Amsterdamse aanpak gezond gewicht door Jan Paddenburg - Gent 2015 12 10Gezondheidsdienst
Ook in Amsterdam is de obesitasproblematiek een feit: meer dan 30.000 kinderen en jongeren hebben er overgewicht of obesitas. Dat betekent één op de vijf. Dit heeft ernstige gevolgen voor hun gezondheid op korte en lange termijn. Daarom zet de gemeente flink in op het voorkomen en terugdringen van overgewicht bij kinderen, met als doel: alle Amsterdamse kinderen op gezond gewicht in 2033.Om gezond op te kunnen opgroeien hebben kinderen de inzet van iedereen nodig. Ten eerste die van het kind en de ouders zelf, maar ook die van professionals op scholen, in de zorg, bij welzijnsinstellingen, buurtorganisaties, sportclubs en bedrijven. Met de Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht werkt de gemeente Amsterdam multidisciplinair samen met andere partijen aan een gezond gewicht voor de Amsterdamse jeugd.
Ouders, leerkrachten en hulpverleners, allen willen ze dat kinderen uitgroeien tot gezonde, actieve en verantwoordelijke burgers, die zich goed in hun vel voelen. Maar wat zijn de vitamines voor de psychologische en, bij uitbreiding, fysieke ontwikkeling van kinderen? Op basis van de Zelf-Determinatie Theorie (Vansteenkiste & Ryan, 2013; Vansteenkiste & Soenens, 2015), een brede theorie over menselijke motivatie en groei, wordt gesteld dat de bevrediging van de psychologische behoeftes aan autonomie, relationele verbondenheid en competentie cruciaal is opdat kinderen enthousiast en energiek zouden en zich maatschappelijke normen en waarden zouden eigen maken. Zonder deze psychologische vitamines hapert hun groei of worden ze zelfs kwetsbaar voor gebrekkige zelfbeheersing en probleemgedrag. Er wordt besproken wat de cruciale bouwstenen zijn van een behoefteondersteunende aanpak en hoe ouders, leerkrachten en hulpverleners op een behoefteondersteunende wijze met kinderen en jongeren kunnen omgaan.
Amsterdamse aanpak gezond gewicht door Jan Paddenburg - Gent 2015 12 10Gezondheidsdienst
Ook in Amsterdam is de obesitasproblematiek een feit: meer dan 30.000 kinderen en jongeren hebben er overgewicht of obesitas. Dat betekent één op de vijf. Dit heeft ernstige gevolgen voor hun gezondheid op korte en lange termijn. Daarom zet de gemeente flink in op het voorkomen en terugdringen van overgewicht bij kinderen, met als doel: alle Amsterdamse kinderen op gezond gewicht in 2033.Om gezond op te kunnen opgroeien hebben kinderen de inzet van iedereen nodig. Ten eerste die van het kind en de ouders zelf, maar ook die van professionals op scholen, in de zorg, bij welzijnsinstellingen, buurtorganisaties, sportclubs en bedrijven. Met de Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht werkt de gemeente Amsterdam multidisciplinair samen met andere partijen aan een gezond gewicht voor de Amsterdamse jeugd.
Ouders, leerkrachten en hulpverleners, allen willen ze dat kinderen uitgroeien tot gezonde, actieve en verantwoordelijke burgers, die zich goed in hun vel voelen. Maar wat zijn de vitamines voor de psychologische en, bij uitbreiding, fysieke ontwikkeling van kinderen? Op basis van de Zelf-Determinatie Theorie (Vansteenkiste & Ryan, 2013; Vansteenkiste & Soenens, 2015), een brede theorie over menselijke motivatie en groei, wordt gesteld dat de bevrediging van de psychologische behoeftes aan autonomie, relationele verbondenheid en competentie cruciaal is opdat kinderen enthousiast en energiek zouden en zich maatschappelijke normen en waarden zouden eigen maken. Zonder deze psychologische vitamines hapert hun groei of worden ze zelfs kwetsbaar voor gebrekkige zelfbeheersing en probleemgedrag. Er wordt besproken wat de cruciale bouwstenen zijn van een behoefteondersteunende aanpak en hoe ouders, leerkrachten en hulpverleners op een behoefteondersteunende wijze met kinderen en jongeren kunnen omgaan.
Rapport evaluating spatial and social inequality by using gis to analyse the ...Gezondheidsdienst
This document summarizes research evaluating spatial and social inequality in access to preschools in Ghent, Belgium using GIS analysis. Two methods were used: 1) A short-term analysis modeling changes in preschool capacity needs over the next 2 years based on population growth. 2) A long-term analysis predicting accessibility changes over the next decade based on new housing. Both analyses identified areas with current and future capacity and accessibility issues. The results indicate pressures in the city center and parts of the outer rim, informing local education policy.
Rapport the use of geographical applications for micro planning school locati...Gezondheidsdienst
This document describes the development of a geographic application called @SCHOOL to provide information on preschool and primary school locations in Flanders, Belgium. The application combines open source programs Google Docs and ESRI ArcGIS Online to allow centralized updating of school data and real-time access for users. It was first developed for preschools in Ghent and is now being expanded to include all primary schools in Flanders. The tool helps parents access relevant school details and identify the closest schools to any given address. Feedback from users in Ghent has been positive and local authorities are also finding it useful for education planning and policy support.
Rapport using gis to face problems related to spatial and social inequality ...Gezondheidsdienst
This document describes a study that used GIS to analyze capacity issues for pre-schools in Ghent, Belgium. The researchers created an automated GIS model to visualize and analyze the current school configuration and catchment areas. The model identifies areas where capacity is exceeded or accessibility is limited. It also predicts how future demographic changes may impact the school system. The model was validated for Ghent's pre-schools and proved useful for supporting local education policy decisions around capacity expansion, new school development, or closing underused schools.
Neighborhood SES and walkability are related to physical activity in Belgian adults. The study examined the relationship between neighborhood socioeconomic status (SES), walkability, and physical activity using accelerometer and survey data from over 1,100 Belgian adults living in 24 neighborhoods. Living in a high-walkable neighborhood was associated with more moderate to vigorous physical activity and more walking and cycling for transportation. Low neighborhood SES was related to more cycling for transportation. No interaction was found between neighborhood walkability and SES, suggesting walkability benefits physical activity for all economic groups.
Rapport evaluating spatial and social inequality by using gis to analyse the ...Gezondheidsdienst
This document summarizes research evaluating spatial and social inequality in access to preschools in Ghent, Belgium using GIS analysis. Two methods were used: 1) A short-term analysis modeling changes in preschool capacity needs over the next 2 years based on population growth. 2) A long-term analysis predicting accessibility changes over the next decade based on new housing. Both analyses identified areas with current and future capacity and accessibility issues. The results indicate pressures in the city center and parts of the outer rim, informing local education policy.
Rapport the use of geographical applications for micro planning school locati...Gezondheidsdienst
This document describes the development of a geographic application called @SCHOOL to provide information on preschool and primary school locations in Flanders, Belgium. The application combines open source programs Google Docs and ESRI ArcGIS Online to allow centralized updating of school data and real-time access for users. It was first developed for preschools in Ghent and is now being expanded to include all primary schools in Flanders. The tool helps parents access relevant school details and identify the closest schools to any given address. Feedback from users in Ghent has been positive and local authorities are also finding it useful for education planning and policy support.
Rapport using gis to face problems related to spatial and social inequality ...Gezondheidsdienst
This document describes a study that used GIS to analyze capacity issues for pre-schools in Ghent, Belgium. The researchers created an automated GIS model to visualize and analyze the current school configuration and catchment areas. The model identifies areas where capacity is exceeded or accessibility is limited. It also predicts how future demographic changes may impact the school system. The model was validated for Ghent's pre-schools and proved useful for supporting local education policy decisions around capacity expansion, new school development, or closing underused schools.
Neighborhood SES and walkability are related to physical activity in Belgian adults. The study examined the relationship between neighborhood socioeconomic status (SES), walkability, and physical activity using accelerometer and survey data from over 1,100 Belgian adults living in 24 neighborhoods. Living in a high-walkable neighborhood was associated with more moderate to vigorous physical activity and more walking and cycling for transportation. Low neighborhood SES was related to more cycling for transportation. No interaction was found between neighborhood walkability and SES, suggesting walkability benefits physical activity for all economic groups.
Het belang van de omgeving voor een actieve levensstijl sport-en bewegingswet...
Etnische diversiteit, gentse identiteit en sociale cohesie sociologie
1. Etnische diversiteit, sociale cohesie
en het Gentse identiteitsgevoel
Vree wijs!Pieter-Paul Verhaeghe
Vakgroep Sociologie (UGent)
April 2013
pieterpaul.verhaeghe@ugent.be
2. Leidt de etnische diversiteit van een
buurt tot minder sociale cohesie?
3. Data en achtergrondinformatie
• Individueel niveau
– Buurtmonitor editie 2006 en 2009
– Respondenten ≥ 18 jaar
– 2579 respondenten
• Buurtniveau
– 162 statistische sectoren
– Gemiddeld 1158 buurtbewoners (range: 6 - 5064)
– Informatie voor het jaar 2005
4. Indicatoren van sociale cohesie
• Frequentie van de contacten met buren
• Kwaliteit van de contacten met buren
• Tevredenheid over de mate waarin je de buren
kan vertrouwen
• De mensen in de buurt kennen elkaar door en
door
• De mensen in de buurt gaan over het algemeen
aangenaam om met elkaar
5. Etnische diversiteit van de buurten
• Gemeten met de Herfindahl-Index
= etnische diversiteit van een buurt [0 - 1]
• Correlatie met de etnische concentratie van een
buurt is 0.98
8. MAAR: Etnisch diverse buurten zijn
vaak ook arme buurten. Leidt de
armoede van een buurt tot minder
sociale cohesie?
We kijken naar het mediaan netto belastbaar
inkomen inkomen van de buurt
12. Zijn de buurteffecten op sociale
cohesie te wijten aan individuele
kenmerken?
Controle voor sociale klasse, diploma, etniciteit,
geslacht, en leeftijd van de respondenten
14. Kan de Gentse identiteit voor
meer sociale cohesie zorgen?
‘t zal wel
zijn, moatje
15.
16. Gentse identiteitsgevoel
• Drie items:
– “Ik voel me een echte Gentenaar”
– “Ik woon graag in een stad als Gent”
– “Ik ben echt fier op mijn stad”
• Cronbach’s Alpha: 0.82
• Gemiddelde: 3.96 (standaardafwijking: 0.82)
20. 0 0,1 0,2 0,3 0,4
Contactfrequentie buren
Contactkwaliteit buren
Vertrouwen in buren
Buurtbewoners kennen elkaar
Buurtbewoners gaan
aangenaam met elkaar om
Buurtdiversiteit
Buurtinkomen
Gentse identiteit
Etnische minderheid
Middenklasse
Hooggeschoold
Leeftijd
Editie enquête
21. Zorgt het Gentse identiteitsgevoel
voor meer interetnische contacten?
• Interetnische contacten:
– Kennissen
– Buren
– Vrienden
• Onderscheid tussen Belgen en ECM
• Gecontroleerd voor gender, leeftijd, sociale
klasse, en diploma
23. Conclusie en discussie
• Minder sociale cohesie in etnisch diverse buurten
• Voornamelijk te wijten aan de sociaaleconomische status van
de buurt en van de buurtbewoners
• Blijvend effect op de kwaliteit van het contact met de buren
en op de perceptie van het aangenaam met elkaar omgaan in
de buurt (te wijten aan de reputatie van de buurt?)
• Gentse identiteitsgevoel is positief voor de sociale cohesie
(richting van de relatie?)
• Gentse identiteitsgevoel kan de invloed van de buurt niet
counteren
• Etnische minderheden die zich Gentenaar voelen, hebben
meer interetnische contacten (richting van relatie?)
