SlideShare a Scribd company logo
Ronse - TextielindustrieMariaulleAnaïsOLO2D2
1. Plaats - adres
Must – TextielmuseumDe Biesestraat2Ronse 9600
2. Geolocatie / geolokalisatie
Geef de correcte coördinaten!Exact te bepalen via GoogleMaps (instructiefilmpje te bekijken via Canvas).
50°44'57.7"N 3°36'06.2"E
3. Korte omschrijving
De leerlingenkrijgeneenvooropdrachtinde klas:
 Ze gaan op eenkaart van de stad de route uitstippelenende gevaarlijke verkeerssituatiesinde
omgevingaanduiden(zieeindtermenmensenmaatschappij).
Om de belangstellingvande leerlingente prikkelenwatbetreftde geschiedenisvanhunomgeving
zal eengidsde leerlingenvertellenoverhetRonse uitde 19de eeuw enhoe deze stadeen
belangrijkeplaatshadwatbetreftde textielindustrie (zieeindtermenmensenmaatschappij).De
leerlingenzullenalvorenshunbezoekwel eenobservatieopdrachtmoetenwetente volbrengen.
De leerlingenzullenzienwelke machineserinde textielindustriewerdengebruikt,ze zullenhoren
hoe de mensendie erwerktenleefden,hoe hunlevenwerdbeïnvloeddoorde tijdwaarinze leefden
enze zullenkunnenzienhoe Ronse eruitzaginde 19de eeuw (zie eindtermwetenschappenen
techniek).
4. Doelgroep
Doelgroep:vijfde leerjaar(mogelijkvoorhet4de en6de leerjaar).
5. Tijdsduur
Ik voorzie voordeze activiteit2uren:
 6 minutenomernaar toe te stappen.
 1 uur en30 minutenvoorde rondleidingvande gidsdoorhetMust-museum.
 6 minutenomterugte gaan naar school.
 De overige 18 minutenzijnvoorde nabesprekinginde klasenomde leerlingente laten
wetendatwe metde vandaagverkregeninfoverderaande slagzullengaaninde komende
lessen.Naarmate deze afrondinggeen18minutenzal durenzijn de overige minutentoch
ingeplandomzomogelijke verhinderingenopte vangen.
6. Eindtermen
Mens enmaatschappij
 Ruimte (behorentotde vooropdracht)
o Oriëntatie- enkaartvaardigheid
 4.1. De leerlingenkunnenaanelkaareente volgenwegtussentwee plaatsen
inde eigengemeenteof stadbeschrijven.Ze kunnendeze reiswegook
aanduidenopeenplattegrond.
o Verkeerenmobiliteit
 4.14. De leerlingenkunnende gevaarlijkeverkeerssituatiesinde ruimere
schoolomgevinglokaliseren.
 Tijd
o Historische tijd
 3.9. De leerlingentonenbelangstellingvoorhetverleden,hedenende
toekomsthierenelders.
Wetenschappenentechniek
 Techniek
o Techniekensamenleving
 2.17.De leerlingenkunnenillustrerendattechniekensamenlevingelkaar
beïnvloeden.
7. Leerinhoud
Leerinhouden
1. Gevaarlijke verkeerssituaties:eendrukkruispuntzonderverkeerslichten,eendrukke straat,
eenplaatsmetveel openbaarvervoer,eenstraatzonderde nodige voetpaden,...
2. De textielindustrieinRonse hadeengrote invloedopde ontwikkelingvande stadenwas
aanwezigvanaf de 13de eeuwenkende haargrootste gloriemomentinde 19de eeuw.
3. Fabrieksteegjes:hierwoondende arbeidersvande fabriek.Ze woondenopdie manierdicht
bij hunwerk,maar de omstandighedenwaarinze woondenwarenslecht.Ze haddente
weinigeten,onvoldoende hygiëne envaakwoondenze metvelenineente kleineruimte.
Het grote aanbodaan arbeiderszorgde ookvoorzeerlage lonen.
4. Textiel:eenmateriaal bestaande uitdradenbv.vezels.
5. Textielindustrie:eentakbinnende industrie waartextiel wordtgeproduceerd.Hierbij
wordengrondstoffen(vezels) omgezetnaargarenwaar stof van gemaaktwordten dat
uiteindelijkwordtomgezettoteen(half)afgewerktproductnamelijktextiel.
8. Lesdoelen
Lesdoelen:De leerlingenkunnen...
1. op eenstadskaartvanRonse eenroute uitstippelenvande school tothetMust-museum.
2. gevaarlijke verkeerssituatiesaanduidenopeenkaartvanRonse.
3. inhun eigenwoordenuitleggenhoe de textielindustrie vanvroegereeninvloedheeftgehad
op de samenlevingdie ertoenleefde.
4. uitdrukkenwathenisbijgeblevenvanhunbezoekaanhetMust-museum(naverwerking).
9. Materiaal
Materiaal van de leerkracht:
1. Presentielijst
2. Betalingsbewijsvoorde gids
3. Stiften,pennenenpapier(voorhetgeval de leerlingendezevergeten)
Materiaal van de leerling:
1. Zwarte enblauwe stiften
2. Papier
3. Eenschrijfplank
4. Eenfluojasje
5. Organisatie
Afspraken:
Veiligheid
 Elke leerlingdraagteenfluojas
 Iedere leerlingisverantwoordelijkvoorzijnbuddy.Ze moetendus altijdwetenwaarde
anderis.
 Ze stappenintwee rijen(geziende leeftijdhoevenze hunhandennietmeervastte houden,
maar ze moetenzichwel nogsteedshoudenaande bovenvermelde regelvanhet
buddysysteem).
 De leerlingenstappenonderwegnietverderdantothetdoor de leerkrachtaangewezen
punt.
 De leerlingenstekenpasoverwanneerze de toestemmingkrijgenvande leerkracht.
 De leerlingenmogennietnaarhetwatertoe stappenwanthetgevaarbestaatdat ze erin
zoudenkunnenvallen.
RegelsinhetMust-museum:
 Je babbeltnietmetje groepsgenotenterwijl de gidsaanhetwoordis.De gidsvoorzietzelf
van enkele korte momentenwaarbij jullie genoegtijdkrijgenomte schrijven.
 Je toont respectvoorde gidsende andere bezoekers.
 Je raakt niksin hetmuseumaan.
 Je raakt elkaarnietaan.
 Je zorgt er voordat je altijdweetwaarjouw aangewezenbuddyzichbevindt.(Ditsysteemis
binnenditmuseumsterkaante radennaarmate de gangenwaardoorde leerlingenkunnen
stappenredelijksmal zijn waardoorermaartwee kinderennaastelkaarkunnenstaanwat
tot gevolgheeftdatde leerkrachtde verste venhemgelegenkinderennietaltijdkanzien.De
gidsstaat dushet bestvooraanende leerkrachtachteraande groep.
Organisatie:
 AangezienhetinhetMust-museumnietevidentisomnaar toilette gaanraad ik tensterkste
aan om de leerlingenallemaalvooraleerde school te verlatenditte vertellenenze allemaal
naar toilette latengaan.Anderslopenwe hetrisicoomhieraanredelijkwattijdte verliezen.
 Eenmaal hetmuseumbezoekvoorbij ismoetenalle leerlingenhunwoordspinafgevenmet
daarop de namenvanalle groepsleden.Opdie manierlopenwe minderrisicoomdeze
onderwegkwijtte spelen.
 Tijdensde observatieopdrachtishetbelangrijkdat we alsleerkrachtde leerlingenmakendat
ze alleenrondhetmuseummogenstappen.Alsleerkrachtkanmenzichlangsde kant van de
bibliotheekpositioneren.Opdie manierhoudtmeneengoedoverzichtoverhetgehele
domeinenkanmenalle leerlingenzien. Wel ishetbelangrijkomde leerlingenduidelijkte
makendat ze nietnaar hetwatertoe mogenstappennaarmate ze erinzoudenkunnen
vallen.Daarnaastmogenze erde aanwezige eendennietaanrakennaarmate ditverbodenis.
Tipsvoor de leerkracht:
 Het iszeerhandigomals leerkrachtal eensmetgidste hebbenafgesproken.Opdie manierkunt
u hemde beginsituatie vanuklasmeegevenenkanhij/zij zijnrondleidingdaaropafstemmen.
 Het museuminde voormiddagbezoekenraadiksterkaan naarmate deze indan minderbevolkt
is.
 In Ronse bestaanernog eenaantal fabrieksteegjesuitde 19de eeuw.Hetzouhandigzijnom
daar als leerkrachtopvoorhandwatfoto'svan te verzamelenomdeze achteraf aande leerlingen
te latenzien.Opdie manierzullende leerlingenkunnenziendatervandaagde dag nog steeds
overblijfselenzijnuitde 19de eeuw.Misschienzullenersommigenonderhenzelftussendeze
stratenhebbengelopen.
6. Werkbladen – instructiebladen – richtlijnen…
Bijlage 1:Vooropdracht
Bijlage 2:Opdracht 1 observatieopdracht
Bijlage 3:Werkblad observatieopdracht
Bijlage 5:Werkbladopdracht2 doe-opdracht
7. Oplossingen - sleutel
Bijlage 4:Oplossingssleutelobservatieopdracht
Bijlage 6:Oplossingssleutelopdracht2doe-opdracht
8. Bronnen
 (2020). Opgeroepen viaENCYCLO.NL:https://www.encyclo.nl/begrip/textielindustrie
 Basisonderwijs.(sd).OpgeroepenopMaart19, 2020, viaOnderwijsdoelen.be:
https://onderwijsdoelen.be/resultaten?intro=basisonderwijs&filters=onderwijsniveau%255B
0%255D%255Bid%255D%3Df7dcdedc9e9c97a653c7dba05896ef57a333480b%26onderwijsni
veau%255B0%255D%255Btitel%255D%3DBasisonderwijs%26onderwijsniveau%255B0%255D
%255Bwaarde%255D%
 De Vos,C.(2017). Ronse,de textielstadvanSint-Hermes.OpgeroepenopMaart 20, 2020, via
http://home.scarlet.be/~camaja/Artikels/Ronse.pdf
 Impens,D.,Ormières,J.-L.,Peters,M.,Pos,H.,Dave,S.(Producenten),&Coninx,S.
(Regisseur). (1992).Daens[Film].OpgeroepenopMaart22, 2020, via
https://www.youtube.com/watch?v=eWZl_9FLrDE&t=373s
 Joke.(2012, Augustus18).Ronse ende fabriekssteegjes. OpgeroepenviaPhotographyaway
to live – Mijnnikonenik:https://mijnnikonenik.wordpress.com/2012/08/18/ronse-en-de-
fabriekssteegjes/
 Must - Textielmuseum.(sd).OpgeroepenopMaart 20, 2020, via Ronse stadmetuitzicht:
https://www.ontdekronse.be/nl/must-textielmuseum
 Must - Textielmuseum:groepen.(sd).OpgeroepenopMaart 20, 2020, viaRonse stadmet
uitzicht:https://www.ontdekronse.be/nl/must-textielmuseum-groepen
 Ronse,het'MUST'. (2012, Augustus19). OpgeroepenopMaart23, 2020, via
https://www.youtube.com/watch?v=6VN9i9H_Pg4&t=150s
 Trefsenter001 : TextielmuseumRonse.(2012,November17).OpgeroepenopMaart 21,
2020, viahttps://www.youtube.com/watch?v=8fIzGzns6Yo&feature=youtu.be
 Textielindustrie.(sd).OpgeroepenopMaart 22, 2020, via Wikipedia:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Textielindustrie
 VRT.(2017, Oktober4).Karrewiet:eerlijke kleren.OpgeroepenopMaart 22, 2020, via
https://onderwijs.hetarchief.be/pid/w37kp93r2w
9. Achtergrondinformatie voor de leerkracht
Het Must
Het Must-museum voor textiel bevindt zich in de oude textielfabriek ‘Cambier-Robette’
in de Hoge Mote. In het museum zullen de leerlingen kunnen waarnemen hoe bepaalde
grondstoffen in de 19de eeuw werden omgezet tot textiel, dit dankzij de nog steeds
werkende machines die zich in het museum bevinden. De foto's, materialen en nog
werkende productielijn die in het museum te vinden zijn, zullen de leerlingen kunnen
laten zien hoe de mensen van de 19de-eeuwse samenleving in Ronse leefden. Het
museum zorgt er op die manier voor dat zowel de technische evolutie als de sociale
geschiedenis van Ronse in de 19de eeuw voor de leerlingen duidelijk wordt.
Het Must-museum zelf was gedurende de 19de eeuw een mechanische weverij.
In 1963 werd deze mechanische weverij stopgezet en werd het gebouw overgekocht
door de stad in 1964.
Naar aanleiding hiervan werd het gebouw verkocht aan het Rijksarchief. En sinds 1984
werd het ingericht als textielmuseum.
Wat is de link tussen Ronse en textielindustrie?
Tijdensde middeleeuwen(ca.13de eeuw) wastextielsterkaanwezigbinnende kleine stad
Ronse.Maar hetispas inde 19de eeuw datRonse zijnplaatshadverdiendbinnende grote
namenvande textielindustrie.Ditwashetgevolgvande gemechaniseerde katoenindustrie die
zichin België op datmomentbegonte ontwikkelen.Ditnammetzichmee dat erin Ronse voor
heteersteentextielfabriekontstond.
In die die tijdwasmeerdande helftvande Belgische bevolkingtewerkgesteldinde
textielindustrie.Maar hetispas in1870 dat de textielindustrie eenexplosievegroei kende.Deze
groei zorgde voorwelvaartdie we inRonse nogkunnenziendankzij enkele nogoverblijvende
woonhuizendieherkendkunnenwordendoorhuntyperende neostijlen.Deze huizenbehoorden
meestal totde directeursvande fabrieken.Eenvoorbeeldisde ‘VillaCarpentier’vanarchitect
VictorHorta.
Maar deze groei hadooknegatieve gevolgenvoorde samenlevingerwasinRonse namelijkniet
meergenoegplaatsvooralle inwonersdie naarhierwarengekomenvoorhetbeschikbare werk.
Hierdoorontstondenfabrieksteegjes.Deze huisjeswerdengebouwdinde tuinenvanandere
woningenenwerdenmetelkaarverbondendooreensmal pad.De omstandighedenbinnendeze
steegjeswarenslechtnaarmate ersprake wasvan onvoldoende hygiëne,te weinigplaatsen
onvoldoende loonwatbetekende datnietiedereenkonvoldoenaanzijnbehoeften.Dit
voorbeeldlaatonszienhoe eennieuwevormvantechniekde samenlevingheeftwetente
beïnvloeden.
10.(optioneel) Extra mogelijkheden tot naverwerking
Deze activiteitkanhetbeginzijnvanvele vormenvannaverwerking.Hieronderwordenenkele
mogelijkeideeënopgesomd.
1. Wat eerstenvooral zekermoetgebeurenishetaanvullenvande tijdsbandinde klasmeteenfoto
van hetmust-museum.Opdie manierhebbende leerlingeneenvisuele voorstellingdie ze kunnen
gebruikenwanneerze nietmeergoedwetenwanneerhetmust-museumnogtewerkgesteldwasals
fabriekinde textielindustrie.
2. De leerlingenhebbentijdenshunmuseumbezoekgeleerddatde textielindustrie vanvroegereen
impactheeftgehadophoe de mensenvantoenleefden.Ditaspectvanhunbezoekaanhetmuseum
kan gelinktwordenmethetconcepteerlijke kleren.Ditkunnenwe aanpakkendoorbijvoorbeeldeen
filosofischkringgesprekte houdenrondhoe eerlijkproductie vroegerwasenhoe eerlijkproductie is
vandaagde dag volgensde leerlingen.
 Dit kanverderdoorgetrokkenwordennaarlessenwaarwe de definitievaneerlijke
productie gaandoorgrondenengaankijkenhoe sterkeerlijkeproductie vandaagde dag
aanwezigisinonze samenleving.
o Verderkanditook gelinktwordenaandoelenrondmensenmaatschappij waarwe
leerlingenaanlerenwatwinstis,hoe datbehaaltwordtenwaarwe allemaal
rekeningmee moetenhoudenwanneerwe winstwillen bereiken.
o Deze videoiszeerhandigomhetconcepteerlijkeklerenbij kinderente introduceren
https://onderwijs.hetarchief.be/pid/w37kp93r2w
3. Om de leerlingengoedte latenzienhoe heterinde textielfabriekenvande 19de eeuw aan toe
gingis hetaan te raden ommet audiovisuele bronnente werken.Opdeze manierzullenze het
verhaal nietalleente horenkrijgen,maarookte zien(multiperspectivity).Korte fragmentenuitde
Belgische filmDaenszijnhiervooreenaanrader(opgelet:enkelescèneskunnenzeerhard
overkomenvoorkinderenkiesduszorgvuldigwelke scènesje hiervoorkangebruiken).
4. Daarnaast kan ditbezoekleidentoteendramatische opdrachtwaarde leerlingenlerenhoe ze zich
kunneninlevenineenpersonage (een,arbeider,eenfabrieksbaas,enz.).FilmpjesvanDaens,korte
verhaal fragmentenendoorde gidsaangehaalde feitenkomenhierbij goedvanpas.
Bijlage 1: Vooropdracht
Vooropdracht:
De leerlingen moeten voor we naar het museum gaan volgende stappen hebben
ondernomen in de klas.
1. Eerst en vooral moeten ze op een blanco kaart kunnen aanduiden vanuit welk punt
wij als klas zullen vertrekken en wat onze bestemming is.
1.1. De oplossing:
2. De leerlingen moeten de gevaarlijke verkeerssituaties binnen hun gestippelde route
aanduiden. Dit is het beoogde resultaat:
Het bovenste vakje staat voor de parking van de school die de leerlingen zullen moeten
oversteken om het schooldomein te verlaten. Deze parking is redelijk druk en er moet daar
dus goed worden opgelet.
Het onderste vakje staat voor het zebrapad die de straat met het Bruulpark verbindt. Dit
zebrapad is er wel maar is moeilijk zichtbaar voor chauffeurs. Als leerkracht is het dus zeer
belangrijk om aan de leerlingen duidelijk te maken waarom ze hier op de assistentie van de
leerkracht moeten wachten alvorens zelf over te steken.
Eenmaal de route uitgestippeld zullen we samen met de leerlingen beslissen wie elkaars
buddy's zijn en zullen we de te volgen afspraken overlopen. Opgelet: de beslissing omzelf als
leerkracht te bepalen wie elkaars buddy's worden of om de leerlingen dit zelf te laten
beslissen hangt af van de actuele beginsituatie van uw klas.
Bijlage 2: Opdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1: observatieopdracht
 We gaan naar het Must-museum en gebruiken hiervoor de door de leerlingen
uitgestippelde route.
 De leerlingen krijgen in groepjes van vier of vijf een schrijfplankje, een blauwe stift en
een vel wit papier.
 De bedoeling is dat de leerlingen aan de hand van dit gerief en hun
observatievermogen het gebouw vanuit de buitenkant gaan verkennen en alles
opschrijven wat bij ze opkomt. Dit doen ze onder de vorm van een mindmap. De
leerlingen krijgen hiervoor vijf minuten. Geziene de ligging van het gebouw is het als
leerkracht makkelijk om iedereen in de gaten te houden.
 Eenmaal de leerlingen klaar zijn met hun observatieopdracht kunnen we ze als
leerkracht vragen hoeveel ingangen ze hebben gevonden. Het antwoord hiervoor is
twee. De vooringang die nu de ingang is geworden van het toerismecentrum van
Ronse en de achteringang die nu gebruikt wordt als ingang voor het museum.
 Je vraagt de leerlingen naar de verschillen tussen beide ingangen (de ene is mooi,
groot en zichtbaar, de andere is klein, niet bijzonder mooi en minder zichtbaar).
o Als leerkracht kan je de leerlingen vragen of zij misschien een idee zouden
hebben van wie er vroeger de achteringang zou hebben gebruikt en wie de
vooringang. De leerlingen hoeven hier nog geen antwoord op te hebben,
maar op die manier kunnen zij straks de link legen met wat de gids hen vertelt
over de arbeiders in de fabriek en over de omstandigheden waarin zij leefden.
 Het is belangrijk dat de leerlingen hun mindmap bijhouden zodat ze deze verder
kunnen aanvullen tijdens hun bezoek aan het museum.
Ingang 1:
Ingang 2:
Bijlage 3: Werkblad observatieopdracht:
Het Must-museum
Bijlage 4: Oplossingssleutel observatieopdracht
19de eeuw
Arbeiders
Achteruitgang
Fabriek steegjes (huizen in tuinen , verbonden door een smal pad)
Weinig loon
1 toilet voor iedereen in een steegje
Textielindustrie
1870 explosieve groei
Het Must-museum
Katoenindustrie
1984 museum
Fabrieksbazen
Mooie huizen (uitdaging: architectuur -> neostijl)
Vooringang
Villa Carpentier (uitdaging: Victor Horta)
Bijlage 5: Werkblad opdracht 2 doe-opdracht
Opdracht 2: Doe-opdracht
Jullie krijgen zo meteen een rondleiding in het textielmuseum van Ronse. Jullie gids die veel
over deze plek afweet zal jullie vertellen over de belangrijke plaats die die dit gebouw innam
in de 19de eeuw en hoe de mensen van toen in Ronse leefden.
Opdracht:
Vul de mindmap verder aan met de informatie die de gids jullie zal geven. Jullie doen dit met
een zwarte stift. Om jullie te helpen staat hieronder een vragenlijst. Als jullie de antwoorden
van de vragenlijst te horen krijgen is het de bedoeling dat jullie daarmee de mindmap
aanvullen. Indien jullie van de gids nog meer informatie krijgen vullen jullie de mindmap
verder aan. Durf ook als een echte journalist vragen te stellen om zo de vragenlijst op te
lossen!
Afspraken:
 Je babbelt niet met je groepsgenoten terwijl de gids aan het woord is. De gids
voorziet zelf van enkele korte momenten waarbij jullie genoeg tijd krijgen om te
schrijven.
 Je toont respect voor de gids en de andere bezoekers.
 Je raakt niks in het museum aan.
 Je raakt elkaar niet aan.
 Je zorgt er voor dat je altijd weet waar jouw aangewezen buddy zich bevindt.
Vragenlijst:
1. Wie maakte er gebruik van de vooringang? En waarom?
2. Wie maakte er gebruik van de achteringang? En waarom?
3. Wat werd er in deze fabriek gemaakt? En kan je hiervan de definitie geven?
a. Uit wat is het gemaakt?
4. Waar woonden de arbeiders van de fabriek?
5. Hoe leefden de arbeiders van de fabriek? Hadden ze een mooi leven? Hoe kwam
dit?
6. Welke machines werden er vroeger gebruikt om textiel aan te maken?
7. Vanaf welk jaar werd dit gebouw als museum gebruikt?
8. Werkten hier vroeger alleen maar volwassenen?
9. Schrijf enkele redenen op die ervoor zorgen dat jij graag of juist niet graag in het
Ronse van de 19de eeuw zou hebben geleefd.
Bijlage 6: Oplossingssleutel opdracht 2 doe-opdracht
Opdracht 2: Doe-opdracht (leerkrachtenfiche)
Opmerking: Deze opdracht werd oorspronkelijk ontworpen voor een vijfde leerjaar. De
leerlingen binnen deze klas zijn zelfstandige werkmomenten gewoon en deze opdracht is
voor hen dus geen struikelblok. Maar voor een klas die nog moeite ondervindt tijdens
zelfstandige werkmomenten in groep zijn meer richtlijnen nodig en een misschien meer door
de leerkracht gestuurde werkvorm. Deze opdracht moet dus aangepast worden naargelang
de beginsituatie waarin u klas zich bevindt.
Vragenlijst:
1. Wie maakte er gebruik van de vooringang? En waarom? (De fabrieksbaas) (Omdat
de toen rijke bevolking niet in contact kwam met de arme bevolking en omdat de
vooringang leidde tot het kantoor en woonst van de fabrieksbaas.)
2. Wie maakte er gebruik van de achteringang? En waarom? (De arbeiders) (Omdat
ze zo meteen in de fabriek terechtkwamen en omdat ze op die manier ook niet
werden gezien door de rijke elite van toen).
3. Wat werd er in deze fabriek gemaakt? En kan je hiervan de definitie geven?
(Textiel) (Textiel is een materiaal bestaande uit vele draden bv. vezels.)
a. Uit wat is het gemaakt? (Vezels (het kan ook dat ze filamenten gaan
benoemen, maar dat is geen specifieke vereiste naarmate het een niet
veel gebruikte term is.))
4. Waar woonden de arbeiders van de fabriek? (In fabriek steegjes.)
5. Hoe leefden de arbeiders van de fabriek? Hadden ze een mooi leven? Hoe kwam
dit? (Ze hadden geen mooi leven want ze hadden te kleine woningen, weinig tot
geen hygiëne, te lage lonen, enz.)
6. Welke machines werden er vroeger gebruikt om textiel aan te maken? (De
schietspoel, spin/weefmachine (de gids zal ook specifieke namen aanhalen zoals
de Spinning Jenny en de Mule Jenny.))
7. Vanaf welk jaar werd dit gebouw als museum gebruikt? (1984)
8. Werkten hier vroeger alleen maar volwassenen? (Neen kinderen werkten hier
ook.)
9. Schrijf enkele redenen op die ervoor zorgen dat jij graag of juist niet graag in het
Ronse van de 19de eeuw zou hebben geleefd. (Persoonlijke mening van de
leerlingen.)

More Related Content

More from AnasMariaulle

Als je in armoede leeft moet je keuzes maken.
Als je in armoede leeft moet je keuzes maken.Als je in armoede leeft moet je keuzes maken.
Als je in armoede leeft moet je keuzes maken.
AnasMariaulle
 
Opdracht 2 Doe-opdracht oplossing
Opdracht 2 Doe-opdracht oplossingOpdracht 2 Doe-opdracht oplossing
Opdracht 2 Doe-opdracht oplossing
AnasMariaulle
 
Opdracht 2 Doe-opdracht werkblad
Opdracht 2 Doe-opdracht werkbladOpdracht 2 Doe-opdracht werkblad
Opdracht 2 Doe-opdracht werkblad
AnasMariaulle
 
Opdracht 2 Doe-opdracht
Opdracht 2 Doe-opdrachtOpdracht 2 Doe-opdracht
Opdracht 2 Doe-opdracht
AnasMariaulle
 
Opdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1 observatieopdrachtOpdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1 observatieopdracht
AnasMariaulle
 
Oplossingssleutel 2: Opdracht 2 doe-opdracht
Oplossingssleutel 2: Opdracht 2 doe-opdracht Oplossingssleutel 2: Opdracht 2 doe-opdracht
Oplossingssleutel 2: Opdracht 2 doe-opdracht
AnasMariaulle
 
Werkblad: Opdracht 1 observatieopdracht
Werkblad: Opdracht 1 observatieopdracht Werkblad: Opdracht 1 observatieopdracht
Werkblad: Opdracht 1 observatieopdracht
AnasMariaulle
 
Opdracht 2 Doe-opdracht
Opdracht 2 Doe-opdrachtOpdracht 2 Doe-opdracht
Opdracht 2 Doe-opdracht
AnasMariaulle
 
Opdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1 observatieopdrachtOpdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1 observatieopdracht
AnasMariaulle
 

More from AnasMariaulle (9)

Als je in armoede leeft moet je keuzes maken.
Als je in armoede leeft moet je keuzes maken.Als je in armoede leeft moet je keuzes maken.
Als je in armoede leeft moet je keuzes maken.
 
Opdracht 2 Doe-opdracht oplossing
Opdracht 2 Doe-opdracht oplossingOpdracht 2 Doe-opdracht oplossing
Opdracht 2 Doe-opdracht oplossing
 
Opdracht 2 Doe-opdracht werkblad
Opdracht 2 Doe-opdracht werkbladOpdracht 2 Doe-opdracht werkblad
Opdracht 2 Doe-opdracht werkblad
 
Opdracht 2 Doe-opdracht
Opdracht 2 Doe-opdrachtOpdracht 2 Doe-opdracht
Opdracht 2 Doe-opdracht
 
Opdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1 observatieopdrachtOpdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1 observatieopdracht
 
Oplossingssleutel 2: Opdracht 2 doe-opdracht
Oplossingssleutel 2: Opdracht 2 doe-opdracht Oplossingssleutel 2: Opdracht 2 doe-opdracht
Oplossingssleutel 2: Opdracht 2 doe-opdracht
 
Werkblad: Opdracht 1 observatieopdracht
Werkblad: Opdracht 1 observatieopdracht Werkblad: Opdracht 1 observatieopdracht
Werkblad: Opdracht 1 observatieopdracht
 
Opdracht 2 Doe-opdracht
Opdracht 2 Doe-opdrachtOpdracht 2 Doe-opdracht
Opdracht 2 Doe-opdracht
 
Opdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1 observatieopdrachtOpdracht 1 observatieopdracht
Opdracht 1 observatieopdracht
 

Opdrachtfiche omgevingsboek

  • 1. Ronse - TextielindustrieMariaulleAnaïsOLO2D2 1. Plaats - adres Must – TextielmuseumDe Biesestraat2Ronse 9600 2. Geolocatie / geolokalisatie Geef de correcte coördinaten!Exact te bepalen via GoogleMaps (instructiefilmpje te bekijken via Canvas). 50°44'57.7"N 3°36'06.2"E 3. Korte omschrijving De leerlingenkrijgeneenvooropdrachtinde klas:  Ze gaan op eenkaart van de stad de route uitstippelenende gevaarlijke verkeerssituatiesinde omgevingaanduiden(zieeindtermenmensenmaatschappij). Om de belangstellingvande leerlingente prikkelenwatbetreftde geschiedenisvanhunomgeving zal eengidsde leerlingenvertellenoverhetRonse uitde 19de eeuw enhoe deze stadeen belangrijkeplaatshadwatbetreftde textielindustrie (zieeindtermenmensenmaatschappij).De leerlingenzullenalvorenshunbezoekwel eenobservatieopdrachtmoetenwetente volbrengen. De leerlingenzullenzienwelke machineserinde textielindustriewerdengebruikt,ze zullenhoren hoe de mensendie erwerktenleefden,hoe hunlevenwerdbeïnvloeddoorde tijdwaarinze leefden enze zullenkunnenzienhoe Ronse eruitzaginde 19de eeuw (zie eindtermwetenschappenen techniek). 4. Doelgroep Doelgroep:vijfde leerjaar(mogelijkvoorhet4de en6de leerjaar). 5. Tijdsduur Ik voorzie voordeze activiteit2uren:  6 minutenomernaar toe te stappen.  1 uur en30 minutenvoorde rondleidingvande gidsdoorhetMust-museum.  6 minutenomterugte gaan naar school.  De overige 18 minutenzijnvoorde nabesprekinginde klasenomde leerlingente laten wetendatwe metde vandaagverkregeninfoverderaande slagzullengaaninde komende lessen.Naarmate deze afrondinggeen18minutenzal durenzijn de overige minutentoch ingeplandomzomogelijke verhinderingenopte vangen. 6. Eindtermen Mens enmaatschappij  Ruimte (behorentotde vooropdracht) o Oriëntatie- enkaartvaardigheid  4.1. De leerlingenkunnenaanelkaareente volgenwegtussentwee plaatsen inde eigengemeenteof stadbeschrijven.Ze kunnendeze reiswegook aanduidenopeenplattegrond.
  • 2. o Verkeerenmobiliteit  4.14. De leerlingenkunnende gevaarlijkeverkeerssituatiesinde ruimere schoolomgevinglokaliseren.  Tijd o Historische tijd  3.9. De leerlingentonenbelangstellingvoorhetverleden,hedenende toekomsthierenelders. Wetenschappenentechniek  Techniek o Techniekensamenleving  2.17.De leerlingenkunnenillustrerendattechniekensamenlevingelkaar beïnvloeden. 7. Leerinhoud Leerinhouden 1. Gevaarlijke verkeerssituaties:eendrukkruispuntzonderverkeerslichten,eendrukke straat, eenplaatsmetveel openbaarvervoer,eenstraatzonderde nodige voetpaden,... 2. De textielindustrieinRonse hadeengrote invloedopde ontwikkelingvande stadenwas aanwezigvanaf de 13de eeuwenkende haargrootste gloriemomentinde 19de eeuw. 3. Fabrieksteegjes:hierwoondende arbeidersvande fabriek.Ze woondenopdie manierdicht bij hunwerk,maar de omstandighedenwaarinze woondenwarenslecht.Ze haddente weinigeten,onvoldoende hygiëne envaakwoondenze metvelenineente kleineruimte. Het grote aanbodaan arbeiderszorgde ookvoorzeerlage lonen. 4. Textiel:eenmateriaal bestaande uitdradenbv.vezels. 5. Textielindustrie:eentakbinnende industrie waartextiel wordtgeproduceerd.Hierbij wordengrondstoffen(vezels) omgezetnaargarenwaar stof van gemaaktwordten dat uiteindelijkwordtomgezettoteen(half)afgewerktproductnamelijktextiel. 8. Lesdoelen Lesdoelen:De leerlingenkunnen... 1. op eenstadskaartvanRonse eenroute uitstippelenvande school tothetMust-museum. 2. gevaarlijke verkeerssituatiesaanduidenopeenkaartvanRonse. 3. inhun eigenwoordenuitleggenhoe de textielindustrie vanvroegereeninvloedheeftgehad op de samenlevingdie ertoenleefde. 4. uitdrukkenwathenisbijgeblevenvanhunbezoekaanhetMust-museum(naverwerking). 9. Materiaal Materiaal van de leerkracht: 1. Presentielijst 2. Betalingsbewijsvoorde gids 3. Stiften,pennenenpapier(voorhetgeval de leerlingendezevergeten) Materiaal van de leerling:
  • 3. 1. Zwarte enblauwe stiften 2. Papier 3. Eenschrijfplank 4. Eenfluojasje 5. Organisatie Afspraken: Veiligheid  Elke leerlingdraagteenfluojas  Iedere leerlingisverantwoordelijkvoorzijnbuddy.Ze moetendus altijdwetenwaarde anderis.  Ze stappenintwee rijen(geziende leeftijdhoevenze hunhandennietmeervastte houden, maar ze moetenzichwel nogsteedshoudenaande bovenvermelde regelvanhet buddysysteem).  De leerlingenstappenonderwegnietverderdantothetdoor de leerkrachtaangewezen punt.  De leerlingenstekenpasoverwanneerze de toestemmingkrijgenvande leerkracht.  De leerlingenmogennietnaarhetwatertoe stappenwanthetgevaarbestaatdat ze erin zoudenkunnenvallen. RegelsinhetMust-museum:  Je babbeltnietmetje groepsgenotenterwijl de gidsaanhetwoordis.De gidsvoorzietzelf van enkele korte momentenwaarbij jullie genoegtijdkrijgenomte schrijven.  Je toont respectvoorde gidsende andere bezoekers.  Je raakt niksin hetmuseumaan.  Je raakt elkaarnietaan.  Je zorgt er voordat je altijdweetwaarjouw aangewezenbuddyzichbevindt.(Ditsysteemis binnenditmuseumsterkaante radennaarmate de gangenwaardoorde leerlingenkunnen stappenredelijksmal zijn waardoorermaartwee kinderennaastelkaarkunnenstaanwat tot gevolgheeftdatde leerkrachtde verste venhemgelegenkinderennietaltijdkanzien.De gidsstaat dushet bestvooraanende leerkrachtachteraande groep. Organisatie:  AangezienhetinhetMust-museumnietevidentisomnaar toilette gaanraad ik tensterkste aan om de leerlingenallemaalvooraleerde school te verlatenditte vertellenenze allemaal naar toilette latengaan.Anderslopenwe hetrisicoomhieraanredelijkwattijdte verliezen.  Eenmaal hetmuseumbezoekvoorbij ismoetenalle leerlingenhunwoordspinafgevenmet daarop de namenvanalle groepsleden.Opdie manierlopenwe minderrisicoomdeze onderwegkwijtte spelen.  Tijdensde observatieopdrachtishetbelangrijkdat we alsleerkrachtde leerlingenmakendat ze alleenrondhetmuseummogenstappen.Alsleerkrachtkanmenzichlangsde kant van de bibliotheekpositioneren.Opdie manierhoudtmeneengoedoverzichtoverhetgehele domeinenkanmenalle leerlingenzien. Wel ishetbelangrijkomde leerlingenduidelijkte makendat ze nietnaar hetwatertoe mogenstappennaarmate ze erinzoudenkunnen vallen.Daarnaastmogenze erde aanwezige eendennietaanrakennaarmate ditverbodenis.
  • 4. Tipsvoor de leerkracht:  Het iszeerhandigomals leerkrachtal eensmetgidste hebbenafgesproken.Opdie manierkunt u hemde beginsituatie vanuklasmeegevenenkanhij/zij zijnrondleidingdaaropafstemmen.  Het museuminde voormiddagbezoekenraadiksterkaan naarmate deze indan minderbevolkt is.  In Ronse bestaanernog eenaantal fabrieksteegjesuitde 19de eeuw.Hetzouhandigzijnom daar als leerkrachtopvoorhandwatfoto'svan te verzamelenomdeze achteraf aande leerlingen te latenzien.Opdie manierzullende leerlingenkunnenziendatervandaagde dag nog steeds overblijfselenzijnuitde 19de eeuw.Misschienzullenersommigenonderhenzelftussendeze stratenhebbengelopen. 6. Werkbladen – instructiebladen – richtlijnen… Bijlage 1:Vooropdracht Bijlage 2:Opdracht 1 observatieopdracht Bijlage 3:Werkblad observatieopdracht Bijlage 5:Werkbladopdracht2 doe-opdracht 7. Oplossingen - sleutel Bijlage 4:Oplossingssleutelobservatieopdracht Bijlage 6:Oplossingssleutelopdracht2doe-opdracht 8. Bronnen  (2020). Opgeroepen viaENCYCLO.NL:https://www.encyclo.nl/begrip/textielindustrie  Basisonderwijs.(sd).OpgeroepenopMaart19, 2020, viaOnderwijsdoelen.be: https://onderwijsdoelen.be/resultaten?intro=basisonderwijs&filters=onderwijsniveau%255B 0%255D%255Bid%255D%3Df7dcdedc9e9c97a653c7dba05896ef57a333480b%26onderwijsni veau%255B0%255D%255Btitel%255D%3DBasisonderwijs%26onderwijsniveau%255B0%255D %255Bwaarde%255D%  De Vos,C.(2017). Ronse,de textielstadvanSint-Hermes.OpgeroepenopMaart 20, 2020, via http://home.scarlet.be/~camaja/Artikels/Ronse.pdf  Impens,D.,Ormières,J.-L.,Peters,M.,Pos,H.,Dave,S.(Producenten),&Coninx,S. (Regisseur). (1992).Daens[Film].OpgeroepenopMaart22, 2020, via https://www.youtube.com/watch?v=eWZl_9FLrDE&t=373s  Joke.(2012, Augustus18).Ronse ende fabriekssteegjes. OpgeroepenviaPhotographyaway to live – Mijnnikonenik:https://mijnnikonenik.wordpress.com/2012/08/18/ronse-en-de- fabriekssteegjes/  Must - Textielmuseum.(sd).OpgeroepenopMaart 20, 2020, via Ronse stadmetuitzicht: https://www.ontdekronse.be/nl/must-textielmuseum  Must - Textielmuseum:groepen.(sd).OpgeroepenopMaart 20, 2020, viaRonse stadmet uitzicht:https://www.ontdekronse.be/nl/must-textielmuseum-groepen  Ronse,het'MUST'. (2012, Augustus19). OpgeroepenopMaart23, 2020, via https://www.youtube.com/watch?v=6VN9i9H_Pg4&t=150s  Trefsenter001 : TextielmuseumRonse.(2012,November17).OpgeroepenopMaart 21, 2020, viahttps://www.youtube.com/watch?v=8fIzGzns6Yo&feature=youtu.be
  • 5.  Textielindustrie.(sd).OpgeroepenopMaart 22, 2020, via Wikipedia: https://nl.wikipedia.org/wiki/Textielindustrie  VRT.(2017, Oktober4).Karrewiet:eerlijke kleren.OpgeroepenopMaart 22, 2020, via https://onderwijs.hetarchief.be/pid/w37kp93r2w 9. Achtergrondinformatie voor de leerkracht Het Must Het Must-museum voor textiel bevindt zich in de oude textielfabriek ‘Cambier-Robette’ in de Hoge Mote. In het museum zullen de leerlingen kunnen waarnemen hoe bepaalde grondstoffen in de 19de eeuw werden omgezet tot textiel, dit dankzij de nog steeds werkende machines die zich in het museum bevinden. De foto's, materialen en nog werkende productielijn die in het museum te vinden zijn, zullen de leerlingen kunnen laten zien hoe de mensen van de 19de-eeuwse samenleving in Ronse leefden. Het museum zorgt er op die manier voor dat zowel de technische evolutie als de sociale geschiedenis van Ronse in de 19de eeuw voor de leerlingen duidelijk wordt. Het Must-museum zelf was gedurende de 19de eeuw een mechanische weverij. In 1963 werd deze mechanische weverij stopgezet en werd het gebouw overgekocht door de stad in 1964. Naar aanleiding hiervan werd het gebouw verkocht aan het Rijksarchief. En sinds 1984 werd het ingericht als textielmuseum. Wat is de link tussen Ronse en textielindustrie? Tijdensde middeleeuwen(ca.13de eeuw) wastextielsterkaanwezigbinnende kleine stad Ronse.Maar hetispas inde 19de eeuw datRonse zijnplaatshadverdiendbinnende grote namenvande textielindustrie.Ditwashetgevolgvande gemechaniseerde katoenindustrie die zichin België op datmomentbegonte ontwikkelen.Ditnammetzichmee dat erin Ronse voor heteersteentextielfabriekontstond. In die die tijdwasmeerdande helftvande Belgische bevolkingtewerkgesteldinde textielindustrie.Maar hetispas in1870 dat de textielindustrie eenexplosievegroei kende.Deze groei zorgde voorwelvaartdie we inRonse nogkunnenziendankzij enkele nogoverblijvende woonhuizendieherkendkunnenwordendoorhuntyperende neostijlen.Deze huizenbehoorden meestal totde directeursvande fabrieken.Eenvoorbeeldisde ‘VillaCarpentier’vanarchitect VictorHorta. Maar deze groei hadooknegatieve gevolgenvoorde samenlevingerwasinRonse namelijkniet meergenoegplaatsvooralle inwonersdie naarhierwarengekomenvoorhetbeschikbare werk. Hierdoorontstondenfabrieksteegjes.Deze huisjeswerdengebouwdinde tuinenvanandere woningenenwerdenmetelkaarverbondendooreensmal pad.De omstandighedenbinnendeze steegjeswarenslechtnaarmate ersprake wasvan onvoldoende hygiëne,te weinigplaatsen onvoldoende loonwatbetekende datnietiedereenkonvoldoenaanzijnbehoeften.Dit voorbeeldlaatonszienhoe eennieuwevormvantechniekde samenlevingheeftwetente beïnvloeden.
  • 6. 10.(optioneel) Extra mogelijkheden tot naverwerking Deze activiteitkanhetbeginzijnvanvele vormenvannaverwerking.Hieronderwordenenkele mogelijkeideeënopgesomd. 1. Wat eerstenvooral zekermoetgebeurenishetaanvullenvande tijdsbandinde klasmeteenfoto van hetmust-museum.Opdie manierhebbende leerlingeneenvisuele voorstellingdie ze kunnen gebruikenwanneerze nietmeergoedwetenwanneerhetmust-museumnogtewerkgesteldwasals fabriekinde textielindustrie. 2. De leerlingenhebbentijdenshunmuseumbezoekgeleerddatde textielindustrie vanvroegereen impactheeftgehadophoe de mensenvantoenleefden.Ditaspectvanhunbezoekaanhetmuseum kan gelinktwordenmethetconcepteerlijke kleren.Ditkunnenwe aanpakkendoorbijvoorbeeldeen filosofischkringgesprekte houdenrondhoe eerlijkproductie vroegerwasenhoe eerlijkproductie is vandaagde dag volgensde leerlingen.  Dit kanverderdoorgetrokkenwordennaarlessenwaarwe de definitievaneerlijke productie gaandoorgrondenengaankijkenhoe sterkeerlijkeproductie vandaagde dag aanwezigisinonze samenleving. o Verderkanditook gelinktwordenaandoelenrondmensenmaatschappij waarwe leerlingenaanlerenwatwinstis,hoe datbehaaltwordtenwaarwe allemaal rekeningmee moetenhoudenwanneerwe winstwillen bereiken. o Deze videoiszeerhandigomhetconcepteerlijkeklerenbij kinderente introduceren https://onderwijs.hetarchief.be/pid/w37kp93r2w 3. Om de leerlingengoedte latenzienhoe heterinde textielfabriekenvande 19de eeuw aan toe gingis hetaan te raden ommet audiovisuele bronnente werken.Opdeze manierzullenze het verhaal nietalleente horenkrijgen,maarookte zien(multiperspectivity).Korte fragmentenuitde Belgische filmDaenszijnhiervooreenaanrader(opgelet:enkelescèneskunnenzeerhard overkomenvoorkinderenkiesduszorgvuldigwelke scènesje hiervoorkangebruiken). 4. Daarnaast kan ditbezoekleidentoteendramatische opdrachtwaarde leerlingenlerenhoe ze zich kunneninlevenineenpersonage (een,arbeider,eenfabrieksbaas,enz.).FilmpjesvanDaens,korte verhaal fragmentenendoorde gidsaangehaalde feitenkomenhierbij goedvanpas.
  • 7. Bijlage 1: Vooropdracht Vooropdracht: De leerlingen moeten voor we naar het museum gaan volgende stappen hebben ondernomen in de klas. 1. Eerst en vooral moeten ze op een blanco kaart kunnen aanduiden vanuit welk punt wij als klas zullen vertrekken en wat onze bestemming is. 1.1. De oplossing: 2. De leerlingen moeten de gevaarlijke verkeerssituaties binnen hun gestippelde route aanduiden. Dit is het beoogde resultaat:
  • 8. Het bovenste vakje staat voor de parking van de school die de leerlingen zullen moeten oversteken om het schooldomein te verlaten. Deze parking is redelijk druk en er moet daar dus goed worden opgelet. Het onderste vakje staat voor het zebrapad die de straat met het Bruulpark verbindt. Dit zebrapad is er wel maar is moeilijk zichtbaar voor chauffeurs. Als leerkracht is het dus zeer belangrijk om aan de leerlingen duidelijk te maken waarom ze hier op de assistentie van de leerkracht moeten wachten alvorens zelf over te steken. Eenmaal de route uitgestippeld zullen we samen met de leerlingen beslissen wie elkaars buddy's zijn en zullen we de te volgen afspraken overlopen. Opgelet: de beslissing omzelf als leerkracht te bepalen wie elkaars buddy's worden of om de leerlingen dit zelf te laten beslissen hangt af van de actuele beginsituatie van uw klas.
  • 9. Bijlage 2: Opdracht 1 observatieopdracht Opdracht 1: observatieopdracht  We gaan naar het Must-museum en gebruiken hiervoor de door de leerlingen uitgestippelde route.  De leerlingen krijgen in groepjes van vier of vijf een schrijfplankje, een blauwe stift en een vel wit papier.  De bedoeling is dat de leerlingen aan de hand van dit gerief en hun observatievermogen het gebouw vanuit de buitenkant gaan verkennen en alles opschrijven wat bij ze opkomt. Dit doen ze onder de vorm van een mindmap. De leerlingen krijgen hiervoor vijf minuten. Geziene de ligging van het gebouw is het als leerkracht makkelijk om iedereen in de gaten te houden.  Eenmaal de leerlingen klaar zijn met hun observatieopdracht kunnen we ze als leerkracht vragen hoeveel ingangen ze hebben gevonden. Het antwoord hiervoor is twee. De vooringang die nu de ingang is geworden van het toerismecentrum van Ronse en de achteringang die nu gebruikt wordt als ingang voor het museum.  Je vraagt de leerlingen naar de verschillen tussen beide ingangen (de ene is mooi, groot en zichtbaar, de andere is klein, niet bijzonder mooi en minder zichtbaar). o Als leerkracht kan je de leerlingen vragen of zij misschien een idee zouden hebben van wie er vroeger de achteringang zou hebben gebruikt en wie de vooringang. De leerlingen hoeven hier nog geen antwoord op te hebben, maar op die manier kunnen zij straks de link legen met wat de gids hen vertelt over de arbeiders in de fabriek en over de omstandigheden waarin zij leefden.  Het is belangrijk dat de leerlingen hun mindmap bijhouden zodat ze deze verder kunnen aanvullen tijdens hun bezoek aan het museum. Ingang 1:
  • 11. Bijlage 3: Werkblad observatieopdracht: Het Must-museum
  • 12. Bijlage 4: Oplossingssleutel observatieopdracht 19de eeuw Arbeiders Achteruitgang Fabriek steegjes (huizen in tuinen , verbonden door een smal pad) Weinig loon 1 toilet voor iedereen in een steegje Textielindustrie 1870 explosieve groei Het Must-museum Katoenindustrie 1984 museum Fabrieksbazen Mooie huizen (uitdaging: architectuur -> neostijl) Vooringang Villa Carpentier (uitdaging: Victor Horta)
  • 13. Bijlage 5: Werkblad opdracht 2 doe-opdracht Opdracht 2: Doe-opdracht Jullie krijgen zo meteen een rondleiding in het textielmuseum van Ronse. Jullie gids die veel over deze plek afweet zal jullie vertellen over de belangrijke plaats die die dit gebouw innam in de 19de eeuw en hoe de mensen van toen in Ronse leefden. Opdracht: Vul de mindmap verder aan met de informatie die de gids jullie zal geven. Jullie doen dit met een zwarte stift. Om jullie te helpen staat hieronder een vragenlijst. Als jullie de antwoorden van de vragenlijst te horen krijgen is het de bedoeling dat jullie daarmee de mindmap aanvullen. Indien jullie van de gids nog meer informatie krijgen vullen jullie de mindmap verder aan. Durf ook als een echte journalist vragen te stellen om zo de vragenlijst op te lossen! Afspraken:  Je babbelt niet met je groepsgenoten terwijl de gids aan het woord is. De gids voorziet zelf van enkele korte momenten waarbij jullie genoeg tijd krijgen om te schrijven.  Je toont respect voor de gids en de andere bezoekers.  Je raakt niks in het museum aan.  Je raakt elkaar niet aan.  Je zorgt er voor dat je altijd weet waar jouw aangewezen buddy zich bevindt. Vragenlijst: 1. Wie maakte er gebruik van de vooringang? En waarom? 2. Wie maakte er gebruik van de achteringang? En waarom? 3. Wat werd er in deze fabriek gemaakt? En kan je hiervan de definitie geven? a. Uit wat is het gemaakt? 4. Waar woonden de arbeiders van de fabriek? 5. Hoe leefden de arbeiders van de fabriek? Hadden ze een mooi leven? Hoe kwam dit? 6. Welke machines werden er vroeger gebruikt om textiel aan te maken? 7. Vanaf welk jaar werd dit gebouw als museum gebruikt? 8. Werkten hier vroeger alleen maar volwassenen? 9. Schrijf enkele redenen op die ervoor zorgen dat jij graag of juist niet graag in het Ronse van de 19de eeuw zou hebben geleefd.
  • 14. Bijlage 6: Oplossingssleutel opdracht 2 doe-opdracht Opdracht 2: Doe-opdracht (leerkrachtenfiche) Opmerking: Deze opdracht werd oorspronkelijk ontworpen voor een vijfde leerjaar. De leerlingen binnen deze klas zijn zelfstandige werkmomenten gewoon en deze opdracht is voor hen dus geen struikelblok. Maar voor een klas die nog moeite ondervindt tijdens zelfstandige werkmomenten in groep zijn meer richtlijnen nodig en een misschien meer door de leerkracht gestuurde werkvorm. Deze opdracht moet dus aangepast worden naargelang de beginsituatie waarin u klas zich bevindt. Vragenlijst: 1. Wie maakte er gebruik van de vooringang? En waarom? (De fabrieksbaas) (Omdat de toen rijke bevolking niet in contact kwam met de arme bevolking en omdat de vooringang leidde tot het kantoor en woonst van de fabrieksbaas.) 2. Wie maakte er gebruik van de achteringang? En waarom? (De arbeiders) (Omdat ze zo meteen in de fabriek terechtkwamen en omdat ze op die manier ook niet werden gezien door de rijke elite van toen). 3. Wat werd er in deze fabriek gemaakt? En kan je hiervan de definitie geven? (Textiel) (Textiel is een materiaal bestaande uit vele draden bv. vezels.) a. Uit wat is het gemaakt? (Vezels (het kan ook dat ze filamenten gaan benoemen, maar dat is geen specifieke vereiste naarmate het een niet veel gebruikte term is.)) 4. Waar woonden de arbeiders van de fabriek? (In fabriek steegjes.) 5. Hoe leefden de arbeiders van de fabriek? Hadden ze een mooi leven? Hoe kwam dit? (Ze hadden geen mooi leven want ze hadden te kleine woningen, weinig tot geen hygiëne, te lage lonen, enz.) 6. Welke machines werden er vroeger gebruikt om textiel aan te maken? (De schietspoel, spin/weefmachine (de gids zal ook specifieke namen aanhalen zoals de Spinning Jenny en de Mule Jenny.)) 7. Vanaf welk jaar werd dit gebouw als museum gebruikt? (1984) 8. Werkten hier vroeger alleen maar volwassenen? (Neen kinderen werkten hier ook.) 9. Schrijf enkele redenen op die ervoor zorgen dat jij graag of juist niet graag in het Ronse van de 19de eeuw zou hebben geleefd. (Persoonlijke mening van de leerlingen.)