1. NN f.inc 25
public
naar
de top 5
van Europa
De provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland en de
vier grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht stelden
samen voor de periode 2007 -2013 een operationeel programma
‘Landsdeel West’ op. Met een economisch stimuleringsprogramma van
ongeveer 770 miljoen euro voor innovatieprojecten moet Nederland in
2015 tot de top-5 van economische regio’s in Europa behoren.
Tekst: Ingeborg Koning en Ruud van Raak
goede gezondheidszorg en de verbeteringen in de
infrastructuur. Het relatief lage begrotingstekort
speelde ook een rol. De Management Autoriteit is
verantwoordelijk voor het programma Kansen voor
West dat projecten subsidieert in het kader van
economische groei en innovatie.
Onder druk
Landsdeel West heeft een krachtige uitgangspositie.
Belangrijke punten zijn bijvoorbeeld de aanwezigheid
van een aantal sterke, internationaal georiënteerde
clusters, het grote aantal kennis-, onderzoeks- en
onderwijsinstellingen, een relatief jonge bevolking,
Nederland heeft een reputatie op het gebied van inno-
vatie, niches en ideeën. Economische groei en werkge-
legenheid komen tot stand door onze focus op
ontwikkeling en innovatie om te zetten in praktische
toepassingen. De samenwerkende partners willen de
top-5 bereiken door te focussen op het versterken van
kansrijke clusters van bedrijven, het stimuleren van
technologische milieu-innovaties en het verbeteren van
vestigings- en leefklimaat. Op de concurrentie-index
van het World Economic Forum, waarbij jaarlijks het
concurrentievermogen wereldwijd wordt onderzocht, is
Nederland terug op de 8e
plaats, net als in 2001. De
stijging is veroorzaakt door de lage werkloosheid, een
2. 26 f.inc
beschikbaarheid van veel bedrijventerreinen en
kantoorlocaties, een goede externe bereikbaarheid en
een unieke ruimtelijke structuur met de verbinding
tussen de steden en het platteland.
De goede uitgangspositie leidt in Landsdeel West (nog)
niet tot een grote mate van vernieuwing, innovatie en
een hogere arbeidsproductiviteit in het bedrijfsleven.
Verder is er sprake van spanning op de arbeidsmarkt,
omdat opleidingsniveaus en de gezochte werkgelegen-
heid niet op elkaar aansluiten. Spanning is ook
voelbaar op het gebied van bereikbaarheid. De
mobiliteit in Landsdeel West is, mede door haar
ruimtelijke structuur, groot en zal in de komende
jaren nog verder toenemen.
Landsdeel West formuleerde voor de aanvullende inves-
tering door het Europees Fonds voor Regionale Ontwik-
keling (EFRO) de volgende drie prioriteiten: 1) Kennis,
innovatie en ondernemerschap, 2) Attractieve regio’s en
3) Attractieve steden. Deze driedeling sluit aan bij
ingezet beleid op Europees niveau: duurzame economi-
sche groei van Europa wordt bereikt door te focussen
op convergentie, regionale concurrentiekracht en werk-
gelegenheid én Europese territoriale samenwerking.
Kennis, innovatie en ondernemerschap
Landsdeel West beschikt over een kennispotentieel met
daarbinnen een grote diversiteit aan disciplines. Met
innovatie en ondernemerschap wordt ingezet op een
betere benutting van deze beschikbare kennis. Een
belangrijke doelstelling in dit kader is het versterken
van kansrijke clusters door kennisontwikkeling,
–overdracht en –toepassing.
Landsdeel West investeert daarnaast in de kennisontwik-
keling en -overdracht, specifiek voor het midden- en
kleinbedrijf. Daartoe wordt het opzetten van hotspots,
broedplaatsen en science parks bevorderd, zodat kennis-
aanbod en kennisvraag direct bij elkaar kunnen komen.
(Techno)starters kunnen hier gebruikmaken van werk-
ruimten, faciliteiten en intermediaire circuits.
Een derde investering van Landsdeel West betreft de
vergroting van de effectiviteit van regionale kennis-
kringen, -platforms en -allianties. De initiatieven hebben
tot doel kennisnetwerken te vormen, relevante kennis-,
onderzoeks- en onderwijsinstellingen aan te trekken of
uit te breiden, of te komen tot betere afstemming tussen
publieke en private onderzoeksprogramma’s.
De investeringen in deze drie doelstellingen, leiden tot
de resultaten die staan genoemd in tabel 2.
Attractieve regio’s
Landsdeel West zet primair in op versterking van de
concurrentiekracht van de Randstad. Voor een duur-
zame economische ontwikkeling in de Randstad is
het noodzakelijk om zowel te investeren in de steden
als in de zones waar stad en land elkaar ontmoeten.
Dit betekent:
● behoud van de aantrekkelijkheid van wonen
op het platteland;
● vergroting van de aantrekkelijkheid van de
landschappen.
Behoud en versterking van de functies buiten de stede-
lijke centra in Landsdeel West bieden namelijk ook
werkgelegenheid voor de bevolking in de regio. Onder-
nemerschap in bijvoorbeeld de toeristisch-recreatieve
sector verdient ook meer stimulansen en ondersteuning
om de economische vitaliteit – met behoud van milieu-
kwaliteit en landschappelijke waarden – te bevorderen.
Aan de kwaliteit van natuur en milieu in het buiten-
gebied worden steeds hogere eisen gesteld, terwijl de
druk op milieu en omgeving door hogere eisen aan
wonen en vrijetijdsbesteding juist toeneemt. Het
verbeteren van de omgeving rondom de stad (de zoge-
noemde ‘gebruikswaarde groen en water’) is van
cruciaal belang. Landsdeel West zet zich daarvoor in.
Attractieve steden
Landsdeel West, in het bijzonder de Randstad, wil zijn
positie als motor van de Nederlandse economie hand-
haven en uitbouwen. Deze prioriteit vereist investe-
ringen op de volgende terreinen:
● verbeteren kwaliteit van bedrijventerreinen en
kantoorlocaties;
● verbeteren ontsluiting van binnensteden en
bedrijventerreinen;
● voorkomen van dreigende tweedeling in de steden.
Het verbeteren van het vestigingsklimaat door het
optimaliseren van de kwaliteit van bedrijventerreinen
en kantoorlocaties is daarin een noodzakelijke voor-
waarde. Gerevitaliseerde bedrijfslocaties bieden nieuwe
Landsdeel West zet primair in op versterking
van de concurrentiekracht van de Randstad
3. f.inc 27
public
en al gevestigde bedrijven vaak weer ruimte voor
verdere groei en binden de bedrijven aan de steden.
Een betere ontsluiting van binnensteden en bedrijven-
terreinen is ook een prioriteit, want aantrekkelijke
steden zijn een belangrijke vestigingsfactor voor
bedrijven. Daarom wordt samen met het Rijk geïnves-
teerd in de bereikbaarheid en toegankelijkheid, in de
mainports en de stationsgebieden, en in de kwaliteit
van de leefomgeving.
Een aantrekkelijk vestigingsklimaat vraagt ook om een
attractieve woon- en leefomgeving. Daarmee wordt
beoogd bedrijven met potentie te blijven interesseren
voor vestiging in de steden, de midden- en hogere
inkomens aan de stad te binden en een sociale balans
te herstellen en handhaven.
Incubators ter bevordering van innovatie
Een van de mogelijkheden om innovatie projecten te
stimuleren zijn incubators; economische `broedkasten`
waarin aan startende ondernemingen huisvesting,
seed-capital, administratie, technische ondersteuning,
contacten en managementadvies wordt geboden om
hun bedrijf een groeispurt te geven. Incubators richten
zich op ondernemingen in de prestart- en startfase.
Doordat iedere incubator een eigen kennisgebied
heeft, kunnen ze elkaar helpen door kruisbestuiving en
ervaring. De Management Autoriteit wil dwars-
verbanden in het programma aanbrengen, zodat
projecten niet op zichzelf staan, maar eenvoudiger
onderdeel kunnen uitmaken van een groter geheel.
Het belang van innovatie voor de
Nederlandse economie
De Nederlandse economie is niet de meest gemakke-
lijke. De weg die de laatste decennia onder de
concurrentiedruk is ingeslagen, is kwetsbaar. De
primaire en secundaire sector zijn geminimaliseerd.
Productie is steeds minder aanwezig, en economische
groei is alleen mogelijk door innovaties en kennis om te
zetten in praktische toepassingen. Nederland heeft
tabel 2
Indicatoren Operationeel Programma Landsdeel West Outputindicatoren prioriteit
Doelstelling
Aantal R&D-projecten 121
Private bijdragen aan onderzoeksfaciliteiten, onderzoeksorganisaties, e.d. 48 mln. euro
Aantal ondersteunde MKB-bedrijven 535
Aantal ondersteunde startende bedrijven en kleine bedrijven jonger dan vijf jaar 268
Uitgelokte private vervolginvesteringen 31 mln. euro
Aantal samenwerkingsverbanden tussen bedrijven en kennis-, onderzoeks- en onderwijsinstellingen 88
Impactindicator prioriteit 1 Kennis, innovatie en ondernemerschap
Aantal bruto gecreëerde arbeidsplaatsen (in FTE) 3.120
tabel 1
Ranking top 10 landen, Global Competitiveness
INDEX 2010 2009 ▲ ▼
Zwitserland 1 1 ◄
Zweden 2 4 ▲ 2
Singapore 3 3 ◄
Verenigde Staten 4 2 ▼ 2
Duitsland 5 7 ▲ 2
Japan 6 8 ▲ 2
Finland 7 6 ▼ 1
Nederland 8 10 ▲ 2
Denemarken 9 5 ▼ 4
Canada 10 9 ▼ 1
Bron: Erasmus Strategic Renewal Center 2010, op basis van Global Competitiveness Report 2010-2011
4. 28 f.inc
Bronnen: Operationeel Programma Landsdeel West, World
Economic Forum, ranking landen naar innovatie en
concurrentiekracht.
In 2007 besloot het gemeentebestuur van
Rotterdam de oude machineloods van de Rotter-
damse Droogdok Maatschappij te herinrichten
naar een innovatieve leer- en werkomgeving. Met
dit project wordt een verbinding gemaakt tussen
leren en werken. Het concept heeft binnen Europa
veel positieve reacties gekregen en zelfs een fina-
leplaats bereikt tijdens de Regio Stars Awards
2020. De RDM Innovation Dock-RDM Campus is
een innovatief en met duurzame technieken
gebouwd expo-paviljoen.
Geo Valley is een centrum voor ontwikkeling van
innovatieve, (mede) op ruimtevaartgegevens geba-
seerde geomatica producten en diensten. Zij levert
een bijdrage aan een schone en veilige leefomge-
ving en ontwikkelt nieuwe economische bedrijvig-
heid. Geo Valley wil ook de economische (export)
kansen voor het innovatieve bedrijfsleven in het
Geomatics Business Park in Flevoland verzilveren.
Belangrijke thema’s zijn waterbeheer, luchtkwali-
teit & vervoer en ruimtelijke kwaliteit.
RDM Innovation Dock-RDM Campus
Geo Valley
hierin een reputatie, maar is te klein om te wedden op alle
paarden. We moeten blijven innoveren en nieuwe niches
exploreren, zoals in de de bio-based-economy, nano-
technologie, life sciences en duurzame energievormen.
Realisatie van het programma
Ruim 60% van het programmabudget aan subsidies is
inmiddels toegekend. Het driedubbele van de
verwachte private investeringen is gerealiseerd.
Ondanks de stijging van het concurrentievermogen
heeft Nederland nog een slag te slaan. Er is helaas
geen verbetering in innovatie en R&D. Redenen die
worden genoemd zijn: onvoldoende samenwerking
tussen bedrijven en kennisinstellingen, terughoudend-
heid van banken voor kredietverstrekking, gebrek aan
gekwalificeerde kenniswerkers en de aanbestedings-
procedures van de overheid dagen bedrijven onvol-
doende uit tot innoveren. Hierdoor worden de
groeikansen binnen de internationale wereldeconomie
onvoldoende benut en zullen andere landen een betere
positie verwerven.
Het is essentieel dat er bij het management een ‘passie’
bestaat om te veranderen en dat er een duidelijke visie
is op de ontwikkeling van de bedrijfstak. Waar staat
mijn bedrijf in 2025? In de praktijk wordt te vaak een
andere houding geconstateerd; bijvoorbeeld de dood-
doener van ‘we volgen de klant’.
Fixatie op de bestaande klantenkring leidt tot kuddege-
drag waarbij iedereen zijn afzet probeert veilig te
stellen door voortdurende kostenbesparingen, prijscon-
currentie en uitbesteding. Innovatief organiseren bete-
kent de durf hebben om de arbeid anders in te richten.
Succesvolle organisaties zijn platter. De ervaring is dat
als de bal bij het personeel wordt gelegd, er vanzelf
nieuwe ideeën komen over organisatie en roulerende
teams. Het is vaak het middenmanagement dat de
bereidheid bij anderen tot veranderen onderschat en
zelf veranderingen tegenhoudt.
De nadruk moet daarom de komende jaren liggen op
sociale innovatie, flexibel organiseren, horizontaal
managen en slimmer werken waardoor technologische
innovaties beter renderen in Nederlandse ondernemingen.
I. Koning MMO is manager finance bij ConQuaestor,
Drs. R. van Raak is Management Autoriteit van het
programma Kansen voor West
Succesvolle organisaties zijn platter
Ruud van
Raak
Ruud van Raak is
sinds januari
2009 Manage-
ment Autoriteit
van het Europese
programma
‘Kansen voor
West’. Hij is als
programmama-
nager verant-
woordelijk voor
de uitvoering van
het programma
en werkt vanaf
2005 Coördinator
Structuurfonds
bij het ministerie
van Economische
Zaken. Van Raak
staat internatio-
naal bekend als
expert structuur-
fondsen en
wordt door
andere lidstaten
geconsulteerd.
Hij was eerder
begrotings- en
parlementair
coördinator van
de minister van
Economische
Zaken en hield
zich bezig met de
privatisering van
de sociale zeker-
heid en het
opzetten van de
arbomarkt.