Bomen en veiligheid: beheersing van risisco's | Dag van de Openbare Ruimte 2014CROW
In deze interactieve sessie, georganiseerd vanuit het kennisnetwerk CROW Levende Stad, geeft Mirjam van der Graaf van de gemeente Amersfoort de aftrap en vertelt vanuit haar praktijkervaring hoe de gemeente Amersfoort haar boomveiligheidsbeleid heeft ingevuld. Vanuit die ervaring heeft ze ook als werkgroeplid bijgedragen aan de CROW-werkgroep ‘Standaardisatie boomveiligheidsregistratie’.
Risicomanagement bomen langs wegen ondedeel 'slim ontwerpen met infra en bome...CROW
Hoe krijgen we de beste grip op de veiligheid rondom bomen? Kunnen we de kans op schade verkleinen en wat moet er gebeuren om te voldoen aan de ‘wettelijke zorgplicht’? CROW ontwikkelde de Richtlijn boomveiligheidsregistratie waarmee boomeigenaren weten wat ze minimaal moeten registreren en welke kenmerken tijdens een boomveiligheidscontrole moeten worden geïnventariseerd. Dit leidt tot duidelijkheid tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. De veiligheid langs de weg kan ook worden vergroot door de juiste technieken bij ontwerp en aanplant van bomen. CROW heeft de oplossingen voor u op een rij gezet.
In deze sessie krijgt u een overzicht van beschikbare technieken voor het combineren van infrastructuur, kabels, leidingen en bomen.
Meer informatie: http://www.crow.nl/4003
1. Inhoudsopgave: Type het gewenste nummer gevolgd door Enter (retour naar inhoud: 2, Enter = 2 <E>)
1. Titel
2. Inhoudsopgave
3. De ideale boomvorm
5. Minimaal vereiste doorrijhoogte
6. Gewenste takvrije stamlengte i.v.m. het doorbuigen van takken
7. Begeleidingssnoei van jong – oud
16. Een boom met gebreken (links)
29. Begeleidingssnoei: probleemtakken
30. Nieuwe top kweken (na uitbreken)
41. Begeleidingssnoei: probleemtakken
42. Afgrendelingszone bij een dode zijtak
43. Callusvorming (wondweefsel)
46. Schema overgroeiing
47. Schema zaagsnede
50. Overgroeide wonden van zijtakken
51. Op stomp zagen: ter voorkoming van scheuren
54. Werkwijze bij het snoeien in de tijdelijke kroon
62. Herstelsnoei (bij achterstand)
63. Bijzondere boomvormen vragen een specialistische aanpak
64. Leivormen: linde
68. Werk bij voorkeur vanaf de grond
70. Voorbeelden van slechte snoeivormen
72. Snoeitijd
73. Bloeding
74. Salix caprea ‘Kilmarnock’: bijzondere snoei
77. Prunus triloba: bijzondere snoei
79. bolacacia: bijzondere snoei
83. kogelesdoorn: niet snoeien
84. Een aantal in Nederland algemeen toegepaste straat- en laanbomen
inhoud: 2 <E> 2
2. De ideale boomvorm:
Een solitaire boom in de vrije ruimte behoeft géén snoei…
inhoud: 2 <E> 3
3. Acer campestre
… maar een langs de straat of op een terras geplante boom vraagt om
een onbetakte stam, zodat men onder de kroon kan lopen of rijden.
inhoud: 2 <E> 4
4. Minimaal vereiste doorrijhoogte:
• Autowegen: 4.60 meter
• Overige wegen/straten 4.20 meter
• Voet- en fietspaden/tuin 2.50 meter
inhoud: 2 <E> 5
5. Gewenste takvrije
stamlengte i.v.m.
het doorbuigen van
takken:
7 – 8 meter
inhoud: 2 <E> 6
6. Begeleidingssnoei van jong –
oud
7 m.
Een jonge boom met een stamlengte van circa 1.80 m en een
stam – kroon verhouding van ca. 1: 1. De kroon is dus tijdelijk!
inhoud: 2 <E> 7
9. Begeleidingssnoei van jong –
oud
7 m.
Door een geleidelijke snoei (om de 2 – 3 jaar) zal met een beperkte
snoei
inhoud: 2 <E> 10
10. Begeleidingssnoei van jong –
oud
7 m.
Door een geleidelijke snoei (om de 2 – 3 jaar) zal met een beperkte
snoei de permanente stam en kroon worden gevormd.
inhoud: 2 <E> 11
14. Wat moet er gebeuren? Simpelweg de takvrije stamlengte vergroten?
Of de takken inkorten? Nee, de probleemtakken wegnemen!
De hoogste prioriteit bij het snoeien hebben de zogenaamde probleemtakken!
inhoud: 2 <E> 15
15. Een boom met gebreken (links)
dubbele top*
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 16
16. Een boom met gebreken (links)
zuigers*
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 17
17. Een boom met gebreken (links)
plakoksel*
* probleemtakken ingegroeide bast
inhoud: 2 <E> 18
18. Een boom met gebreken (links)
schurende takken*
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 19
19. Een boom met gebreken (links)
dikke takken*
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 20
20. Een boom met gebreken (links)
…geven grote wonden
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 21
21. Een boom met gebreken (links)
waterloten*
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 22
22. Een boom met gebreken (links)
gebroken takken*
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 23
23. Een boom met gebreken (links)
dode en aangetaste takken*
nectria
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 24
24. Een boom met gebreken (links)
takkransen*
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 25
25. Een boom met gebreken (links)
stamschot*
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 26
26. Een boom met gebreken (links)
stamvoetopslag
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 27
27. Een boom met gebreken (links)
parasieten (schimmels)
* probleemtakken
inhoud: 2 <E> 28
28. Begeleidingssnoei: probleemtakken
klik
• Een klik is een soort ‘kapstok’ die door de boomkweker aangehouden wordt ter
ondersteuning van een toptak
• Bij aanplant van de boom moet deze klik worden verwijderd
inhoud: 2 <E> 29
29. Nieuwe top kweken (na uitbreken)
(bamboe)stok
afgebroken top
inhoud: 2 <E> 30
30. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Dubbele toppen
• Ontstaan doordat twee eindknoppen gelijktijdig ontwikkelen
• Of: de eindknop sterft af en de bovenste twee zijknoppen ontwikkelen zich gelijktijdig
• Of: een zuiger krijgt de kans zich te ontwikkelen naast de toptak
• Snoei bij voorkeur de top aan de oostzijde (een klein kapstokje mag blijven i.v.m. de
kans op afbreken)
inhoud: 2 <E> 31
31. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Zuiger Ernstige misvorming van de kroon door het te laat verwijderen van een zuiger!
• Een stijl omhoog groeiende tak die andere zijtakken onderdrukt
• Kan een directe concurrent zijn voor de top: later geen doorgaande stam
• Erg groeikrachtig: bij late verwijdering een grote snoeiwond
• Kan een plakoksel ontwikkelen: kans op uitscheuren
inhoud: 2 <E> 32
32. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Dikke tak
• Ter voorkoming van grote wonden in de toekomst moeten de dikste takken tijdens de
begeleidingssnoei naar een doorgaande stam het eerste worden verwijderd
• Steil geplaatste dikke takken eerder verwijderen dan horizontaal geplaatste: steile takken
groeien sneller dan horizontale
inhoud: 2 <E> 33
33. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Takkransen
• Probeer het ontstaan van takkransen te voorkomen (vooral bij Tilia!)
• Bij het verwijderen van een takkrans ontstaan zeer grote wonden rond de stam
• Daarom per snoeibeurt slechts één tak wegsnoeien
inhoud: 2 <E> 34
34. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Plakoksels
• Alleen in de tijdelijke kroon verwijderen
plakoksel normale oksel
• Zo snel mogelijk: anders ontstaat een
grote wond en misvorming van de kroon
• Plakoksels kunnen bij storm uitscheuren
inhoud: 2 <E> plakoksel normale oksel 35
35. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Waterlot
• Waterloten zijn krachtig groeiende, uit adventiefknoppen ontstane twijgen
• Ze verschijnen vooral na een (te) sterke snoei in het verleden of verslechterende
groeiomstandigheden
• Waterlot moet in fasen, liefst in de zomer worden verwijderd (minder kans op reactie)
Misvorming door waterlot Waterloten na te sterke snoei in Waterloten na kandelaberen in
bij een plataan een appelboom populier: onherstelbare schade
inhoud: 2 <E> 36
36. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Stamopslag
• Ook stamopslag verschijnt vooral na een (te) sterke snoei in het verleden of verslechterende
groeiomstandigheden
• In fasen, liefst in de zomer verwijderen (minder kans op reactie)
• Slechte stam (bast) bij te late snoei
inhoud: 2 <E> Verwaarloosd! 37
37. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Stamvoetopslag
• Vooral voorkomend bij Tilia
• Dit is géén afwijkende groei: het behoort bij de natuurlijke habitus
• Alleen om esthetische of praktische redenen wegsnoeien
• Bij voorkeur in de zomer verwijderen (bast niet beschadigen, anders ontstaat meer opslag)
inhoud: 2 <E> 38
38. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Stam(voet)opslag bij veredelde (= geënte) sierbomen
• Komt voor bij hoog of laag veredelde sierbomen (Prunus, Malus, enz.)
• Deze uitlopers worden gevormd door de onderstam (wildopslag)
• Zo snel mogelijk verwijderen!
entplaats
(hoog veredeld)
inhoud: 2 <E> 39
39. Begeleidingssnoei: probleemtakken
‘Teruggelopen’ takken bij bonte sierbomen verwijderen
• Bontbladige mutaties kunnen teruglopen naar groen: deze takken groeien sneller
• Zo snel mogelijk verwijderen!
Acer platanoides ‘Drummondii’ teruggelopen tak… …verwijderd
inhoud: 2 <E> 40
40. Begeleidingssnoei: probleemtakken
Bemantelingssnoei
• Beuken worden i.v.m. mogelijke zonnebrand op de
bast als ‘veer’ geplant
• Langzamerhand wordt het stamhout verwijderd (de
kroon geeft schaduw aan de bast)
• Per snoeibeurt steeds de dikste takken verwijderen zonnebrandschade
inhoud: 2 <E> veren.. …opgesnoeid… …volwassen 41
51. Op stomp zagen: ter voorkoming van scheuren
inhoud: 2 <E> 51
52. Op stomp zagen: ter voorkoming van scheuren
2 2
1
1
3
3
Levende zijtak dode zijtak
inhoud: 2 <E> 52
53. Op stomp zagen: ter voorkoming van scheuren
inhoud: 2 <E> 53
54. Werkwijze bij het snoeien in de tijdelijke kroon:
• Eerst gewenste takvrije stamlengte bepalen
• In de tijdelijke kroon van boven naar beneden
bepalen welke probleemtakken moeten worden
verwijderd
• Nooit meer dan 20% van de kroon per snoeibeurt
verwijderen (dat voorkomt waterlot!)
inhoud: 2 <E> 54
61. Blijvende kroon: niet meer snoeien!
Acer saccharinum
Uitzondering: wanneer de boom gevaar oplevert voor de omgeving (kans op takbreuk of uitscheuren, ziek of dood hout, enz)
inhoud: 2 <E> 61
62. Herstelsnoei (bij achterstand)
Blijvende kroon
Toekomstige
takvrije stam
Voor het wegwerken van een snoeiachterstand zal een zware
ingreep noodzakelijk zijn: hoge kosten en vaak een
twijfelachtig eindresultaat.
inhoud: 2 <E> 62
63. Bijzondere boomvormen vragen een specialistische aanpak
elleboogtakken bij Paardenkastanje hangende takken bij Treurbeuk
inhoud: 2 <E> 63
64. Leivormen: linde
Uiteinde van liggers nooit
vlak aanbinden in verband
met de groei
Voor het vormen van een
palmet is een deugdelijke en
duurzame ondersteuning
noodzakelijk
inhoud: 2 <E> 64
73. Snoeitijd
• Een vaste periode is moeilijk aan te geven
• De zomer is vaak de beste periode:
– Minder kans op inrotten van de wond door het actieve afgrendelingsmechanisme
– Snellere callusvorming (wondweefsel maken gaat sneller in de zomer!!!)
– Minder kans op waterlot
– Vuurgevoelige (meniezwammetje) soorten hebben minder kans op aantasting: Acer,
Ulmus, Tilia, Aesculus
– Nadeel: minder zicht op het snoeiwerk
– Nadeel: meer snoeiafval door het aanwezige blad
• Wintersnoei:
– Het zicht op de boomstructuur is beter
– Deze periode biedt vaak meer mogelijkheden i.v.m de werkplanning
– Callusvorming en afgrendeling gebeuren veel veel trager!!!
inhoud: 2 <E> 72
74. Bloeding
• Door worteldruk kan bij snoei bloeding ontstaan
• Vooral wanneer de boom nog niet in blad staat
• In het sap kunnen bacteriën actief worden die de
bast aantasten (bloedingsziekte)
• Snoei gevoelige bomen wanneer ze in blad staan
• Gevoelige soorten: Betula, Juglans, Acer,
Prunus, Carpinus
• Knip eerst een ‘dun takje’ door en wacht de
reactie af... Indien daarop geen bloeding... knip
dan dikke takken door.
Prunus Carpinus
inhoud: 2 <E> 73
75. De theorie van Dr. Alex
L. Shigo uit VS.
• Het afgrendelingsproces werd door Shigo samengevat in
een CODIT (compartementalization of decay in trees)
• reactiezone 1
• remt of stopt verspreiding van infectie in
de richting van de vezels, dus verticaal of
in richting van de tak. In naaldbomen
gebeurt dit vaak door harsen in
loofbomen door gommen of thyllen. Is
één van de eerste reacties na verwonding,
omdat anders de totale plant aangetast
kan worden.
Hoe reageert een boom op een (snoei)wonde ?
76. De theorie van Dr. Alex
L. Shigo uit VS.
• reactiezone 2
• remt of stopt de inwaardse verspreiding,
dus in de richting van de kern. Wordt
gevormd door het zomerhout van elke
jaarring. Die is dichter en houtiger van
structuur. Daarin vormen zich voor
micro-organismen giftige stoffen.
77. De theorie van Dr. Alex
L. Shigo uit VS.
• reactiezone 3
• remt of stopt de verspreiding zijwaarts,
cirkelvormig, tussen de groeiringen in.
• De reactie van de boom kunnen we,
afhankelijk van de soort, zien aan de
verkleuring van het gevormde
reactiehout.
78. De theorie van Dr. Alex
L. Shigo uit VS.
• barrièrezone 4
• ontstaat uit het nog levende cambium dat
grenst aan de wondrand. Het cambium
vormt speciale cellen op de beschadiging.
Het is een energie vragend proces dat in
dikte vaak maar dertig rijen cellen breed
is. Zone 4 kan later verkurken, waardoor
ze ondoordringbaar wordt voor micro-
organismen.