Geert Driessen (1993) Stim Achtergronden van onderwijsprestaties.pdfDriessen Research
Driessen, G. (1993). Achtergronden van onderwijsprestaties. De rol van gezinsstructurele en gezinspedagogische kenmerken. Stimulans, 11(2), 14-17.
ISSN 0921-6006
Geert Driessen (1991) VELON Allochtonen in het onderwijs.pdfDriessen Research
Driessen, G. (1991). Allochtonen in het onderwijs. Toetsprestaties en doorstroomniveaus nader beschouwd. Tijdschrift voor Lerarenopleiders, 12(3), 4-11.
ISSN 0925-9384
Geert Driessen (1993) Stim Achtergronden van onderwijsprestaties.pdfDriessen Research
Driessen, G. (1993). Achtergronden van onderwijsprestaties. De rol van gezinsstructurele en gezinspedagogische kenmerken. Stimulans, 11(2), 14-17.
ISSN 0921-6006
Geert Driessen (1991) VELON Allochtonen in het onderwijs.pdfDriessen Research
Driessen, G. (1991). Allochtonen in het onderwijs. Toetsprestaties en doorstroomniveaus nader beschouwd. Tijdschrift voor Lerarenopleiders, 12(3), 4-11.
ISSN 0925-9384
Geert Driessen (2016) Zoals de ouden zongen piepen de jongen?Driessen Research
Driessen, G. (2016). Zoals de ouden zongen, piepen de jongen? De taal van ouders en taal en taalvaardigheid van hun kinderen. Dutch Journal of Applied Linguistics, 5(2), 145-159.
Geert Driessen (1996) Did Allochtone ouders te optimistisch over onderwijskan...Driessen Research
Driessen, G. (1996). Allochtone ouders te optimistisch over onderwijskansen eigen kind. Thuissituatie van veel Turkse en Marokkaanse leerlingen relatief ongunstig. Didaktief (Extra katern), 26(7), 10-13.
ISSN 0169-4820
Geert Driessen & Greetje van der Werf (1994) Did Zittenblijvers hebben meer k...Driessen Research
Driessen, G., & Werf, G. van der (1994). Zittenblijvers hebben meer kans drop-out te worden. Schoolcarrière ligt in eerste jaar v.o. al bijna vast. Didaktief, 24(9), 30-31.
ISSN 0169-4820
Geert Driessen (2016) Zoals de ouden zongen piepen de jongen?Driessen Research
Driessen, G. (2016). Zoals de ouden zongen, piepen de jongen? De taal van ouders en taal en taalvaardigheid van hun kinderen. Dutch Journal of Applied Linguistics, 5(2), 145-159.
Geert Driessen (1996) Did Allochtone ouders te optimistisch over onderwijskan...Driessen Research
Driessen, G. (1996). Allochtone ouders te optimistisch over onderwijskansen eigen kind. Thuissituatie van veel Turkse en Marokkaanse leerlingen relatief ongunstig. Didaktief (Extra katern), 26(7), 10-13.
ISSN 0169-4820
Geert Driessen & Greetje van der Werf (1994) Did Zittenblijvers hebben meer k...Driessen Research
Driessen, G., & Werf, G. van der (1994). Zittenblijvers hebben meer kans drop-out te worden. Schoolcarrière ligt in eerste jaar v.o. al bijna vast. Didaktief, 24(9), 30-31.
ISSN 0169-4820
Geert Driessen (1991) VELON OETC-deelname en onderwijsprestaties.pdf
Allochtone Leerlingen In Het Voortgezet Onderwijs
1. De rol van enkele gezinsfactoren nader geanalyseerd.
2. *Schoolloopbanen in de 21 e eeuw, beïnvloed door sociale en culturele achtergrond van leerlingen. varieert naar plaats en tijd en is universeel. *Variaties in sociaal economische achtergrond, vaak gepaard met etnische herkomst. *Vele verschillende factoren, die succes van schoolloopbaan bepalen. MAAR, wij enkel gefocust op gezinsfactoren.
3. * We nemen 3 gezinsfactoren onder de loep i.v.m het succes op school. 1. Milieu-indicatoren = beroepsniveau van hoofdkostwinner en opleidingsniveau van beide ouders. 2. Aantal kinderen (aantal oudere kinderen) 3. Mate waarin Nederlands wordt gesproken, in het gezin. gedetailleerd nagegaan wat effect is op schoolloopbaan.
4. *Velen afkomstig uit lagere sociale enonomische gebieden. *Sociaal milieu of etnische herkomst belangrijkste oorzaak achterstand? zeer grote overlapping, dus durven niet te kiezen. *Begrip etnische factor, vaak negatieve interpretatie. Maar soms ook positief zijn. bij overgang voortgezet onderwijs, allochtonen hoger advies bij gelijke prestaties. = overadvisering
5. * Vaak kiezen voor een te hoog schooltype. = overpositionering * Britse studie: positief effect allochtone herkomst. bij gelijke prestaties, lager onderwijs, hogere examenresultaten, einde voortgezet onderwijs. * Hypothese: remmende effect, lagere sociale afkomst, anders werkt bij allochtonen dan bij autochtonen.
6. * Leerprestaties i.v.m geboorterangorde Zajonc, ontwierp ‘confluence model’ of ‘soepmodel’ *Kern model = hypothese, hoe meer kinderen putten uit dezelfde bron van ouderlijke aandacht, hoe minder voorspoedig ontwikkeling zal verlopen. MAAR mogen we generaliseren naar allochtonen. *Oudere broers en zussen (allochtonen) kunnen in vreemde cultuur bronnen van overdracht zijn.
7. * Overheersend Nederlands spreken in thuissituatie beïnvloed schoolcarrière positief. *Drempelhypothese: eerst een beheersingsniveau in moedertaal, dan pas kan je met succes vreemde taal aanleren.
8. *Effect van sociaal milieu, bij allochtonen in mindere mate dan bij autochtonen. allochtonen een gunstiger loopbaan dan autochtonen, in laagste milieucategorieën *Aantal oudere kinderen in gezin, bevorderen de samenhang met onderwijsniveau positief. *Hoe meer Nederlands gesproken in gezin, hoe beter samenhang met het onderwijsniveau.