1. STABLE-2007
het effectief taxeren
van de dynamische risicofactoren
van zedendelinquenten
Forensische Psychologie Update 2.0
18 juli 2013
Jan Willem van den Berg
2. Doelstellingen workshop
Na deze workshop heeft u kennis over:
1. methoden van risicotaxatie en hun voor- en
nadelen
2. de dynamische risicofactoren van
zedendelinquenten
3. de (ontwikkeling van de) STABLE-2007 en hoe u
deze binnen uw organisatie zou kunnen gebruiken
4. Seksueel delictgedrag
Nederland 2010: 200.000 incidenten
30.000 (poging tot) aanranding/verkrachting
4.000 aangiftes (13%),
400 veroordelingen (1,3%)
Kinderen nu tussen 0-15 jr, 140.000 misbruikt
Ontucht met letsel/dood: 1 tot 3 gevallen per
jaar
5. Seksueel delictgedrag
Komt ontzettend veel voor
Van het meeste wordt geen aangifte gedaan
Uit de meeste aangiften volgt geen veroordeling
Zedendelicten met dodelijke afloop zijn zeldzaam
6. Seksueel delictgedrag
Daders: meestal eerste seksuele delict
85% first (sexual) offender
Meestal mannen jegens vrouwen/meisjes
Daders 95% mannen, slachtoffers 85% meisjes
en/of vrouwen
Slachtoffers meestal bekenden (date-rape, incest)
75%-90% bekenden (aangiftes)
8. Daarmee is het probleem niet
opgelost
Een groot deel recidiveert niet: veel worden zinloos
hard aangepakt
Het merendeel is first-offender: er blijft dus veel
aanvoer
Absurde maatregelen die de kwaliteit van leven
drastisch verminderen, kunnen risicoverhogend
werken (geen woning, sociaal netwerk, werk)
9. Selectie
Laag risico op recidive: gewoon straffen
‘Baat het niet dan schaadt het niet’ gaat hier niet op! Het
(intensief) behandelen van laag-risico delinquenten lijkt tot
verhoging van recidive te leiden!
Hoog risico op recidive:
Vasthouden/behandelen
Behandelen is niet alleen humaan, maar ook goedkoper
10. Selectie
Selectie op common sense werkt niet:
gebrek aan common sense
wat logisch lijkt, is niet altijd
waar
Dus: wetenschappelijk onderzoek
11. Risicofactoren
Wat correleert er zoal niet met seksuele recidive:
ontkenning van seksueel delict
gebrek aan empathie met slachtoffer
ernst van het delict (intrusiviteit/moord)
weinig motivatie voor behandeling
12. Risicofactoren
Wat correleert er bijvoorbeeld wel met seksuele recidive:
eerdere seksuele delicten
hands-off delicten naast hands-on
seksuele preoccupatie
seksuele voorkeur voor kinderen (m.n. jongetjes)
Kenmerken die verwijzen naar seksuele
deviantie en/of seksuele preoccupatie
13. Risicofactoren
Wat correleert er bijvoorbeeld wel met seksuele recidive:
psychopathie (vooral in combinatie met seksuele
deviantie)
impulsiviteit/zelfregulatieproblemen
geschiedenis van criminaliteit/geweld
schenden van voorwaarden
Kenmerken die verwijzen naar antisociale
tendensen en impulsiviteit
17. Ongestructureerd klinisch
oordeel
Sterke punten
Flexibel, focus op het individu
Beperkingen
Lage betrouwbaarheid, dus:
Geringe predictieve validiteit: slechte
voorspellende waarde (gelijk aan- of
minder dan kans)
Weinig verbetering over de tijd
(gebrek aan feedback)
19. Wat willen we weten?
Het risico van nieuw seksueel
delictgedrag
20. Wat is dat risico?
Van de uitgestroomde zedendelinquenten
(allen) wordt in een periode van 10 jaar
ongeveer 15-20% opnieuw aangeklaagd of
veroordeeld voor een zedendelict
(Hanson et al., 2013; Smid et al., in preparation)
21. Actuariële risicotaxatie:
Sterke punten
Empirisch wetenschappelijke onderbouwing
Objectief, iedereen langs dezelfde lat
Onderzoek heeft aangetoond dat de meeste
actuariële instrumenten een redelijk tot
goede voorspellende waarde hebben (niet
volmaakt, maar in elk geval aanzienlijk beter dan
zonder)
Vooral het relatieve risico is zeer consistent!
22. (Actuariële) Risicotaxatie:
Beperkingen
Instrumenten zijn a-theoretisch en bieden geen
verklarend model: Ze bevatten kenmerken die
correleren met seksuele recidive
Recidivefactoren zijn geen etiologische
factoren (screening)
Een correlatie ≠ causaal verband
24. Actuariële risicotaxatie:
Actuarieel ≠ Statisch!!!
Er zijn statische (Static-99R) en dynamische
(Stable-2007/Acute-2007) actuariele
risicotaxatie instrumenten voor
zedendelinquenten
26. Structured Professional
Judgment
Lijkt erg op actuariële risicotaxatie, behalve het
eindoordeel
Is dus niet het verschil tussen statisch en dynamisch,
maar het verschil tussen berekenen en klinisch
afwegen
Werkt als:
De items goed zijn (empirisch gevalideerd) &
De informatievoorziening heel goed is (consensus)
&
De uitvoering zeer consciëntieus is (consensus)
Maar doorgaans niet beter dan de totaalscore…
28. Algemene aanbevelingen
(1)
Aanbevelingen met betrekking tot risicotaxatie:
- Gebruik een lijst met empirisch gevalideerde
risicofactoren
- Gebruik een gevalideerde methode om deze
risicofactoren te gebruiken
- Vergelijk de score van de onderzochte pleger met
een normgroep die zijn situatie het best benaderd
29. Algemene aanbevelingen
(2)
Aanbevelingen met betrekking tot risicotaxatie:
- Waarborg de kwaliteit van de taxaties door een
kwaliteitscontroles in te bouwen
- Herhaal tenminste eenmaal per jaar de taxatie van
de stabiel dynamische risicofactoren (afhankelijk
van de behandelinterventies vaker)
- Beoordeel voor de risicotaxatie: de
delictachtergronden, psychologische
karakteristieken en het huidige gedrag
31. Statisch – Dynamisch?
Statische risicofactoren:
onveranderbare factoren die samenhangen met de
kans op seksuele recidive, historisch van aard
Stabiel Dynamische risicofactoren:
persoonlijkheidskenmerken, aangeleerde
gedragspatronen of vaardigheidstekorten die
samenhangen met de kans op seksuele recidive.
Deze kunnen door behandeling veranderen.
Acuut Dynamische risicofactoren:
factoren die samenhangen met de kans op seksuele
recidive en die relatief snel kunnen veranderen
(dagen, weken, maanden) als gevolg van intrapsychische veranderingen of (ingrijpende)
gebeurtenissen in de omgeving.
36. Dynamic Supervision
Project (1)
2000-2007
- > 1000 in maatschappij verblijvende
zedendelinquenten (Prospectief; Follow-up van 43 maanden)
- Meerdere jurisdicties in Canada
- Twee staten in Amerika (Alaska & Iowa)
- Doorlopend nieuwe intakes
- Data geleverd door getrainde interviewers
38. Uitkomsten DSP-project (1)
De STATIC-99 en de STATIC/STABLE combinatie heeft:
- voor de gehele groep een gemiddelde voorspelende
waarde (ROC . 74 - .76)
- Voor incestplegers onvoldoende voorspellende
waarde (ROC .48 - .58)
Let wel: slechts 3 recidive op 180 incestplegers
40. Uitkomsten DSP-project (2)
‘Uitzonderlijke groep’
plegers met een verstandelijke beperking en plegers
met een psychische aandoening.
- Ze hebben een hogere base-rate voor seksuele
recidive
- Plegers met verstandelijke beperking scoren
gemiddeld hoger op de STABLE
- Er lijkt sprake van een ‘plafondeffect’ op de STABLE.
Komt dit doordat facetten van de psychische
problematiek of verstandelijke beperking als
criminogene behoefte worden gescoord?
41. Uitkomsten DSP-project (3)
Aboriginals versus niet-aboriginals?
- De STATIC-99 en STATIC/STABLE combinatie
voorspelt onvoldoende.
- Komt dat doordat sommige interviewers niet (goed)
getraind zijn?
- Worden de niet criminogene en criminogene
factoren door elkaar gehaald bij het scoren van de
STABLE?
42. Uitkomsten DSP-project (4)
Consciëntieuze scoorders!
Interviewers die ‘consciëntieus’ zijn hebben een
duidelijk betere voorspellende waarde (nl. .74-.76
versus .81-.84).
‘Consciëntieus’ ben je als je alle data aanlevert.
- Werk dus nauwgezet en gebruik de handleiding
consequent.
- Blijf met collega’s overleggen bij moeilijke
casussen.
- Scoor regelmatig onafhankelijk van elkaar en
vergelijk de scores.
43. Bij wie gebruik ik het
instrument?
Doelgroep
STATIC-99(R)
STABLE-2007
ACUTE-2007
Volwassen mannelijke
zedendelinquent
√
√
√
Volwassen zedendelinquent in
maatschappij met delictvrije
periode van 2 tot 10 jaar
√
√
√
Jeugdige plegers van een
zedendelict van 16 & 17 jaar
Met enige
voorzichtigheid
Met enige
voorzichtigheid
Jeugdige plegers jonger dan
16
X
X
Volwassen vrouwelijke
zedendelinquenten
Allen voor
onderzoeksdoeleinden
Allen voor
onderzoeksdoeleinden
TBS tenminste onbegeleid
verlof
√
√
√
X
Allen voor
onderzoeksdoeleinden
√
TBS zonder verlof of begeleid
Met enige
voorzichtigheid
√
N.V.T
46. Wanneer kun je de
STATIC-99R gebruiken?
Voor mannen (niet voor vrouwen)
Van minimaal 18 jaar bij taxatie (jonger:
ERASOR)
Gearresteerd, of aangeklaagd, of veroordeeld,
of anderszins gesanctioneerd (bijv. uit ambt
gezet)
Voor een seksueel- of seksueel gerelateerd
delict (sexual assault, assualt, ontvoering)
Met een identificeerbaar slachtoffer, hands-on
delicten (maar ook exhibitionisme,
voyeurisme, bestialiteit of necrofilie)
Het slachtoffer kan zijn: een kind, een nietinstemmende volwassene, iemand in een
47. Wanneer kun je de
STATIC-99R gebruiken?
Ook voor:
Mannen die zwakbegaafd zijn
Mannen die reeds geïnstitutionaliseerd zijn
Mannen met alle culturele achtergronden
Mannen met Psychische stoornissen (MMD:
schizofrenie/depressie etc.)
Transseksuele daders (n.a.v. geslacht op
moment van delict)
48. Niet voor:
Vrouwen en jongeren
Mannen met alleen veroordeling(en) voor
prostitutie, pooieren, sex in het openbaar of
bezit van pornografie (categorie B delicten).
‘Sexual jealousy’ delicten (crime passionel)
Mannen die alleen verhoord zijn i.v.m.
delict
Plegers die al tien jaar of langer delictvrij
in de samenleving verblijven
HET BEPALEN VAN DE SCHULDVRAAG!
49.
50. Wat heb je nodig voor
scoring?
Demografische gegevens
Strafblad
Informatie over slachtoffers
51. De STATIC-99R items
1.
2.
3.
Leeftijd ten tijde van vrijlating (at risk)
Ooit samengewoond (2 jaar of langer)
Index delict bevat veroordeling voor niet-seksueel
geweld
4. Eerdere veroordelingen voor niet-seksueel geweld
5. Alle eerdere seksuele delicten (veroordelingen + aanklachten)
6. Alle eerdere veroordelingsdata (van minimale ernst)
7. Enige veroordeling voor non-contact seksueel delict
8. Enig extrafamiliair slachtoffer
9. Enig onbekend slachtoffer (< 24 uur)
10. Enig mannelijk slachtoffer
54. STABLE scoresysteem
0 – geen probleem
1 – misschien / enigszins een probleem
2 – Ja, zeker een reden tot zorg
Scoor vaak samen (raterdrift/conceptual drift)
55. Scoren van de
STABLE-2007
- Gebruik alle beschikbare informatie
- Historisch en recent
-
Tot één jaar terug – kijk ook hoe de pleger
veranderd is.
- STABLE (stabiel) – typisch of baseline
functioneren – van het afgelopen en
komende jaar
56. Zal de verandering
standhouden?
- Uitzonderlijke
omstandigheden?
- Belangrijke
levensgebeurtenissen?
- Externe druk?
- Kwaliteit van bewijs?
- Nieuwe baseline?
61. Behandeling – wat
betekent dat nu
helemaal?
- STABLE factoren zijn de beste behandeldoelen
- Gebruik de STABLE om je van relevante
informatie te voorzien voor de behandeling
- De STABLE kun je gebruiken als diagnostische
start van je behandeling
- Hoe efficiënt gebruik je je tijd en geld als je alle
plegers altijd alle behandelmodules laat doen?
62. ‘Plegers van ontucht vormen geen
homogene groep. Het is dus
onverstandig om ze te dwingen om
alle aspecten van jouw programmaonderdelen tot in detail te volgen.’
Marshall, W.L. (2004). Cognitive-behavioural treatment of child molesters. In R. Karl
Hanson, Friedmann, Pfafflin, & Manfred Lutz (Eds.). Sexual abuse in the Catholic
church: Scietific and legal perspectives: Proceedings of the conference ‘Abuse of
children and young people by Catholic priests and religious’.
Citta del Vaticano: Libreria editrice Vaticana, pontificia academia pro vita. Pp. 98.
64. Acuut dynamische risicofactoren
- Korte termijn risico
- Fluctueert snel – door omstandigheden
- Gaat om risicovol gedrag op dit moment
Let op: Gemiddelde op ACUTE-2007 van afgelopen vier
maanden voorspelt beter dan individuele afname
65. ACUTE-2007
Twee factoren:
Zeden/ Geweld score
Score
Algemeen recidivisme score
Toegang tot potentiële
slachtoffers
Vijandigheid
---> Kopieer deze score --->
Seksuele preoccupatie
---> Kopieer deze score --->
Afwijzing van begeleiding
---> Kopieer deze score --->
---> Kopieer deze score --->
Emotionele inzinking
Wegvallen van sociale steun
Middelenmisbruik
Zeden/ Geweld totaalscore
(Som van vier factoren)
Algemene recidive totaalscore
(Som van alle zeven factoren)
Score
66. ACUTE-2007 risicocategorieën
SEKSUEEL EN GEWELDDADIG RISICO EN ALGEMEEN
RECIDIVERISICO
Seksueel/ Gewelddadig
categorieën
(Som van vier risicofactoren)
Algemeen recidiverisico
categorieën
(Som van alle zeven risicofactoren)
Lage prioriteit
0
Lage prioriteit
0
Matige prioriteit
1
Matige prioriteit
1–2
Hoge prioriteit
2+
Hoge prioriteit
3+
67. Combineer STATIC/STABLE
met ACUTE-2007
STATIC-99/R en STABLE-2007
gecombineerde score
ACUTE-2007
score
Huidige
prioriteit
Laag
Laag
Matig
Hoog
Laag
Laag
Matig
Laag-matig of matig-hoog
Laag
Matig
Hoog
Laag
Matig
Hoog
Hoog tot zeer hoog
Laag
Matig
Hoog
Matig
Hoog
Hoog
68. Relatieve risico per categorie
Relatief recidiverisico binnen 45 dagen op basis van de
gecombineerde
STATIC-99R, STABLE-2007 en ACUTE-2007 scores
LAAG
Risico (N recidive
ratio /totaal)
MATIG
HOOG
Risico (N recidive Risico (N recidive
ratio /totaal)
ratio /totaal)
Zedendelicten
1.0
2/347
2.4
2/146
4.9
13/151
Enig zeden
1.0
7/333
2.3
7/145
4.6
15/156
Geweld of
zeden
Enig misdrijf
1.0
7/331
1.8
5/130
7.0
22/149
1.0
10/271
1.9
11/158
4.5
26/158
Enig recidive
1.0
23/275
1.6
20/149
4.3
48/134
69. Implicaties voor
toezicht/begeleiding
‘Plat gezegd’
Iemand die ‘Matig’ scoort op de ACUTE-2007 bezoek
je tweemaal zo vaak als iemand die ‘Laag’ scoort.
Iemand die ‘Hoog’ scoort bezoek je viermaal zo vaak
als iemand die ‘Laag’ scoort.
Dus: 2 of 4 maal zoveel inzet van wat je normaal
zou doen (bv. controle van middelen)
75. Vergelijking van negen
instrumenten
(Smid, Wever, Van Beek, Hoebe en Kamphuis, in
preparation)
Recidive gegevens van 397 veroordeelde
zedendelinquenten, uitgestroomd uit
detentie of tbs tussen 1996 en 2002
76.
77. Conclusie
Actuariele risicotaxatie, bijvoorbeeld
door middel van de Static-2002R of
Static-99R kan de behandeltoewijzing en samenstelling van
behandelgroepen verbeteren in
termen van recidiverisico
Daarmee wordt het risk prinicipe
beter nageleefd en kan de
behandeling van zedendeliquenten
efficienter en effectiever worden
79. Onderzoeksdoel
Vergroten van kwaliteit en integriteit van de
behandeling van zedendelinquenten
Door
gestructureerde taxatie en behandeling van de
dynamische risicofactoren
80. Vraagstellingen
- Betrouwbaarheid en validiteit STABLE-2007?
- Hoe kunnen de dynamische risicofactoren
effectief behandeld worden?
- Effect invoeren STABLE-2007 op proces van
vaststellen, evalueren en monitoren
behandeldoelstellingen zedendelinquenten?
81. Tijdlijn
Jaar
Doel
2012
Vertaling STATIC/STABLE/ACUTE
2013
Trainen SSA
Data verzamelen
2014
Data verzamelen
Literatuur onderzoek behandelinterventies
Onderzoek betrouwbaarheid STABLE
Data verzamelen
Invoeren aantal (nieuwe) behandelinterventies
2015
2016
Data verzamelen
Onderzoek naar effect invoeren STABLE
2017
Data verzamelen
Effect van interventies gemeten met de STABLE
2018
Data verzamelen
Bij voldoende grote N validiteit STABLE (anders later)
82. Contactinformatie
Jan Willem van den Berg
Psychotherapeut / GZ-psycholoog
Afdeling Psychotherapie
Van der Hoeven kliniek
jwvandenberg@hoevenkliniek.nl
Editor's Notes
Alles wat we hier bespreken heeft betrekking op gepakte daders en het voorkomen van hun eventuele recidive. Heel erg veel blijft buiten beschouwing…
Dit onthouden de precieze cijfers niet
13% aangifte, percentage afdoeningen is nog lager. Dus dark number is enorm. Alles wat we hier bespreken heeft betrekking op gepakte daders en het voorkomen van hun eventuele recidive. Heel erg veel blijft buiten beschouwing…
Die zitten er wel tussen, maar het geldt zeker niet voor allemaal.
Plaatjes sex offenders tv?
RNR
Dit is een belangrijke zijstraat!
Vraag het aan iemand die er verstand van heeft
Onderzoek en praktijk hebben elkaar nodig!
In mijn Nederlandse onderzoek lijkt het tot nu toe op ongeveer hetzelfde uit te komen
High-risk recidiveert altijd veel vaker dan low-risk
Dat geldt voor alle RT instrumenten!
Geen toevoeging: wegen wat gewogen moet worden, niet wegen wat niet gewogen moet worden!!!
Wegen wat gewogen moet worden, niet wegen wat niet gewogen moet worden!!!
En de empirisch items en de klinische afweging?
Items goed: geen toevoeging van gekke dingen: SVR-20
Eindscore vrijwel altijd beter of even goed
Dat lukt hier wel aardig, maar niet overal, en dus…
OK: actuarieel is the way to go, wat hebben we dan?
STABLE maakt voorspelling STATIC significant beter, vooral bij conscientieuze beoordelaars (AUC’s boven de .80)
Hoog is een relatief begrip (hier hoog-risico seksuele recidive 26%, maar wel 13 x zo vaak als de laag-risico (2%)
1. Omdat we in de tbs dat niet weten, vullen we de leeftijd nu in. Dus in de gaten houden als iemand een leeftijdsgrens over gaat.
Met name de cursieve zijn typerende zeden dingen die in andere instrumenten minder aan de orde komen.
Groepsdrift kan ook…
Het gaat om de voorspelling (hoe zal het gaan). Op basis van het afegelopen jaar (hoe is het gegaan)
Voorbeeldje eventueel met plaatje
Een aantal komt bekend voor, een aantal zijn nieuw
Relative risk!
Wat gaan we doen? GEBRUIK
Gaat niet alleen om kwantitatief maar ook om kwalitatief.
Dus score 1 of 2 kan voor de ene patient wat anders betekenen dan voor de andere.
Ambulant overbehandeld
Ambulant overbehandeld
Voel u vrij om op elk gewenst moment uw vragen commentaar of suggesties met ons te delen