SlideShare a Scribd company logo
1 of 7
Veldonderzoek
Marktonderzoek
Vrijdag
23-09-’16
Pitch – Marktonderzoek – Hoofdstuk 3
Veldonderzoek
Kwalitatief
 Kleinschalig
 Waarom
Kwantitatief
 Grootschalig
 Getallen
Kwalitatief onderzoek
 Groepsdiscussie
 Interviews
 Expertonderzoek
 Observaties
Kwantitatief onderzoek
 Observaties
 Registratie
 Experiment
 Enquête
Vraagtechniek
 Sfeer
 Doorvragen
 Samenvatten
 Indirecte vragen
Waarnemingsfouten
 Misverstanden
 Suggestieve vagen
 Bias
 Slordigheid
Laatste tips
 Anonimiteit
 Hulpmiddelen
 Incentive

More Related Content

More from Meneer_Klomp

Retailmarketing2 week1
Retailmarketing2   week1Retailmarketing2   week1
Retailmarketing2 week1Meneer_Klomp
 
Arrangement p4 vks 2018 19
Arrangement p4 vks 2018 19 Arrangement p4 vks 2018 19
Arrangement p4 vks 2018 19 Meneer_Klomp
 
Arrangement p4 vks 2018 19
Arrangement p4 vks 2018 19 Arrangement p4 vks 2018 19
Arrangement p4 vks 2018 19 Meneer_Klomp
 
Arrangement p4 vk 2018 19
Arrangement p4 vk 2018 19 Arrangement p4 vk 2018 19
Arrangement p4 vk 2018 19 Meneer_Klomp
 
Markt- en klantgericht denken
Markt- en klantgericht denkenMarkt- en klantgericht denken
Markt- en klantgericht denkenMeneer_Klomp
 
Go8 e mmc1 vgt presenteren 1 - huistijlen
Go8 e mmc1 vgt presenteren 1 - huistijlenGo8 e mmc1 vgt presenteren 1 - huistijlen
Go8 e mmc1 vgt presenteren 1 - huistijlenMeneer_Klomp
 
Online marketing MC1 2016-2017
Online marketing MC1 2016-2017Online marketing MC1 2016-2017
Online marketing MC1 2016-2017Meneer_Klomp
 
Creatieve communicatie, bijeenkomst 5, 10 03-2016
Creatieve communicatie, bijeenkomst 5, 10 03-2016Creatieve communicatie, bijeenkomst 5, 10 03-2016
Creatieve communicatie, bijeenkomst 5, 10 03-2016Meneer_Klomp
 
Creatieve communicatie bijeenkomst 2 11 02-2016
Creatieve communicatie bijeenkomst 2 11 02-2016Creatieve communicatie bijeenkomst 2 11 02-2016
Creatieve communicatie bijeenkomst 2 11 02-2016Meneer_Klomp
 

More from Meneer_Klomp (9)

Retailmarketing2 week1
Retailmarketing2   week1Retailmarketing2   week1
Retailmarketing2 week1
 
Arrangement p4 vks 2018 19
Arrangement p4 vks 2018 19 Arrangement p4 vks 2018 19
Arrangement p4 vks 2018 19
 
Arrangement p4 vks 2018 19
Arrangement p4 vks 2018 19 Arrangement p4 vks 2018 19
Arrangement p4 vks 2018 19
 
Arrangement p4 vk 2018 19
Arrangement p4 vk 2018 19 Arrangement p4 vk 2018 19
Arrangement p4 vk 2018 19
 
Markt- en klantgericht denken
Markt- en klantgericht denkenMarkt- en klantgericht denken
Markt- en klantgericht denken
 
Go8 e mmc1 vgt presenteren 1 - huistijlen
Go8 e mmc1 vgt presenteren 1 - huistijlenGo8 e mmc1 vgt presenteren 1 - huistijlen
Go8 e mmc1 vgt presenteren 1 - huistijlen
 
Online marketing MC1 2016-2017
Online marketing MC1 2016-2017Online marketing MC1 2016-2017
Online marketing MC1 2016-2017
 
Creatieve communicatie, bijeenkomst 5, 10 03-2016
Creatieve communicatie, bijeenkomst 5, 10 03-2016Creatieve communicatie, bijeenkomst 5, 10 03-2016
Creatieve communicatie, bijeenkomst 5, 10 03-2016
 
Creatieve communicatie bijeenkomst 2 11 02-2016
Creatieve communicatie bijeenkomst 2 11 02-2016Creatieve communicatie bijeenkomst 2 11 02-2016
Creatieve communicatie bijeenkomst 2 11 02-2016
 

Marktonderzoek 4 les 4 veldonderzoek

Editor's Notes

  1. Een groepsdiscussie, ook bekend als een focusgroep, is een bijeenkomst waarbij een groepsdiscussie gehouden wordt over een thema. Met een gespreksleider bespreken ze of reageren ze op het onderwerp. De groepsleider gaat een discussie uitlokken tussen de verschillende deelnemers. Ook moeten ze zorgen dat de groep niet te veel afdwaalt. Een groepsdiscussie die regelmatig plaats neemt is een paneldiscussie. Interviews zijn 1-op-1 en worden face-to-face gedaan, omdat de lichaamstaal belangrijk is om goed te kunnen doorvragen. Interviews zijn de betere keuze wanneer de doelgroep onderling sterk van mening verschilt, of wanneer het om gevoelige onderwerpen gaat. Een interview kan op 2 manieren, namelijk ongestructureerd, waarbij de respondent ruim tijd heeft om te praten en halfgestructureed, waarbij een aantal vragen al van tevoren zijn opgesteld. Expertonderzoek kan zowel in de vorm van een groepsdiscussie als als interviews. Hierbij gebruik je hun vakkennis die interessant is voor je onderzoek. Een aparte vorm hiervan is de delphi-methode waarbij de experts in 2 rondes worden geïnterviewd. In de tweede ronde reageren ze op de antwoorden van de andere experts, en zo gaat het door tot ze het eens worden. Eigenlijk is het een soort van discussie waarbij ze elkaar nooit zien of spreken. Observaties zijn handig wanneer je gedrag, bewust of onbewust, wil onderzoeken. Denk hierbij aan gewoon staan en kijken, camera beelden bekijken of de mysterie shopper. Observeren kan ook een kwantitatieve methode zijn, wanneer het zeer vaak op de zelfde manier gedaan word (mysterie shopper) Observaties kunnen ook plaats vinden in een laboratorium om de (fysieke) reactie te kunnen meten.
  2. Registratie is simpelweg het bijhouden wat een persoon doet, dit is bijna altijd digitaal. Het makkelijkste voorbeeld hiervan is de bonuskaart van Albert Heijn, wanneer een klant zijn of haar kaart laat scannen weten ze precies wat je wanneer gekocht hebt en kunnen ze zo opzoek gaan naar patronen jou aankopen. Hetzelfde geld voor alle andere korting of lidmaatschap pasjes. Bij een experiment moeten de deelnemers reageren op iets nieuws. Dit kan een nieuw product, verkoopmethode of gewoon een nieuwe plek in de winkel zijn. Je kijkt dan hoe de mensen hierop reageren. Dit kan in een laboratorium maar kan ook in bijvoorbeeld een deel van de winkel. Een andere vorm van een experiment is een testmarkt, waarbij je de verandering eerst toepast op 1 plek voordat je het overal doorvoert. Dit zie je wel vaker, dat bijvoorbeeld een vestiging van keten nieuwe producten verkoopt of een andere manier van verkoop toepassen als dat de andere winkels in de keten doen. Testmarkten zijn ook heel populair bij fastfood ketens. Enquêtes zijn de meest bekende en de mest gebruikte vorm van kwantitatief onderzoek, omdat je gemakkelijk heel veel verschillende gegevens kan verzamelen. Enquêtes kunnen persoonlijk, telefonisch of digitaal worden afgenomen. Enquêtes zijn zo populair omdat de resultaten gemakkelijk met elkaar vergeleken moeten worden. Je moet wel zorgen dat je voldoende enquêtes af neemt en op de juiste manier je respondenten selecteert, want anders kunnen je resultaten onbetrouwbaar of niet relevant zijn.
  3. Wanneer je een discussiegroep leid of een interview afneemt heb je meer taken dan alleen vragen stellen. Je moet zorgen dat de sfeer goed is en dat je respondenten zich op hun gemak voelen, dit is een onderzoek en niet een ondervraging van een crimineel. Geef ze ook de tijd om na te denken over hun antwoord, stilte is bij een interview niet slecht dus durf ook te wachten. Ook moet je weten wanneer je moet doorvragen en wanneer niet. Ga opzoek naar meer informatie en zorg dat je weet wat je respondent écht bedoeld wanneer ze antwoord geven op je vragen. Daarom is het ook belangrijk om te samenvatten of te herhalen wat je respondent heeft gezegd, dan weet je zeker dat jij correct hebt begrepen wat er verteld word en weet de respondent ook dat jij het goed bij kan houden. Misschien moet je soms indirecte vragen stellen. Als je respondent het moeilijk vind om antwoord te geven op de vraag kan je bijvoorbeeld vragen wat zij denken dat andere vinden in plaats van direct om hun mening te vragen. Ook kan je werken met woordassociatie, hierbij zeg jij een word of begrip en dan zegt de respondent het eerste waar zij aan moeten denken.
  4. Misverstanden of iets verkeerd begrijpen kan heel makkelijk porberen, zelfs de mensen die je al je hele leven lang kent kan je verkeerd begrijpen. Test daarom altijd je je enquête, interviewvragen of welke onderzoek vorm jij toepast eerst uit. Dan weet je pas zeker dat jou respondenten jouw vragen zullen begrijpen en interpreteren zoals jij die bedoelt. Suggestieve vragen zijn vragen waarbij je eigenlijk al duidelijk maakt welk antwoord je wil horen. Hierdoor kan je gehaaste antwoorden krijgen waardoor je niet persé de waarheid krijgt. Denk hierbij aan vragen zoals “jij vindt … toch ook zo ..” Bias kan bewust of onbewust zijn, waarbij je het “goede” antwoord wil geven. Denk hierbij aan de sociale norm, het antwoord wat hun omgeving wil dat ze geven. Maar je hebt ook Bias van de interviewer. Wanneer ik jullie een vraag stel en ik frons of glimlach beïnvloed dat jouw antwoord. Ook dit kan onbewust zijn maar het kan ook zo zijn dat je er echt niets aan kan doen. Als een heel fit persoon een interview afneemt over voeding kan die andere antwoorden krijgen als wanneer een minder fit persoon ditzelfde interview uitvoert bij de zelfde groep. Bij een enquête heb je hier geen last van. Bij enquêtes kan je wel te maken hebben met slordigheid; niet goed de vraag lezen, gewoon het verkeerde vakje aanvinken of zelfs vragen overslaan. Dan zijn die antwoorden niet meer representatief voor de werkelijke situatie. Al deze waarnemingsfouten zijn slecht voor de validiteit van je onderzoek. Zorg dus altijd dat jou onderzoek echt meet wat je wil weten door de juiste onderzoeksmethode en respondentenselectie.
  5. Als laatste nog een paar dingen waar je goed op moet letten wanneer je je onderzoek uit gaat voeren. Wees altijd heel duidelijk over de anonimiteit van je onderzoek. Je respondenten moeten weten hoe anoniem ze zijn wanneer ze mee doen aan jou onderzoek. Dit kan hun willendheid om bepaalde vragen te beantwoorden of zelfs om überhaupt mee te willen doen aan je onderzoek beïnvloeden, maar toch moet je hier altijd eerlijk over zijn. Wanneer je kan zeggen dat het onderzoek geheel anoniem is, zal je vaak zien dat mensen makkelijker willen praten en ook niet bang zijn om eerlijk antwoord te geven. Gebruik slim hulpmiddelen waar nodig. Denk aan je laptop bij een interview, als je gelijk kan opschrijven wat er gezicht wordt scheelt dat je later een hoop werk. Ook kan je mensen dan ook een antwoord laten schrijven als ze dat liever niet tegen een geheel onbekende willen zeggen. Als laatste nog de tip van incentive. Je zal zien dat mensen veel sneller willen mee werken aan een langer onderzoek zoals een interview of een groepsdiscussie wanneer ze er wat voor terug krijgen. Denk hierbij aan een klein cadeautje, korting of misschien wat taart tijdens het onderzoek, overleg met je begeleider wat de mogelijkheden zijn of bedenk iets creatiefs.