Met dit Groene armoedeplan geven we duidelijk aan waar Groen in Antwerpen op vlak van sociaal beleid voor staat. Dit plan is een bron waar onze Groene mandatarissen uit kunnen putten bij het uitwerken van acties. Het plan is – uiteraard - in continue opbouw. Sommige onderdelen werken we verder uit samen met het middenveld en in dialoog met mensen in armoede. We sluiten bondgenootschappen met hen om dit plan waar te maken. De politieke acties uit dit plan moeten bijdragen aan het versterken van het individu en de doelgroep.
"Het huidige armoedebeleid gaat niet over het bestrijden van een maatschappijmodel dat armoede in stand houdt, maar over het bestrijden van de gevolgen van armoede.", dixit Stijn Suijs doctor in de Pedagogische Wetenschappen en docent filosofie aan De Haagse Hogeschool. In deze sessie zoomen we in op het armoedebeleid. Wat betekent solidariteit nog in het huidige armoededebat en -beleid? En moet de sector van het sociaal-cultureel volwassenenwerk zich niet meer opstellen als bondgenoot van de armen die het wij-zij denken niet langer aanvaardt.
Met dit Groene armoedeplan geven we duidelijk aan waar Groen in Antwerpen op vlak van sociaal beleid voor staat. Dit plan is een bron waar onze Groene mandatarissen uit kunnen putten bij het uitwerken van acties. Het plan is – uiteraard - in continue opbouw. Sommige onderdelen werken we verder uit samen met het middenveld en in dialoog met mensen in armoede. We sluiten bondgenootschappen met hen om dit plan waar te maken. De politieke acties uit dit plan moeten bijdragen aan het versterken van het individu en de doelgroep.
"Het huidige armoedebeleid gaat niet over het bestrijden van een maatschappijmodel dat armoede in stand houdt, maar over het bestrijden van de gevolgen van armoede.", dixit Stijn Suijs doctor in de Pedagogische Wetenschappen en docent filosofie aan De Haagse Hogeschool. In deze sessie zoomen we in op het armoedebeleid. Wat betekent solidariteit nog in het huidige armoededebat en -beleid? En moet de sector van het sociaal-cultureel volwassenenwerk zich niet meer opstellen als bondgenoot van de armen die het wij-zij denken niet langer aanvaardt.
Presentatie voor een bijeenkomst van de Lezers van Stavast. Voorafgaand aan een lezing van Henk van Tuinen over zijn boek 'Ons land kan menselijker' (voorjaar 2014).
http://www.nobb.nl/nobb/collecties/jaarthema/146-algem1/jaarthema/4622-tuinen-jaarthema-2013-2014
Presentatie Paul Dekker, Socius-Trefdag 'Burgers aan zet!' (19 november 2015)
Niet alleen in Vlaanderen, maar ook in Nederland lijken burgerinitiatieven in opmars te zijn. Wat zijn bij onze noorderburen de afgelopen decennia belangrijke ontwikkelingen geweest op het vlak van burgerparticipatie en -initiatieven. Rond welke maatschappelijke thema's slaan Nederlandse burgers de handen in elkaar? Hoe krijgen deze initiatieven vorm? Wat is de rol van overheden? Hoe werkt de door haar gepropageerde 'doe-democratie' uit? Dient de participatie vooral het opvullen van tekorten door de terugtredende overheid of voor politieke agendering?
Vragen die we graag voorleggen aan Paul Dekker. Paul Dekker is hoofd van de onderzoeksgroep Participatie & Bestuur bij het Nederlandse Sociaal en Cultureel Planbureau. Daarnaast is hij ook hoogleraar Civil society aan de Universiteit van Tilburg.
Presentatie van Tuur Ghys tijdens het Innovatiefestival van Socius (22 mei 2014).
Wat kan maatschappelijke innovatie betekenen voor armoedebestrijding? Inzetten op sociale innovatie kan potentieel een bijdrage leveren aan het verbeteren van de armoedesituatie, maar de diepere vraag is of het ook structurele problemen kan verhelpen. Misschien draagt het wel bij tot de bestendiging van armoede. Welke factoren maken zoal het verschil?
Tuur Ghys is medewerker bij het onderzoekscentrum OASeS, en werkt in opdracht van het Vlaams armoedesteunpunt rond dit thema.
Meer informatie via www.socius.be/innovatie.
Presentatie van Bart Van Bouchaut op de Socius Trefdag 2013 'Iedereen politiek!'.
Wat is de politiserende rol van het middenveld vandaag? Hoe krijgt die vorm in onze 'participatiesamenleving'? In deze lezing bespreekt Bart Van Bouchaute de (de)politisering van, in en door het middenveld. Als organisaties in het middenveld zich opstellen als betrokken ondersteuners van mensen die zich doorheen praktijken van burgerschap tot politieke subjecten ontwikkelen, dan ligt de weg open naar een politiserend middenveld in een vitale democratie.
Bart Van Bouchaute is sociaal werker en politicoloog. Hij doceert politicologie, sociale bewegingen en globalisering in de opleiding sociaal werk van de Arteveldehogeschool. Daarnaast is Van Bouchaute verbonden aan het Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES) van de Universiteit Antwerpen.
Veel mensen met een laag inkomen tekenen noodgedwongen een kleine ecologische voetafdruk op. Toch dreigen zij de rekening te betalen voor een klimaatbeleid zonder sociale component. Zo treffen de lage emissiezones en een koolstoftaks hen harder, terwijl zij niet de grootste uitstoters van broeikasgas zijn. Ook mensen in armoedesituaties liggen wakker van de ecologische uitdagingen, maar ze worden nauwelijks betrokken in het publieke overleg over de toekomst van onze planeet. Net omdat hun toekomst vandaag al onder druk staat, willen mensen in armoede mee denken en praten.
Een sociaal klimaatbeleid is nochtans perfect mogelijk. Zo bestrijdt energiezuinig renoveren in de sociale huisvesting energiearmoede en dragen investeringen in openbaar vervoer bij aan de strijd tegen klimaatopwarming en vervoersarmoede.
Het is hoog tijd om op een andere manier over armoede en sociale ongelijkheid na te denken. Het 10de ‘Tweejaarlijks Verslag van het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting’ laat er geen twijfel over bestaan: “klimaatbeleid zal sociaal zijn of zal niet zijn.” En ondertussen tonen ook tal van inspirerende en innoverende sociaal-culturele praktijken hoe duurzaam en sociaal hand in hand kunnen gaan.
Veerle Stroobants (Steunpunt tot bestrijding van armoede) neemt je mee in de bevindingen van het tweejaarlijkse Verslag 2018-2019: “Duurzaamheid en armoede. Een bijdrage aan politiek debat en politieke actie.”. Dat rapport kwam tot stand in overleg met mensen in armoede en hun verenigingen en met actoren uit sociale en milieuorganisaties, instellingen en administraties.
Aanpakken van de COVID-19 pandemie leidt over de hele wereld tot dilemma's. In dit boek krijgt de lezer inzicht in die dilemma's en hoe deze succesvol aan te pakken. Tegelijkertijd wordt er in vogelvlucht een beeld geschetst van de aanpak in de diverse landen in de wereld.
Het vermogen om effectief met dilemma’s om te gaan krijgt steeds meer belangstelling. HR heeft volgens de schrijver van het voorwoord Dave Ulrich ook een belangrijke rol als Paradox Navigator. Zo biedt dit boek niet alleen beleidsmakers een leidraad bij het aanpakken van de crisis, maar is het boek ook een mooi naslagwerk voor HR professionals voor het verkrijgen van meer inzicht in de aanpak van dilemma’s en dit bijvoorbeeld te benutten bij de opzet en invulling van veranderings- van change managementtrajecten.
Presentatie voor een bijeenkomst van de Lezers van Stavast. Voorafgaand aan een lezing van Henk van Tuinen over zijn boek 'Ons land kan menselijker' (voorjaar 2014).
http://www.nobb.nl/nobb/collecties/jaarthema/146-algem1/jaarthema/4622-tuinen-jaarthema-2013-2014
Presentatie Paul Dekker, Socius-Trefdag 'Burgers aan zet!' (19 november 2015)
Niet alleen in Vlaanderen, maar ook in Nederland lijken burgerinitiatieven in opmars te zijn. Wat zijn bij onze noorderburen de afgelopen decennia belangrijke ontwikkelingen geweest op het vlak van burgerparticipatie en -initiatieven. Rond welke maatschappelijke thema's slaan Nederlandse burgers de handen in elkaar? Hoe krijgen deze initiatieven vorm? Wat is de rol van overheden? Hoe werkt de door haar gepropageerde 'doe-democratie' uit? Dient de participatie vooral het opvullen van tekorten door de terugtredende overheid of voor politieke agendering?
Vragen die we graag voorleggen aan Paul Dekker. Paul Dekker is hoofd van de onderzoeksgroep Participatie & Bestuur bij het Nederlandse Sociaal en Cultureel Planbureau. Daarnaast is hij ook hoogleraar Civil society aan de Universiteit van Tilburg.
Presentatie van Tuur Ghys tijdens het Innovatiefestival van Socius (22 mei 2014).
Wat kan maatschappelijke innovatie betekenen voor armoedebestrijding? Inzetten op sociale innovatie kan potentieel een bijdrage leveren aan het verbeteren van de armoedesituatie, maar de diepere vraag is of het ook structurele problemen kan verhelpen. Misschien draagt het wel bij tot de bestendiging van armoede. Welke factoren maken zoal het verschil?
Tuur Ghys is medewerker bij het onderzoekscentrum OASeS, en werkt in opdracht van het Vlaams armoedesteunpunt rond dit thema.
Meer informatie via www.socius.be/innovatie.
Presentatie van Bart Van Bouchaut op de Socius Trefdag 2013 'Iedereen politiek!'.
Wat is de politiserende rol van het middenveld vandaag? Hoe krijgt die vorm in onze 'participatiesamenleving'? In deze lezing bespreekt Bart Van Bouchaute de (de)politisering van, in en door het middenveld. Als organisaties in het middenveld zich opstellen als betrokken ondersteuners van mensen die zich doorheen praktijken van burgerschap tot politieke subjecten ontwikkelen, dan ligt de weg open naar een politiserend middenveld in een vitale democratie.
Bart Van Bouchaute is sociaal werker en politicoloog. Hij doceert politicologie, sociale bewegingen en globalisering in de opleiding sociaal werk van de Arteveldehogeschool. Daarnaast is Van Bouchaute verbonden aan het Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES) van de Universiteit Antwerpen.
Veel mensen met een laag inkomen tekenen noodgedwongen een kleine ecologische voetafdruk op. Toch dreigen zij de rekening te betalen voor een klimaatbeleid zonder sociale component. Zo treffen de lage emissiezones en een koolstoftaks hen harder, terwijl zij niet de grootste uitstoters van broeikasgas zijn. Ook mensen in armoedesituaties liggen wakker van de ecologische uitdagingen, maar ze worden nauwelijks betrokken in het publieke overleg over de toekomst van onze planeet. Net omdat hun toekomst vandaag al onder druk staat, willen mensen in armoede mee denken en praten.
Een sociaal klimaatbeleid is nochtans perfect mogelijk. Zo bestrijdt energiezuinig renoveren in de sociale huisvesting energiearmoede en dragen investeringen in openbaar vervoer bij aan de strijd tegen klimaatopwarming en vervoersarmoede.
Het is hoog tijd om op een andere manier over armoede en sociale ongelijkheid na te denken. Het 10de ‘Tweejaarlijks Verslag van het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting’ laat er geen twijfel over bestaan: “klimaatbeleid zal sociaal zijn of zal niet zijn.” En ondertussen tonen ook tal van inspirerende en innoverende sociaal-culturele praktijken hoe duurzaam en sociaal hand in hand kunnen gaan.
Veerle Stroobants (Steunpunt tot bestrijding van armoede) neemt je mee in de bevindingen van het tweejaarlijkse Verslag 2018-2019: “Duurzaamheid en armoede. Een bijdrage aan politiek debat en politieke actie.”. Dat rapport kwam tot stand in overleg met mensen in armoede en hun verenigingen en met actoren uit sociale en milieuorganisaties, instellingen en administraties.
Aanpakken van de COVID-19 pandemie leidt over de hele wereld tot dilemma's. In dit boek krijgt de lezer inzicht in die dilemma's en hoe deze succesvol aan te pakken. Tegelijkertijd wordt er in vogelvlucht een beeld geschetst van de aanpak in de diverse landen in de wereld.
Het vermogen om effectief met dilemma’s om te gaan krijgt steeds meer belangstelling. HR heeft volgens de schrijver van het voorwoord Dave Ulrich ook een belangrijke rol als Paradox Navigator. Zo biedt dit boek niet alleen beleidsmakers een leidraad bij het aanpakken van de crisis, maar is het boek ook een mooi naslagwerk voor HR professionals voor het verkrijgen van meer inzicht in de aanpak van dilemma’s en dit bijvoorbeeld te benutten bij de opzet en invulling van veranderings- van change managementtrajecten.
2. 1. KWETSBAARHEID EN VERNEDERING
Wat doet armoede met mensen?
2. TOENEMENDE ONGELIJKHEID EN KWIJNENDE
SOLIDARITEIT
Welke gevolgen heeft het overheidsbeleid?
3. COLLECTIEF ZELFBEDROG
Waarom zal de situatie van arme mensen
voorlopig niet beter worden?
4. ARMOEDE EN POLITIEK
John Lennon zong ooit:
“Woman is the nigger of the world
Yes, she is, think about it
Woman is the nigger of the world
Think about it, do something about it.”
Als het belangwekkende en rijke onderzoeksrapport
Armoede onder vrouwen groeit snel van PVR en Bus
iets doet, dan is het dat het mensen aan het denken
zet over armoede en ertoe aanzet om er iets aan te
doen.
Dit onderzoeksrapport maakt duidelijk dat armoede
iets te maken heeft met politieke keuzes.
5. DE DEPOLITISERING VAN ARMOEDE
Politieke strijd gaat ook over de vraag of iets al dan niet als
een politiek vraagstuk wordt gezien.
Armoede is een vraagstuk dat voortdurend gedepolitiseerd
wordt.
De vraag is wiens belangen worden gediend met de
depolitisering van armoede.
Het antwoord op deze vraag staat niet los van de vraag wat
met ‘armoede als politieke keuze’ wordt bedoeld.
Twee mogelijke betekenissen:
1. Een bewust ascetische levensstijl >
consuminderen.
2. Armoede is het gevolg van verkeerde politieke
keuzen > nieuw armoedebeleid.
6. ARMOEDE
In Nederland leven 1,2 miljoen mensen onder de
armoedegrens; waarvan 350.000 kinderen.
De 157 voedselbanken delen jaarlijks 1,8 miljoen
voedselpakketten uit, waarvan 94.000 mensen
kunnen eten.
In Nederland zijn inmiddels 356.000 arme
werkenden.
Armoede treft vrouwen vaker en harder dan
mannen.
Zo blijkt uit Armoede onder vrouwen groeit snel
dat 46% van de Brabantse vrouwen in financieel
opzicht afhankelijk is van anderen, terwijl dit bij
mannen 30% is.
7. EEN PRECAIR BESTAAN
De morele verontwaardiging over armoede is
meestal van korte duur.
Feitelijk accepteert de Nederlandse samenleving
het bestaan van een onderklasse wier bestaan
precair is.
In Nederland is het percentage arme mensen sinds
1996 nooit lager dan 6% van de bevolking geweest.
Het groeiend aantal werkende armen (working
poor) wordt ook tot dit ‘precariaat’ gerekend.
Deze problematiek is niet uniek voor Nederland,
maar treft men in diverse rijke landen aan.
8. IETS BETEKENEN
In materieel opzicht betekent armoede dat mensen de
eindjes niet aan elkaar kunnen knopen.
In immaterieel opzicht kan gesteld worden dat arme
mensen dikwijls het gevoel hebben dat ze geen
noemenswaardige bijdrage aan de samenleving leveren.
Hen wordt vaak te verstaan gegeven dat ze niets betekenen
voor de samenleving, dat ze slechts profiteren van de
‘hardwerkende Nederlanders’ en niet ‘participeren’.
In de ogen van derden niet verdienstvol te zijn, kan leiden
tot een aantasting van het zelfrespect.
De emotie die daarmee gepaard gaat is schaamte.
Degenen die zich moeten schamen – politici die ver-
antwoordelijk zijn voor het armoedebeleid - doen dat niet.
10. VOEDSELBANKEN
Voedselbanken vormen een goede casus voor het
bestuderen van armoede.
Het doel van voedselbanken is tweeledig:
1. Mensen die niet over de middelen
beschikken om voldoende eten te kopen
te voorzien van voedselpakketten.
2. De verspilling van voedsel dat nog goed
is terug te dringen.
Het fenomeen voedselbanken vloekt met het
zelfbegrip dat Nederland een rijk land is waar
voedselbanken eigenlijk niet nodig zijn.
11. EEN VLOEK
De vraag waarom er dan toch voedselbanken zijn is steeds
meer op de achtergrond verdwenen, omdat burgers zich
vooral concentreren op het helpen van mensen die in
acute nood verkeren.
Symptomatisch is het geval Wouter Bos, die zich tot doel
stelde een einde te maken aan voedselbanken.
Hij verklaarde als volgt waarom de PvdA de
gemeenteraadsverkiezingen in 2006 won: “We deden dat
vooral door het onderwerp armoede centraal te stellen, met als
gênant symbool: de voedselbank. Dat was maar ten dele strategie.
Zelf werden we ook verrast door de kracht van dit issue. Het bleek
een onderwerp waarmee zowel de zorgen van mensen aan de
onderkant van de samenleving over hun eigen situatie, als de zorgen
van de meer welgestelden over de toestand van de samenleving aan
de kaak gesteld kon worden. Als je dat goud in handen hebt, gaat
het al snel goed (met de PvdA).”
12. MISLUKT OVERHEIDSBELEID
Armoede is een onrecht, omdat het mensenrechten
schendt en de democratie ondermijnt.
Omstreden vraag: kan het onder de huidige
omstandigheden daadwerkelijk anders?
Twee mogelijke antwoorden:
1. Pessimistisch antwoord: de armoede van het
armoedebeleid is dat de armoede in Nederland niet
noemenswaardig is gedaald en wellicht zal stijgen.
2. Optimistisch antwoord: voorbij de staat en de
markt wordt vanuit de ‘civil society’ succesvol
gestreden tegen de armoede.
13. DEFINITIEMACHT
De probleemdefinitie (diagnose) is bepalend voor
de contouren van het beleid (therapie).
Definitiemacht: het vermogen om een specifieke
visie op een vraagstuk tegen de weerstand van
anderen met succes als de visie onder de aandacht
te brengen.
Wat is de dominante visie op het vraagstuk van de
armoede?
Dat de armen het probleem vormen en niet de
armoede!
Echter, armoede is het probleem, omdat het om
een verdelingsvraagstuk gaat: hoe kan de rijkdom
van een land eerlijk worden verdeeld?
14. GEVOLGEN VAN HET OVERHEIDSBELEID
Door het neoliberale overheidsbeleid zal de
ongelijkheid toenemen.
De individualisering van het armoedevraagstuk zal
de solidariteit met arme mensen wegkwijnen.
En aangezien de belangen van de onderklasse niet
of nauwelijks gerepresenteerd worden door de
politieke klasse, zal er steeds meer onrust
ontstaan.
Het huidige overheidsbeleid creëert de
voedingsbodem voor opstanden zoals in Frankrijk,
Engeland en Zweden.
16. MORELE VERONTWAARDIGING
De hulp aan arme burgers wordt steeds vaker
gezien als een gunst en steeds minder als een
recht > terugkeer van de charitas.
De morele verontwaardiging over armoede is
meestal van korte duur.
Publieke debat over voedselbanken > voedsel- en
kledingbanken doen mensen goed, maar
tegelijkertijd is het een slechte zaak dat ze in een
rijk land als Nederland nodig zijn.
Voedsel- en kledingbanken dragen niet bij aan de
oplossing van de armoede, maar lenigen enkel de
sociale nood.
17. MEDELIJDEN EN RECHTVAARDIGHEID
Voedselbanken zijn grotendeels gebaseerd op
barmhartigheid > mensen uit medelijden
helpen.
Hierbij gaat het om een brandende kwestie:
staat de barmhartigheid waarop voedselbanken
berusten rechtvaardigheid in de weg?
De barmhartigheid die ten grondslag ligt aan de
tomeloze inzet van vrijwilligers zou (onbewust)
kunnen bijdragen aan het in stand houden van
een onrechtvaardige situatie waarin rijke rijker
en armen armer worden.
18. CONSOLIDERING VAN DE ARMOEDE
Waarom worden er geen structurele maatregelen
genomen om iets tegen de armoede te doen en
ervoor te zorgen dat de voedselbanken op termijn
gesloten worden?
Wat er aan armoede gedaan wordt hangt af van
hoe over armoede wordt gedacht.
De dominante gedachte over armoede dat de
armen het probleem vormen en niet de armoede
zal leiden tot een verdere depolitisering van het
vraagstuk.
Tot deze depolitisering hoort dat armoede eerder
wordt gezien als een kwestie van individuele dan
van collectieve verantwoordelijkheid > daarom zou
de verzorgingsstaat moet worden omgebouwd tot
een participatiesamenleving.
19. DE PARTICIPATIESAMENLEVING
De koning tijdens de troonrede “dat de klassieke verzorgingsstaat
langzaam maar zeker verandert in een participatiesamenleving. Van
iedereen die dat kan, wordt gevraagd verantwoordelijkheid te nemen
voor zijn of haar eigen leven en omgeving.”
De legitimatie > “De klassieke verzorgingsstaat uit de tweede helft
van de twintigste eeuw heeft juist op deze terreinen regelingen
voortgebracht die in hun huidige vorm onhoudbaar zijn en ook niet
meer aansluiten bij de verwachtingen van mensen. In deze tijd willen
mensen hun eigen keuzes maken, hun eigen leven inrichten en voor
elkaar kunnen zorgen. Het past in die ontwikkeling zorg en sociale
voorzieningen dicht bij mensen en in samenhang te organiseren.”
Dit verhaal berust op een collectief zelfbedrog > ten tijde van de
verzorgingsstaat werd ook geparticipeerd; verschillen tussen burgers
m.b.t. de mogelijkheden en beperkingen om te participeren worden
veronachtzaamd; burgers willen niet meer kiezen, maar meer
zekerheid; participatie wordt gereduceerd tot sociale participatie.
20. VERANTWOORDELIJK VOOR DE ARMOEDE
Politieke kwestie: wie is verantwoordelijk voor de
armoede?
Zij die (economische) regels in het leven hebben
geroepen die ervoor zorgen dat er geen sprake is
van een zekere mate van gelijke vrijheid, alsmede
degenen die nalaten ervoor te zorgen dat deze
regels veranderen.
Armoedebeleid moet primair gericht zijn op het
veranderen van de economische regels die invloed
hebben op de kwaliteit van leven van mensen.
Daarvoor zal de huidige maatschappelijke orde
radicaal moeten veranderen!
21. AANBEVELINGEN
Repolitisering van het armoedevraagstuk betekent helpen
onder protest.
Tegen die achtergrond kunnen enkele aanbevelingen
worden geformuleerd:
1. Onderken dat armoede primair een
verdelingsvraagstuk is dat vrouwen en migranten
onevenredig hard treft.
2. Doe landelijk onderzoek naar de feminisering van de
armoede.
3. Maak de toelagen automatisch over aan de armen.
4. Experimenteer in diverse gemeenten met een
basisinkomen.
5. Verhoog de uitkeringen.
22. VRAGEN ANTWOORDEN STELLINGEN
Wat doet
Armoede
met mensen?
Ze ondermijnt de
materiele en immateriële
zekerheid van mensen.
Politici en niet armen
zouden zich moeten
schamen!
Welke gevolgen
heeft het
overheidsbeleid?
Toenemende ongelijkheid,
kwijnende solidariteit en
uiteindelijk meer sociale
onrust.
Er is geen enkele
reden om optimistisch
te zijn m.b.t. het
armoedebeleid!
Waarom zal de
situatie van arme
mensen voorlopig
niet beter
worden?
Omdat het
overheidsbeleid berust op
een collectief zelfbedrog,
namelijk dat de
participatiesamenleving
een oplossing biedt voor
de armoedeproblematiek.
Het neoliberale beleid
is onverenigbaar met
democratische
principes!