenen aan jongeren die hulp nodig hebben. Dit is niet het werk van de jonge-
renwerker, hier is de jongerenwerker immers niet voor opgeleid. De kracht van het jongerenwerk ligt in
het verkleinen van de afstand tussen jongeren en officiële instanties. De activiteiten van jongerenwerkers
zijn vooral preventief gericht: voorkomen dat vragen van jongeren uitgroeien tot problemen en als zich
problemen voordoen, deze zo vroeg mogelijk aanpakken. Een professioneel jongerenwerker analyseert
de situatie, verwijst goed door naar de juiste hulpverlening en zorgt voor een warme overdracht. Het is
een enorme opdracht aan het jongerenwerk om zich te beperken tot deze stappen. In de praktijk is de
verleiding groot om je als jongerenwerker zélf beschikbaar te stellen voor vragende jongeren en deze
jongeren zélf te helpen. Dit is nadrukkelijk niet de bedoeling van het jongerenwerk.

Woningbouwcorporaties
Corporaties zijn private, maatschappelijke ondernemingen. Zij bevinden zich tussen de markt, de over-
heid en de samenleving. Corporaties willen graag investeren in maatschappelijke taken. IJsselmonde is
aan het vergroenen en verkleuren. Dit zorgt wel eens voor problemen. Het jongerenwerk wordt meestal
pas door corporaties ingeschakeld na klachten van bewoners. Er zijn jongeren aan het blowen in een por-
tiek en aan het jongerenwerk wordt gevraagd deze jongeren mee te nemen naar een voorziening. Zo een-
voudig ligt het echter niet. De meeste problemen blijken te ontstaan, doordat de buurtbewoners elkaar
niet kennen. En daar ligt de kern van de samenwerking met de corporaties. Door goede samenwerking
tussen woningcorporatie, het opbouwwerk en het jongerenwerk kan de sociale cohesie en de tolerantie
ten opzichte van elkaar worden verbeterd. Daardoor kunnen de jongeren hun plek in de buitenruimte krij-
gen, waar zij zich als jonge burgers gedragen.

Welzijnsinstellingen
Naast een goede samenwerking met andere ketenpartners is het van belang dat een instelling voor jon-
gerenwerk ook goed samenwerkt met andere welzijnsinstellingen. Zeker als er meerdere organisaties
actief zijn in één deelgemeente. Onder goede samenwerking verstaan we het onderling uitwisselen van
informatie, gezamenlijk een beeld hebben van de jongeren in de wijk/buurt, goede afstemming van pro-
grammering, een goede overgang van kinderwerk naar jongerenwerk, et cetera.



6.4 Informatie-uitwisseling
Informatie-uitwisseling is een voorwaarde voor een goede samenwerking tussen verschillende keten-
partners. Onderlinge uitwisseling van informatie tussen instellingen en organisaties is een gevoelige
kwestie. Wat doe je als jongerenwerker als een jongere je in vertrouwen iets vertelt wat de politie echt
moet weten?33 Hoe zorg je ervoor dat je als jongerenwerker betrouwbaar bent, dat de jongere weet wat
jij met die informatie doet? De ontwikkeling van de verwijsindex, risicosignaleringssystemen en kinddos-
siers heeft tal van discussies opgeroepen over het recht op privacy en bescherming van persoonsgege-
vens enerzijds en het in het belang van een kind handelen door informatie te delen, anderzijds.

Nederland is nog lang niet uitgediscussieerd over de noodzaak en het kwaad van uitwisselingssystemen.
Inmiddels heeft de techniek echter niet stilgestaan en diverse systemen zijn inmiddels een feit.34 Ook zijn
er al convenanten met betrekking tot DOSA en jongerenoverlast.

In het onderwijs en binnen de hulpverlening is het allang heel normaal om via allerlei systemen infor-
matie te verzamelen over een jongere en het gezin waar hij of zij in leeft. Het jongerenwerk verzamelt ook
informatie, maar dan met name door zijn of haar persoonlijke contacten met de jongere en de verhalen




33 Zie ook paragraaf 6.3.
34 Zoals SISA en binnenkort de jongerenwerkapplicatie.




26
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




die de jongere vertelt. Dit is wat het jongerenwerk sterk maakt. Een jongere vertelt de jongerenwerker
wat hij of zij kwijt wil en wanneer hij of zij het kwijt wil. Tegelijkertijd maakt dit de jongerenwerker erg
afhankelijk van de bereidwilligheid en de verbale capaciteiten van een jongere om dingen te vertellen. Een
meer systematische manier van informatie verzamelen is mogelijk, zonder dat afbreuk gedaan wordt aan
het persoonlijke contact. Steeds meer jongerenvoorzieningen werken met pasjessystemen waardoor een
voorziening veiliger wordt en waardoor jongerenwerkers altijd weten wie er binnen zijn. Aan een pasjes-
systeem is een inschrijving gekoppeld, waardoor je in ieder geval de beschikking hebt over algemene
persoonsgegevens. Daarnaast kun je ook wat meer algemene vragen opnemen in je inschrijving of ken-
nismaking, bijvoorbeeld over gezinssamenstelling, opleiding, dagbesteding en vrijetijdsbesteding. Een
informatie- en registratiesysteem voor het jongerenwerk is momenteel in ontwikkeling.

Het is vervolgens aan jongerenwerkers om verdere informatie over jongeren te vergaren. De contactin-
formatie gaat dan over welbevinden, interesses, angsten, ambities, teleurstellingen, vriendenkring, rela-
ties, gezondheid, enzovoort. Deze informatie is aanvullend op de systeeminformatie over leeftijd, naam,
school, gezin en dergelijke.

Hoe om te gaan met de informatie die op deze manier verkregen wordt, blijkt een discussie in het jonge-
renwerk. Volgens de visie op de pedagogische functie van het jongerenwerk en de ambitie van samen-
werken in de keten is het logisch om informatie over een jongere te delen met ketenpartners. De infor-
matie van een jongerenwerker kan van onschatbare waarde zijn voor het krijgen van een volledig beeld
van een jongere, met als gevolg een aanpak op maat. Voor veel jongerenwerkers is het delen van infor-
matie een lastig punt, omdat ze bang zijn ‘de vertrouwensrelatie’ met de jongere te verliezen.35 Een pro-
fessionele jongerenwerker zorgt ervoor dat hij/zij betrouwbaar is. Deze jongerenwerker hélpt de jongere
juist door belangrijke informatie te geven aan andere partners. Door middel van afspraakprotocollen en
samenwerkingsafspraken maakt de jongerenwerker juiste overwegingen over het al dan niet delen van
informatie, in het belang van de jongere en de samenleving. Jongerenwerkers dienen richting jongeren
aan te geven dat zij professionals zijn en dus met andere partners samenwerken. Duidelijke communi-
catie naar jongeren met wie je samenwerkt, voorkomt dat jongeren zich verraden voelen door de jonge-
renwerker. Uiteraard is het belangrijk om als jongerenwerker te horen wat er met de door jou beschik-
bare gestelde informatie is gedaan. Terugkoppeling over de voortgang door de ketenpartners is daarom
onmisbaar.
Informatie-uitwisseling is niet eenzijdig. Jongerenwerkers kunnen ook informatie krijgen van andere
partners om een jongere optimaal te kunnen ondersteunen in zijn of haar ontwikkeling. Een jongeren-
werker is een professional. Ketenpartners kunnen bij hem of haar terecht voor sparring en advies. Door
deze houding ook uit te dragen, ontstaat er een tweedimensionale samenwerking in plaats van alleen een
samenwerking gebaseerd op eendimensionaal informatiebelang van een ketenpartner.




35 Zie ook paragraaf 6.3.




                                                                                                         27
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




7         Versterking van de interne
          organisatorische aansturing


Na een periode van ambivalentie met de softe sector, is er weer behoefte aan een sterke sociale sector
als aanvulling op het veiligheidsbeleid. Juist de kracht van de sociale sector moet het onderscheidend en
bindend vermogen met de verschillende sectoren binnen de ketensamenwerking zijn. Sociaal investeren
werkt echter alleen als er een eenduidige en stevige sturing is op de invulling en uitvoering van het jon-
gerenwerk.



7.1 Eenduidigheid in visie en handelen
Het jongerenwerk heeft, zoals iedere professie in de sociale sector, te maken met een mate van autono-
mie van de professional tijdens het uitoefenen van zijn of haar vak. Binnen het jongerenwerk is echter
sprake geweest van een wel erg sterke autonomie; iedereen handelde naar zijn of haar eigen inzichten.
Er was nauwelijks sprake van een gedeelde visie en een methodische manier van werken. Dit heeft ertoe
geleid dat jongeren, ouders, samenwerkingspartners, maar ook jongerenwerkers zelf, geen duidelijk
beeld hebben van wat het jongerenwerk nu eigenlijk is en wat het concreet te bieden heeft. Daar komt bij
dat de mobiliteit onder jongerenwerkers erg groot is. Door deze samenloop van factoren is het imago van
het jongerenwerk behoorlijk onder druk komen te staan.

Het jongerenwerk heeft in zichzelf geen traditie om al werkende in te spelen op de veranderende omge-
ving. Het jongerenwerk is vrij defensief naar de veranderende omgeving en kent geen sterke traditie van
reflectie op eigen handelen. Van het jongerenwerk wordt nu reflecterend, anticiperend en pro-actief
gedrag verwacht.

Het is aan het management in het jongerenwerk om meer eenduidigheid in visie en handelen te organi-
seren. Van teamleiders/managers wordt verwacht dat ze sturen in de praktijk van alle dag. Van hen wordt
een krachtige en adequate operationele sturing verwacht om de ambitie met en van het jongerenwerk
gestalte te geven. Met maar één doel: het versterken van de medewerkers die in de frontlinie werken met
jongeren. Dit vraagt om moderne managementconcepten zoals het werken met voormannen, individue-
le ontwikkelingsplannen, praktijktraining en intervisie. Sturing met een grote mate van ‘bemoeizucht’ op
de beoefening van het vak jongerenwerk. Managers moeten weten wat er speelt in de uitvoering en zij
moeten samenwerken met ketenpartners. Daarnaast zijn gestandaardiseerde werkprocessen nodig. Nu
handelt de jongerenwerker voornamelijk op basis van voorgaande ervaringen. De komende jaren moet
er gewerkt worden aan het ontwikkelen van deze gestandaardiseerde werkprocessen. Ook een goede
informatievoorziening vanuit welzijnsinstellingen naar jongerenwerkers en ketenpartners en concrete
prestatie indicatoren zijn noodzakelijk.

Met het aanstellen van meer jongerenwerkers alleen hebben we nog geen professioneel jongerenwerk
gecreëerd. Een goed evenwicht tussen de operationele uitvoering en de aansturing daarvan kan zorgen
voor een kwalitatief, pro-actief en werkzaam jongerenwerk.




    28
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




8      Inrichting van het jongerenwerk


Jongeren verschillen erg van elkaar en hebben uiteenlopende behoeften en verwachtingen van het jon-
gerenwerk. Het jongerenwerk zélf kent ook vele facetten. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de diffe-
rentiaties die in het jongerenwerk gemaakt (kunnen) worden en de manier waarop IJsselmonde tegen
deze differentiaties aankijkt.



8.1 Preventief en normatief jongerenwerk
In het jongerenwerk wordt soms een onderscheid gemaakt in preventief en normatief of repressief jon-
gerenwerk. In IJsselmonde willen we een dergelijk strikt onderscheid niet maken. In de pedagogische
aanpak is er alleen sprake van accentverschillen tussen preventief en normatief. We verwachten van
iedere jongerenwerker dat hij of zij zowel preventief als normatief kan werken. Soms zijn wel profielen
nodig van jongerenwerkers, die naast de algemene vaardigheden van de jongerenwerker steviger kun-
nen inzetten op het normatieve handelen. Zo heeft IJsselmonde in het kader van de Stedelijke Pool
Jongerenwerk bijvoorbeeld ook ingezet op jongerenwerk met sterk handhavende taken. Het is natuurlijk
niet zo dat er wordt geswitcht van jongerenwerker als een meer repressief optreden noodzakelijk is. Van
alle jongerenwerkers wordt verwacht dat ze grenzen kunnen stellen en regels kunnen handhaven. Wel
kan iemand met een sterk handhavend karakter een sturende rol hebben bij het bepalen van het peda-
gogisch beleid omtrent grenzen stellen. Iemand die beter is in talenten ontwikkelen, stimuleren en moti-
veren kan in zijn of haar werk meer nadruk leggen op deze taken (bijvoorbeeld bedenken van methodie-
ken, jongeren ondersteunen bij uitwerken van ideeën, verantwoordelijkheid dragen voor de jongeren die
vrijwilliger zijn in de accommodatie, etc.). Andere voorbeelden zijn accentverschillen op het terrein van
netwerken of meidenwerk. Een jongerenwerker die goed is in netwerken kan aanspreekpunt zijn voor
partners. Dit betekent niet dat andere jongerenwerkers in het team niet over deze vaardigheid hoeven te
beschikken. Hun focus is daar alleen minder op gericht. Hetzelfde geldt voor meidenwerk. De ene jon-
gerenwerker heeft hier meer affiniteit mee en kwaliteiten voor, dan een ander. Een goede teamsamen-
stelling is noodzakelijk en kan ervoor zorgen dat jongerenwerkers elkaar aanvullen en versterken.



8.2 Differentiatie in ambulant en accommodatiegebonden
    jongerenwerk
In het jongerenwerk wordt een onderscheid gemaakt in ambulant jongerenwerk en accommodatiege-
bonden jongerenwerk. Een professionele jongerenwerker is in staat om zowel ambulant, als accommo-
datiegebonden te werken. Beiden vormen onderdeel van het beroep jongerenwerker. Een jongerenwer-
ker leert de jongeren op straat kennen en biedt ze individueel of in groepsverband steun. In het verleng-
de daarvan biedt dezelfde jongerenwerker de groep jongeren inpandige activiteiten aan. Inpandig zijn jon-
geren ook goed individueel te begeleiden.

Ook hierin zijn uiteraard accentverschillen mogelijk. De een is meer geschikt om in een accommodatie
te werken en de ander op straat. Ook hierbij geldt dat in principe iedere jongerenwerker beide vormen
van jongerenwerk moet kunnen uitvoeren.




                                                                                                      29
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




8.3 Differentiatie in mbo-ers en hbo-ers
IJsselmonde vindt dat er een juiste balans moet zijn tussen jongerenwerkers op mbo niveau en jonge-
renwerkers op hbo niveau. Mbo-ers moeten de mogelijkheid krijgen om zich te ontwikkelen en door te
groeien naar hbo (denk- en werk)niveau. Dit is ook de ambitie van de kwaliteitsslag vanuit de stad
Rotterdam.



8.4 Differentiatie in doelgroepen
Het jongerenwerk in IJsselmonde is in principe bedoeld voor álle IJsselmondse jongeren. Het jonge-
renwerk is dus niet alleen voor jongeren die om aandacht vragen, die op straat overlast veroorzaken,
maar óók voor jongeren die zich terugtrekken, die in zichzelf gekeerd zijn, die aandacht proberen te ver-
mijden. Jongeren zijn allemaal anders en uniek. Jongeren verschillen in sekse, leeftijd, culturele achter-
grond, het sociaaleconomische milieu waarin ze opgroeien, de jeugdcultuur waartoe ze behoren, het
opleidingsniveau, et cetera.

Al deze verschillen resulteren in verschillende doelgroepen. Zo onderscheiden we aandachtvragende en
niet-aandachtvragende jeugd, overlastgevende jongens, meiden (of in subgroepen, bijvoorbeeld tiener-
moeders), jongeren met een laag IQ, jongeren met een bepaalde culturele achtergrond en noem maar
op. Sommige doelgroepen vragen om een ander aanbod. Meiden bijvoorbeeld hebben heel andere inte-
resses en behoeften dan jongens. Het jongerenwerk is er voor al deze en andere groepen jongeren.

Van voorzieningen in IJsselmonde wordt verwacht dat zij zich niet alleen richten op overlastgevende
groepen jongeren, maar óók op andere doelgroepen. De aanpak van overlastgevende groepen is per
definitie een ‘plusaanpak’, naast het ‘normale’ jongerenwerk. IJsselmonde wil in de toekomst met name
het meidenwerk verder versterken. Door middel van een vraaggerichte benadering wordt het aanbod
afgestemd op de vraag van diverse groepen jongeren.



8.5 Differentiatie in het personeelsbestand
IJsselmonde is een deelgemeente met bewoners van diverse culturele achtergronden en leeftijden. De
deelgemeente vergroent en verkleurt. Om als jongerenwerk aansluiting te hebben en te houden bij de
bewoners van IJsselmonde, moet er sprake zijn van een personeelsbestand dat een afspiegeling vormt
van de deelgemeente en haar bewoners, qua sekse en culturele achtergrond.



8.6 Verbinding kinderwerk-jongerenwerk
Het kinderwerk verschilt van het jongerenwerk. Jongeren hebben andere interesses en behoeftes dan
kinderen. Terwijl kinderen sterk gericht zijn op de ouders en het gezin, richten pubers zich steeds meer
op leeftijdgenoten en steeds minder op ouders en gezin. Onderwerpen als omgaan met alcohol en drugs,
omgaan met autoriteit, omgaan met lichamelijke en psychische veranderingen, omgaan met seksualiteit
et cetera zijn belangrijk in het jongerenwerk en veel minder in het kinderwerk. Voor jongeren is het ook
niet interessant als kinderwerk en jongerenwerk gecombineerd worden. Het is dan al snel ‘kinderachtig’.
Kinderwerk en jongerenwerk dienen daarom van elkaar gescheiden te blijven.

Kinderen in de leeftijd 8 tot 12 jaar vallen nu vaak tussen wal en schip. Qua leeftijd horen zij bij het kin-
derwerk, maar qua gedrag bij het jongerenwerk. Juist omdat deze kinderen qua gedrag eigenlijk al bij
het jongerenwerk horen, willen wij niet dat het jongerenwerk opengesteld wordt voor deze groep kinde-
ren. We willen 8 tot 12 jarigen niet extra stimuleren om gedrag te vertonen van veel oudere jongeren. Dat
deze kinderen te ‘oud’ zijn voor het kinderwerk, kan erop wijzen dat het kinderwerk geen passend (vraag-




30
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




gericht) aanbod kent voor deze groep. Een apart aanbod binnen het kinderwerk, specifiek gericht op de
vraag en behoefte van oudere kinderen is meer gepast, dan kinderen vanwege hun gedrag bij het jonge-
renwerk te betrekken.

De overgang van kinderleeftijd naar tienerleeftijd is wel een lastige voor kinderen. Lichamelijk en psy-
chisch verandert er veel, maar het kind maakt ook de overgang van basisschool naar middelbare school.
Dit is voor alle kinderen spannend en voor sommige kinderen beangstigend. Kinderen hebben op deze
leeftijd al te maken met behoorlijk wat veranderingen. Het jongerenwerk heeft daarom de taak om
samen met het kinderwerk ervoor te zorgen dat de overgang tussen kinderwerk en jongerenwerk soe-
pel verloopt. Informatie over het kind moet uitgewisseld worden, zodat jongerenwerkers op de hoogte zijn
van de voorgeschiedenis van het kind.



8.7 Voorzieningen
Het jongerenwerk en jongerenvoorzieningen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. In deze paragraaf
wordt daarom kort beschreven hoe IJsselmonde aankijkt tegen de voorzieningen voor het jongerenwerk.

IJsselmonde wordt steeds jonger. Er zijn al verschillende voorzieningen voor jongeren. Dat is mooi, maar
we zijn nog niet tevreden. We willen in iedere wijk voldoende jongerenwerk. Alleen dan kunnen we alle
jongeren een plek dicht bij huis geven waar ze terechtkunnen. Een plek waar ze hun talenten kunnen ont-
dekken, ontwikkelen en benutten.

De voorzieningen in IJsselmonde moeten herkenbaar en toegankelijk zijn voor álle jongeren in de wijk.
Door groepsgedrag ontstaat er heel snel een selectie- en uitschakelmechanisme dat ervoor zorgt dat
andere (groepen) jongeren zich niet meer welkom voelen in de voorziening. In IJsselmonde willen we niet
dat jongerenvoorzieningen geclaimd worden door bepaalde groepen. Alle voorzieningen moeten in prin-
cipe toegankelijk zijn voor alle jongeren in die buurt of wijk.

We willen jongerenwerk in iedere wijk. Maar we willen ook liever een beperkter aantal voorzieningen
waar de combinatie met school, de arbeidsmarkt, de hulpverlening en dergelijke sterk is gerealiseerd,
dan veel geïsoleerde voorzieningen. Jongerenwerk hoeft niet per definitie in specifieke jongerenvoorzie-
ningen plaats te vinden. Jongerenwerk kan ook gerealiseerd worden in een buurthuis of bijvoorbeeld een
school, maar ook bij een sportactiviteit, een hangplek of een activiteit die samen met anderen wordt geor-
ganiseerd (school, speeltuin, buurthuis, sportwerker…). Andersom is ook mogelijk: creëer andere voor-
zieningen in een jongerenvoorziening. Denk bijvoorbeeld aan internetcursussen voor senioren, maar ook
onderwijs in een jongerenvoorziening.

Bij vestiging in een bestaande voorziening, bijvoorbeeld een buurthuis, is het belangrijk dat jongeren hun
eigen plek krijgen. Een plek waar ze zich thuis voelen. Een plek die past binnen hun eigen belevingswe-
reld, waar zij de talenten kunnen ontplooien die zij willen ontplooien (muziek maken, dansen, graffiti
kunst maken moet dus mogelijk zijn). Momenteel zijn buurthuizen teveel gericht op andere doelgroepen,
met name op kinderen en senioren. Jongeren moeten het gevoel hebben dat de voorziening er ook voor
hen is. Aansluiten bij de leefwereld van de jongeren is daarom erg belangrijk. Het heeft geen zin om, bij
wijze van spreken, het oranje bloemetjesbehang te laten hangen. Jongeren voelen zich dan niet thuis en
blijven weg.

Jongeren zijn met name ’s avonds en in het weekend actief. De meesten van hen zitten - gelukkig - op
school of ze werken. Voorzieningen zijn soms ’s avonds en in het weekend gesloten, waardoor de jonge-
ren letterlijk en figuurlijk op straat staan. Openingstijden van voorzieningen in IJsselmonde moeten daar-
om aansluiten bij de tijden die passen in de dagbesteding van jongeren. Specifieke aandacht is nodig voor
de vakantieperiodes. De deelgemeente en instellingen overleggen tijdig over het nut en de noodzaak en
op welke wijze het jongerenwerk tijdens vakanties kan worden ingezet.




                                                                                                       31
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




8.8 Deelname aan kwaliteitstraject Rotterdams jongerenwerk
Als we in Rotterdam een goede balans willen vinden tussen de ‘harde’ aanpak en een ‘sociale’ aanpak
van jongeren, dan is een flinke kwaliteitsimpuls aan het jongerenwerk noodzakelijk. Samen met de stad
Rotterdam is en wordt door IJsselmonde krachtig vormgegeven aan de Rotterdamse methodiek van het
jongerenwerk, het nieuwe competentieprofiel, de assessments van de jongerenwerkers en de kwali-
teitsimpuls door het deskundigheidsbevordering-programma.

Alle Rotterdamse deelgemeenten nemen deel aan het kwaliteitstraject dat is ingezet om het jongeren-
werk in Rotterdam te professionaliseren. Organisaties die vanuit de deelgemeente opdracht krijgen om
jongerenwerk uit te voeren, zijn verplicht om deel te nemen aan dit kwaliteitstraject. Dit betekent dat jon-
gerenwerkers leren werken conform de Rotterdamse methodiek jongerenwerk, dat zij deelnemen aan
Klasse (assessment voor persoonlijke ontwikkeling), dat instellingen deelnemen aan de ontwikkelcafés
en dat er uitvoering gegeven wordt aan het plan voor deskundigheidsbevordering dat wordt opgesteld
door de stad. De nieuwe jongerenwerkers die in IJsselmonde aan de slag zullen gaan, zullen daarnaast
deelnemen aan de Rotterdam Training.




32
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




9        Deelgemeente als
         opdrachtgever én partner


De deelgemeente heeft de regie over het jeugdbeleid. Deze regierol impliceert dat de gemeente niet zelf
uitvoerder is van het beleid, maar daar andere uitvoeringsorganisaties voor inschakelt. Vanuit de regie-
rol vervult de deelgemeente een dubbelrol naar het jongerenwerk; aan de ene kant die van opdrachtge-
ver en aan de andere kant die van partner. Deze twee rollen lijken op het eerste gezicht tegenstrijdig,
maar het tegenovergestelde is het geval.

De deelgemeente is in de eerste plaats opdrachtgever. Vanuit bestuurlijke overwegingen geeft de deel-
gemeente opdracht aan instellingen, die ze subsidie verleent. In die rol zorgt de deelgemeente ervoor dat
er resultaatgerichte afspraken worden gemaakt met het jongerenwerk en zij ziet erop toe dat deze wor-
den nageleefd (monitoren). De deelgemeente zorgt voor de randvoorwaarden, zoals huisvesting en finan-
ciën. Hierbij staat de visie van de deelgemeente op het jongerenwerk centraal. Sterk leiderschap (één
aansturing) door iemand die de visie sterk kan uitdragen is daarbij nodig.

De rol van partner zorgt ervoor dat er niet alleen achteraf wordt afgerekend, maar dat de deelgemeen-
te ook tijdens het uitvoeringsproces meedenkt en meestuurt. Eerder gemaakte resultaatafspraken kun-
nen in overleg worden aangepast en bijgesteld. De deelgemeente is dus niet alleen geldschieter en con-
troleur en facilitator, maar ook een inhoudelijk partner. De deelgemeente denkt mee en bepaalt wat er
gebeurt, maar het is aan de instelling om te bepalen hoe ze het uitvoert. Zowel deelgemeente als instel-
ling neemt hierbij een proactieve houding aan.




    Deelgemeente als opdrachtgever                    Deelgemeente als partner

    Resultaatgerichte afspraken maken                 Samen kijken naar geschikte aanpak


    Toezien dat afspraken worden nageleefd            Input over trends en veranderingen


    Randvoorwaarden leveren                           Meedenken


    Financiën                                         Gezamenlijk koerswijzigingen bepalen




                                                                                                      33
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




34
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




         Aan de slag:

10       jongerenwerk heeft
         toekomst in IJsselmonde


 Deelgemeente IJsselmonde staat een grote uitdaging te wachten. Het jongerenwerk in IJsselmonde
 krijgt een enorme kwantitatieve en kwalitatieve impuls. Naast een bijdrage op het sociale domein levert
 het jongerenwerk ook een bijdrage aan de veiligheid in de deelgemeente. Het jongerenwerk in IJssel-
 monde wordt flink uitgebreid. Er zijn nieuwe accommodaties voor jongeren gerealiseerd en jongeren
 worden op straat actief benaderd. De deelgemeente heeft geïnvesteerd in nieuwe jongerenwerkers en
 vanuit de stad Rotterdam wordt een nieuwe lichting jongerenwerkers toebedeeld aan IJsselmonde. Het
 is geen sinecure om dit proces goed te laten verlopen. De verwachtingen van deze investering zijn terecht
 hoog. Iedere ondernemer, dus ook de sociale ondernemer, verwacht immers rendement van zijn investe-
 ring. In de praktijk blijkt dat ervaren jongerenwerkers zich over het algemeen moeilijk kunnen aanpas-
 sen aan het nieuwe elan van het jongerenwerk. Het jongerenwerk heeft een negatief imago: het is een
 sector waar je niet voor wilt werken, je wordt er bedreigd, het levert geen status op, je krijgt te maken
 met lastige groepen jongeren (en al dan niet cultuurgebonden normen en waarden) die je bovenmatig op
 de proef stellen enzovoort. Het is een immense opdracht om goede jongerenwerkers te vinden, jonge-
 renwerkers met het profiel ‘kansen bieden en grenzen stellen’. Het is een kunst om ze te werven, aan te
 nemen, op te leiden, ze te binden aan de visie van IJsselmonde, om ze te laten klikken met bewoners en
 jongeren en om ze de kunst van het samenwerken te leren! Kwaliteit borgen binnen het jongerenwerk is
 onontgonnen terrein. Een goed inwerkprogramma, collegiale consultatie, vaste werkprocessen, een to
 the point registratiesysteem, een uitgebalanceerde methodiek, een gedeelde visie… het staat allemaal in
 de kinderschoenen.

 Daarmee is de grootste risicotaxatie gemaakt. De verwachtingen zijn hoog, de ambities ook. Van het jon-
 gerenwerk in IJsselmonde wordt veel verwacht en bovenstaande visie moet ten grondslag liggen aan een
 soort van handboek voor het jongerenwerk in IJsselmonde. Instellingen die uitvoering zullen geven aan
 het jongerenwerk in IJsselmonde moeten zich dus in deze visie kunnen vinden en er in de praktijk uit-
 voering aan geven.
 IJsselmonde zet in op talentontwikkeling van álle jongeren in IJsselmonde en niet alleen op die van de
 aandachtvragende jongeren. De jongeren en bewoners in IJsselmonde verdienen jongerenwerk dat kan-
 sen biedt en grenzen stelt! Het jongerenwerk is een vreselijk leuk vak en het is een rijkdom dat je als jon-
 gerenwerker met opgroeiende jongeren met al hun twijfels, ideeën, verlangens, toekomstplannen, mon-
 digheid, ondeugendheid, grappen, grollen, energie en betrokkenheid mag werken. In IJsselmonde heeft
 het jongerenwerk de toekomst!




                                                                                                          35
Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde




36
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde
Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde

More Related Content

Similar to Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde

Visie jongerenwerk zoetermeer 2010
Visie jongerenwerk zoetermeer 2010Visie jongerenwerk zoetermeer 2010
Visie jongerenwerk zoetermeer 2010Mara Frank
 
Leerplichtadministratie RMC
Leerplichtadministratie RMCLeerplichtadministratie RMC
Leerplichtadministratie RMCkarin taselaar
 
Sessie 16: Maatschappelijke stage in de erfgoedsector
Sessie 16: Maatschappelijke stage in de erfgoedsectorSessie 16: Maatschappelijke stage in de erfgoedsector
Sessie 16: Maatschappelijke stage in de erfgoedsectorCANON Cultuurcel
 
Thema affiche jongerenwerk
Thema affiche jongerenwerkThema affiche jongerenwerk
Thema affiche jongerenwerkMara Frank
 
1baswb Nachtergaele Sven
1baswb Nachtergaele Sven1baswb Nachtergaele Sven
1baswb Nachtergaele SvenElShrimpo
 
Jeugdzorg, Welzijn en Nieuwe Media - CJG Ridderkerk
Jeugdzorg, Welzijn en Nieuwe Media  - CJG RidderkerkJeugdzorg, Welzijn en Nieuwe Media  - CJG Ridderkerk
Jeugdzorg, Welzijn en Nieuwe Media - CJG RidderkerkKNALgroen
 
Zelf doen en zelf laten
Zelf doen en zelf latenZelf doen en zelf laten
Zelf doen en zelf latenGert Rebergen
 
Wat is Mijn school small
Wat is Mijn school smallWat is Mijn school small
Wat is Mijn school smallHanno Ambaum
 
Zelfonderhoudend netwerk voor mantelzorgers: Een toolkit voor gemeenten.
Zelfonderhoudend netwerk voor mantelzorgers: Een toolkit voor gemeenten.Zelfonderhoudend netwerk voor mantelzorgers: Een toolkit voor gemeenten.
Zelfonderhoudend netwerk voor mantelzorgers: Een toolkit voor gemeenten.Martijn Verhagen
 
Leren, werken, ondernemen 3D businessmodellen voor MFA’s
Leren, werken, ondernemen 3D businessmodellen voor MFA’sLeren, werken, ondernemen 3D businessmodellen voor MFA’s
Leren, werken, ondernemen 3D businessmodellen voor MFA’sMarilledeGrootvanDoo
 
Rotterdams Offensief - Wijkscholen Rotterdaml
Rotterdams Offensief -  Wijkscholen RotterdamlRotterdams Offensief -  Wijkscholen Rotterdaml
Rotterdams Offensief - Wijkscholen RotterdamlAlbeda College
 

Similar to Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde (20)

Visie jongerenwerk zoetermeer 2010
Visie jongerenwerk zoetermeer 2010Visie jongerenwerk zoetermeer 2010
Visie jongerenwerk zoetermeer 2010
 
Leerplichtadministratie RMC
Leerplichtadministratie RMCLeerplichtadministratie RMC
Leerplichtadministratie RMC
 
Rapport Noorderstroom
Rapport NoorderstroomRapport Noorderstroom
Rapport Noorderstroom
 
Sessie 1 Ga internationaal: van idee tot plan
Sessie 1 Ga internationaal: van idee tot planSessie 1 Ga internationaal: van idee tot plan
Sessie 1 Ga internationaal: van idee tot plan
 
Sessie 16: Maatschappelijke stage in de erfgoedsector
Sessie 16: Maatschappelijke stage in de erfgoedsectorSessie 16: Maatschappelijke stage in de erfgoedsector
Sessie 16: Maatschappelijke stage in de erfgoedsector
 
Sessie voor schepenen - de plaats van de jeugddienst
Sessie voor schepenen - de plaats van de jeugddienstSessie voor schepenen - de plaats van de jeugddienst
Sessie voor schepenen - de plaats van de jeugddienst
 
Thema affiche jongerenwerk
Thema affiche jongerenwerkThema affiche jongerenwerk
Thema affiche jongerenwerk
 
Jeugdagenda Gouda 2011 - 2014
Jeugdagenda Gouda 2011 - 2014Jeugdagenda Gouda 2011 - 2014
Jeugdagenda Gouda 2011 - 2014
 
1baswb Nachtergaele Sven
1baswb Nachtergaele Sven1baswb Nachtergaele Sven
1baswb Nachtergaele Sven
 
Jeugdzorg, Welzijn en Nieuwe Media - CJG Ridderkerk
Jeugdzorg, Welzijn en Nieuwe Media  - CJG RidderkerkJeugdzorg, Welzijn en Nieuwe Media  - CJG Ridderkerk
Jeugdzorg, Welzijn en Nieuwe Media - CJG Ridderkerk
 
Zelf doen en zelf laten
Zelf doen en zelf latenZelf doen en zelf laten
Zelf doen en zelf laten
 
Wat is Mijn school small
Wat is Mijn school smallWat is Mijn school small
Wat is Mijn school small
 
Zelfonderhoudend netwerk voor mantelzorgers: Een toolkit voor gemeenten.
Zelfonderhoudend netwerk voor mantelzorgers: Een toolkit voor gemeenten.Zelfonderhoudend netwerk voor mantelzorgers: Een toolkit voor gemeenten.
Zelfonderhoudend netwerk voor mantelzorgers: Een toolkit voor gemeenten.
 
Jeugd mar13
Jeugd mar13Jeugd mar13
Jeugd mar13
 
Sessie 30 De jeugdhuiswerker van de toekomst
Sessie 30 De jeugdhuiswerker van de toekomstSessie 30 De jeugdhuiswerker van de toekomst
Sessie 30 De jeugdhuiswerker van de toekomst
 
Inspiratieavond jeugdwerk
Inspiratieavond jeugdwerkInspiratieavond jeugdwerk
Inspiratieavond jeugdwerk
 
Inspiratieavond jeugdwerk
Inspiratieavond jeugdwerkInspiratieavond jeugdwerk
Inspiratieavond jeugdwerk
 
Leren, werken, ondernemen 3D businessmodellen voor MFA’s
Leren, werken, ondernemen 3D businessmodellen voor MFA’sLeren, werken, ondernemen 3D businessmodellen voor MFA’s
Leren, werken, ondernemen 3D businessmodellen voor MFA’s
 
Rotterdams Offensief - Wijkscholen Rotterdaml
Rotterdams Offensief -  Wijkscholen RotterdamlRotterdams Offensief -  Wijkscholen Rotterdaml
Rotterdams Offensief - Wijkscholen Rotterdaml
 
Activation sociale nl §§ sociale activering nl
Activation sociale nl §§ sociale activering nlActivation sociale nl §§ sociale activering nl
Activation sociale nl §§ sociale activering nl
 

Visiedocument Jongerenwerk IJsselmonde

  • 1. Grenzen verleggen door grenzen te stellen Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde
  • 2. Grenzen verleggen door grenzen te stellen Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Vastgesteld door de deelraad van IJsselmonde op 9 oktober 2008
  • 3. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Colofon Tekstwerk en ondersteuning visie-ontwikkeling: Han Paulides, Mara Frank en Tamara Schuurs van RADAR Advies, Veemarkt 83, 1019 DB Amsterdam Fotografie: Rob Kamminga Grafische productie: TIME, Rotterdam In opdracht van: Deelgemeente IJsselmonde Postbus 9044 3007 AA Rotterdam Telefoon: (010) 479 82 00 E-mail: deelgemeente@ijsselmonde.rotterdam.nl Website: www.ijsselmonde.nl 2
  • 4. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding: IJsselmonde investeert in haar kleurrijke jeugd 5 1.1 Historisch perspectief: ontwikkelingen in het jongerenwerk 7 1.2 Waarom een visie? 8 1.3 Wat is een visie? 8 Hoofdstuk 2 Beeldsamenvatting 9 Hoofdstuk 3 De jongeren 11 3.1 Informatiemaatschappij 11 3.2 De jeugd van IJsselmonde 12 3.3 Voorzieningen voor jongeren 13 Hoofdstuk 4 De Visie op het Jongerenwerk 15 4.1 Wat is jongerenwerk? 15 4.2 Wat doet jongerenwerk (kerntaken)? 16 4.3 Voor wie is jongerenwerk? 17 Hoofdstuk 5 De pedagoog 18 5.1 Kansen bieden en grenzen stellen 18 5.2 Talenten ontdekken en ontplooien 19 5.3 Vraaggericht werken 20 Hoofdstuk 6 Het jongerenwerk in relatie tot de omgeving 21 6.1 Jongerenwerk als onderdeel van de buurt 21 6.2 Samenwerken met ouders 22 6.3 De kunst van het samenwerken in de keten 22 6.4 Informatie-uitwisseling 26 Hoofdstuk 7 Versterking van de interne organisatorische aansturing 28 7.1 Eenduidigheid in visie en handelen 28 Hoofdstuk 8 Inrichting van het jongerenwerk 29 8.1 Preventief en normatief jongerenwerk 29 8.2 Differentiatie in ambulant en accommodatiegebonden jongerenwerk 29 8.3 Differentiatie in mbo-ers en hbo-ers 30 8.4 Differentiatie in doelgroepen 30 8.5 Differentiatie in het personeelsbestand 30 8.6 Verbinding kinderwerk-jongerenwerk 30 8.7 Voorzieningen 31 8.8 Deelname aan kwaliteitstraject Rotterdams jongerenwerk 32 Hoofdstuk 9 Deelgemeente als opdrachtgever én partner 33 Hoofdstuk 10 Aan de slag: jongerenwerk heeft toekomst in IJsselmonde 35 Bijlage 1 Kaders vanuit het jeugdbeleid 37 Bijlage 2 Normering Jongerenwerk 43 3
  • 5. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 4
  • 6. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 1 Inleiding: IJsselmonde investeert in haar kleurrijke jeugd1 Bewoners die van oudsher in IJsselmonde wonen, krijgen de laatste jaren te maken met grote ver- anderingen in de deelgemeente. De deelgemeente verjongt sterk. De komst van mensen met andere culturele achtergronden betekent dat oorspronkelijke bewoners te maken krijgen met buren die er andere gewoonten op nahouden dan zij zelf. Vaak gaat het samenleven en het naast elkaar wonen goed. Soms verloopt het ingewikkelder dan we met z’n allen zouden willen. IJsselmonde kent veel jonge bewoners. Jongeren manifesteren zich anders dan volwassenen. Jongeren zijn uitbundig aanwezig, zij leven binnen het gezin, maar ook op straat, op school, bij de scouting en bij de sportvereniging. Jongeren geven kleur aan de samenleving, achter de kassa van een winkel, als kran- tenbezorger, als enquêteur voor een energiebedrijf, als pompbediende bij een benzinestation, sportend in de buitenruimte, fietsend op weg naar school, enzovoorts. De deelgemeente vindt het positief dat jongeren in het publieke domein kleurrijk aanwezig zijn. We zijn blij met de energie en de aanwezigheid van jongeren. Jongeren die niets ondernemen, die apathisch zijn, dát is zorgwekkend. Jongeren die alléén maar dominant gedrag laten zien, die voor overlast zorgen, die luidruchtig aanwezig zijn of zelfs intimiderend, dergelijk gedrag baart de deelgemeente zorgen. De deelgemeente heeft de laatste tijd flink geïnvesteerd in jongeren. Zo zijn er bijvoorbeeld Cruyff- en Krajicekcourts voor sportende jongeren en zoneparcspeelplaatsen voor kinderen gerealiseerd, is de voorziening Thuis-op-straat/TOS in de deelgemeente actief geworden en is de inzet van de DOSA-regis- seur voor jongeren en gezinnen die ondersteuning en/of correctie nodig hebben. Er zijn professionals die jongeren aan school en/of werk helpen. De groepsaanpak is er voor jongeren die zich als groep manifesteren op straat. Er zijn specifieke jongerenaccommodaties geopend waar ook de verbinding wordt gelegd naar werk, school en hulpverlening. In 2008 is een begin gemaakt met de uitbreiding van het jongerenwerk in de deelgemeente, wat in 2009 een vervolg zal krijgen. Er wordt geïnvesteerd in duur- zame samenwerkingsverbanden tussen onder andere woningbouwverenigingen, de politie, het jonge- renwerk en de deelgemeente en in 2009 zal ook in de deelgemeente IJsselmonde het Centrum voor Jeugd en Gezin zijn deuren openen. Het jeugdbeleid is vastgelegd in een nota jeugdbeleid. Kortom: de deelgemeente neemt haar jeugd serieus! Maar… we zijn er nog niet, jongeren staan hoog op de agenda van de deelgemeente. Meer aandacht is nodig voor jonge schoolverlaters, tienermoeders, jongeren die niet werken, jongeren die niet sporten, jongeren die dreigen te ontsporen, jongeren die onzichtbaar zijn en steun nodig hebben, jongeren die een stevige schouder missen en jongeren die bewust of onbewust geen ‘binding’ hebben met de samenleving. Vanwege de agendasetting van IJsselmonde en de hernieuwde stedelijke aandacht voor jongeren krijgt het jongerenwerk in IJsselmonde de komende jaren een kwantitatieve en kwalitatieve injectie. Waar de deelgemeente het jarenlang heeft moeten doen met een zeer gering aantal jongerenwerkers, zal binnen nu en twee jaar het jongerenwerk tot ca. 18-19 jongerenwerkers worden uitgebreid. Deze uitbreiding is enorm voor IJsselmondse begrippen. De uitbreiding biedt jonge en oude bewoners in IJsselmonde unie- ke kansen. Aan de andere kant zorgt het ook voor een groot verwachtingspatroon. De bewoners, de deel- gemeente, de samenwerkende partners, de stad Rotterdam en niet in de laatste plaats de jongeren zelf hebben enorme verwachtingen van de inzet en het resultaat van het jongerenwerk. 1 Kleurrijk staat voor: verschillende jeugdstijlen, culturen, spontaniteit, enthousiasme en onbevangenheid van de jeugd. 5
  • 7. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Juist vanwege dit verwachtingspatroon wil de deelgemeente op papier zetten wat de verwachtingen zijn van het jongerenwerk. Het resultaat hiervan is dit visiedocument: “Grenzen verleggen door grenzen te stellen”. Vanwege de voorziene aanzienlijke uitbreiding van het jongerenwerk en de ambities van de deelge- meente met betrekking tot het jeugdbeleid en het jongerenwerk als belangrijk onderdeel daarvan, heeft de deelgemeente ook besloten tot een herijking van het subsidiebeleid van het jongerenwerk. Sleutelbegrippen van de herijking zijn: professionalisering, groeistrategie, kwaliteitsborging, wijkge- richt aanbod voor alle jongeren, aandachtvragend en niet-aandachtvragend en last but not least: de ontwikkeling van jong democratisch burgerschap. De visie van de deelgemeente dient ten grondslag te liggen aan de wijze waarop de komende tijd uitvoe- ring zal worden gegeven aan het jongerenwerk in IJsselmonde. De visie zal als basis dienen voor een op te stellen programma van eisen waarin uitvoerende instellingen op het terrein van het jongerenwerk zich kunnen herkennen en waaraan ze willen en kunnen voldoen. Het streven is om begin 2009 het aanbe- stedingstraject voor subsidietoekenning af te ronden.2 Naar een deelgemeentelijke visie op het jongerenwerk ‘Grenzen verleggen door grenzen te stellen’, dat is de titel van deze visie. We willen dat jongeren hun grenzen verleggen, dat ze de kwaliteiten die zij in zich hebben op positieve wijze ontwikkelen en uiten. We willen dat jongeren opgroeien tot volwaardige burgers, die op volwaardige wijze deelnemen aan de samenleving. Een volwaardige deelname aan de samenleving betekent dat je je nuttig voelt (vanuit het eigen perspectief) en nuttig maakt (vanuit een gemeenschappelijk perspectief). Uitgangspunt daarbij is dat volwaardige burgers zelf de regie in handen hebben, zelfsturend zijn. Daarbij worden in de deelge- meentelijke Kadernota Welzijn drie verschillende niveaus onderscheiden: de sturende burger die zich prima kan redden, de vragende burger die met ondersteuning zelf aan het roer kan blijven en de steu- nende burger die niet voor zichzelf kan zorgen en/of een gevaar vormt voor zichzelf en/of zijn leefomge- ving. De overgang van het ene naar het andere niveau verloopt geleidelijk. Jongerenwerkers kunnen jon- geren begeleiden in de wording tot ‘sturend burger’. De eigen kracht van jongeren en de gezinnen waar- in zij opgroeien, staat altijd centraal. Er wordt gekeken naar wat jongeren en gezinnen wél kunnen in plaats van dat er uitsluitend wordt gekeken naar wat ze niét kunnen. Kwaliteiten en mogelijkheden van jongeren en gezinnen worden ingezet om jongeren en hun ouders, broertjes en zusjes zoveel mogelijk zélf aan het roer van hun eigen leven te laten staan.3 Jongerenwerkers kunnen jongeren echter alleen ondersteunen naar volwaardig, sturend burgerschap door duidelijke grenzen te stellen, door de kaders van wat wel en wat niet kan goed af te bakenen. Door duidelijke grenzen te stellen aan jongeren, ontstaat er binnen die grenzen ruimte om talent te ontdekken en te ontplooien. De grenzen die je als jongerenwerker stelt vormen als het ware het kader waarbinnen jongeren kunnen experimenteren. Door te experimenteren, door op zoek te gaan naar de ideeën en talen- ten van jongeren en door jongeren te stimuleren om hun talent te ontplooien, kunnen jongeren hun eigen grenzen verleggen. 2 Onder aanbesteding wordt hier verstaan dat meerdere partijen op basis van een programma van eisen, welke voortvloeit uit het deelgemeentelijk Visiedocument Jongerenwerk en de nota Samenhangend Jeugdbeleid, worden uitgenodigd om een subsidieverzoek te doen. Op basis van de mate van aansluiting van het subsidieverzoek bij de deelgemeentelijke uit- gangspunten en een aantal nader te bepalen wegingcriteria zal bepaald worden aan welke partij(-en) subsidie zal worden verstrekt ten bate van de uitvoering van het jongerenwerk in de deelgemeente IJsselmonde in 2009. 3 Voor meer informatie over de drie niveaus van zelfsturend burgerschap, zie de Kadernota Welzijn van deelgemeente IJsselmonde. 6
  • 8. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 1.1 Historisch perspectief: ontwikkelingen in het jongerenwerk De verwachtingen van het jongerenwerk nemen toe. Jongerenwerkers worden gezien als sterke peda- gogische partners in een wijk. Het zijn stevig opererende rolmodellen die oog hebben voor de talenten en mogelijkheden van jongeren, maar die jongeren ook stevig kunnen aanspreken op ongewenst gedrag. Jongerenwerkers helpen jongeren op een methodische manier op weg om hun heden en toe- komst vorm en inhoud te geven. Daarbij zijn jongerenwerkers in staat om stevig op te treden in de afstemming met ketenpartners en met belangrijke personen in de leefwereld van de jongere(n). Het jongerenwerk heeft de potentie om een aanvulling te zijn op de meer repressieve aanpak door bij- voorbeeld samen te werken met de politie, maar kan dat nog onvoldoende. Vaak ontbreekt een eens- gezinde, herkenbare, doelgerichte en methodische manier van werken. Ook de samenwerking met partners moet steviger gericht zijn op het aanpakken van jongeren - waar mogelijk preventief en cura- tief -, maar als het nodig is ook repressief. Een aantal ontwikkelingen in het afgelopen decennium hebben ertoe geleid dat er in het jongerenwerk een tweede professionaliseringsbeweging is ontstaan. Die moet leiden tot een sterk beroepsprofiel.4 Deze ontwikkelingen zijn5: • Jarenlange bezuiniging op het jongerenwerk; • Opleidingen jongerenwerk zijn opgeheven of leiden een kwijnend bestaan; • Een onduidelijke opdracht aan het jongerenwerk (opdrachtgevers beredeneren vaak vanuit problemen met jongeren terwijl het jongerenwerk werkt aan de problemen van jongeren); • Veel nieuwe initiatieven op het gebied van de jeugd (DOSA, Jongerenloket, groepsaanpak, ketenoverleg); • Ondanks alle initiatieven, zijn er nog geen grote sprongen vooruit gemaakt. De problematiek lijkt eerder toe te nemen dan af te nemen; • Systematische/methodische aandacht voor ontwikkeling en ondersteuning van het uitvoerend jongerenwerk ontbreekt. Momenteel gebeurt er veel in IJsselmonde en Rotterdam op het gebied van het jeugdbeleid. Het kwa- litatief en kwantitatief versterken van het jongerenwerk is één van de speerpunten in IJsselmonde en van het jeugdveiligheidsactieprogramma “Ruimte geven door grenzen te stellen; Rotterdam doet het!”. Professionaliseringsslag In het kader van versterking van het jongerenwerk is er op initiatief van de deelgemeenten en de stad een Rotterdamse methodiek jongerenwerk ontwikkeld, waarin de kerntaken en kerncompetenties van de jongerenwerker worden beschreven. Ook is er een normering jongerenwerk tot stand gekomen, waarin de resultaatgebieden en de daarvoor benodigde formatie per gebied beschreven worden. Beide docu- menten vormden de basis van waaruit een kwalitatief en kwantitatief traject is ingezet. Kwaliteitstraject Het kwaliteitstraject voor het jongerenwerk bestaat uit een aantal onderdelen: een assessment voor alle Rotterdamse jongerenwerkers (“Klasse!”), opleiding en bijscholing van jongerenwerkers, de Nieuwe Leerlijn Jongerenwerk op mbo en hbo niveau (start vanaf september 2008), het ontwerpen en imple- menteren van een jongerenwerkapplicatie, het verbeteren van de aansturing van de sector en het moni- toren van de resultaten. Kwantiteitstraject Het kwantiteitstraject voorziet in de gefaseerde aanstelling van 50 fte nieuwe jongerenwerkers. Daarbij gaat het om maatwerk, waarbij het accent kan liggen op ambulant werk, maar ook op jeugdservice- 4 In de zeventiger jaren was de eerste professionaliseringsbeweging. 5 Henk Spies (2008). ‘Natuurlijk willen risicojongeren leren’. 7
  • 9. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde teams of inpandig jongerenwerk. De basis voor toekenning per gebied is de ontwikkelde Normering Jongerenwerk. Voor de deelgemeente IJsselmonde houdt dit in dat er ruim vier keer zo veel jonge- renwerkers bij zullen komen (naar in totaal ca. 18-19 jongerenwerkers. Enige ruimte is gewenst waar het gaat om het exacte aantal. Dit is afhankelijk van opleidingsniveau, inschaling en specifiek profiel jongerenwerker. 1.2 Waarom een visie? Gezien de ontwikkelingen in IJsselmonde en vanwege een aanzienlijke uitbreiding van het aantal jonge- renwerkers in deelgemeente IJsselmonde, bestaat er in IJsselmonde de behoefte om een visie te ont- wikkelen waarin wordt ingegaan op de wijze waarop vanuit het deelgemeentelijk jeugdbeleid vorm en inhoud gegeven wordt aan het jongerenwerk in IJsselmonde.6 Het streven hierbij is dat er overeenstem- ming komt over een aantal basisgedachten in het jongerenwerk. Denk hierbij aan een pedagogische aan- pak, de samenwerking met ketenpartners, het delen van informatie, de rol van de deelgemeente, enzo- voort. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling om tot in detail te beschrijven hoe het jongerenwerk in IJsselmonde eruit moet zien. Zo stellen we dat meidenwerk belangrijk en noodzakelijk is, maar hoe daar precies invulling aan gegeven wordt en met welke methodiek, daar gaan we niet op in. De visie die IJsselmonde heeft op het jongerenwerk is deels ingegeven door ontwikkelingen in de stad Rotterdam. “Ieder Kind Wint”, “Ruimte geven door grenzen te stellen”, de methodiek van het Rotterdamse jongerenwerk, maar ook het deelgemeentelijk beleidskader Samenhangend Jeugdbeleid vormen de kaders waarbinnen IJsselmonde haar visie op het jongerenwerk formuleert. In bijlage 1 is een korte samenvatting weergegeven van hierboven genoemde beleidsdocumenten. 1.3 Wat is een visie? Er bestaat vaak verwarring over wat een visie inhoudt. Te vaak wordt er in een visie gekeken naar het ver- leden of de huidige situatie, terwijl bij een visie juist de toekomst van belang is. Het maakt duidelijk waar een organisatie, of in dit geval de deelgemeente, voor staat en naartoe wil. Een goede visie is gedurfd en staat los van de situatie van vandaag. Een visie is een richtinggevend kompas en een bron van inspiratie. Het is een ambitieus en origineel plan voor de toekomst. Een visie kijkt naar de toekomst van morgen en vertelt wat we willen bereiken. In een visie wordt niet ingegaan op hoe iets bereikt zal worden. Dat laat- ste noemen we een strategie. Een visie heeft een aantal duidelijke functies7, zoals: • Richting geven: Een visie zorgt dat alle neuzen dezelfde kant op staan; • Inspireren: Een duidelijke visie geeft een kader om richting te geven aan de uitvoering van een toe- komstbeeld; • Zich onderscheiden van anderen: Door een visie te schrijven wacht je niet af wat anderen doen, maar onderneem je zelf actie. Een visie is krachtig en inspirerend en wordt gedragen door alle betrokkenen. Met een gedeelde visie weet het jongerenwerk wat er van ze verwacht wordt. Op basis van de visie moet het jongerenwerk in staat zijn om duidelijke en concrete werkafspraken te maken met de deelgemeente.8 6 De basis van het deelgemeentelijk jeugdbeleid wordt gevormd door het deelgemeentelijke rapport Herijking Samenhangend Jeugdbeleid. 7 Deze functies van een visie worden veel gebruikt in organisatie theorieën. 8 Van Ginkel, F., Veenbaas, R., Noorda, J. (2007). Jongerenwerk: Stand van zaken en perspectief. Amsterdam/Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut/Uitgeverij SWP. 8
  • 10. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 2 Beeldsamenvatting 9
  • 11. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 10
  • 12. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 3 De jongeren De maatschappij die de afgelopen jaren onherkenbaar is veranderd, vraagt om een nieuw type jongeren- werker met een nieuwe beroepsopvatting en een gereedschapskist met nieuwe instrumenten, die zijn aangepast aan de grootstedelijke problematiek. Een tweede professionaliseringsbeweging in het jonge- renwerk, die moet leiden tot een sterk beroepsprofiel is in gang gezet om deze verandering tot stand te brengen. In dit hoofdstuk wordt de maatschappij waarin jongeren opgroeien beschreven, we geven een beeld van de IJsselmondse jeugd en van de voorzieningen die er voor hen zijn. 3.1 Informatiemaatschappij De wereld waarin jongeren van nu opgroeien is totaal anders dan de wereld waarin volwassenen zijn opgegroeid. De informatiemaatschappij, massamediale beeldcultuur, hoog welvaartsniveau, sterke beïn- vloeding door commercie en multiculturele samenleving, zijn woorden die de huidige maatschappij ken- merken. Deze kenmerken veranderen het denken en doen van kinderen. De informatiemaatschappij en de oneindige mogelijkheden van het internet veranderen de manier waarop jongeren met informatie omgaan, waar ze kennis vandaan halen en wie de kennis levert. Er is geen ‘groot gelijk’ meer, geen meester of juf die de wijsheid in pacht heeft. De wereld is groot gewor- den, je kunt chatten met mensen over de hele wereld. Tegelijkertijd is de wereld klein geworden, jon- geren hebben behoefte aan groepsvorming, willen ergens bij horen. Toegenomen welvaart en non-stop commercie hebben jongeren ‘mediasmart’ gemaakt. Ze zijn cynischer, laten zich niet zomaar iets voor- schrijven, geloven je niet als je geen bewijs kunt leveren. Er is zoveel keuze en ze zijn gewend aan zo’n hoge kwaliteit, dat producten goed en functioneel moeten zijn. Jongeren gaan ook heel anders om met het verwerken van informatie, doordat informatie steeds meer in beelden ‘binnenkomt’ en niet langer in woorden. Tot slot, waar de multiculturele samenleving voor volwassenen vooral een begrip is, is het voor jongeren de dagelijkse realiteit van school en vrienden. De helft van de Rotterdamse jongeren is van allochtone afkomst. Dit heeft effect op de centrale waarden die worden nagestreefd. Niet alleen bij jongeren met een andere culturele achtergrond, maar bij alle jongeren.9 De veranderde wereld is heel kind en jongere gericht. Kinderen worden ook steeds belangrijker. We krijgen steeds later en minder kinderen. Volwassenen van nu kunnen moeilijker omgaan met ouder worden. De fixatie op jong zijn en jong gedrag maakt dat we ons gelijk stellen aan jongeren, als maat- je. Tegelijkertijd is de maatschappij echter ook gevaarlijk: denk aan de gevaren van verkeer, seks, alcohol en drugs. De wens van volwassenen om gelijk te zijn aan jongeren, het maatje van de jonge- re te zijn, laat zich soms dan ook moeilijk rijmen met de gevaren in de maatschappij.10 9 Boschma, J. & Groen, I. (2007). Generatie Einstein slimmer, sneller en socialer: Communiceren met jongeren van de 21e eeuw. Amsterdam: Pearson Education Benelux bv. 10 Boschma, J. & Groen, I. (2007). Generatie Einstein slimmer, sneller en socialer: Communiceren met jongeren van de 21e eeuw. Amsterdam: Pearson Education Benelux bv. 11
  • 13. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 3.2 De jeugd van IJsselmonde IJsselmonde vergroent en verkleurt.11 In 2007 telde deelgemeente IJsselmonde 58.646 inwoners, waar- van 16.421 jongeren. Dit betekent dat 28% van alle inwoners in IJsselmonde jonger is dan 23 jaar. In tabel 1 is te zien hoe de leeftijdsopbouw in deelgemeente IJsselmonde en de stad Rotterdam is. Beverwaard Groot Lombardijen Oud IJsselmonde Rotterdam IJsselmonde IJsselmonde 0 - 5 jaar 9% 6% 7% 7% 7% 7% 6 - 14 jaar 13% 10% 9% 10% 10% 10% 15 - 22 jaar 14% 10% 10% 8% 11% 11% 23 - 39 jaar 24% 20% 24% 27% 22% 27% 40 - 64 jaar 33% 29% 29% 40% 31% 31% ≥ 65 jaar 7% 25% 21% 8% 19% 15% Totaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% N= 12.356 27.045 13.643 5.602 58.646 584.046 Tabel 1. Leeftijd in percentages op basis van gegevens uit 2007. In de tabel hiernaast staat de leeftijdsopbouw van de IJsselmondse jeugd per wijk weergegeven.12 11 De cijfers welke zijn gebruikt in dit hoofdstuk zijn afkomstig uit: IJsselmonde in Beeld 2007 - Centrum voor Onderzoek en Statistiek en het Jeugd Actieprogramma Groot IJsselmonde 2008-2012. 12 Deze tabellen zijn afkomstig uit de PowerPoint presentatie ten behoeve van de stuurgroep, mei 2008. 12
  • 14. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Oud IJsselmonde Beverwaard Leeftijdsgroep Aantal Percentage Leeftijdsgroep Aantal Percentage 0 - 5 jaar 365 26 0 - 5 jaar 1109 25 6 - 12 jaar 424 31 6 - 12 jaar 1221 28 13 - 17 jaar 307 22 13 - 17 jaar 976 22 18 - 22 jaar 282 21 18 - 22 jaar 1112 25 Totaal 1378 100 Totaal 4418 100 Groot IJsselmonde Lombardijen Leeftijdsgroep Aantal Percentage Leeftijdsgroep Aantal Percentage 0 - 5 jaar 1674 24 0 - 5 jaar 901 27 6 - 12 jaar 2017 29 6 - 12 jaar 993 28 13 - 17 jaar 1633 23 13 - 17 jaar 724 20 18 - 22 jaar 1671 24 18 - 22 jaar 898 25 Totaal 6995 100 Totaal 3516 100 Tabel 2. Leeftijdsopbouw per wijk. 3.3 Voorzieningen voor jongeren De deelgemeente staat er op het gebied van voorzieningen in de buitenruimte goed voor. Er is een groot aantal voorzieningen voor sport, spel en educatie. Binnenvoorzieningen die gericht zijn op jongeren waren in 2006 nog nauwelijks te vinden in IJsselmonde (zie tabel 3). Voorzieningen Groot IJsselmonde Lombardijen Beverwaard en Oud IJsselmonde Sportaccommodatie 14 7 5 Wijkaccommodatie 2 4 1 Sportshop/JIP 1 1 1 Speel-o-theek - 1 - Sport- en Spelplekken 20 13 8 Educatie & speeltuinen 7 4 1 Totaal 44 30 16 Tabel 3. Aantal voorzieningen in de wijken naar soort op basis van gegevens uit 2006. 13
  • 15. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Inmiddels is er echter een aantal voorzieningen bijgekomen. IJsselmonde kent nu onder andere de vol- gende voorzieningen:13 • Talenthouse Lombardijen; • Sportshop Lombardijen; • Praktijk Leer Centrum (Middengebied-zuid); • Sportshop Hollands tuin (Middengebied-noord); • Focus (Beverwaard); • Jongerenwerk Perspect (Lombardijen, Middengebied-noord, Middengebied-zuid en Beverwaard); • Jongerenwerk SWF (Lombardijen, Middengebied-zuid en Middengebied-noord), Jongerenwerk YfC (Beverwaard); • Fusion Radio (webradiostation); • Verschillende kunstgrasveldjes + sportactiviteiten S&R in Speeltuin Sportdorp; • Zoneparcspeelplaatsen; • Sport BSO; • TOS Heindijk. 13 Deze opsomming is niet uitputtend, maar het geeft een beeld. 14
  • 16. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 4 2 De Visie op het Jongerenwerk Deelgemeente IJsselmonde beschrijft in haar visie op het jongerenwerk wat jongerenwerk is en wat de kerntaken van het jongerenwerk zijn. De visie van de deelgemeente gaat over de pedagogische relatie van jongerenwerkers met jongeren, het gaat over oog voor talentontwikkeling en vraaggericht werken, het gaat over de samenwerking met partners en over informatie uitwisseling. Het gaat ook over de rela- tie tussen de deelgemeente en de uitvoerende organisatie van het jongerenwerk. Belangrijk in die rela- tie is dat de deelgemeente niet alleen opdrachtgever is, maar ook partner. Met deze visie op het jonge- renwerk sluit de deelgemeente aan bij de beschrijving van de missie en kerntaken van het jongerenwerk zoals verwoord in de Rotterdamse methodiek van het jongerenwerk.14 Jongeren moeten het kunnen maken in Rotterdam. Als ze willen krijgen ze van ons alle kans. Als ze echt niet kunnen, onze hulp. Maar voor wie niet wil, stellen we grenzen en treffen we maatregelen.15 4.1 Wat is jongerenwerk? Vraag een willekeurig persoon wat jongerenwerk is en ze noemen een bouwvallige keet of buurthuis waar af en toe een voetbaltoernooitje voor lastige jongeren wordt georganiseerd. Daarmee wordt het jon- gerenwerk echter geen recht gedaan. Het jongerenwerk heeft als doel de maatschappelijke participatie van jongeren te bevorderen en te vergroten. De jongerenwerkers zijn pedagogische beroepskrachten, die jongeren in een accommodatie en op straat ondersteunen en helpen bij het volwassen worden. Het biedt jongeren een veilige omgeving, waar ze kunnen opgroeien, exploreren, experimenteren en belangrijke vaardigheden kunnen opdoen. Daarnaast stelt het jongerenwerk, wanneer nodig, grenzen. Het jonge- renwerk heeft daarmee ook een belangrijke preventieve taak. Het biedt kansen aan jongeren, onder- steunt hen bij het realiseren van deze kansen en voorkomt daarmee dat jongeren afglijden. Dankzij het jongerenwerk kunnen jongeren zich ontwikkelen tot volwaardige volwassenen. Het jongerenwerk hanteert de volgende principes16: • Het jongerenwerk erkent het recht dat jongeren hebben op het gebruik van de openbare ruimte; • Het jongerenwerk steunt en stimuleert jongeren in het dragen van eigen verantwoordelijkheid en stimuleert jongeren tot een actieve bijdrage aan hun eigen leefomgeving; • Het jongerenwerk steunt jongeren bij het verkrijgen en benutten van kansen op maatschappelijke participatie; • Het jongerenwerk heeft een sterk pedagogische functie (jongeren ondersteunen bij hun weg naar volwassenheid, opvoeden, normeren, grenzen stellen); • De jongerenwerker gaat vanuit zijn deskundigheid, visie en opdracht de dialoog aan met jongeren; 14 Conform de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk (Adviesbureau van Montfoort, 2006. Het Rotterdamse Jongerenwerk: Functies, kerntaken, competenties, methoden.) 15 Kadernotitie Jeugdbeleid 2004-2006. 16 Conform de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk (Adviesbureau van Montfoort, 2006. Het Rotterdamse Jongerenwerk: Functies, kerntaken, competenties, methoden.) 15
  • 17. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde • Het jongerenwerk ondersteunt en begeleidt jongeren bij het bedenken en organiseren van algemene activiteiten en activiteiten met een vormend karakter17; • Het jongerenwerk doet het niet alleen, maar werkt intensief samen met partners en voorzieningen die te maken hebben met de jongeren; • Indien jongeren ernstige problemen hebben, dan worden zij vanuit het jongerenwerk doorverwezen en toegeleid naar ketenpartners. 4.2 Wat doet jongerenwerk (kerntaken)? Het jongerenwerk heeft persoonlijk contact met jongeren en daardoor veel kennis over de leefwereld van jongeren. Het jongerenwerk werkt samen met alle andere partijen die te maken hebben met jongeren. De kennis die het jongerenwerk heeft, is hierbij van zeer groot belang. Het jongerenwerk heeft zeven kerntaken18: 1. Contact leggen en onderhouden. Jongeren worden actief opgezocht of komen naar de accommodatie. Jongeren worden ondersteund en geactiveerd. 2. Informatie verzamelen en signaleren. Door veelvuldig contact met jongeren is het jongerenwerk in staat informatie te verzamelen en te sig- naleren. Netwerkpartners zijn daarbij van groot belang. Het jongerenwerk monitort groepen en indi- viduen en deelt informatie met partners om ervoor te zorgen dat jongeren de beste kansen en hulp krijgen. 3. Jongeren ondersteunen en begeleiden bij het bedenken, voorbereiden en uitvoeren van programma’s en activiteiten.19 Om het doel, maatschappelijke participatie van jongeren, te bereiken worden programma’s bedacht, voorbereid en uitgevoerd. De jongerenwerker anno 2008 is geen ‘activiteitenboer’ die draait wat de jongeren vragen, maar stimuleert de jongeren om zoveel mogelijk zelf te doen en mede verantwoor- delijk te zijn voor de uitvoering. Zo leren zij vaardigheden waar ze de rest van hun leven nog wat aan hebben. Dit vraagt wel om een veilige en stimulerende omgeving, waarbij op een acceptabele manier met elkaar wordt omgegaan. 4. Vorming en opvoeding. Het jongerenwerk zet in op vorming en opvoeding . De jongerenwerkers leveren hieraan een bijdra- ge door het aanleren van sociale vaardigheden, omgangsvormen en agressiebeheersing. Ook onder- steuning bij school en werk is soms nodig. Dit kan ook door jongeren toe te leiden naar andere orga- nisaties. Daarnaast zet het jongerenwerk in op het ontwikkelen van een positief zelfbeeld. 17 In de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk staat dit principe anders omschreven (“Het jongerenwerk organi- seert algemene activiteiten en activiteiten met een vormend karakter”). IJsselmonde kiest voor een ondersteunende rol van de jongerenwerker. Jongeren bedenken en organiseren zélf activiteiten, de jongerenwerker ondersteunt en begeleidt hen hierin. 18 Conform de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk (Adviesbureau van Montfoort, 2006. Het Rotterdamse Jongerenwerk: Functies, kerntaken, competenties, methoden.). 19 In de Rotterdamse Methodiek voor het jongerenwerk staat deze kerntaak anders omschreven (“Programma’s en acti- viteiten bedenken, voorbereiden en uitvoeren”). IJsselmonde kiest voor een ondersteunende taak van de jongerenwer- ker. Jongeren bedenken en organiseren zélf activiteiten, de jongerenwerker ondersteunt en begeleidt hen hierin. 16
  • 18. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 5. Praktische dienstverlening en voorlichting. Het jongerenwerk geeft voorlichting, ondersteunt en adviseert de jongere bij het vinden en/of behou- den van werk of onderwijs. 6. Doorverwijzing. Het jongerenwerk doet niet aan hulpverlening, het is geen school en geen uitzendbureau. Jongeren- werkers signaleren en verwijzen door naar partners. Het is geen kwestie van eenvoudigweg een dos- sier doorschuiven naar een ander, maar het jongerenwerk stimuleert, ondersteunt en begeleidt de jongere naar de instelling die hem of haar verder kan helpen. 7. Participeren in netwerken en samenwerken met partners. Het jongerenwerk kan het uiteindelijk niet alleen en dat hoeft ook niet. Het jongerenwerk participeert in netwerken en werkt samen met partners. Daaronder vallen niet alleen de professionele partners, maar ook de sociale netwerken in de wijk en buurten én, belangrijker, de ouders. Het jongerenwerk gaat uit van het principe: jongeren ondersteunen bij hun weg naar volwassenheid, hen opvoeden en normen en grenzen stellen aan het gedrag van jongeren. 4.3 Voor wie is jongerenwerk? Het jongerenwerk is er in principe voor álle jongeren tussen de 12 en 23 jaar. Daarom is het uit- gangspunt in deelgemeente IJsselmonde dat het jongerenwerk in principe toegankelijk is voor álle jongeren in IJsselmonde, ongeacht sekse, etniciteit, opleidingsniveau, dagbesteding en dergelijke. Het jongerenwerk is er dus niet alleen voor overlastgevende jongeren. Het jongerenwerk dient dus- danig georganiseerd te zijn, dat deze toegankelijkheid er ook daadwerkelijk voor alle jongeren is. In de praktijk betekent dit dat er een diversiteit zal moeten zijn in het aanbod van voorzieningen. Zo heb- ben meiden andere behoeften dan jongens. Om zowel een aantrekkelijk aanbod te kunnen bieden voor jongere tieners als voor oudere jongeren wordt ook in IJsselmonde gewerkt met een splitsing in de leeftijdscategorie 12-15 jaar en 16-23 jaar. Dat het lastig is om voorzieningen aantrekkelijk en toegankelijk te maken voor alle jongeren, dat staat buiten kijf. We hebben het over een erg grote doelgroep, die met de vergroening in IJsselmonde alleen maar groter zal worden. Zelfs met de aankomende uitbreiding van het aantal jongerenwerkers, zal het lastig zijn om álle jongeren in IJsselmonde de kans te geven kennis te maken met het jongerenwerk. Ook niet alle jongeren hebben behoefte aan het jongerenwerk. Veel jongeren kunnen zich op eigen wijze en eigen initiatief prima en verantwoord vermaken. Desondanks willen we dat alle jongeren zich tot het jongerenwerk kunnen richten als zij dit willen. Voor het jongerenwerk is het goed als er ook niet-problematische jongeren gebruik maken van het jongeren- werk. Deze jongeren fungeren als rolmodellen voor risicojongeren en ‘trekken’ daarmee anderen ‘omhoog’. Een vraaggerichte benadering waarbij jongeren uitgedaagd worden om zelf met ideeën te komen, die uit te werken en uit te voeren, is een manier om in de programmering aansluiting te vinden bij de wensen van verschillende groepen jongeren. Het inzetten van publiciteit die gericht is op verschil- lende doelgroepen en op een geografische spreiding over de wijk, zorgt ervoor dat het jongerenwerk zichtbaar is voor alle jongeren in de wijk.20 20 Van Ginkel, F., Veenbaas, R., Noorda, J. (2007). Jongerenwerk: Stand van zaken en perspectief. Amsterdam/Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut/Uitgeverij SWP. 17
  • 19. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 5 De pedagoog Een jongerenwerker is een pedagoog: hij of zij ondersteunt jongeren bij hun ontwikkeling, gaat op zoek naar kwaliteiten en talenten en helpt jongeren om die te ontwikkelen. Maar de jongerenwerker stelt ook grenzen, handhaaft die, en bevecht die indien nodig. In dit hoofdstuk worden de verschillen- de aspecten van de pedagogische basishouding besproken. 5.1 Kansen bieden en grenzen stellen Als we het hebben over jongeren in het jongerenwerk, dan hebben we het vaak over problemen die jongeren ondervinden in hun pad naar volwassenheid. We praten over agressie, brutaliteit, crimina- liteit, drug- en alcoholmisbruik, voortijdig schoolverlaten, financiële problemen, et cetera. Dat jongeren zich afzetten tegen de volwassen wereld, dat ze experimenteren en grenzen opzoeken, dat ze zich brutaler en groter voordoen dan ze zijn of dat ze zich juist onzichtbaar opstellen: het hoort alle- maal bij de leeftijd. Soms vanwege onzekerheid, vaak vanwege de groep waartoe ze behoren of willen behoren. Omdat het vaak om vervelend gedrag gaat, is het voor volwassenen verleidelijk om dit gedrag als eendimensionaal, beheersend en afwijzend te benaderen. De uiterlijk waarneembare kenmerken, zoals een grote mond, harde muziek, graffiti en dergelijke, zijn niet prettig en niet acceptabel. Grenzen stellen en structuur bieden is dan nodig. Plooibare jongeren staan makkelijker open voor aan- wijzingen van volwassenen. Anderen laten niet altijd zien dat ze open staan voor aanwijzingen en onder- steuning door volwassenen. Echter, alle jongeren hebben baat bij een duidelijke structuur en grenzen en een consequente handha- ving daarvan. Of het jong zijn al dan niet soepel verloopt, heeft daarmee niets te maken. Naast grenzen stellen en structuur bieden, wil IJsselmonde aandacht besteden aan het ontdekken en ontwikkelen van kwaliteiten en talenten van jongeren. Bij het problematiseren van (het gedrag van) jon- geren, wordt vaak vergeten dat zelfs de grootste etter over talenten beschikt die, als je je best doet, ont- dekt, ontwikkeld en ontplooid kunnen worden. Jongeren zijn burgers. Jong burgerschap moet gestimu- leerd worden. Dat betekent dat jongeren leren om op volwaardige wijze deel te nemen aan de samenle- ving, dat zij zich nuttig voelen en nuttig maken.21 IJsselmonde kiest voor een pedagogische benadering, die zoekt naar een balans tussen het ontdek- ken en ontplooien van talenten van jongeren en het oog hebben voor de effecten van het destructieve gedrag van jongeren voor zichzelf en hun omgeving. De pedagogische benadering heeft oog voor de positieve kant van jongeren, activeert jongeren, confronteert, daagt uit en schudt wakker. De jonge- renwerker zorgt er binnen deze benadering voor dat jongeren als jonge burgers volwaardig deel kun- nen nemen aan de samenleving (jong burgerschap).22 Van de jongerenwerker als pedagoog wordt ver- wacht dat hij of zij een goed voorbeeld is, dat hij of zij ondersteunend is en kansen biedt. Tegelijkertijd is de jongerenwerker in staat om duidelijke grenzen aan te geven van wat wel en niet toelaatbaar en accepteerbaar is. Opgroeiende kinderen hebben behoefte aan grenzen en structuur, het biedt ze hou- vast en de mogelijkheid om de wereld te verkennen en zich ertegen af te zetten. Juist vanwege de 21 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde. 22 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde. 18
  • 20. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde kwetsbaarheid van jongeren verwachten we van pedagogen dat ze grenzen stellend zijn. Om het hand- havende karakter van het jongerenwerk sterker neer te zetten in IJsselmonde kiest IJsselmonde voor een aantal jongerenwerkers met een sterk handhavend profiel. De houding van een jongerenwerker is: Met lef, uitdagend, grens verleggend, confronterend, ondernemend, competentiegericht, kwa- liteiten aanspreken, verborgen talenten ontdekken, prikkelend, vernieuwend, planmatig en vraaggericht werken, probleemgericht, focus op participatie, interventiegericht, grenzen stel- lend, niet de aap overnemen van jongeren, confronterend, een voorbeeld zijn en out of the box denken en handelen. Oud jongerenwerkgedrag is: Pleasen, belangen van jongeren behartigen, namens jongeren praten, het voor jongeren doen, uit handen nemen, overnemen, betuttelen, weten wat goed voor ze is, bemoederen, redeneren vanuit hoe moeilijk jongeren het hebben, aanbod gericht werken en jongeren behandelen als niet ‘kunners’ of niet ‘weters’. 5.2 Talenten ontdekken en ontplooien In IJsselmonde zijn de jongerenwerkers de talentenscouts van jongeren. Jongeren, en zeker de jongeren waarmee jongerenwerkers werken, zijn vaak uitmuntend in het maskeren van hun talenten. Jongeren hebben enorm veel energie en goede ideeën, maar volwassenen erkennen en waarderen dat nog te wei- nig. Jongeren zijn geweldige managers van hoe zij informatie tot zich nemen, terwijl ‘de volwassenen’ maar denken dat je niet tegelijkertijd huiswerk kunt maken, tv-kijken, aan de pc werken en mobiel kunt bellen.23 Het jongerenwerk en in algemene zin het welzijnswerk is vaak enerzijds te betuttelend geweest naar jon- geren. Anderzijds worden jongeren vaak geproblematiseerd. Vanuit dit eenzijdig probleem denken is geen oog geweest voor de talenten van jongeren. We weten als professionals wel wat goed is voor jon- geren en dat bieden we de jongeren aan, zonder inbreng te vragen van de jongeren zelf. De methodische visie achter dit aanbodgericht werken, blijkt in de huidige tijd niet te werken. Jongeren zijn dynamisch, vindingrijk en creatief. Als we alleen al kijken naar de vaardigheden van jon- geren op het gebied van internet en de huidige elektronica zoals iPod, Wii, enzovoort. Jongeren zijn opgevoed met de huidige techniek van het internetten, mobieltjes al dan niet met opnameapparatuur en fotocamera. In de wijze waarop ze met deze ontwikkeling omgaan, streven ze volwassenen met gemak voorbij. Van het jongerenwerk in IJsselmonde wordt verwacht dat ze jongeren uitdaagt en prikkelt hun talenten te gebruiken en deze niet te verwaarlozen en onbenut te laten. 23 Boschma, J. & Groen, I. (2007). Generatie Einstein slimmer, sneller en socialer: Communiceren met jongeren van de 21e eeuw. Amsterdam: Pearson Education Benelux bv. 19
  • 21. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 5.3 Vraaggericht werken Jongeren in IJsselmonde moeten de ruimte krijgen om hun ideeën, talenten en dromen te realiseren binnen de grenzen die de maatschappij en het jongerenwerk stelt. Jongeren moeten gestimuleerd wor- den tot democratisch burgerschap waarbij aandacht is voor participatie en medeverantwoordelijkheid. Een van de manieren om jongeren uit te dagen is jongeren te ondersteunen bij het zelf bedenken, opzet- ten, uitvoeren en evalueren van activiteiten. Dit vraagt van het jongerenwerk een andere benadering dan het ‘voor’ jongeren doen. We moeten jongeren hun creativiteit en organiserend vermogen niet uit handen nemen. We moeten leren om jongeren hierop uit te dagen in plaats van het over te nemen. Op die manier stimuleer je het zelfsturend vermogen van jongeren en ontwikkel je burgerschap, waarbij jongeren vol- waardig deel uitmaken van de samenleving, waarbij zij zich nuttig voelen en nuttig maken.24 In de prak- tijk blijkt dat jongeren dan komen tot een competentie ontwikkeling die bruikbaar is tijdens studie, werk en latere toekomst. Het ontwikkelen van talenten vraagt van het jongerenwerk een vraaggerichte benadering. Het jongeren- werk zorgt samen met jongeren voor heldere kaders en gedragsregels waarbinnen ruimte is voor expe- rimenteren. Jongeren dienen zo veel mogelijk betrokken te worden bij de organisatie en uitvoering van het jongerenwerk (regels maken en handhaven, fondsenwerving, activiteiten bedenken, organiseren en uitvoeren, etc.). Op die manier maak je een omslag van jongeren als consumenten naar jongeren als pro- ducenten. 24 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde. 20
  • 22. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 6 Het jongerenwerk in relatie tot de omgeving De leefwereld van jongeren is - natuurlijk - veel breder dan het jongerenwerk. Ouders zijn van onschat- bare waarde als het gaat om invloed die zij hebben op de ontwikkeling van hun kind. Ook andere familie- leden en vrienden, scholen, werkgevers, sportverenigingen, culturele verenigingen, enzovoort hebben een enorme impact op de ontwikkeling van een jongere tot volwassene. De moderne jongerenwerker investeert niet alleen in jongeren, maar ook in de contacten met volwasse- nen, organisaties en instanties. De jongerenwerker beschouwt de hele sociale omgeving van de doel- groep als zijn werkterrein. Dat betekent: samenwerken met ketenpartners, maar ook relaties onderhou- den met ouders en buurtbewoners. Door aanwezig te zijn, daar waar een jongere zelf zijn oplossingen zoekt, kan het verschil gemaakt worden. Het zwakke netwerk wordt versterkt en jongeren leren op eigen benen te staan. Dit betekent dat jongerenwerkers relaties onderhouden met ouders, buurtbewoners, vrij- willigers, buurtagenten, docenten van school, sportverenigingen, culturele verenigingen, werkgevers, kortom met de mensen die betekenis hebben in het dagelijkse leven van jongeren.25 6.1 Jongerenwerk als onderdeel van de buurt Ouders zijn primair verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind. Deze opvoeding wordt echter gedeeltelijk uitbesteed. Aan school, maar ook aan bijvoorbeeld sportverenigingen, de scouting of het jon- gerenwerk. Ouders en het jongerenwerk hebben dus een gedeelde pedagogische taak.26 Daarom is het van belang dat ouders op de hoogte zijn van wat er in de jongerenvoorziening gebeurt. Voor ouders is het prettig om te weten wie zich ontfermt over zijn of haar kind, om te weten dat de voorziening een veilige plek is, dat jongerenwerkers jongeren stimuleren om hun talenten te ontdekken en te ontplooien en dat ze ook ingrijpen als het fout gaat. Het lijkt allemaal heel logisch, maar helaas worden ouders vaak pas op de hoogte gesteld van het reilen en zeilen van hun kroost als het niet goed gaat. Als het kind ruzie heeft gemaakt met anderen, als school- uitval dreigt, als er contacten zijn met de politie, et cetera. Dat is jammer, want een gedeelde pedagogi- sche verantwoordelijkheid betekent ook dat je elkaar ondersteunt en dingen die goed gaan met elkaar deelt. IJsselmonde verwacht van het jongerenwerk dat het ouders betrekt bij de voorziening. Een jongeren- voorziening in IJsselmonde is geen voorziening waar alleen jongeren zich thuis voelen, maar een voor- ziening waar jongeren, ouders én omwonenden bij betrokken zijn. Omwonenden zijn vaak niet blij als ze horen dat er een voorziening voor jongeren in hun buurt komt. Het is goed om hier vooraf bij stil te staan en om vóóraf te bedenken hoe men gaat voorkomen dat de voor- ziening een slechte naam krijgt. Een voorziening moet in ieder geval niet worden gepresenteerd als een voorziening voor ‘probleemjongeren’. Jongeren hebben geen interesse in een dergelijke voorziening (met onderbezetting als gevolg) en omwonenden zullen protesteren. IJsselmonde wil voorzieningen die ver- leidelijk zijn. Zowel voor de jongeren die de voorziening zullen bezoeken, als voor de volwassenen die in de nabije omgeving wonen. 25 Ook in de Kadernota Welzijn van de deelgemeente komt dit nadrukkelijk aan bod. 26 Voor de pedagogische rol van het jongerenwerk, zie hoofdstuk 4. 21
  • 23. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 6.2 Samenwerken met ouders Ouders zijn de primair verantwoordelijken voor- en de primaire opvoeders van hun kinderen. Als het jon- gerenwerk aandacht heeft voor jongeren, dan moet het ook aandacht hebben voor ouders en voor het contact tussen ouders en kinderen. Iedere jongerenwerkorganisatie zal in haar plannen opnemen dat ze samenwerkt met ouders, om daarna te constateren dat dit in de praktijk niet eenvoudig is en dat dit vaak gebeurt op basis van een negatief incident. Jongeren geven jongerenwerkers vaak te kennen dat ze niet willen dat er contact is met hun ouders. Veel jongeren zeggen: er is thuis niemand die me begrijpt, nie- mand die naar me luistert, niemand die aandacht voor me heeft. Als het jongerenwerk ouders alleen betrekt als er iets negatiefs gebeurt met hun kind, dan komt de gewenste en noodzakelijke zorg en aan- dacht van ouders voor hun kinderen er niet. Als je ouders echter betrekt bij de positieve dingen van hun kind, bij de talenten van hun kind, dan stimuleer je het burgerschap en de opvoedkwaliteiten van ouders én is het voor jongeren geen probleem dat ouders betrokken worden bij het jongerenwerk. Talenten ontdekken en ontplooien staat centraal in het jongerenwerk van IJsselmonde. Laat ouders mee- kijken en meedenken in het zoekproces naar talent. Bedenk en organiseer samen met jongeren leuke en creatieve plannen om ouders van jongeren te ontmoeten. Van het jongerenwerk verwachten we dat ze een cultuur creëert waarin ouders hun gezicht laten zien in het jongerenwerk en de jongerenwerker per- soonlijk kennen. Op deze manier geven we met elkaar concreet vorm aan het burgerschap van volwas- senen. We prikkelen volwassenen om deel te nemen aan de samenleving, waardoor ouders zich nuttig voelen en nuttig maken.27 We prikkelen ouders om oog te hebben voor de kwaliteiten van hun kind en we dagen ouders uit om de leefwereld van hun kind te leren kennen. Op die manier stimuleert het jonge- renwerk ouders om hun eigen leven en dat van hun kinderen zelf te regisseren, vanuit hun eigen kracht en met behulp van eigen sociale netwerken.28 Een goede relatie met ouders kan er daarnaast voor zorgen dat er een andere beeldvorming en imago ontstaat van het jongerenwerk. De deelgemeente is van mening dat ouders de eerste en primair verant- woordelijken zijn voor de opvoeding van hun kind(eren). Het jongerenwerk is een instrument om een bij- drage te leveren aan het welzijn en jong burgerschap van jongeren. 6.3 De kunst van het samenwerken in de keten Het jongerenwerk is een schakel in het netwerk van jeugdvoorzieningen en is aangewezen op samen- werking. Een werkbaar pedagogisch klimaat om talenten te ontwikkelen en grenzen te stellen maak je met elkaar en kun je niet alleen.29 Om goed te kunnen samenwerken, is het nodig om de wederzijdse verwachtingen goed af te stemmen. Het moet duidelijk zijn wat je wel en wat je niet te bieden hebt. De positie van het jongerenwerk in het veld Het jongerenwerk bevindt zich meestal in het zogenoemde derde socialisatiemilieu. De eerste twee soci- alisatiemilieus zijn het gezin en de school, het derde is vrije tijd in de buurt of wijk. Het jongerenwerk heeft natuurlijk ook te maken met school, werk en gezin. In samenwerking met andere voorzieningen, zoals scholen en jeugdzorg, kan de jongerenwerker worden aangesproken op zijn deskundigheid als ken- ner van de leefwereld en de sociale omgeving van jongeren. De jongerenwerker is de verbindende scha- kel tussen de leefwereld van jongeren en hun ouders aan de ene kant en maatschappelijke instanties aan de andere kant.30 27 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde. 28 Kadernota Welzijn deelgemeente IJsselmonde. 29 Over de pedagogische rol van het jongerenwerk, zie hoofdstuk 4. 30 Van Ginkel, F., Veenbaas, R., Noorda, J. (2007). Jongerenwerk: Stand van zaken en perspectief. Amsterdam/Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut/Uitgeverij SWP. 22
  • 24. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde De laatste jaren heeft het jongerenwerk zich sterk verbreed. De verbinding met uitsluitend ‘vrije tijd’ kan inmiddels bijna worden losgelaten, omdat er steeds meer intensieve samenwerking is met ande- re disciplines (onderwijs, instellingen voor arbeidstoeleiding, politie en justitie, jeugdhulpverlening enz.).31 Om een beeld te geven van de positie van het jongerenwerk in het hele veld, maken we ge- bruik van een schema dat is gebaseerd op een schema ontwikkeld door trainer Henk Spies, in het kader van de Rotterdam Training voor de Stedelijke Pool Jongerenwerk. In het schema is goed te zien dat de jongerenwerker contacten onderhoudt met veel verschillende partijen en organisaties (jonge- ren, opdrachtgever, buurtbewoners, ketenpartners, de stadsmarinier, etc.). Eigen Opdrachtgever organisatie, team Ouders en omgeving, Jongerenwerker buurtbewoners en sociaal netwerk van Ketenpartners, jongeren organisaties en instanties Jongeren Problemen waar jongeren (en de omgeving in de vorm van overlast) mee te maken krijgen zijn vaak groot en echte antwoorden op maatschappelijke opvoedvraagstukken zijn er nog niet. Duidelijk is dat de ant- woorden hierop niet alleen van het jongerenwerk kunnen komen. Een integrale aanpak is noodzakelijk. Zoals bovenstaand schema ook laat zien, zijn er ontelbare samenwerkingsverbanden tussen het jonge- renwerk en organisaties op het terrein van kunst en cultuur, sport en beweging, gezondheid, scouting, werk en scholing, veiligheid, welzijn et cetera mogelijk. Hieronder gaan we in op een aantal belangrijke samenwerkingspartners. Politie Eén van de twee ambities die het jeugdveiligheidsactieprogramma “Ruimte geven door grenzen te stel- len; Rotterdam doet het!” voor het jongerenwerk formuleert betreft de samenwerking tussen jongeren- werk en de politie. Deze samenwerking moet in 2012 sterk verbeterd zijn op de rol van toezicht en hand- having. De samenwerking is tweezijdig en van de politie wordt ook verwacht dat zij oog heeft voor de belan- gen/gevoelens/situatie van jongeren. In dit document gaan we ervan uit dat de politie op juiste wijze invul- ling geeft aan haar taken. Als dit in de praktijk niet zo is, dan dient daar in een ander kader aandacht aan te worden besteed. Het betreft hier de visie op het jongerenwerk en in dat opzicht gaat het te ver om uit- gebreid aandacht te besteden aan de verantwoordelijkheid en rol van de politie. Het gaat er in deze visie om wat het jongerenwerk zélf kan doen om de samenwerking te verbeteren. In IJsselmonde gaan we voor een veilige samenleving voor kinderen, jongeren en volwassenen. Veiligheid in je eigen huis, veiligheid op school, veiligheid tijdens het spelen in een speeltuin/speelplek, veiligheid in de winkelstraat, veiligheid tijdens een feestje en veiligheid tijdens het sporten. We vinden het allemaal wenselijk en normaal. De politie is één van de toezichthouders en handhavers om te zorgen voor deze gewenste veiligheid. 31 Van Ginkel, F., Veenbaas, R., Noorda, J. (2007). Jongerenwerk: Stand van zaken en perspectief. Amsterdam/Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut/Uitgeverij SWP. 23
  • 25. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Jongeren bevinden zich in een leeftijdsfase waarin ze tegendraads zijn en grenzen verkennen. Tegen autoriteiten aanschoppen, hoort bij hun ontwikkeling. De politie bewaakt de grenzen en treedt op wan- neer jongeren over de schreef gaan. Dit leidt ertoe dat jongeren en politie niet altijd samen door één deur gaan. De politie is de boeman in blauw uniform, die bijvoorbeeld een grotere broer heeft opgepakt of die in de ogen van jongeren komt zeuren als je met je vrienden op straat staat te kletsen. Dat de politie dat doet om te zorgen voor een prettige en veilige buurt, en dat politieagenten ook gewone mensen zijn, dat zien jongeren niet altijd. Van jongerenwerkers, volwassen mensen met een pedagogische taak, ver- wachten wij dat zij het nut en de noodzaak van het politiewerk wél zien. Wij verwachten dat het jonge- renwerk in het belang van de wijk en in het belang van de jongeren, de politie bijstaat in haar taak de openbare orde en veiligheid te handhaven. Daarbij gaat het niet alleen om daadwerkelijke veiligheid, maar ook om een gevoel van veiligheid en prettig wonen voor alle bewoners in de wijk. Op dit moment is de samenwerking tussen jongerenwerk en politie vaak niet goed. Op de opleiding gaat het al fout. Veel jongerenwerkers kiezen voor het vak omdat ze zelf een onstuimige jeugd hebben gehad en nu andere jongeren willen helpen in de ontwikkeling naar volwassenheid. Een aantal jongerenwerkers heeft in zijn of haar eigen jeugd op slechte voet gestaan met de politie en dit suddert door tijdens de oplei- ding en later in het werk als jongerenwerker. Bovendien hechten jongerenwerkers grote waarde aan het opbouwen van een vertrouwensrelatie met jongeren. Daarbij stellen jongerenwerkers zich op als ‘het maatje’ van de jongere. Op het moment dat een jongere iets vertelt aan de jongerenwerker wat de poli- tie zou moeten weten, dan voelt de jongerenwerk dat hij of zij dit niet kan doorgeven, omdat de vertrou- wensrelatie dan onder druk komt te staan. Tot slot worden jongeren vaak gezien als kwetsbare kinderen, die in bescherming genomen moeten worden, waar je het als jongerenwerker voor moet opnemen. Dat de politie er is om voor een veilige leefomgeving te zorgen en om een kind weer op het juist pad te bren- gen en dus te helpen bij zijn of haar ontwikkeling, daar wordt op zo’n moment niet altijd aan gedacht. De deelgemeente ziet het belang in van een betrouwbare relatie tussen jongeren en jongerenwerkers. Een betrouwbare relatie is iets anders dan een vertrouwensrelatie. Een vertrouwensrelatie is al te vaak een excuus dat gebruikt wordt om te talmen, om dingen niet te doen, om geen informatie uit te wisselen met partners. In IJsselmonde willen we daarom betrouwbare relaties tussen jongeren en jongerenwerkers en géén vertrouwensrelaties. De jongerenwerker is een pedagoog, die jongeren in het ‘derde milieu’ opvoedt. Net zoals ouders elkaar in het bijzijn van hun kinderen niet moeten afvallen, moet het jongerenwerk de politie niet afvallen. Zeker niet waar jongeren bij zijn. Het jongerenwerk heeft de taak om naar jongeren en ouders uit te dragen dat de politie een onderdeel is van de samenleving en dat we - net als de dokter, de metselaar, de loodgie- ter en de docent - niet zonder de politie kunnen.32 Uitdragen dat de politie er bij hoort in de samenleving, doe je door de politie (net als alle anderen pro- fessionals) welkom te laten zijn in een jongerenvoorziening. Uiteraard stemmen jongerenwerk en politie gezamenlijk af onder welke condities dit gebeurt, op welke tijdstippen, enzovoort. Goed afgestemde onderlinge verwachtingen en goede afspraken vormen immers de basis voor een goede samenwerking. DOSA Van het jongerenwerk wordt in het bijzonder een constructieve samenwerking verwacht met DOSA. Het jongerenwerk heeft zicht op de trends en ontwikkelingen die leven in ‘jeugdland’. Daarnaast heeft het jongerenwerk vaak informatie over jongeren die relevant kan zijn voor het maatwerktraject dat wordt geregisseerd door DOSA of het kan nodige informatie vergaren. Van DOSA en het jongerenwerk wordt verwacht dat ze een samenwerking ontwikkelen die recht doet aan de kern en opdracht van beide partij- en, waarbij wederzijdse informatie uitwisseling, onderzoek, transparantie en terugkoppeling van de voortgang ingrediënten zijn voor een productieve samenwerking. Een sleutelwoord in de samenwerking is betrouwbaarheid. Betrouwbaar voor de partners in doen en laten en betrouwbaar omgaan met infor- matie. 32 Dit staat los van de vraag of genoemde beroepsgroepen hun werk goed doen. 24
  • 26. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Toeleiding naar arbeidsmarkt/scholing IJsselmonde richt zich in de methodische aanpak van het jongerenwerk op het ontdekken en ontwikke- len van talenten van jongeren. Dit kunnen talenten zijn op allerlei terreinen: kunst en cultuur, sport, maar ook op het gebied van werk en scholing. Jongerenvoorzieningen moeten niet langer voorzieningen zijn waar alleen maar gehangen wordt. Om de toeleiding naar werk soepel te laten verlopen, is een goede samenwerking met partijen die jon- geren toeleiden naar werk en scholing cruciaal, zoals het Jongerenloket. Via diverse projecten is toelei- ding naar werk goed te organiseren. Op dit moment zijn er al concrete projecten met toeleiding naar werk en scholing, bijvoorbeeld de toeleiding door het ID-plein in Talenthouse en de samenwerking van het jon- gerenwerk met het Praktijk leercentrum. Ook in de toekomst moeten dergelijke projecten worden geor- ganiseerd. Samen met het Jongerenloket wordt gedacht aan werkbare relaties tussen een deelgemeen- telijke en stedelijke Jongerenloket benadering voor jongeren die niet zelfstandig hun weg vinden naar het Jongerenloket. Onderwijs Het jongerenwerk ontplooit steeds vaker activiteiten in samenwerking met het onderwijs. Het leefdomein ‘vrije tijd’ waar het jongerenwerk zich van oudsher op gericht heeft wordt dan ook steeds meer verbreed naar het complete leefdomein van jongeren. Het jongerenwerk kan een rol spelen in de opvang en vrije- tijdsbesteding van leerlingen, het kan deel uitmaken van de zorgstructuur in het voortgezet onderwijs (activiteiten in het kader van veilige school en voortijdig schoolverlaten) en het kan educatieve activitei- ten organiseren tijdens of na schooltijd (op school en/of buiten school). In IJsselmonde wordt creatief ingezet op praktijkonderwijs binnen het jongerenwerk. Daarnaast is ook uitwisseling, afstemming en gezamenlijke inzet en programmering op het terrein van de Brede school en programmering in de deel- gemeente/wijk aan de orde. Het jongerenwerk en de Brede school kunnen elkaar versterken door het opzetten van activiteiten op Brede scholen. Uitgangspunt hierbij is dat de ontwikkelingen rondom de VO (Brede) scholen én de ontwikkelingen rondom het jongerenwerk samenkomen zodat deze elkaar ver- sterken. Scholen voor voortgezet onderwijs staan na schooltijd vrijwel altijd leeg, terwijl scholen steeds meer een onderdeel van de wijk willen worden. Jongerenwerk kan eenvoudig fysiek in een school worden gereali- seerd. Het jongerenwerk is dan niet alleen een gesprekspartner en expert, maar ook een direct aanwe- zige partner, zichtbaar voor de scholieren. Ook in het kader van informatie-uitwisseling en toeleiding naar school bij schooluitval, kan het onderwijs een belangrijke samenwerkingspartner zijn. Groepsaanpak De snelle verjonging in IJsselmonde heeft geleid tot incidenten die ontstaan door overlast door groepen jongeren. In de groepsaanpak werkt de deelgemeente samen met de politie, het welzijnswerk en de woningcorporaties aan het tegengaan van de overlast van groepen jongeren. Naast de samenwerking met de politie, DOSA, het onderwijs en het Jongerenloket, is het daarom van belang dat het jongerenwerk betrokken is bij de groepsaanpak. In IJsselmonde is dit standaard het geval. IJsselmonde wil dit graag zo behouden. Om de mogelijkheden van het deelgemeentelijke veiligheidsbeleid optimaal te kunnen benut- ten, is er naast een projectleider groepsaanpak tijdelijk een stadsmarinier ingezet in IJsselmonde. De stadsmarinier geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de deelgemeente en helpt de deelgemeente om resultaat te behalen. Indien noodzakelijk spreekt hij diensten/instellingen hierop aan. Het jongerenwerk beschikt over veel informatie van en over jongeren. Op papier, maar vooral ook ‘in het hoofd’. Het jongerenwerk kan op meerdere manieren betrokken zijn bij de groepsaanpak. Het jongeren- werk legt contact met groepen jongeren en individuele jongeren. Via observatie, informatie verzameling en analyse kan het jongerenwerk veel informatie verkrijgen over jongeren. Daarnaast kan het jongeren- werk meedenken en meepraten met andere partners die betrokken zijn bij de groepsaanpak. Op wie moeten we onze aandacht richten en welke interventies zijn er nodig. Een andere belangrijke taak voor het jongerenwerk binnen de groepsaanpak is weggelegd aan de aanbodkant. Op basis van de analyse wordt een groepsgerichte en/of individugerichte interventie ingezet. Het jongerenwerk kan een aanbod organiseren voor en vooral mét de jongere(n). 25
  • 27. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Hulpverlening Jongerenwerkers verwijzen jongeren onvoldoende door naar de hulpverlening. Jongerenwerkers zijn geneigd om zelf hulp te verlenen aan jongeren die hulp nodig hebben. Dit is niet het werk van de jonge- renwerker, hier is de jongerenwerker immers niet voor opgeleid. De kracht van het jongerenwerk ligt in het verkleinen van de afstand tussen jongeren en officiële instanties. De activiteiten van jongerenwerkers zijn vooral preventief gericht: voorkomen dat vragen van jongeren uitgroeien tot problemen en als zich problemen voordoen, deze zo vroeg mogelijk aanpakken. Een professioneel jongerenwerker analyseert de situatie, verwijst goed door naar de juiste hulpverlening en zorgt voor een warme overdracht. Het is een enorme opdracht aan het jongerenwerk om zich te beperken tot deze stappen. In de praktijk is de verleiding groot om je als jongerenwerker zélf beschikbaar te stellen voor vragende jongeren en deze jongeren zélf te helpen. Dit is nadrukkelijk niet de bedoeling van het jongerenwerk. Woningbouwcorporaties Corporaties zijn private, maatschappelijke ondernemingen. Zij bevinden zich tussen de markt, de over- heid en de samenleving. Corporaties willen graag investeren in maatschappelijke taken. IJsselmonde is aan het vergroenen en verkleuren. Dit zorgt wel eens voor problemen. Het jongerenwerk wordt meestal pas door corporaties ingeschakeld na klachten van bewoners. Er zijn jongeren aan het blowen in een por- tiek en aan het jongerenwerk wordt gevraagd deze jongeren mee te nemen naar een voorziening. Zo een- voudig ligt het echter niet. De meeste problemen blijken te ontstaan, doordat de buurtbewoners elkaar niet kennen. En daar ligt de kern van de samenwerking met de corporaties. Door goede samenwerking tussen woningcorporatie, het opbouwwerk en het jongerenwerk kan de sociale cohesie en de tolerantie ten opzichte van elkaar worden verbeterd. Daardoor kunnen de jongeren hun plek in de buitenruimte krij- gen, waar zij zich als jonge burgers gedragen. Welzijnsinstellingen Naast een goede samenwerking met andere ketenpartners is het van belang dat een instelling voor jon- gerenwerk ook goed samenwerkt met andere welzijnsinstellingen. Zeker als er meerdere organisaties actief zijn in één deelgemeente. Onder goede samenwerking verstaan we het onderling uitwisselen van informatie, gezamenlijk een beeld hebben van de jongeren in de wijk/buurt, goede afstemming van pro- grammering, een goede overgang van kinderwerk naar jongerenwerk, et cetera. 6.4 Informatie-uitwisseling Informatie-uitwisseling is een voorwaarde voor een goede samenwerking tussen verschillende keten- partners. Onderlinge uitwisseling van informatie tussen instellingen en organisaties is een gevoelige kwestie. Wat doe je als jongerenwerker als een jongere je in vertrouwen iets vertelt wat de politie echt moet weten?33 Hoe zorg je ervoor dat je als jongerenwerker betrouwbaar bent, dat de jongere weet wat jij met die informatie doet? De ontwikkeling van de verwijsindex, risicosignaleringssystemen en kinddos- siers heeft tal van discussies opgeroepen over het recht op privacy en bescherming van persoonsgege- vens enerzijds en het in het belang van een kind handelen door informatie te delen, anderzijds. Nederland is nog lang niet uitgediscussieerd over de noodzaak en het kwaad van uitwisselingssystemen. Inmiddels heeft de techniek echter niet stilgestaan en diverse systemen zijn inmiddels een feit.34 Ook zijn er al convenanten met betrekking tot DOSA en jongerenoverlast. In het onderwijs en binnen de hulpverlening is het allang heel normaal om via allerlei systemen infor- matie te verzamelen over een jongere en het gezin waar hij of zij in leeft. Het jongerenwerk verzamelt ook informatie, maar dan met name door zijn of haar persoonlijke contacten met de jongere en de verhalen 33 Zie ook paragraaf 6.3. 34 Zoals SISA en binnenkort de jongerenwerkapplicatie. 26
  • 28. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde die de jongere vertelt. Dit is wat het jongerenwerk sterk maakt. Een jongere vertelt de jongerenwerker wat hij of zij kwijt wil en wanneer hij of zij het kwijt wil. Tegelijkertijd maakt dit de jongerenwerker erg afhankelijk van de bereidwilligheid en de verbale capaciteiten van een jongere om dingen te vertellen. Een meer systematische manier van informatie verzamelen is mogelijk, zonder dat afbreuk gedaan wordt aan het persoonlijke contact. Steeds meer jongerenvoorzieningen werken met pasjessystemen waardoor een voorziening veiliger wordt en waardoor jongerenwerkers altijd weten wie er binnen zijn. Aan een pasjes- systeem is een inschrijving gekoppeld, waardoor je in ieder geval de beschikking hebt over algemene persoonsgegevens. Daarnaast kun je ook wat meer algemene vragen opnemen in je inschrijving of ken- nismaking, bijvoorbeeld over gezinssamenstelling, opleiding, dagbesteding en vrijetijdsbesteding. Een informatie- en registratiesysteem voor het jongerenwerk is momenteel in ontwikkeling. Het is vervolgens aan jongerenwerkers om verdere informatie over jongeren te vergaren. De contactin- formatie gaat dan over welbevinden, interesses, angsten, ambities, teleurstellingen, vriendenkring, rela- ties, gezondheid, enzovoort. Deze informatie is aanvullend op de systeeminformatie over leeftijd, naam, school, gezin en dergelijke. Hoe om te gaan met de informatie die op deze manier verkregen wordt, blijkt een discussie in het jonge- renwerk. Volgens de visie op de pedagogische functie van het jongerenwerk en de ambitie van samen- werken in de keten is het logisch om informatie over een jongere te delen met ketenpartners. De infor- matie van een jongerenwerker kan van onschatbare waarde zijn voor het krijgen van een volledig beeld van een jongere, met als gevolg een aanpak op maat. Voor veel jongerenwerkers is het delen van infor- matie een lastig punt, omdat ze bang zijn ‘de vertrouwensrelatie’ met de jongere te verliezen.35 Een pro- fessionele jongerenwerker zorgt ervoor dat hij/zij betrouwbaar is. Deze jongerenwerker hélpt de jongere juist door belangrijke informatie te geven aan andere partners. Door middel van afspraakprotocollen en samenwerkingsafspraken maakt de jongerenwerker juiste overwegingen over het al dan niet delen van informatie, in het belang van de jongere en de samenleving. Jongerenwerkers dienen richting jongeren aan te geven dat zij professionals zijn en dus met andere partners samenwerken. Duidelijke communi- catie naar jongeren met wie je samenwerkt, voorkomt dat jongeren zich verraden voelen door de jonge- renwerker. Uiteraard is het belangrijk om als jongerenwerker te horen wat er met de door jou beschik- bare gestelde informatie is gedaan. Terugkoppeling over de voortgang door de ketenpartners is daarom onmisbaar. Informatie-uitwisseling is niet eenzijdig. Jongerenwerkers kunnen ook informatie krijgen van andere partners om een jongere optimaal te kunnen ondersteunen in zijn of haar ontwikkeling. Een jongeren- werker is een professional. Ketenpartners kunnen bij hem of haar terecht voor sparring en advies. Door deze houding ook uit te dragen, ontstaat er een tweedimensionale samenwerking in plaats van alleen een samenwerking gebaseerd op eendimensionaal informatiebelang van een ketenpartner. 35 Zie ook paragraaf 6.3. 27
  • 29. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 7 Versterking van de interne organisatorische aansturing Na een periode van ambivalentie met de softe sector, is er weer behoefte aan een sterke sociale sector als aanvulling op het veiligheidsbeleid. Juist de kracht van de sociale sector moet het onderscheidend en bindend vermogen met de verschillende sectoren binnen de ketensamenwerking zijn. Sociaal investeren werkt echter alleen als er een eenduidige en stevige sturing is op de invulling en uitvoering van het jon- gerenwerk. 7.1 Eenduidigheid in visie en handelen Het jongerenwerk heeft, zoals iedere professie in de sociale sector, te maken met een mate van autono- mie van de professional tijdens het uitoefenen van zijn of haar vak. Binnen het jongerenwerk is echter sprake geweest van een wel erg sterke autonomie; iedereen handelde naar zijn of haar eigen inzichten. Er was nauwelijks sprake van een gedeelde visie en een methodische manier van werken. Dit heeft ertoe geleid dat jongeren, ouders, samenwerkingspartners, maar ook jongerenwerkers zelf, geen duidelijk beeld hebben van wat het jongerenwerk nu eigenlijk is en wat het concreet te bieden heeft. Daar komt bij dat de mobiliteit onder jongerenwerkers erg groot is. Door deze samenloop van factoren is het imago van het jongerenwerk behoorlijk onder druk komen te staan. Het jongerenwerk heeft in zichzelf geen traditie om al werkende in te spelen op de veranderende omge- ving. Het jongerenwerk is vrij defensief naar de veranderende omgeving en kent geen sterke traditie van reflectie op eigen handelen. Van het jongerenwerk wordt nu reflecterend, anticiperend en pro-actief gedrag verwacht. Het is aan het management in het jongerenwerk om meer eenduidigheid in visie en handelen te organi- seren. Van teamleiders/managers wordt verwacht dat ze sturen in de praktijk van alle dag. Van hen wordt een krachtige en adequate operationele sturing verwacht om de ambitie met en van het jongerenwerk gestalte te geven. Met maar één doel: het versterken van de medewerkers die in de frontlinie werken met jongeren. Dit vraagt om moderne managementconcepten zoals het werken met voormannen, individue- le ontwikkelingsplannen, praktijktraining en intervisie. Sturing met een grote mate van ‘bemoeizucht’ op de beoefening van het vak jongerenwerk. Managers moeten weten wat er speelt in de uitvoering en zij moeten samenwerken met ketenpartners. Daarnaast zijn gestandaardiseerde werkprocessen nodig. Nu handelt de jongerenwerker voornamelijk op basis van voorgaande ervaringen. De komende jaren moet er gewerkt worden aan het ontwikkelen van deze gestandaardiseerde werkprocessen. Ook een goede informatievoorziening vanuit welzijnsinstellingen naar jongerenwerkers en ketenpartners en concrete prestatie indicatoren zijn noodzakelijk. Met het aanstellen van meer jongerenwerkers alleen hebben we nog geen professioneel jongerenwerk gecreëerd. Een goed evenwicht tussen de operationele uitvoering en de aansturing daarvan kan zorgen voor een kwalitatief, pro-actief en werkzaam jongerenwerk. 28
  • 30. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 8 Inrichting van het jongerenwerk Jongeren verschillen erg van elkaar en hebben uiteenlopende behoeften en verwachtingen van het jon- gerenwerk. Het jongerenwerk zélf kent ook vele facetten. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de diffe- rentiaties die in het jongerenwerk gemaakt (kunnen) worden en de manier waarop IJsselmonde tegen deze differentiaties aankijkt. 8.1 Preventief en normatief jongerenwerk In het jongerenwerk wordt soms een onderscheid gemaakt in preventief en normatief of repressief jon- gerenwerk. In IJsselmonde willen we een dergelijk strikt onderscheid niet maken. In de pedagogische aanpak is er alleen sprake van accentverschillen tussen preventief en normatief. We verwachten van iedere jongerenwerker dat hij of zij zowel preventief als normatief kan werken. Soms zijn wel profielen nodig van jongerenwerkers, die naast de algemene vaardigheden van de jongerenwerker steviger kun- nen inzetten op het normatieve handelen. Zo heeft IJsselmonde in het kader van de Stedelijke Pool Jongerenwerk bijvoorbeeld ook ingezet op jongerenwerk met sterk handhavende taken. Het is natuurlijk niet zo dat er wordt geswitcht van jongerenwerker als een meer repressief optreden noodzakelijk is. Van alle jongerenwerkers wordt verwacht dat ze grenzen kunnen stellen en regels kunnen handhaven. Wel kan iemand met een sterk handhavend karakter een sturende rol hebben bij het bepalen van het peda- gogisch beleid omtrent grenzen stellen. Iemand die beter is in talenten ontwikkelen, stimuleren en moti- veren kan in zijn of haar werk meer nadruk leggen op deze taken (bijvoorbeeld bedenken van methodie- ken, jongeren ondersteunen bij uitwerken van ideeën, verantwoordelijkheid dragen voor de jongeren die vrijwilliger zijn in de accommodatie, etc.). Andere voorbeelden zijn accentverschillen op het terrein van netwerken of meidenwerk. Een jongerenwerker die goed is in netwerken kan aanspreekpunt zijn voor partners. Dit betekent niet dat andere jongerenwerkers in het team niet over deze vaardigheid hoeven te beschikken. Hun focus is daar alleen minder op gericht. Hetzelfde geldt voor meidenwerk. De ene jon- gerenwerker heeft hier meer affiniteit mee en kwaliteiten voor, dan een ander. Een goede teamsamen- stelling is noodzakelijk en kan ervoor zorgen dat jongerenwerkers elkaar aanvullen en versterken. 8.2 Differentiatie in ambulant en accommodatiegebonden jongerenwerk In het jongerenwerk wordt een onderscheid gemaakt in ambulant jongerenwerk en accommodatiege- bonden jongerenwerk. Een professionele jongerenwerker is in staat om zowel ambulant, als accommo- datiegebonden te werken. Beiden vormen onderdeel van het beroep jongerenwerker. Een jongerenwer- ker leert de jongeren op straat kennen en biedt ze individueel of in groepsverband steun. In het verleng- de daarvan biedt dezelfde jongerenwerker de groep jongeren inpandige activiteiten aan. Inpandig zijn jon- geren ook goed individueel te begeleiden. Ook hierin zijn uiteraard accentverschillen mogelijk. De een is meer geschikt om in een accommodatie te werken en de ander op straat. Ook hierbij geldt dat in principe iedere jongerenwerker beide vormen van jongerenwerk moet kunnen uitvoeren. 29
  • 31. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 8.3 Differentiatie in mbo-ers en hbo-ers IJsselmonde vindt dat er een juiste balans moet zijn tussen jongerenwerkers op mbo niveau en jonge- renwerkers op hbo niveau. Mbo-ers moeten de mogelijkheid krijgen om zich te ontwikkelen en door te groeien naar hbo (denk- en werk)niveau. Dit is ook de ambitie van de kwaliteitsslag vanuit de stad Rotterdam. 8.4 Differentiatie in doelgroepen Het jongerenwerk in IJsselmonde is in principe bedoeld voor álle IJsselmondse jongeren. Het jonge- renwerk is dus niet alleen voor jongeren die om aandacht vragen, die op straat overlast veroorzaken, maar óók voor jongeren die zich terugtrekken, die in zichzelf gekeerd zijn, die aandacht proberen te ver- mijden. Jongeren zijn allemaal anders en uniek. Jongeren verschillen in sekse, leeftijd, culturele achter- grond, het sociaaleconomische milieu waarin ze opgroeien, de jeugdcultuur waartoe ze behoren, het opleidingsniveau, et cetera. Al deze verschillen resulteren in verschillende doelgroepen. Zo onderscheiden we aandachtvragende en niet-aandachtvragende jeugd, overlastgevende jongens, meiden (of in subgroepen, bijvoorbeeld tiener- moeders), jongeren met een laag IQ, jongeren met een bepaalde culturele achtergrond en noem maar op. Sommige doelgroepen vragen om een ander aanbod. Meiden bijvoorbeeld hebben heel andere inte- resses en behoeften dan jongens. Het jongerenwerk is er voor al deze en andere groepen jongeren. Van voorzieningen in IJsselmonde wordt verwacht dat zij zich niet alleen richten op overlastgevende groepen jongeren, maar óók op andere doelgroepen. De aanpak van overlastgevende groepen is per definitie een ‘plusaanpak’, naast het ‘normale’ jongerenwerk. IJsselmonde wil in de toekomst met name het meidenwerk verder versterken. Door middel van een vraaggerichte benadering wordt het aanbod afgestemd op de vraag van diverse groepen jongeren. 8.5 Differentiatie in het personeelsbestand IJsselmonde is een deelgemeente met bewoners van diverse culturele achtergronden en leeftijden. De deelgemeente vergroent en verkleurt. Om als jongerenwerk aansluiting te hebben en te houden bij de bewoners van IJsselmonde, moet er sprake zijn van een personeelsbestand dat een afspiegeling vormt van de deelgemeente en haar bewoners, qua sekse en culturele achtergrond. 8.6 Verbinding kinderwerk-jongerenwerk Het kinderwerk verschilt van het jongerenwerk. Jongeren hebben andere interesses en behoeftes dan kinderen. Terwijl kinderen sterk gericht zijn op de ouders en het gezin, richten pubers zich steeds meer op leeftijdgenoten en steeds minder op ouders en gezin. Onderwerpen als omgaan met alcohol en drugs, omgaan met autoriteit, omgaan met lichamelijke en psychische veranderingen, omgaan met seksualiteit et cetera zijn belangrijk in het jongerenwerk en veel minder in het kinderwerk. Voor jongeren is het ook niet interessant als kinderwerk en jongerenwerk gecombineerd worden. Het is dan al snel ‘kinderachtig’. Kinderwerk en jongerenwerk dienen daarom van elkaar gescheiden te blijven. Kinderen in de leeftijd 8 tot 12 jaar vallen nu vaak tussen wal en schip. Qua leeftijd horen zij bij het kin- derwerk, maar qua gedrag bij het jongerenwerk. Juist omdat deze kinderen qua gedrag eigenlijk al bij het jongerenwerk horen, willen wij niet dat het jongerenwerk opengesteld wordt voor deze groep kinde- ren. We willen 8 tot 12 jarigen niet extra stimuleren om gedrag te vertonen van veel oudere jongeren. Dat deze kinderen te ‘oud’ zijn voor het kinderwerk, kan erop wijzen dat het kinderwerk geen passend (vraag- 30
  • 32. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde gericht) aanbod kent voor deze groep. Een apart aanbod binnen het kinderwerk, specifiek gericht op de vraag en behoefte van oudere kinderen is meer gepast, dan kinderen vanwege hun gedrag bij het jonge- renwerk te betrekken. De overgang van kinderleeftijd naar tienerleeftijd is wel een lastige voor kinderen. Lichamelijk en psy- chisch verandert er veel, maar het kind maakt ook de overgang van basisschool naar middelbare school. Dit is voor alle kinderen spannend en voor sommige kinderen beangstigend. Kinderen hebben op deze leeftijd al te maken met behoorlijk wat veranderingen. Het jongerenwerk heeft daarom de taak om samen met het kinderwerk ervoor te zorgen dat de overgang tussen kinderwerk en jongerenwerk soe- pel verloopt. Informatie over het kind moet uitgewisseld worden, zodat jongerenwerkers op de hoogte zijn van de voorgeschiedenis van het kind. 8.7 Voorzieningen Het jongerenwerk en jongerenvoorzieningen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. In deze paragraaf wordt daarom kort beschreven hoe IJsselmonde aankijkt tegen de voorzieningen voor het jongerenwerk. IJsselmonde wordt steeds jonger. Er zijn al verschillende voorzieningen voor jongeren. Dat is mooi, maar we zijn nog niet tevreden. We willen in iedere wijk voldoende jongerenwerk. Alleen dan kunnen we alle jongeren een plek dicht bij huis geven waar ze terechtkunnen. Een plek waar ze hun talenten kunnen ont- dekken, ontwikkelen en benutten. De voorzieningen in IJsselmonde moeten herkenbaar en toegankelijk zijn voor álle jongeren in de wijk. Door groepsgedrag ontstaat er heel snel een selectie- en uitschakelmechanisme dat ervoor zorgt dat andere (groepen) jongeren zich niet meer welkom voelen in de voorziening. In IJsselmonde willen we niet dat jongerenvoorzieningen geclaimd worden door bepaalde groepen. Alle voorzieningen moeten in prin- cipe toegankelijk zijn voor alle jongeren in die buurt of wijk. We willen jongerenwerk in iedere wijk. Maar we willen ook liever een beperkter aantal voorzieningen waar de combinatie met school, de arbeidsmarkt, de hulpverlening en dergelijke sterk is gerealiseerd, dan veel geïsoleerde voorzieningen. Jongerenwerk hoeft niet per definitie in specifieke jongerenvoorzie- ningen plaats te vinden. Jongerenwerk kan ook gerealiseerd worden in een buurthuis of bijvoorbeeld een school, maar ook bij een sportactiviteit, een hangplek of een activiteit die samen met anderen wordt geor- ganiseerd (school, speeltuin, buurthuis, sportwerker…). Andersom is ook mogelijk: creëer andere voor- zieningen in een jongerenvoorziening. Denk bijvoorbeeld aan internetcursussen voor senioren, maar ook onderwijs in een jongerenvoorziening. Bij vestiging in een bestaande voorziening, bijvoorbeeld een buurthuis, is het belangrijk dat jongeren hun eigen plek krijgen. Een plek waar ze zich thuis voelen. Een plek die past binnen hun eigen belevingswe- reld, waar zij de talenten kunnen ontplooien die zij willen ontplooien (muziek maken, dansen, graffiti kunst maken moet dus mogelijk zijn). Momenteel zijn buurthuizen teveel gericht op andere doelgroepen, met name op kinderen en senioren. Jongeren moeten het gevoel hebben dat de voorziening er ook voor hen is. Aansluiten bij de leefwereld van de jongeren is daarom erg belangrijk. Het heeft geen zin om, bij wijze van spreken, het oranje bloemetjesbehang te laten hangen. Jongeren voelen zich dan niet thuis en blijven weg. Jongeren zijn met name ’s avonds en in het weekend actief. De meesten van hen zitten - gelukkig - op school of ze werken. Voorzieningen zijn soms ’s avonds en in het weekend gesloten, waardoor de jonge- ren letterlijk en figuurlijk op straat staan. Openingstijden van voorzieningen in IJsselmonde moeten daar- om aansluiten bij de tijden die passen in de dagbesteding van jongeren. Specifieke aandacht is nodig voor de vakantieperiodes. De deelgemeente en instellingen overleggen tijdig over het nut en de noodzaak en op welke wijze het jongerenwerk tijdens vakanties kan worden ingezet. 31
  • 33. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 8.8 Deelname aan kwaliteitstraject Rotterdams jongerenwerk Als we in Rotterdam een goede balans willen vinden tussen de ‘harde’ aanpak en een ‘sociale’ aanpak van jongeren, dan is een flinke kwaliteitsimpuls aan het jongerenwerk noodzakelijk. Samen met de stad Rotterdam is en wordt door IJsselmonde krachtig vormgegeven aan de Rotterdamse methodiek van het jongerenwerk, het nieuwe competentieprofiel, de assessments van de jongerenwerkers en de kwali- teitsimpuls door het deskundigheidsbevordering-programma. Alle Rotterdamse deelgemeenten nemen deel aan het kwaliteitstraject dat is ingezet om het jongeren- werk in Rotterdam te professionaliseren. Organisaties die vanuit de deelgemeente opdracht krijgen om jongerenwerk uit te voeren, zijn verplicht om deel te nemen aan dit kwaliteitstraject. Dit betekent dat jon- gerenwerkers leren werken conform de Rotterdamse methodiek jongerenwerk, dat zij deelnemen aan Klasse (assessment voor persoonlijke ontwikkeling), dat instellingen deelnemen aan de ontwikkelcafés en dat er uitvoering gegeven wordt aan het plan voor deskundigheidsbevordering dat wordt opgesteld door de stad. De nieuwe jongerenwerkers die in IJsselmonde aan de slag zullen gaan, zullen daarnaast deelnemen aan de Rotterdam Training. 32
  • 34. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 9 Deelgemeente als opdrachtgever én partner De deelgemeente heeft de regie over het jeugdbeleid. Deze regierol impliceert dat de gemeente niet zelf uitvoerder is van het beleid, maar daar andere uitvoeringsorganisaties voor inschakelt. Vanuit de regie- rol vervult de deelgemeente een dubbelrol naar het jongerenwerk; aan de ene kant die van opdrachtge- ver en aan de andere kant die van partner. Deze twee rollen lijken op het eerste gezicht tegenstrijdig, maar het tegenovergestelde is het geval. De deelgemeente is in de eerste plaats opdrachtgever. Vanuit bestuurlijke overwegingen geeft de deel- gemeente opdracht aan instellingen, die ze subsidie verleent. In die rol zorgt de deelgemeente ervoor dat er resultaatgerichte afspraken worden gemaakt met het jongerenwerk en zij ziet erop toe dat deze wor- den nageleefd (monitoren). De deelgemeente zorgt voor de randvoorwaarden, zoals huisvesting en finan- ciën. Hierbij staat de visie van de deelgemeente op het jongerenwerk centraal. Sterk leiderschap (één aansturing) door iemand die de visie sterk kan uitdragen is daarbij nodig. De rol van partner zorgt ervoor dat er niet alleen achteraf wordt afgerekend, maar dat de deelgemeen- te ook tijdens het uitvoeringsproces meedenkt en meestuurt. Eerder gemaakte resultaatafspraken kun- nen in overleg worden aangepast en bijgesteld. De deelgemeente is dus niet alleen geldschieter en con- troleur en facilitator, maar ook een inhoudelijk partner. De deelgemeente denkt mee en bepaalt wat er gebeurt, maar het is aan de instelling om te bepalen hoe ze het uitvoert. Zowel deelgemeente als instel- ling neemt hierbij een proactieve houding aan. Deelgemeente als opdrachtgever Deelgemeente als partner Resultaatgerichte afspraken maken Samen kijken naar geschikte aanpak Toezien dat afspraken worden nageleefd Input over trends en veranderingen Randvoorwaarden leveren Meedenken Financiën Gezamenlijk koerswijzigingen bepalen 33
  • 35. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 34
  • 36. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde Aan de slag: 10 jongerenwerk heeft toekomst in IJsselmonde Deelgemeente IJsselmonde staat een grote uitdaging te wachten. Het jongerenwerk in IJsselmonde krijgt een enorme kwantitatieve en kwalitatieve impuls. Naast een bijdrage op het sociale domein levert het jongerenwerk ook een bijdrage aan de veiligheid in de deelgemeente. Het jongerenwerk in IJssel- monde wordt flink uitgebreid. Er zijn nieuwe accommodaties voor jongeren gerealiseerd en jongeren worden op straat actief benaderd. De deelgemeente heeft geïnvesteerd in nieuwe jongerenwerkers en vanuit de stad Rotterdam wordt een nieuwe lichting jongerenwerkers toebedeeld aan IJsselmonde. Het is geen sinecure om dit proces goed te laten verlopen. De verwachtingen van deze investering zijn terecht hoog. Iedere ondernemer, dus ook de sociale ondernemer, verwacht immers rendement van zijn investe- ring. In de praktijk blijkt dat ervaren jongerenwerkers zich over het algemeen moeilijk kunnen aanpas- sen aan het nieuwe elan van het jongerenwerk. Het jongerenwerk heeft een negatief imago: het is een sector waar je niet voor wilt werken, je wordt er bedreigd, het levert geen status op, je krijgt te maken met lastige groepen jongeren (en al dan niet cultuurgebonden normen en waarden) die je bovenmatig op de proef stellen enzovoort. Het is een immense opdracht om goede jongerenwerkers te vinden, jonge- renwerkers met het profiel ‘kansen bieden en grenzen stellen’. Het is een kunst om ze te werven, aan te nemen, op te leiden, ze te binden aan de visie van IJsselmonde, om ze te laten klikken met bewoners en jongeren en om ze de kunst van het samenwerken te leren! Kwaliteit borgen binnen het jongerenwerk is onontgonnen terrein. Een goed inwerkprogramma, collegiale consultatie, vaste werkprocessen, een to the point registratiesysteem, een uitgebalanceerde methodiek, een gedeelde visie… het staat allemaal in de kinderschoenen. Daarmee is de grootste risicotaxatie gemaakt. De verwachtingen zijn hoog, de ambities ook. Van het jon- gerenwerk in IJsselmonde wordt veel verwacht en bovenstaande visie moet ten grondslag liggen aan een soort van handboek voor het jongerenwerk in IJsselmonde. Instellingen die uitvoering zullen geven aan het jongerenwerk in IJsselmonde moeten zich dus in deze visie kunnen vinden en er in de praktijk uit- voering aan geven. IJsselmonde zet in op talentontwikkeling van álle jongeren in IJsselmonde en niet alleen op die van de aandachtvragende jongeren. De jongeren en bewoners in IJsselmonde verdienen jongerenwerk dat kan- sen biedt en grenzen stelt! Het jongerenwerk is een vreselijk leuk vak en het is een rijkdom dat je als jon- gerenwerker met opgroeiende jongeren met al hun twijfels, ideeën, verlangens, toekomstplannen, mon- digheid, ondeugendheid, grappen, grollen, energie en betrokkenheid mag werken. In IJsselmonde heeft het jongerenwerk de toekomst! 35
  • 37. Grenzen verleggen door grenzen te stellen – Visie op het jongerenwerk in IJsselmonde 36