SlideShare a Scribd company logo
1 of 3
Download to read offline
Oventhermometers en vuile onderbroeken.
In Vigo liggen we als een soort attractie achter een hek in een marina bassin van Real Club
Nautico. We krijgen een pasje om de steigers op te komen. De club heeft een fitnessruimte,
een piscina en een taberna. Naast onze ligplaats loopt een pier de zee in waarover gezinnen
en geliefden wandelen. De oudste, mannelijke wandelaars geven aan het onwetende deel van
de wandelgangers met veel handgebaren en tekst, uitleg over onze windvaan. We zijn de
enige in het bassin tussen alle glimmende Beneteau’s die zo’n wit stalen geval aan het hek
hebben. We zijn eigenlijk sowieso de enige boot die er uit ziet of er mee gezeild wordt en zo
vinden we ons veel stoerder dan de gelegenheidszeilers van Real Club Nautico. We tuigen een
zonnetent op en hangen alles wat nat is, of verdacht ruikt over de giek en de zeereling.
Wanneer we heel stoer op zoek gaan naar de douches in de health club (vrouwen in pakjes op
uitleefapparaten voor het glas) worden we door een nog veel stoerdere Guardia Athletico
onverholen misprijzend naar een heel ander gedeelte van het terrein verwezen. Maar goed, het
is daar wel goddelijk douchen en scheren. Jan waarschuwde me al dat de Spanjaarden er zo
keurig bij lopen en inderdaad voel ik me op de wal enigszins opgelaten met 5 etmalen baard,
fleece truien, zijzakken op mijn broek, te lang haar en lompe bergschoenen tussen de gekapte
hoofden, bontjassen en pantalons. Gelukkig komt daar na een paar dagen verbetering in door
schoenwinkel, kapper (“Corte? Si, corte!”) en Gillette.
Vigo is heel mondain met mooie, verzorgde mensen, winkels, boulevards en winkelstraten.
Iedereen laat het hier zien. Bontjassen, grote four wheels drives, merkkleding en zonnebrillen.
Echter, op het tweede gezicht is er een enorm verschil tussen arm en rijk. Buiten het
commerciële centrum liggen huisjes tegen heuveltjes aangeplakt die hier voor vervallen
kippenhokken door zouden gaan. Ook wordt er flink gebedeld en waardeloze waar (pakjes
papieren zakdoekjes) aangeboden.Veel bedrijfjes maken een failliete indruk in de zijstraatjes.
De gemeente is wel bezig met een lange boulevard langs de grens tussen nat en droog te
leggen. Stemmig graniet en subtropisch aangeplant groen zijn reeds op orde bij onze marina
maar ter hoogte van de vissershaven nog in volle aanbouw. Ik zie hier voor de talloze kleine
ietwat shabby restaurantjes met hun nieuwe voortuin een gouden toekomst. Al was het alleen
al voor de ongetwijfeld stijgende grondprijzen.
Zeilen is hier een elitaire aangelegenheid. In het weekend ligt er in de baai voor de haven een
hele armada van jongens en meisjes in Optimisten, Lasers en Vauriëns. Zij worden getraind
voor het Real Club Circuit of voor de VOR door macho zeilinstructeurs (pleonasme) in
splinternieuwe Zodiac’s met ruim bemeten Mercury buitenboordmotoren. Aan het eind van de
dag wordt iedereen letterlijk met boot en al weer uit het water gehesen en een groot botenhuis
in gereden. Voor Histos zou dit een ideale mogelijkheid voor een wintertrainingskamp zijn
(De SPATCIE?).
Het Spaanse ritme is eerst even wennen. Uiteraard sta ik de eerste dagen gewoon om twee uur
’s middags in de stad na ’s morgens alle dingen aan boord gedaan te hebben. Alles is dan dus
gesloten en om 4 uur mag ik als eerste. Maar al snel wordt er aan boord tussen de middag
gewoon een boekje gelezen en een beetje geslapen en gaan we aan eind van de middag op
zoek naar onze benodigdheden als e-mail, lampolie, oventhermometer, motorolie, zeilmaker,
wasserette en verse waar. Overigens begint in de haven voor het eerst de beperkte omvang
van de kajuit merkbaar te worden. Waar we onder zeil bij wacht af een warme kooi deelden,
stuurboord achter, slaap ik in de haven in de kajuit op de bank. Dat blijkt het gebruik van de
kajuit teveel te beperken en dus maakt Jan het vooronder deels zeilenberging, deels nacht- en
siëstaverblijf van de ketelbink. Gezien het rustiger weer dat we nu verwachten kan ik daar op
zee ook gewoon slapen. Onze ritmes van activiteit kunnen soms compleet in tegenfase
verkeren. Anderhalve dag zwijgende spanning wordt uitgesproken en zo opgelost. We gaan
veel op eigen houtje de stad in om een beetje te shoppen; dit blijkt op solitaire basis een
gedeelde hobby. We hebben nu allebei duidelijk onze eigen ruimte en tijd nodig.
Er moeten veel dingen gevonden en geregeld worden. Met een gebrekkig “Wat en hoe in het
Spaans” en gebaren weten we ons goed te redden. Alleen een Thermómètro de lorno wil niet
zo lukken. We sjouwen er zelfs tevergeefs een halve middag voor naar een professionele
ovenboer die ons uiteraard weer doorverwijst. Maar voor broodbakken is dit kleinnood in
onze petroleumkoker een noodzaak. We denken er zelfs over om het ding in de doos reserve-
onderdelen die door Vreeken nagestuurd gaat worden te laten meepakken. Jan weet echter
door verbeten speurwerk (“Ergens in deze stad bevindt zich zo’n ding, maar waar..?”) een
blikken geval van een paar piek te regelen. Het broodbak avontuur kan beginnen. Alleen
blijken er buiten het bakrecept nog vele variabelen te kleven aan broodbakken om het naar
eigen smaak en vastheid uit de bakvorm te krijgen. Toch besmeren we naar tevredenheid de
eerste zelfgebakken broodjes met pindakaas. (Zend meer pindakaas!)
Alleen de vuile was levert nu nog een serieus probleem op. We vinden een wasserette in de
buurt en slepen onze blauwe postzak er naar toe. Wanneer Jan de volgende dag protesteert bij
de wasvrouwen omdat de eindafrekening de afgesproken prijs ver overstijgt, komen de dames
in het verweer met een soort pikhaak. Beide partijen dreigen met de Policia en Jan krijgt
waarschijnlijk de ergste verwensingen naar zijn hoofd. De taalbarrière werkt in dit geval
gelukkig zalvend. Verbouwereerd komen de wederscheldwoorden pas uren later in hem op
maar dan heeft hij de te hoge prijs alreeds betaald om van de ellende af te zijn. Verse
onderbroeken worden duur betaald in Vigo.
De laatste dag van ons verblijf gaat op aan het regelen van nieuwe boodschappen. We willen
op de Berber Merchado onze groente en vis regelen. Deze merchado is een twee etages
tellend betonnen gebouw met daarin een groente en vleesmarkt. Zeg maar een soort Utrechts
Lombok op zaterdag, maar dan iedere ochtend. Uiteraard zijn we hier veel te laat voor. Na de
siësta resten ons slechts gesloten luiken en naar vis ruikend spoelwater op de stoep. Dat wordt
dus gewoon Super Merchado en flink met victualiën zeulen.
Ik regel op het laatste moment nog via een goede klant van Vreeken en inmiddels kennis van
mij, een vertegenwoordiging in Lagos, Portugal zodat een ons na te zenden pakket met
membramen, filters en papieren niet zomaar “kwijt” kan raken. Volgende stop wordt dus
Lagos, Portugal. In Vigo waait het al dagen nauwelijks en de baro blijft steken op 1025 hP.
Elke dag zon, echter ’s nachts nog slapen in fleece pyama vanwege de kou, laten ons geen
illusies over de te verwachten omstandigheden. De Bracknell weerkaart ziet er goed uit en 23
november vertrekken we in het donker uit Vigo om in een nabijgelegen baai te ankeren tot er
wind komt. Het hoog wat ruim voor ons vertrek boven Biskaje en Portugal hing ligt er nog
steeds stevig verankerd. Depressies moeten maar een omweg nemen. Buiten de haven blijkt
het echter voldoende te waaien. We laten het ankeren voor wat het is en besluiten te gaan
zeilen. Jan slaat op het voordek genua 1 aan. Terwijl hij daar mee bezig is zie ik in de verte
twee setjes lichten recht op me af komen. Rood / groen en een toplichtje. We zeilen inmiddels
en voeren ook de juiste verlichting. Ik maak Jan attent op de van bakboord komende bootjes
en hij zegt om gewoon koers en snelheid te houden. Zij zijn uitwijkplichtig. Ik ben na vele
kruisende koersen en de vanzelfsprekendheid van Jan (hij vertelt mij dat ik te nerveus wordt
van naderende koopvaardij) wel zelfverzekerder geworden. Echter de naderende rood / groene
combinatie begint wel aan de rand van de adrenaline vrije bandbreedte te komen. Jan komt nu
door het gangboord naar achteren geschuifeld, zijn ogen ook op de lampjes gericht. Eén
bootje lijkt voor langs te gaan, de tweede ligt echter zonder meer op ramkoers op onze flank
en zijn silhouet is duidelijk zichtbaar. Het is nu voor ons niet meer mogelijk uit te wijken
zonder een misverstand in de hand te werken. Het lijkt een marine bootje. Jan schuift achter
me langs en neemt de helmstok over. Op het moment dat hij een uitwijkmanoeuvre inzet flitst
er een schijnwerper aan op het aanvarende vaartuig, klinkt er Spaans geroep en draait het
Spaanse marineschip hard naar bakboord zonder ook maar een beetje gas te verminderen,
recht op de flank aan van zijn aan bakboord liggende broer. Nog meer consternatie. Het gas
gaat er nog niet steeds niet af en de boot draait door, net achter zijn collega langs, een
verwarde cirkel op het water beschrijvend. Deurtjes gaan open, koppies kijken naar buiten,
roepen en gaan weer naar binnen, de deur achter zich dicht trekkend. Het lijkt wel een
varende koekoeksklok. Een derde vaartuig duikt op en schijnt druk met zijn schijnwerper in
het rond. Eigenlijk kunnen we alleen maar lachen om deze comedie. De hele boel voer
waarschijnlijk in formatie wij lagen precies in hun lijn. Dat valt dan niet mee om een
nauwlijks voortgang makend zeilbootje van krap 11 meter te ontwijken. Toch vind ik het
maar marginaal grappig.
We zeilen de baai van Vigo uit, de open zee op en slaan links af naar Portugal. De wind trekt
iets aan. Weer gaat het voor de wind achter de S op het kompas aan naar het zuiden. We
hebben deze reis een abonnement op de noorden winden. Met de maan op het eerste kwartier
in een indrukwekkende sterrenhemel draai ik de eerste wacht. De zilveren streep van de maan
op het water is de grote wijzer en staat op de 10. De kleine wijzer, dat zijn wij, staat op de 12.
Op zes uur staat de poolster. Meteen zog van oplichtend plankton als sterrenstof zeilen we
door de nacht. Het wordt weer stil.

More Related Content

Similar to Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken

Deel 3, Kostschool meisjes
Deel 3, Kostschool meisjes Deel 3, Kostschool meisjes
Deel 3, Kostschool meisjes Jan Burgers
 
Deel vII, Van lagos naar las palmas
Deel vII, Van lagos naar las palmasDeel vII, Van lagos naar las palmas
Deel vII, Van lagos naar las palmasJan Burgers
 
Deel 2, de golf van biskaje
Deel 2, de golf van biskajeDeel 2, de golf van biskaje
Deel 2, de golf van biskajeJan Burgers
 
Over een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalenOver een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalenEdo Ankum
 
Ons Soort Jachten
Ons Soort JachtenOns Soort Jachten
Ons Soort JachtenEdo Ankum
 
CULINAIRE REIZEN
CULINAIRE REIZENCULINAIRE REIZEN
CULINAIRE REIZENRobin Pusch
 
Deel 1, Lowestoft schon wieder
Deel 1, Lowestoft schon wieder  Deel 1, Lowestoft schon wieder
Deel 1, Lowestoft schon wieder Jan Burgers
 

Similar to Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken (11)

Deel 3, Kostschool meisjes
Deel 3, Kostschool meisjes Deel 3, Kostschool meisjes
Deel 3, Kostschool meisjes
 
Deel vII, Van lagos naar las palmas
Deel vII, Van lagos naar las palmasDeel vII, Van lagos naar las palmas
Deel vII, Van lagos naar las palmas
 
Deel 2, de golf van biskaje
Deel 2, de golf van biskajeDeel 2, de golf van biskaje
Deel 2, de golf van biskaje
 
Over een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalenOver een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalen
 
Ons Soort Jachten
Ons Soort JachtenOns Soort Jachten
Ons Soort Jachten
 
Planning-comm-exec Nautique_2007juli
Planning-comm-exec Nautique_2007juliPlanning-comm-exec Nautique_2007juli
Planning-comm-exec Nautique_2007juli
 
CULINAIRE REIZEN
CULINAIRE REIZENCULINAIRE REIZEN
CULINAIRE REIZEN
 
Singlesailandsun
SinglesailandsunSinglesailandsun
Singlesailandsun
 
Deel 1, Lowestoft schon wieder
Deel 1, Lowestoft schon wieder  Deel 1, Lowestoft schon wieder
Deel 1, Lowestoft schon wieder
 
artikel Nautique
artikel Nautiqueartikel Nautique
artikel Nautique
 
Stad-Amsterdam-6-2010x
Stad-Amsterdam-6-2010xStad-Amsterdam-6-2010x
Stad-Amsterdam-6-2010x
 

Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken

  • 1. Oventhermometers en vuile onderbroeken. In Vigo liggen we als een soort attractie achter een hek in een marina bassin van Real Club Nautico. We krijgen een pasje om de steigers op te komen. De club heeft een fitnessruimte, een piscina en een taberna. Naast onze ligplaats loopt een pier de zee in waarover gezinnen en geliefden wandelen. De oudste, mannelijke wandelaars geven aan het onwetende deel van de wandelgangers met veel handgebaren en tekst, uitleg over onze windvaan. We zijn de enige in het bassin tussen alle glimmende Beneteau’s die zo’n wit stalen geval aan het hek hebben. We zijn eigenlijk sowieso de enige boot die er uit ziet of er mee gezeild wordt en zo vinden we ons veel stoerder dan de gelegenheidszeilers van Real Club Nautico. We tuigen een zonnetent op en hangen alles wat nat is, of verdacht ruikt over de giek en de zeereling. Wanneer we heel stoer op zoek gaan naar de douches in de health club (vrouwen in pakjes op uitleefapparaten voor het glas) worden we door een nog veel stoerdere Guardia Athletico onverholen misprijzend naar een heel ander gedeelte van het terrein verwezen. Maar goed, het is daar wel goddelijk douchen en scheren. Jan waarschuwde me al dat de Spanjaarden er zo keurig bij lopen en inderdaad voel ik me op de wal enigszins opgelaten met 5 etmalen baard, fleece truien, zijzakken op mijn broek, te lang haar en lompe bergschoenen tussen de gekapte hoofden, bontjassen en pantalons. Gelukkig komt daar na een paar dagen verbetering in door schoenwinkel, kapper (“Corte? Si, corte!”) en Gillette. Vigo is heel mondain met mooie, verzorgde mensen, winkels, boulevards en winkelstraten. Iedereen laat het hier zien. Bontjassen, grote four wheels drives, merkkleding en zonnebrillen. Echter, op het tweede gezicht is er een enorm verschil tussen arm en rijk. Buiten het commerciële centrum liggen huisjes tegen heuveltjes aangeplakt die hier voor vervallen kippenhokken door zouden gaan. Ook wordt er flink gebedeld en waardeloze waar (pakjes papieren zakdoekjes) aangeboden.Veel bedrijfjes maken een failliete indruk in de zijstraatjes. De gemeente is wel bezig met een lange boulevard langs de grens tussen nat en droog te leggen. Stemmig graniet en subtropisch aangeplant groen zijn reeds op orde bij onze marina maar ter hoogte van de vissershaven nog in volle aanbouw. Ik zie hier voor de talloze kleine ietwat shabby restaurantjes met hun nieuwe voortuin een gouden toekomst. Al was het alleen al voor de ongetwijfeld stijgende grondprijzen. Zeilen is hier een elitaire aangelegenheid. In het weekend ligt er in de baai voor de haven een hele armada van jongens en meisjes in Optimisten, Lasers en Vauriëns. Zij worden getraind voor het Real Club Circuit of voor de VOR door macho zeilinstructeurs (pleonasme) in splinternieuwe Zodiac’s met ruim bemeten Mercury buitenboordmotoren. Aan het eind van de dag wordt iedereen letterlijk met boot en al weer uit het water gehesen en een groot botenhuis in gereden. Voor Histos zou dit een ideale mogelijkheid voor een wintertrainingskamp zijn (De SPATCIE?). Het Spaanse ritme is eerst even wennen. Uiteraard sta ik de eerste dagen gewoon om twee uur ’s middags in de stad na ’s morgens alle dingen aan boord gedaan te hebben. Alles is dan dus gesloten en om 4 uur mag ik als eerste. Maar al snel wordt er aan boord tussen de middag gewoon een boekje gelezen en een beetje geslapen en gaan we aan eind van de middag op zoek naar onze benodigdheden als e-mail, lampolie, oventhermometer, motorolie, zeilmaker, wasserette en verse waar. Overigens begint in de haven voor het eerst de beperkte omvang van de kajuit merkbaar te worden. Waar we onder zeil bij wacht af een warme kooi deelden, stuurboord achter, slaap ik in de haven in de kajuit op de bank. Dat blijkt het gebruik van de kajuit teveel te beperken en dus maakt Jan het vooronder deels zeilenberging, deels nacht- en siëstaverblijf van de ketelbink. Gezien het rustiger weer dat we nu verwachten kan ik daar op zee ook gewoon slapen. Onze ritmes van activiteit kunnen soms compleet in tegenfase
  • 2. verkeren. Anderhalve dag zwijgende spanning wordt uitgesproken en zo opgelost. We gaan veel op eigen houtje de stad in om een beetje te shoppen; dit blijkt op solitaire basis een gedeelde hobby. We hebben nu allebei duidelijk onze eigen ruimte en tijd nodig. Er moeten veel dingen gevonden en geregeld worden. Met een gebrekkig “Wat en hoe in het Spaans” en gebaren weten we ons goed te redden. Alleen een Thermómètro de lorno wil niet zo lukken. We sjouwen er zelfs tevergeefs een halve middag voor naar een professionele ovenboer die ons uiteraard weer doorverwijst. Maar voor broodbakken is dit kleinnood in onze petroleumkoker een noodzaak. We denken er zelfs over om het ding in de doos reserve- onderdelen die door Vreeken nagestuurd gaat worden te laten meepakken. Jan weet echter door verbeten speurwerk (“Ergens in deze stad bevindt zich zo’n ding, maar waar..?”) een blikken geval van een paar piek te regelen. Het broodbak avontuur kan beginnen. Alleen blijken er buiten het bakrecept nog vele variabelen te kleven aan broodbakken om het naar eigen smaak en vastheid uit de bakvorm te krijgen. Toch besmeren we naar tevredenheid de eerste zelfgebakken broodjes met pindakaas. (Zend meer pindakaas!) Alleen de vuile was levert nu nog een serieus probleem op. We vinden een wasserette in de buurt en slepen onze blauwe postzak er naar toe. Wanneer Jan de volgende dag protesteert bij de wasvrouwen omdat de eindafrekening de afgesproken prijs ver overstijgt, komen de dames in het verweer met een soort pikhaak. Beide partijen dreigen met de Policia en Jan krijgt waarschijnlijk de ergste verwensingen naar zijn hoofd. De taalbarrière werkt in dit geval gelukkig zalvend. Verbouwereerd komen de wederscheldwoorden pas uren later in hem op maar dan heeft hij de te hoge prijs alreeds betaald om van de ellende af te zijn. Verse onderbroeken worden duur betaald in Vigo. De laatste dag van ons verblijf gaat op aan het regelen van nieuwe boodschappen. We willen op de Berber Merchado onze groente en vis regelen. Deze merchado is een twee etages tellend betonnen gebouw met daarin een groente en vleesmarkt. Zeg maar een soort Utrechts Lombok op zaterdag, maar dan iedere ochtend. Uiteraard zijn we hier veel te laat voor. Na de siësta resten ons slechts gesloten luiken en naar vis ruikend spoelwater op de stoep. Dat wordt dus gewoon Super Merchado en flink met victualiën zeulen. Ik regel op het laatste moment nog via een goede klant van Vreeken en inmiddels kennis van mij, een vertegenwoordiging in Lagos, Portugal zodat een ons na te zenden pakket met membramen, filters en papieren niet zomaar “kwijt” kan raken. Volgende stop wordt dus Lagos, Portugal. In Vigo waait het al dagen nauwelijks en de baro blijft steken op 1025 hP. Elke dag zon, echter ’s nachts nog slapen in fleece pyama vanwege de kou, laten ons geen illusies over de te verwachten omstandigheden. De Bracknell weerkaart ziet er goed uit en 23 november vertrekken we in het donker uit Vigo om in een nabijgelegen baai te ankeren tot er wind komt. Het hoog wat ruim voor ons vertrek boven Biskaje en Portugal hing ligt er nog steeds stevig verankerd. Depressies moeten maar een omweg nemen. Buiten de haven blijkt het echter voldoende te waaien. We laten het ankeren voor wat het is en besluiten te gaan zeilen. Jan slaat op het voordek genua 1 aan. Terwijl hij daar mee bezig is zie ik in de verte twee setjes lichten recht op me af komen. Rood / groen en een toplichtje. We zeilen inmiddels en voeren ook de juiste verlichting. Ik maak Jan attent op de van bakboord komende bootjes en hij zegt om gewoon koers en snelheid te houden. Zij zijn uitwijkplichtig. Ik ben na vele kruisende koersen en de vanzelfsprekendheid van Jan (hij vertelt mij dat ik te nerveus wordt van naderende koopvaardij) wel zelfverzekerder geworden. Echter de naderende rood / groene combinatie begint wel aan de rand van de adrenaline vrije bandbreedte te komen. Jan komt nu door het gangboord naar achteren geschuifeld, zijn ogen ook op de lampjes gericht. Eén bootje lijkt voor langs te gaan, de tweede ligt echter zonder meer op ramkoers op onze flank
  • 3. en zijn silhouet is duidelijk zichtbaar. Het is nu voor ons niet meer mogelijk uit te wijken zonder een misverstand in de hand te werken. Het lijkt een marine bootje. Jan schuift achter me langs en neemt de helmstok over. Op het moment dat hij een uitwijkmanoeuvre inzet flitst er een schijnwerper aan op het aanvarende vaartuig, klinkt er Spaans geroep en draait het Spaanse marineschip hard naar bakboord zonder ook maar een beetje gas te verminderen, recht op de flank aan van zijn aan bakboord liggende broer. Nog meer consternatie. Het gas gaat er nog niet steeds niet af en de boot draait door, net achter zijn collega langs, een verwarde cirkel op het water beschrijvend. Deurtjes gaan open, koppies kijken naar buiten, roepen en gaan weer naar binnen, de deur achter zich dicht trekkend. Het lijkt wel een varende koekoeksklok. Een derde vaartuig duikt op en schijnt druk met zijn schijnwerper in het rond. Eigenlijk kunnen we alleen maar lachen om deze comedie. De hele boel voer waarschijnlijk in formatie wij lagen precies in hun lijn. Dat valt dan niet mee om een nauwlijks voortgang makend zeilbootje van krap 11 meter te ontwijken. Toch vind ik het maar marginaal grappig. We zeilen de baai van Vigo uit, de open zee op en slaan links af naar Portugal. De wind trekt iets aan. Weer gaat het voor de wind achter de S op het kompas aan naar het zuiden. We hebben deze reis een abonnement op de noorden winden. Met de maan op het eerste kwartier in een indrukwekkende sterrenhemel draai ik de eerste wacht. De zilveren streep van de maan op het water is de grote wijzer en staat op de 10. De kleine wijzer, dat zijn wij, staat op de 12. Op zes uur staat de poolster. Meteen zog van oplichtend plankton als sterrenstof zeilen we door de nacht. Het wordt weer stil.