Teksten en liederen die geprojecteerd werden tijdens twintigste zondag door het jaar (C 2019) – Sint Amanduskerk Erembodegem. De teksten van onze vieringen zijn te vinden op de website: https://www.kerknet.be/parochie-aalst-hopparochie/inspiratie/vieringen-op-ten-bos
Roeping. Instapviering voor de Eerste Communicanten (Ten Bos 2024)
Ik kwam om vuur te brengen (C20 2019)
1.
2. Alles begon met God,
het water en het licht
en de mens en het vuur en de liefde.
Het begon met God.
3. En de mens met zijn ogen
om de zon te zien
en te wand'len in het licht,
in dat licht de and're mens te zien
die met hem gaat.
En de mens met zijn ogen om de zon te
zien en te wand'len in het licht, in dat licht de
and're mens te zien die met hem gaat.
4. Alles begon met God,
het water en het licht
en de mens en het vuur en de liefde.
Het begon met God.
5. En de mens met zijn ogen
om de zon te zien
en te wand'len in het licht,
in dat licht de and're mens te zien
die met hem gaat.
En de vlam en het vuur dat ons verlicht en
en warmt en het vuur dat brandt en het kruid dat
in de as opschiet, be - gon met God.
6. Alles begon met God,
het water en het licht
en de mens en het vuur en de liefde.
Het begon met God.
(BooneA.enDucatteeuwMia/DucatteeuwMia)
7.
8. Dan nog, dan nog klamp ik mij
klamp ik mij vast aan jou,
of je wil of niet,
op ongenade of genade,
Ik zal red mij, red mij roepen
of zoiets als heb mij lief.
(Oosterhuis Huub / Huijbers Bernard)
9. L a u d a t e D o m i n u m
L a u d a t e D o m i n u m
o m n e s g e n t e s . A l l e l u i a !
(Taizé)
10.
11. Het vuur dat Hij op aarde bracht,
zijn licht verschenen in de nacht,
is door zijn dood niet uitgedoofd,
zijn geest heeft Hij aan ons beloofd!
Hij overleeft zijn moordenaars.
Zijn liefde tart geweldenaars.
Verliezen maakt Hij tot gewin.
en leidt ons zo het leven in.
De liefde licht ons uit het graf,
en waait de doodsangst van ons af.
Zij brengt ons nog zo ver als Hem,
tot in het nieuw Jeruzalem.
12. Het vuur dat Hij op aarde bracht,
zijn licht verschenen in de nacht,
is door zijn dood niet uitgedoofd,
zijn geest heeft Hij aan ons beloofd!
Hij overleeft zijn moordenaars.
Zijn liefde tart geweldenaars.
Verliezen maakt Hij tot gewin.
en leidt ons zo het leven in.
De liefde licht ons uit het graf,
en waait de doodsangst van ons af.
Zij brengt ons nog zo ver als Hem,
tot in het nieuw Jeruzalem.
13.
14. [Vg]
Ik geloof in God,
grond van alle bestaan,
die ons het leven ten volle gunt.
Wij zijn mens naar zijn beeld en gelijkenis.
[Al]
Ik geloof dat Jezus een mens was naar Gods hart.
Hij riep ons op Gods droom te helpen waarmaken.
Voor armen en kleinen opent Hij toekomst.
Voor ons allen betekent Hij verlossing.
15. [Vg]
Ik geloof in de heilige Geest,
[Al]
die ons helpt onderscheiden
waar het op aankomt.
Hij is het, die ons de waarde
van het anders-zijn van de ander
helpt ontdekken.
16. [Vg]
Ik geloof in de Kerk,
[Al]
een mensengemeenschap
die Gods droom begrijpt
en probeert ernaar te leven
om zo mee te bouwen
aan een betere toekomst.
17. [Vg]
Ik geloof dat de weg van Jezus,
[Al]
een weg is die leidt naar het leven
over de dood heen.
Amen.
18.
19. Laat onze woorden stijgen voor uw aangezicht als wierook.
Zie in ons het verlangen een mens te zijn van U.
Kom, adem ons open, Kom, adem ons open, adem ons open
(PrinsSieds/LöwenthalTom)
20.
21. 1
Uit vuur en ijzer, zuur en zout,
zo wijd als licht, zo eeuwen oud,
uit alles wordt een mens gebouwd
en steeds opnieuw geboren.
Om ijzer in vuur te zijn,
om zout en zoet en zuur te zijn,
om mens voor een mens te zijn
wordt alleman geboren.
2
Om water voor de zee te zijn,
om anderman een woord te zijn,
om niemand weet hoe groot en klein,
(- gezocht, gekend, verloren -)
om avond en morgenland,
om hier te zijn en overkant,
om hand in een andre hand,
om niet te zijn verloren.
3
Om oud en wijs als licht te zijn,
om lippen, water, dorst te zijn,
om alles en om niets te zijn,
gaat iemand tot een ander.
Naar verte die niemand weet,
door vuur dat mensen samensmeedt,
om leven in lief en leed
gaan mensen tot elkander.
24. [Vg]
Wees aanwezig in ons midden, God,
en vervul ons hart met Jouw Geest.
In Jouw naam zijn wij hier samen.
Wij noemen Je, tastend en twijfelend:
God en Vader, Waakvlam,
Roepstem, Grond van Leven.
Rond de tafel
25. [Al]
Niemand heeft Jou ooit gezien,
maar elke dag opnieuw is het duidelijk
hoe Je aanwezig bent
daar waar mensen elkaar vinden
en van elkaar houden,
waar mensen de handen in elkaar slaan
en kleine stappen zetten
om deze wereld
om te bouwen tot Jouw wereld.
26. [Vg]
Wij zien Jou aan het werk
in de ontluikende liefde tussen mensen,
aanstekelijk in de groeiende solidariteit
en in blijvende verbondenheid
tussen mensen,
aanstekelijk
in de kleine en de grote inzet
voor vrede en gerechtigheid.
27. [Al]
Wij zien Jou aan het werk
in Jezus, Je Zoon:
de woorden die Hij sprak,
waren Jouw woorden,
en worden nu ook de onze.
Zijn keuze voor de kleine mensen
was Jouw keuze,
en wordt nu ook de onze.
- RECHTSTAAN -
28. [Vg] In Hem hebt Jij Jouw lot aan ons verbonden,
Jouw droom in ons gelegd:
dat lammen niet lam blijven
en doven niet doof.
Dat er voor elke mens leven mogelijk is,
leven in overvloed.
Hem willen wij hier bij name noemen
als inspiratie,
wegwijzer voor ons leven,
als oproep om te blijven doen
wat Hij heeft gedaan.
29. [Al]
Zo willen wij temidden van de ontmoediging
de fantasie bewaren en wegen blijven vinden
naar de nieuwe toekomst
die Jij ons in handen gegeven hebt.
Dat onze hand niet slaat,
dat onze mond niet verraadt,
dat wij geen mens verloochenen.
30. [Vg]
Daarom bidden wij Jou:
beziel ons met zijn Geest
en met geen andere.
Dat wij vanuit zijn inspiratie
weten wat recht en wat slecht is.
31. [Al.]
Beziel ons met Jouw Geest
en met geen andere.
Dat wij elkaar bewaren en verdragen,
dat wij niet wijken voor macht of eigenbaat.
Dat wij waakzaam zijn
om de tekens van hoop te zien
temidden van een wereld
die soms zo verloren lijkt.
Dat wij zelf zo’n hoopvol teken mogen worden.
32. Vader die in de hemel zijt,
verhaast in ons uw koninkrijk,
dat recht en vrede komen.
Maak ons vandaag nog bondgenoot
tot vriend van hen die zijn in nood,
wie alles is ontnomen.
Verlos ons heden van het kwaad,
van waanzin die voor brood doorgaat,
dat wij ons voor U schamen,
en nieuwe wegen leren gaan
die leiden tot een nieuw bestaan
van recht en vrede. Amen.
37. 1.
Laat zuster vuur ontbranden
zij gaat ons lichtend voor
Zij spreekt van Gods verlangen
en trekt haar vonkend spoor
om allen te verlichten
die mee op uittocht gaan
voor beter land en vrede,
racisme van de baan.
2.
Zij heeft van den beginne
ons mensen aangevuurd,
dat wij de wereld winnen
die onrecht niet verduurt.
De namen van de minsten
brengt zij ons aan het licht
zij geeft aan de geringsten
de glans van Gods gezicht.
3.
Dat wij toch niet blinderen
dit licht in ons bestaan,
maar ons naar buiten keren,
tot wie er met ons gaan.
Zodat wij niet verdwalen,
onvindbaar voor elkaar.
Dat wij om beurten stralen, -
licht op de kandelaar.