Prima Onderwijs | 21st Century Skills vragen om inspirerend onderwijs!Henk Orsel
Prima Onderwijs | 21st Century Skills vragen om inspirerend onderwijs!
Onderwijsvernieuwers pleiten voor het
aanwakkeren van nieuwsgierigheid bij
kinderen in het basis- en voortgezet onderwijs.
Kinderen leren gemakkelijker en beter als hun
nieuwsgierigheid wordt geprikkeld . Maar
het gaat niet zozeer om 'aanwakkeren', stelt
hoogleraar Jelle Jolles, als wel om 'brandend
houden'. Nieuwsgierigheid is immers iets
wat jonge kinderen van nature in overvloed
hebben. Nieuwsgierigheid is nodig om
prikkels uit de omgeving op te nemen . De
prikkels zetten zich vast in leerervaringen in
de hersenen. Die zijn net als smalle weggetjes
op het land. Die wegg~tjes in de hersenen
moeten zich echter verbreden en uiteindelijk
een wijdvertakt wegennet worden. Hierbij is
de inspirerende rol van de leraar essentieel.
'Dus leraren, treed buiten je comfortzone en
prikkel die nieuwsgierigheid!'
Prima Onderwijs | 21st Century Skills vragen om inspirerend onderwijs!Henk Orsel
Prima Onderwijs | 21st Century Skills vragen om inspirerend onderwijs!
Onderwijsvernieuwers pleiten voor het
aanwakkeren van nieuwsgierigheid bij
kinderen in het basis- en voortgezet onderwijs.
Kinderen leren gemakkelijker en beter als hun
nieuwsgierigheid wordt geprikkeld . Maar
het gaat niet zozeer om 'aanwakkeren', stelt
hoogleraar Jelle Jolles, als wel om 'brandend
houden'. Nieuwsgierigheid is immers iets
wat jonge kinderen van nature in overvloed
hebben. Nieuwsgierigheid is nodig om
prikkels uit de omgeving op te nemen . De
prikkels zetten zich vast in leerervaringen in
de hersenen. Die zijn net als smalle weggetjes
op het land. Die wegg~tjes in de hersenen
moeten zich echter verbreden en uiteindelijk
een wijdvertakt wegennet worden. Hierbij is
de inspirerende rol van de leraar essentieel.
'Dus leraren, treed buiten je comfortzone en
prikkel die nieuwsgierigheid!'
Een onderzoek naar cohesiebevorderend onderwijs. Als kinderen samenwerken aan een opdracht, vergroot dit dan hun affiniteit met de ander? En welke rol speelt de leerkracht hierin? De uitslagen van een onderzoek naar cohesiebevorderend onderwijs.
De stand up kenniscarrousel van Lente in het Onderwijs""Marcel Kesselring
Een aantal onderwijskeien vertellen tijdens de IPON in slots van ongeveer 10 minuten hun verhaal over de inzet van (social) media in hun onderwijs. Dus goede verhalen uit de onderwijspraktijk, dat mag je niet missen!
Onderwijs als een avontuurlijke reis. Hoe geef je ruim baan aan verwondering,...Frederik Smit
In het onderwijs gaat het niet alleen om het effectief vullen van een emmer met kennis, maar ook om te focussen op persoonsvorming. Waarom maken we van het onderwijs geen avontuurlijke reis waarvan de bestemming niet vooraf exact vastligt? Besteed op basisscholen meer aandacht aan vakgebieden als filosofie, bewegingsonderwijs en
culturele vorming. Maar is dit wel haalbaar gezien de toch al volle onderwijsprogramma’s met een sterk accent op de kernvakken taal en rekenen?
Een onderzoek naar cohesiebevorderend onderwijs. Als kinderen samenwerken aan een opdracht, vergroot dit dan hun affiniteit met de ander? En welke rol speelt de leerkracht hierin? De uitslagen van een onderzoek naar cohesiebevorderend onderwijs.
De stand up kenniscarrousel van Lente in het Onderwijs""Marcel Kesselring
Een aantal onderwijskeien vertellen tijdens de IPON in slots van ongeveer 10 minuten hun verhaal over de inzet van (social) media in hun onderwijs. Dus goede verhalen uit de onderwijspraktijk, dat mag je niet missen!
Onderwijs als een avontuurlijke reis. Hoe geef je ruim baan aan verwondering,...Frederik Smit
In het onderwijs gaat het niet alleen om het effectief vullen van een emmer met kennis, maar ook om te focussen op persoonsvorming. Waarom maken we van het onderwijs geen avontuurlijke reis waarvan de bestemming niet vooraf exact vastligt? Besteed op basisscholen meer aandacht aan vakgebieden als filosofie, bewegingsonderwijs en
culturele vorming. Maar is dit wel haalbaar gezien de toch al volle onderwijsprogramma’s met een sterk accent op de kernvakken taal en rekenen?
1. De schade van de ‘verschoolsing’ 18 Tekst Emmanuel Naaijkens | Fotografie Henx Fotografie
Economisch denken in het onderwijs
De schade van de
‘verschoolsing’
Met de Wet op het Basisonderwijs verdween
in 1985 na dertig jaar de kleuterschool.
dr. Wilna Meijer
Een historische vergissing die moet worden
teruggedraaid, zeggen pedagoog Wilna Meijer
en hoogleraar Sieneke Goorhuis.
De verschoolsing van het kleuteronderwijs is mankeren de kinderen niks. “Ze zijn het slachtoffer van de
schadelijk voor het kind. “Wat doen wij onze verschoolsing van het kinderleven. Ze raken hun zelfvertrouwen
kwijt, zijn faalangstig, krijgen een etiket opgeplakt. Ze lopen
kinderen aan?!” Een aanklacht tegen het vast. Bestuurders en beleidsmakers beseffen niet wat ze met dit
economisch denken in het onderwijs. beleid de kinderen aandoen.”
Hoe ging het vroeger in de kleuterklas?
Ouders die voor het eerst een kleuterlokaal binnenstappen, Goorhuis: “In 1985 is de kleuterschool opgegaan in de lagere
zullen het gevoel hebben dat ze teruggaan naar hun jeugd. school. Wat vroeger in groep 3 gebeurde, wordt nu al in groep 2
Een lokaal met tal van spelmaterialen, een huishoek, een water- gedaan en ook al in groep 1. In de afgelopen twintig jaar heb-
hoek, een bouwhoek, kasten met prentenboeken. Een heus ben we geleidelijk aan een verschoolsing zien optreden van het
spelparadijs waar kinderen zich naar hartenlust kunnen uit- curriculum in groep 1 en 2. Er wordt sterk de nadruk gelegd
leven, zo lijkt het. Maar schijn bedriegt, zeggen dr. Wilna Meijer, op cognitieve vaardigheden, aanvankelijk lezen en beginnende
als pedagoog werkzaam aan de Rijksuniversiteit Groningen, en geletterdheid en gecijferdheid, en dat gaat voorbij aan het
dr. Sieneke Goorhuis-Brouwer, hoogleraar spraak- en taalstoor- belang van de rol die het spel heeft bij het leren van het jonge
nissen bij kinderen aan het Universitair Medisch Centrum kind.”
Groningen (UMCG). Meijer: “Het begint al bij de peuters in de voorschool, daar zijn
Want de kleuterklas in de herinnering van de ouders, waarin het programma’s voor lezen en taalontwikkeling. Dat wordt sys-
vrije spel centraal stond, bestaat niet meer. In groep 1 begint tematisch benaderd en niet meer aan het eigen vrije spel van de
voor de kleuters het basisonderwijs; ze zijn er vooral om te leren. kinderen overgelaten. Kinderen gaan steeds langer naar school,
En dat is Meijer en Goorhuis een doorn in het oog, omdat het worden meer onderworpen aan instructies, toetsen, program-
schadelijk is voor het kind. Goorhuis ziet het in haar praktijk in magestuurd leren. Voorheen konden kleuters in vrijheid kiezen
het UMCG, waar ze wekelijks enkele tientallen kinderen onder- welke activiteiten ze wilden doen. Nederland had vroeger echt
zoekt omdat er ernstige problemen zouden zijn. Maar doorgaans een heel mooie kleuterschool, die draaide voortreffelijk.”
2. 19 De schade van de ‘verschoolsing’
Goorhuis: “Waar geen rekening mee wordt gehouden, is dat
hersenen bij de geboorte niet af zijn. Van nul tot zes worden de
primaire sensorische gebieden opgebouwd. Dan wordt als het
ware de hele ‘hardware’ voor een groot gedeelte al gelegd.
Dan ontwikkelen vanaf zes jaar tot twaalf jaar de associatie-
gebieden zich. Alle ‘softwarepakketten’ kunnen geïnstalleerd
worden: rekenen, taal, schrijven. En dan tussen twaalf en acht-
tien de ontwikkeling van de prefrontale cortex. En dat krijgt
tegenwoordig alle aandacht, want het puberende brein is een
hot item. Maar we houden er geen rekening mee dat breinont-
wikkeling tussen zes en twaalf een heel andere didactiek vraagt
dan die tussen nul en zes jaar. Daar moeten kinderen zelf ont-
dekkend hun competenties ontwikkelen waarmee ze later het
schoolsucces kunnen bereiken.”
Meijer: “Al voor het hersenonderzoek was er de wijsheid van
de klassieke kleuterschool dat men oog had voor wat schoolrijp-
heid werd genoemd. Kinderen zijn pas schoolrijp als ze ook zelf
bewust een leertaak op zich kunnen nemen. Dat is iets wat je
bij peuters en kleuters niet mag veronderstellen. Vandaar die
vrijheid om in de rijke omgeving van een kleuterklas hun eigen
activiteiten te kiezen en te wisselen van activiteit. Dankzij die
deskundige leidster, die ook uitstekend kon observeren, leerden
de kinderen van alles, werden ze gestimuleerd, maar wel op
een manier die past bij kleuters.”
De minister zegt dat kinderen in de voor- en vroeg-
schoolse periode spelenderwijs leren. Waar wringt de
dr. Sieneke Goorhuis-Brouwer schoen dan?
Goorhuis: “Bedoeld wordt spelend leren. Dat is de didactiek
in de vorm van een spelletje verkopen.”
Meijer: “Het materiaal ziet er heel aantrekkelijk uit, maar de
Experiment kinderen zijn niet bezig met een zelfgekozen activiteit. De leer-
kracht bepaalt dat. Spelenderwijs leren is een verkooppraatje.”
Startgroepen Goorhuis: “De hele vroegkinderlijke ontwikkeling is een ondeel-
baar geheel van denken, van taal, van motorische ontwikkeling,
Dertig scholen doen mee aan het experiment ‘start- van sociaal-emotioneel welbevinden, en dat moet allemaal aan
groepen’. Dat moet uitwijzen of de ontwikkeling van bod komen. Het is die veelzijdigheid die door de verschoolsing
peuters met een leerachterstand in een schoolomge- ingeperkt wordt. Ook nu komen er zoveel onzekere kinderen
ving spelenderwijs kan worden verbeterd. Minister groep 3 in omdat ze al niet aan de eisen van groep 2 hebben
Van Bijsterveldt (Onderwijs) hoopt dat deze kinderen kunnen voldoen. Daar worden ze al faalangstig.”
dankzij deze aanpak “een vliegende start in het basis- Meijer: “Ik heb dat wel eens ‘De kleuter en de ratrace’
onderwijs maken”. OCW trekt voor een periode van genoemd. Het is presteren, presteren, presteren. En de ouders
4 jaar bijna 6 miljoen euro voor deze pilot uit. gaan ook zo naar hun kind kijken. Het is een algemene
gedeelde cultuur van opschroeven, van zo vroeg mogelijk begin-
nen, want dan kom je zo hoog mogelijk uit.”
Maar kleuterklassen zien er toch nog steeds uit Waar komt de verschoolsing van het peuter- en kleuter-
als vroeger? onderwijs vandaan?
Meijer: “Ja, maar de inhoud van de aanpak is heel anders. Goorhuis: “Uit economisch denken: het onderwijs kost zoveel,
Nu is het een programma. Kinderen worden stap voor stap door en dat moet rendement opleveren. Er wordt geen rekening
leerlijnen geleid, en met toetsen wordt vastgesteld of inderdaad gehouden met de eigenheid en de manier waarop jonge kinde-
het beoogde leereffect is bereikt is. Die kleuterleidster van ren leren. De creativiteit van peuters en kleuters wordt hun
vroeger is een docent geworden die een methode uitvoert. afgenomen. Ze moeten met letters en cijfers bezig zijn. En dat
Maar de eigen inbreng is minimaal, dat is ook de klacht van heeft geen zin, weten we uit onderzoek. Het oefenen van lees-
veel leerkrachten.” Een doel van een kleuteronderwijs is toch gerelateerde vaardigheden in groep 1 en 2 heeft geen effect op
ook dat kinderen leren? het leren lezen in groep 3. Als je kinderen goed wil leren lezen,
3. De schade van de ‘verschoolsing’ 20
dan moet je in groep 3 onmiddellijk een goede start maken met
het leesproces, een goede methode kiezen en leeskilometers
maken. Dat is de conclusie van al het onderzoek.” De kleuter zit in een
Meijer: “De verschoolsing komt vanuit de onderwijskundigen,
sterk gepromoot ook door de Onderwijsraad. Beïnvloed door de ratrace: het is presteren,
wens, op zich heel prachtig, om de sociaaleconomische
ongelijkheid te verkleinen. Men wil kinderen die niet van huis
presteren, presteren
uit Nederlands spreken, ook een goede start geven. Het is
misschien geen leuke boodschap, maar het onderwijs kan die
verschillen niet opheffen. Wie sociaal-economische rechtvaardig-
heid wil, moet op z’n minst ook andere politiek-economische
middelen inzetten.”
Het ontstaan van de
De focus op voor- en vroegschoolse educatie (VVE) is
bedoeld om te voorkomen dat met name allochtone basisschool
kinderen een taalachterstand oplopen. Hoe pak je dat
dan aan? Al in de jaren zeventig kwam het debat op gang over samen-
Meijer: “Daarvoor geldt ook dat de natuurlijke taalontwikkeling voeging van de kleuter- en lagere school. Aanleiding was onder
in die rijke omgeving een beter startpunt is dan het beperkte meer dat de overgang voor veel kinderen te groot was. Bij de
technisch gerichte taal-leesprogramma. Als kinderen in hun start van de basisschool in 1985 waren er echter al kritische
fantasie of creativiteit worden aangesproken, gebruiken ze vrij geluiden te horen. Zou het specifieke karakter van het kleuter-
complexe taal, blijkt uit empirisch onderzoek. Juist in een onderwijs niet worden aangetast? Die vrees leefde er ook in de
instructiesituatie wordt dat gereduceerd.” Tweede Kamer, zo bleek bij tussentijdse evaluaties van de
Goorhuis: “Het is geen taalachterstand, maar een blootstellings- nieuwe basisschool.
achterstand. Die kinderen hebben op dat moment nog te weinig Het CDA-Kamerlid Frissen zei in een debat in 1991 onder
Nederlands geleerd, en als ze hun eigen taal goed spreken, dan meer: “De CDA-fractie maakt zich ernstig zorgen over de
mag je dat geen taalachterstand noemen. Zet die kinderen vanaf positie van het jonge kind in het basisonderwijs. Is het basis-
dag één in een Nederlands sprekende omgeving en zorg ervoor onderwijs er wel in geslaagd te bieden wat de kleuter nodig
dat ze via het spel praten met andere kinderen. Dan hebben ze heeft? Het ontwikkelingsniveau van ieder kind in iedere fase
aan het einde van het jaar hun achterstand ingehaald.” is in het geding. Is het onderwijs voor vele jonge kinderen niet
te vakgericht geworden, terwijl door activiteiten als spelen,
Er komen nu bij wijze van experiment zelfs startgroepen werken en leren een onderlinge samenhang bevorderd zou
voor peuters als voorbereiding op de basisschool. moeten worden?”
Wordt jullie geluid wel gehoord? Ook SGP’er Van der Vlies constateerde bezorgd dat “het
Meijer: “De Onderwijsraad begint nu toch ook vraagtekens te kleuteronderwijs onder druk is te komen staan”.
plaatsen bij de doorwerking van de Cito Eindtoets op het hele Kamerlid De Cloe (PvdA) wees in dat Kamerdebat op een
basisonderwijs, bij het gevaar van toetstraining. Er is de onderzoek onder schooldirecteuren. “Tachtig procent van de
Vereniging Jonge Kind, een florerende vereniging met mensen directeuren heeft liever een leerkracht die een kleuteropleiding
uit de praktijk, want het zijn vooral die mensen die hun stem min of meer oude stijl heeft dan iemand van de pabo. Er staat
moeten laten horen. In zowel het hbo als aan de universiteiten bovendien […] in dat de meerderheid vindt dat de kleuter er
zijn onderzoekers aan de slag die de verschoolsing ook zien en eerder op achteruit is gegaan dan vooruit.”
zij proberen samen een vuist te maken voor een verandering in Toen ook werden er vraagtekens geplaatst bij de opleiding.
aanpak en cultuur van het onderwijs.” De befaamde KLOS (opleiding voor kleuterleidsters) was in
Goorhuis: “Aan Stenden Hogeschool is een lectoraat Early 1985 opgeheven. De pabo was de plek waar voortaan leer-
Childhood opgezet om te kijken in hoeverre je de kleuterperiode krachten werden klaargestoomd, zonder specialisatie voor het
ook in de opleiding aan de pabo weer een eigen profiel kunt jonge kind. Die tekortkoming wordt de komende jaren overi-
geven.” gens opgeheven door invoering van gedifferentieerde afstudeer-
Meijer: “Maar er is haast geboden, want als nu niet snel iets richtingen op de pabo.
gebeurt dan is de deskundigheid verdwenen. De kleuterleidsters Ruim een kwart eeuw na de start van de basisschool blijkt één
van vroeger die hun kennis en ervaring zouden kunnen over- probleem hardnekkig. Uit een steekproef van de Onderwijs-
dragen, zijn dan weg.” inspectie in 2009/2010 blijkt dat 22% van de scholen er niet
voldoende in slaagt om een doorgaande leerlijn tussen groep
1/2 en groep 3 te waarborgen.