19. Stil gebed
Votum en groet
Ere zij de Vader en de Zoon
En de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en immer,
En van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen.
31. 35 Sta klaar, doe je gordel om en
houd de lampen brandend, 36 en
wees als knechten die
hun heer opwachten wanneer hij
terugkeert van een bruiloft, zodat
ze direct voor hem opendoen
wanneer hij aanklopt. 37 Gelukkig
de knechten die de heer bij zijn
komst wakend aantreft.
32. Ik verzeker jullie: hij zal
zijn gordel omdoen, hen
aan tafel nodigen en hen
bedienen. 38 Gelukkig degenen die
hij zo aantreft, ook al komt hij
midden in de nacht of kort voor het
aanbreken van de dag.
33. 6 Hij die de gestalte van God had, hield zijn
gelijkheid aan God niet vast, 7 maar deed er
afstand van. Hij nam de gestalte aan van
een slaaf en werd gelijk aan een mens. En
als mens verschenen, 8 heeft hij zich
vernederd en werd gehoorzaam tot in de
dood – de dood aan het kruis.