Manifestaties van de vrijheid des geestes (Samenvatting en aanbevelingen)Mark van de Velde
Wie van enige afstand de ontwikkeling van het cultuurbeleid en het sportbeleid bekijkt, moet vaststellen dat de overheid op het terrein van de cultuur haar vanzelfsprekende financiële betrokkenheid ter discussie heeft gesteld, terwijl zij op het terrein van de (top)sport haar traditioneel afzijdige houding heeft laten varen. Aan die bestuurlijke kentering ligt een heel complex aan factoren ten grondslag, maar ook een duidelijke politieke stellingname. We hoeven niet verder te kijken dan het VVD-verkiezingsprogramma Orde op zaken uit 2010 en het regeerakkoord Vrijheid en verantwoordelijkheid van het kabinet-Rutte om te kunnen constateren dat het liberale smaldeel in de Nederlandse politiek beide trends niet alleen toejuicht maar ook mogelijk heeft gemaakt.
Omdat cultuur en sport voor de gemiddelde burger een vrijetijdsactiviteit is, een vorm van vermaak, rijst de vraag hoe de gewijzigde taakopvatting van de overheid op het terrein van cultuur en sport zich verhoudt tot de liberale staatsopvatting. Dit geschift is een verkenning naar de grondslagen van een liberaal cultuur- en sportbeleid. Het biedt een kritische bespreking van veelgehoorde legitimatiegronden voor overheidsbemoeienis met twee in essentie maatschappelijke activiteiten. Daarnaast wordt vanuit liberale invalshoek gekeken naar onder meer erfgoed, de kunsten, doneren aan cultuur, sportieve ambities, leefstijlbeleid en bewegingsonderwijs, gevolgd door aanbevelingen voor de politieke praktijk.
De aanwezigheid van vreemde namen zoals Vrede vzw of Vie féminine zou onze parlementsleden moeten beroeren. Toch is er maar bitter weinig interesse voor dit onderwerp.
Manifestaties van de vrijheid des geestes (Samenvatting en aanbevelingen)Mark van de Velde
Wie van enige afstand de ontwikkeling van het cultuurbeleid en het sportbeleid bekijkt, moet vaststellen dat de overheid op het terrein van de cultuur haar vanzelfsprekende financiële betrokkenheid ter discussie heeft gesteld, terwijl zij op het terrein van de (top)sport haar traditioneel afzijdige houding heeft laten varen. Aan die bestuurlijke kentering ligt een heel complex aan factoren ten grondslag, maar ook een duidelijke politieke stellingname. We hoeven niet verder te kijken dan het VVD-verkiezingsprogramma Orde op zaken uit 2010 en het regeerakkoord Vrijheid en verantwoordelijkheid van het kabinet-Rutte om te kunnen constateren dat het liberale smaldeel in de Nederlandse politiek beide trends niet alleen toejuicht maar ook mogelijk heeft gemaakt.
Omdat cultuur en sport voor de gemiddelde burger een vrijetijdsactiviteit is, een vorm van vermaak, rijst de vraag hoe de gewijzigde taakopvatting van de overheid op het terrein van cultuur en sport zich verhoudt tot de liberale staatsopvatting. Dit geschift is een verkenning naar de grondslagen van een liberaal cultuur- en sportbeleid. Het biedt een kritische bespreking van veelgehoorde legitimatiegronden voor overheidsbemoeienis met twee in essentie maatschappelijke activiteiten. Daarnaast wordt vanuit liberale invalshoek gekeken naar onder meer erfgoed, de kunsten, doneren aan cultuur, sportieve ambities, leefstijlbeleid en bewegingsonderwijs, gevolgd door aanbevelingen voor de politieke praktijk.
De aanwezigheid van vreemde namen zoals Vrede vzw of Vie féminine zou onze parlementsleden moeten beroeren. Toch is er maar bitter weinig interesse voor dit onderwerp.
het eerste nummer van MMNieuws in 2014 gaat over Cultuureducatie. speciale aandacht voor de veranderingen in de kunst- en cultuur- educatie. Na een oproep van MMNieuws voor artikelen volgde een overweldigende hoeveelheid reacties, van bezuinigende gemeenten tot lastige pubers. Wat is de staat van het veld in 2014? Hoe gaat het met de canon in de praktijk? Is cultuureducatie een Staatszaak of liefhebberij van de happy few? En wat schrijft Riemer Knoop over Idealen en ideaaltypen in de erfgoededucatie? Lees hier de editorial, voor het hele nummer ga je naar http://www.mmnieuws.nl/
Idealen in het cultuurbeleid. Een onderzoek naar het denken over cultureel bu...geavs
Het cultureel burgerschap, cultuurmecenaat en civil society werden allen op enig
moment in het overheidsbeleid van de laatste decennia als ideaal gezien door de
Nederlandse regering. Het cultureel burgerschap werd enkele jaren geleden
geïntroduceerd in het overheidsbeleid. De verschillende en soms tegenstrijdige
interpretaties van het begrip in beleidsstukken en overheidsrapporten maken
echter dat de betekenis van het cultureel burgerschap vaak onduidelijk is. Het
cultureel burgerschap zou uiting moeten geven aan de complexiteit van het
burgerschap en het belang van cultuur voor de hedendaagse Nederlandse
samenleving. De term moet worden begrepen in de context van hedendaagse
ontwikkelingen, zoals de globalisering, pluralisering en individualisering van de
Nederlandse samenleving. Deze ontwikkelingen hebben bijgedragen aan het
toegenomen belang van cultuur bij het denken over burgerschap. Een ander
prominent thema in het recentelijk overheidsbeleid is het cultuurmecenaat, de
vrijwillige particuliere en bedrijfsmatige financiering van de kunsten. De
regering presenteert het cultuurmecenaat als de oplossing voor het gebrek aan
financieel en maatschappelijk draagvlak van de cultuursector in de huidige
periode van overheidsbezuinigingen. Het stimuleren van cultuurmecenaat is één
van de speerpunten van het huidige cultuurbeleid.
In deze scriptie worden beide termen uit het Nederlands cultuurbeleid geplaatst
binnen het denken over de civil society. In het Nederlandse overheidsbeleid is de
Engelse term civil society een betrekkelijk nieuw begrip. Het begrip komt voort
uit een liberale traditie en verwijst in het overheidsbeleid vaak naar de
verantwoordelijkheid van burgers. In deze scriptie wordt uiteengezet hoe
cultureel burgerschap en cultuurmecenaat, als uitingen van actief en
verantwoordelijk burgerschap, passen in het denken over en de totstandkoming
van een civil society.
Door de verhouding tussen cultureel burgerschap, civil society en het
cultuurmecenaat in het Nederlandse overheidsbeleid te verhelderen, draagt deze
scriptie bij aan de wetenschappelijke kennis rondom het cultuurmecenaat en de
betekenis van (cultureel) burgerschap in Nederland. Daarnaast kan deze scriptie
ook een bijdrage leveren aan de recente discussies over de verantwoordelijkheid
van burgers in de Nederlandse cultuursector door de discussie over het
cultuurmecenaat in het ruimere kader van de civil society te plaatsen.
Michael Merry & Geert Driessen (2018) Sargasso Waarom de elites houden van bu...Driessen Research
Merry, M., & Driessen, G. (2018). Waarom de elites houden van burgerschap. Sargasso, 11 januari 2018. Retrieved from http://sargasso.nl/waarom-de-elites-houden-van-burgerschap/
Michael Merry & Geert Driessen (2018) Waarom de elites houden van burgerschap?Driessen Research
Het kabinet-Rutte III poogt burgerschapseducatie nieuw leven in te blazen. Om te beginnen moeten kinderen verplicht het Wilhelmus leren, een bezoek brengen aan de Tweede Kamer en aan het Rijksmuseum. Het zijn de waarden van een politieke en academische elite die zich niet realiseert dat zij zelf achter onderwijsbeleid staat dat uitsluitend en nationalistisch is.
Merry, M., & Driessen, G. (2018). Waarom de elites houden van burgerschap. Sociale Vraagstukken, 9 januari 2018. Retrieved from https://www.socialevraagstukken.nl/waarom-de-elites-houden-van-burgerschap/
Met een lijvig rapport van ruim 115 pagina’s haalt de Raad voor Cultuur met ‘Cultuur dichtbij, dicht bij cultuur’ de bezem door de kunst- en cultuursectoren die rijkssubsidie ontvangen. Alleen al door het benoemen van ‘nieuwkomers’ als design, mode, urban arts, e-cultuur, popmuziek en musical breekt ook in subsidieland Den Haag (eindelijk!) de 21ste eeuw door.
KLIK is een culturele datingsite. Met dit project willen we mensen van alle leeftijden en uit elk milieu samenbrengen om culturele ervaringen uit te wisselen en samen een stap in de culturele wereld te zetten. De kernwoorden zijn verenigen en ontdekken, dit alles steeds in een culturele context. Wij denken dat er een lacune is voor cultuurliefhebbers in de digitale wereld en hopen dit op deze manier op een zinnige manier op te vullen.
Medewerkers:
Evi Dewel
Hedwig Heeremans
Nele Lambrechts
Lisa Lopopolo
Hilde Peeters
Michaël Trappeniers
Uitnodiging liberalisme en de verdeling van vermogen, 20 novemberMark van de Velde
Weinig economische boeken hebben zo snel zo veel invloed op het politieke debat uitgeoefend als Capital in the Twenty-First Century van Thomas Piketty. Piketty’s boodschap is even eenvoudig als verontrustend: tenzij de overheid hoge inkomens en grote vermogens zwaarder gaat belasten, zorgen de ijzeren wetten van het kapitalisme ervoor dat de kloof tussen rijk en arm steeds groter wordt, met mogelijk catastrofale gevolgen voor de democratie.
Hoe realistisch is dat toekomstbeeld? Is een (scheve) verdeling van vermogen in een vrijmarkteconomie eigenlijk een zaak voor de overheid? Past het automatisch erven van vermogen door kinderen wel bij het liberale meritocratische ideaal? Is een eerlijke(re) vermogensverdeling per definitie een platte vermogensverdeling? Over deze en andere vragen organiseert de TeldersStichting op vrijdagmiddag 20 november vanaf 14.30 een forumdebat tussen deelnemers met een uiteenlopende kijk op het werk van Thomas Piketty. (Het Nutshuis, Den Haag)
het eerste nummer van MMNieuws in 2014 gaat over Cultuureducatie. speciale aandacht voor de veranderingen in de kunst- en cultuur- educatie. Na een oproep van MMNieuws voor artikelen volgde een overweldigende hoeveelheid reacties, van bezuinigende gemeenten tot lastige pubers. Wat is de staat van het veld in 2014? Hoe gaat het met de canon in de praktijk? Is cultuureducatie een Staatszaak of liefhebberij van de happy few? En wat schrijft Riemer Knoop over Idealen en ideaaltypen in de erfgoededucatie? Lees hier de editorial, voor het hele nummer ga je naar http://www.mmnieuws.nl/
Idealen in het cultuurbeleid. Een onderzoek naar het denken over cultureel bu...geavs
Het cultureel burgerschap, cultuurmecenaat en civil society werden allen op enig
moment in het overheidsbeleid van de laatste decennia als ideaal gezien door de
Nederlandse regering. Het cultureel burgerschap werd enkele jaren geleden
geïntroduceerd in het overheidsbeleid. De verschillende en soms tegenstrijdige
interpretaties van het begrip in beleidsstukken en overheidsrapporten maken
echter dat de betekenis van het cultureel burgerschap vaak onduidelijk is. Het
cultureel burgerschap zou uiting moeten geven aan de complexiteit van het
burgerschap en het belang van cultuur voor de hedendaagse Nederlandse
samenleving. De term moet worden begrepen in de context van hedendaagse
ontwikkelingen, zoals de globalisering, pluralisering en individualisering van de
Nederlandse samenleving. Deze ontwikkelingen hebben bijgedragen aan het
toegenomen belang van cultuur bij het denken over burgerschap. Een ander
prominent thema in het recentelijk overheidsbeleid is het cultuurmecenaat, de
vrijwillige particuliere en bedrijfsmatige financiering van de kunsten. De
regering presenteert het cultuurmecenaat als de oplossing voor het gebrek aan
financieel en maatschappelijk draagvlak van de cultuursector in de huidige
periode van overheidsbezuinigingen. Het stimuleren van cultuurmecenaat is één
van de speerpunten van het huidige cultuurbeleid.
In deze scriptie worden beide termen uit het Nederlands cultuurbeleid geplaatst
binnen het denken over de civil society. In het Nederlandse overheidsbeleid is de
Engelse term civil society een betrekkelijk nieuw begrip. Het begrip komt voort
uit een liberale traditie en verwijst in het overheidsbeleid vaak naar de
verantwoordelijkheid van burgers. In deze scriptie wordt uiteengezet hoe
cultureel burgerschap en cultuurmecenaat, als uitingen van actief en
verantwoordelijk burgerschap, passen in het denken over en de totstandkoming
van een civil society.
Door de verhouding tussen cultureel burgerschap, civil society en het
cultuurmecenaat in het Nederlandse overheidsbeleid te verhelderen, draagt deze
scriptie bij aan de wetenschappelijke kennis rondom het cultuurmecenaat en de
betekenis van (cultureel) burgerschap in Nederland. Daarnaast kan deze scriptie
ook een bijdrage leveren aan de recente discussies over de verantwoordelijkheid
van burgers in de Nederlandse cultuursector door de discussie over het
cultuurmecenaat in het ruimere kader van de civil society te plaatsen.
Michael Merry & Geert Driessen (2018) Sargasso Waarom de elites houden van bu...Driessen Research
Merry, M., & Driessen, G. (2018). Waarom de elites houden van burgerschap. Sargasso, 11 januari 2018. Retrieved from http://sargasso.nl/waarom-de-elites-houden-van-burgerschap/
Michael Merry & Geert Driessen (2018) Waarom de elites houden van burgerschap?Driessen Research
Het kabinet-Rutte III poogt burgerschapseducatie nieuw leven in te blazen. Om te beginnen moeten kinderen verplicht het Wilhelmus leren, een bezoek brengen aan de Tweede Kamer en aan het Rijksmuseum. Het zijn de waarden van een politieke en academische elite die zich niet realiseert dat zij zelf achter onderwijsbeleid staat dat uitsluitend en nationalistisch is.
Merry, M., & Driessen, G. (2018). Waarom de elites houden van burgerschap. Sociale Vraagstukken, 9 januari 2018. Retrieved from https://www.socialevraagstukken.nl/waarom-de-elites-houden-van-burgerschap/
Met een lijvig rapport van ruim 115 pagina’s haalt de Raad voor Cultuur met ‘Cultuur dichtbij, dicht bij cultuur’ de bezem door de kunst- en cultuursectoren die rijkssubsidie ontvangen. Alleen al door het benoemen van ‘nieuwkomers’ als design, mode, urban arts, e-cultuur, popmuziek en musical breekt ook in subsidieland Den Haag (eindelijk!) de 21ste eeuw door.
KLIK is een culturele datingsite. Met dit project willen we mensen van alle leeftijden en uit elk milieu samenbrengen om culturele ervaringen uit te wisselen en samen een stap in de culturele wereld te zetten. De kernwoorden zijn verenigen en ontdekken, dit alles steeds in een culturele context. Wij denken dat er een lacune is voor cultuurliefhebbers in de digitale wereld en hopen dit op deze manier op een zinnige manier op te vullen.
Medewerkers:
Evi Dewel
Hedwig Heeremans
Nele Lambrechts
Lisa Lopopolo
Hilde Peeters
Michaël Trappeniers
Uitnodiging liberalisme en de verdeling van vermogen, 20 novemberMark van de Velde
Weinig economische boeken hebben zo snel zo veel invloed op het politieke debat uitgeoefend als Capital in the Twenty-First Century van Thomas Piketty. Piketty’s boodschap is even eenvoudig als verontrustend: tenzij de overheid hoge inkomens en grote vermogens zwaarder gaat belasten, zorgen de ijzeren wetten van het kapitalisme ervoor dat de kloof tussen rijk en arm steeds groter wordt, met mogelijk catastrofale gevolgen voor de democratie.
Hoe realistisch is dat toekomstbeeld? Is een (scheve) verdeling van vermogen in een vrijmarkteconomie eigenlijk een zaak voor de overheid? Past het automatisch erven van vermogen door kinderen wel bij het liberale meritocratische ideaal? Is een eerlijke(re) vermogensverdeling per definitie een platte vermogensverdeling? Over deze en andere vragen organiseert de TeldersStichting op vrijdagmiddag 20 november vanaf 14.30 een forumdebat tussen deelnemers met een uiteenlopende kijk op het werk van Thomas Piketty. (Het Nutshuis, Den Haag)
Cultuur vraagt geen subsidie (Sociale Vraagstukken, 27 maart 2012)
1. Sociale Vraagstukken
Wetenschappers en denkers in debat over maatschappelijke kwesties
Cultuur vraagt geen subsidie
Mark van de Velde 27 maart 2012
‘Cultuur brengt geld op’ is hét linkse argument voor de noodzaak van cultuursubsidies. In een
rechts-liberale visie op cultuur gaat het echter niet primair om de centen, maar om
publieksparticipatie- en steun. Voor cultuur is geen subsidie, maar een neutraal fiscaal
speelveld nodig.
Het is jammer maar niet onlogisch dat er bezuinigingen nodig waren om in Nederland een debat op
gang te krijgen over de vraag hoe de verhouding tussen de overheid en de culturele wereld eruit moet
zien. Structurele subsidieverlening ontnam culturele instellingen immers de noodzaak om uit te
leggen waarom ze aanspraak maakten op publiek geld. Toen het debat er dankzij Halbe Zijlstra
eindelijk kwam, bleek dat in alle verhalen over nut en noodzaak van cultuursubsidies eigenlijk geen
enkel argument te ontwaren viel dat niet al decennialang de ronde deed.
De economische waarde van linkse hobby’s
Eén oud argument werd echter met hernieuwde kracht naar voren gebracht omdat het mooi paste bij
de gepolariseerde links-rechtsverhouding in de Nederlandse politiek: cultuursubsidies verdienen
zichzelf dubbel en dwars terug. Het leek een ideale boodschap aan het adres van een kabinet van
rechtse signatuur. Immers, zelfs wie maling heeft aan de intrinsieke waarde van kunst kan moeilijk
bezwaar maken tegen subsidies die elders in de economie grote inkomsten genereren. De
kunstenaarsvakbond FNV KIEM redeneerde zo toen werd verwezen naar onderzoek waaruit zou
blijken dat de economische waarde van de culturele sector bijna 70 miljard euro bedraagt: ‘Niet slecht
voor een linkse hobby, zullen veel mensen denken’. En Joop van den Ende ging nog een stap verder
toen hij in zijn Mandeville Lezing voorrekende dat een investering van 100 miljoen euro uiteindelijk
650 miljoen euro voor de schatkast oplevert, waarop hij concludeerde: ‘Kunst is geen linkse hobby,
maar eigenlijk zeer rechts.’
Bedenkelijke linkse visie op rechts
Er bestaat gerede twijfel aan zulke grandioze berekeningen, maar belangrijker is dat achter dit
cijferfetisjisme een bedenkelijk visie op rechtse mensen schuilgaat. Zij zouden zich maar door één
overweging laten leiden: levert een subsidie meer op dan zij kost? Ook in de open brief ‘Je krijgt wat
je geeft’ aan het kabinet-Rutte, waarin bekende Nederlanders verzet aantekenen tegen bezuinigingen
op ontwikkelingssamenwerking, wordt gewezen op het economisch eigenbelang van Nederland. Is
dat toeval? De logische – maar zelden gestelde – vervolgvraag zou dan moeten luiden of een euro
voor cultuur of ontwikkelingssamenwerking meer of minder externe effecten oplevert dan een euro
2. voor het openbaar vervoer of het wegennet. In zo’n benepen opvatting draait cultuurpolitiek of
hulpvaardigheid niet langer om een maatschappijvisie. De overheid is een durfkapitalist geworden die
slechts besluiten neemt op grond van kosten-en-batenanalyses. ‘Cultuur is zo een van de knoppen
waaraan beleidsmakers kunnen draaien om de economie te bevorderen’, beweerde een ander
kunstcollectief zelfs.
Doorgeschoten maakbaarheidsdenken
Voor liberalen, die de spontane economische orde belangrijk vinden, getuigt dit van volkomen
doorgeschoten maakbaarheidsdenken. Bij cultuurliefhebbers kunnen slechts de rillingen over de rug
lopen als cultuur wordt gedegradeerd tot een werktuig in de keynesiaanse gereedschapskist, tot een
instrument om de plaatselijke economie aan te zwengelen.
In een liberaal cultuurbeleid staan niet de kostenplaatjes, maar het behoud van erfgoed en van
culturele tradities centraal. Dit erfgoed, zowel materieel als immaterieel, biedt een referentiekader
voor het waarderen van de eigen en van andermans cultuur. Daarom is het behoud en de
toegankelijkheid ervan van groot belang. Wie het erfgoed verwaarloost, ontneemt toekomstige
generaties de mogelijkheid zich in een perspectief te plaatsen. Of cultuur(geschiedenis) in de vorm
van een schilderij in een museumzaal hangt of als symfonie ten gehore wordt gebracht in de
concertzaal, doet er ten diepste niet veel toe: elke cultuurvorm vraagt om zijn eigen wijze van
behoud.
Liberaal cultuurbehoud: maatschappelijk gedragen en fiscaal neutraal
De eeuwige vraag is natuurlijk hoe we voorkomen dat cultuurbehoud verwordt tot cultureel
conservatisme, tot kunst in een publieksvacuüm. Dit kabinet wil daarom dat kunstinstellingen actief
op zoek gaan naar publiek. Zowel om te laten zien wat ze doen met gemeenschapsgeld, als om hun
subsidie aan te vullen met inkomsten uit ‘de markt’.
Het is ronduit jammer dat dit mooie streven is ontsierd door twee kabinetsmaatregelen op fiscaal
terrein die zondigen tegen het liberale principe van fiscale neutraliteit. De eerste is de nimmer met
goede redenen omkleedde btw-verhoging voor de podiumkunsten, waardoor zij structureel worden
benadeeld ten opzichte van andere vrijetijdsactiviteiten die entreeprijzen heffen. De tweede
onfortuinlijke maatregel is de introductie van de Geefwet. Deze wet trekt donateurs aan
hoogwaardige culturele instellingen fiscaal voor ten opzichte van donateurs aan andere
goededoelenorganisaties.
Geefwet is niet politiek neutraal
De rechtstreekse en vrijwillige financiële relatie tussen een donor en ontvanger van een gift is een
belangrijk winstpunt ten opzichte van de anonimiteit die gepaard gaat met subsidieverstrekking. Maar
met de Geefwet maakt de overheid fiscaal onderscheid aan de hand van nogal arbitraire etiketten als
‘commercieel’, ‘sociaal belang’, algemeen nut’ en ‘cultureel’ die op maatschappelijke organisaties en
bedrijven worden geplakt. Zo wordt doneren uit het domein van de zuivere vrijgevigheid gehaald.
Doneren aan cultuur was toch al iets voor hogere inkomens. Het is zeer twijfelachtig of de Geefwet
erin slaagt het maatschappelijk draagvlak voor cultuur te verbreden.
Voor een geslaagd cultuurbeleid zijn publiekssteun en publieksparticipatie essentieel, en daarom is er
3. alle reden het fiscale speelveld voor culturele instellingen en hun donateurs in ere te herstellen.
Mark van de Velde is medeauteur van een rapport over cultuur en sport van de Teldersstichting, de
liberale denktank gelieerd aan de VVD. Zie http://teldersstichting.vvd.nl/nieuws/280/geschrift-114-
manifestaties-van-de-vrijheid-des-geestes.
Tweet
Deel met anderen
Dit artikel behandelt het vraagstuk Marktwerking, Politiek. Bewaar de permalink. Volg reacties op dit
artikel via RSS feed van dit artikel. Reageer of laat een trackback achter.
« Brinkman ervaart het nu ook: er is geen politieke middenweg
Is transformatie van de Wmo wel mogelijk? »
www.socialevraagstukken.nl is een initiatief van:
Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken
Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Universiteit van Tilburg / Tranzo
Instituties van de Open Samenleving (IOS) van de Universiteit Utrecht
Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht
Rijksuniversiteit Groningen Sustainable society
MOVISIE
1Vind
ik
leuk