De relatie tussen God en mens is gebaseerd op een Verbond. Dat geeft houvast en heeft voorwaarden

1. Het Verbond
Het fundament onder het leven
M. Zw.
2007

2. Het verbond ten leven 2
Inhoudsopgave
• Grond onder het verbond
• Inhoud van het verbond
– Verbondsbelofte
– Verbondseis
– Verbondswraak
• Belofte van het verbond
• Teken van het verbond
• Verbondsleden
• Duur van het verbond

3. Het verbond ten leven 3
Grond onder het verbond
• De verzoening door Christus
– Door de keus van de mens voor de zonde is
er vanuit de mens geen relatie met God, die
immers volkomen heilig is, meer mogelijk.
– God zelf kwam en komt naar de mens toe met
zijn aanbod van genade in Christus Jezus.
– Het aangrijpingpunt is het geloof in Gods
belofte.
– Die genade werd in de tijd tot Christus
opstanding eerst op voorhand verleend.

4. Het verbond ten leven 4
Inhoud van het verbond
• God zal er zijn voor ons.
• Wij zullen zijn kinderen zijn.
• Verbondsbelofte
• Verbondseis
• Verbondswraak

5. Het verbond ten leven 5
Belofte van het verbond
• De Vader: dat Hij ons tot zijn kinderen en erfgenamen
aanneemt en ons daarom van al het goede zal voorzien
en al het kwade van ons weren of voor ons doen
meewerken ten goede.
• De Zoon: dat Hij ons in zijn bloed wast en reinigt van al
onze zonden. Hij maakt ons één met Zichzelf in zijn
dood en opstanding, zodat wij van onze zonden bevrijd
en rechtvaardig voor God gerekend worden.
• De Heilige Geest: dat Hij in ons wonen wil en ons tot
levende leden van Christus wil maken. Zo zullen wij
tenslotte volkomen rein in het eeuwige leven een plaats
ontvangen temidden van de gemeente der
uitverkorenen.

6. Het verbond ten leven 6
Eis van het verbond
• Dit betekent dat wij deze enige God, Vader,
Zoon en Heilige Geest, aanhangen, vertrouwen
en liefhebben met heel ons hart, met heel onze
ziel, met heel ons verstand en al onze krachten.
Het betekent ook dat wij met de wereld breken,
onze oude natuur doden en godvrezend leven.
• En wanneer wij soms uit zwakheid in zonden
vallen, moeten wij aan Gods genade niet
wanhopen en al evenmin in de zonden blijven
liggen.

7. Het verbond ten leven 7
Wraak van het verbond
• God zoekt de mens op in zijn verlorenheid
en biedt hem, door de weg van het offer
van Zijn Zoon, het leven.
• Diegenen die in hun hoogmoed dit offer
verachten treft Gods wraak.
• Hun wacht i.p.v. de eeuwige heerlijkheid
met God, Zijn toorn in de eeuwige
verlatenheid.

8. Het verbond ten leven 8
Teken van het verbond
• De doop
– Is door Christus als sacrament aan zijn kerk
gegeven.
– God geeft ons zijn belofte(n). Daarvan is de
doop het bewijs en de bevestiging (teken en
zegel).
– Wij worden door God in de doop ook geroepen
en verplicht tot een nieuwe gehoorzaamheid.
– Wordt bediend aan (nieuw) gelovigen en hun
kinderen door de ambtsdrager in de gemeente.

9. Het verbond ten leven 9
Verbondsleden
• God
• De gelovigen en hun kinderen.
– Geen gelijkwaardige partijen.
• De almachtige heilige God vs. de zondige mens
– Eenzijdig in zijn ontstaan.
• God komt naar ons toe.
– Tweezijdig in zijn voortbestaan.
• God verplicht zichzelf hieraan
• Wij worden hieraan verplicht

10. Het verbond ten leven 10
Duur van het verbond
• Eeuwig
– voor de gelovigen.
• Tot hun sterven
– voor de afvallige kinderen van de gelovigen
en de afvallige gelovige.

11. Het verbond ten leven 11
Rijkdom van het verbond
• Vrede met God
• Zekerheid niet in onszelf, maar in Gods
belofte voor ons en onze kinderen
• Vertrouwen voor nu en de toekomst
– Geborgenheid
– Rust
– Hoop
– Verlangen