3. Hoofdhuis : Nance was een kapotte robot. Joan en Jade huilden om
haar.
Jade : Jack stelde voor naar Nance te kijken. Violet groeide op naar
peuter. Moos en Jack trouwden.
Yara : Yara beloofde Kyle en Amanda voor hun baby te zorgen tot ze
afstudeerden.
Elora : Lotte kwam langs en vertelde haar ouders dat ze op meisjes
valt.
Milo : Isabella partyde met haar beste vriend Aaron in bad.
Nienke : Björn kwam op bezoek met de mededeling dat hij niet
langer verloofd was. Hij ging niet meer weg.
Universiteit : Amanda beviel van vier meisjes. Thijmen en Aimee
hadden sneaky seks. Lotte vertelde iedereen dat ze op meisjes
valt. Damian vroeg Katja om met hem samen te wonen.
Er waren struggles met Megan en Lucas maar het was ok, hij
hielp alleen maar. Megan stelde Bob voor. Lucas vroeg Anouk
met hem te trouwen.
Alle studenten studeerden af.
4. Hoofdweg 1
Het was Jack die hen het trieste nieuws mededeelde.
‘Ik had ze echt heel erg graag ontmoet!’ snikte Aimee tegen
zijn borst terwijl ze opgekruld tegen hem aan op de bank
zat. Hij streek over haar rug en staarde voor zich uit. Hij had
ook graag gewild dat zijn ouders haar hadden leren kennen.
Maar zo mocht het niet zijn.
5. Het was allemaal puur toevallig gebeurd. Jack was
langsgekomen om naar Nance, de servo, te kijken en was
verbaasd geweest toen de deur niet voor hem geopend
werd. Hij had gebeld, maar ook de telefoon werd niet
beantwoord. Uiteindelijk had hij via de onafgesloten zijdeur
het huis in weten te komen.
6. Daar had hij Joan en Jaap gevonden, vredig in hun bed. Hij
was er niet te veel over uitgewijd, wat Thijmen wel fijn
vond. Het was allemaal gewoon in hun slaap gebeurd, werd
hen later verteld. En dat allemaal net voor Thijmen en
Aimee waren geariveerd van de universiteit. Meer dan ooit
voelde Thijmen zich verplicht de familie legende voort te
zetten. Hij zou zijn ouders trots maken.
7. Hij kuste Aimee op haar hoofd en sloot zijn armen nog wat
steviger om haar heen. ‘Het is oké.’ Haar nagels groeven in
zijn shirt. Ze snufte luid. ‘Het spijt me, het zijn jouw ouders.’
Ze tilde haar hoofd op en keek hem verontschuldigend aan.
‘Ik weet niet wat me bezield, het voelt gewoon allemaal zo...’
Ze slikte diep. Hij trok haar weer dichterbij. ‘Ik weet het.’
8. Ze legde haar hoofd op zijn schouder. ‘Ik had me er gewoon
heel erg op verheugd ze te leren kennen en grapjes met ze te
maken en genante dingen over jou te weten te komen.’ Ze
stopte even. ‘Alsof ze ook mijn ouders zijn, snap je?’ Hij
begreep het. Hij haalde diep adem. ‘Ik zal je alle genante
dingen die ik me kan bedenken vertellen, oké?’ Hij voelde
haar glimlachen.
9. Maar het deed pijn. Pijn om te weten dat zijn ouders nooit
zouden zien wat hij was geworden, en hoe hij zich nog zou
ontwikkelen. Nooit zouden ze weten hoe Aimee hem liet
voelen, en nooit zouden ze hem zijn ja-woord aan haar
horen geven. Nooit zouden ze hun kleinkinderen zien, of
ooit nog een verjaardag meemaken. En dat deed meer pijn
dan hij wilde laten zien.
10. Die avond waren ze bezig zich klaar te maken voor bed toen
Aimee hem bezorgt aankeek. ‘Thijmen?’ Hij zat met zijn
hoofd in zijn handen op de rand van het bed en met een
zucht liep ze op hem af en ging naast hem zitten. Ze sloeg
haar armen om hem heen en liet haar hoofd op zijn
schouder zakken.
11. Hij draaide zijn hoofd naar haar toe en ze voelde zijn hand
aan de onderkant van haar nachthemd. ‘Thijmen,’ Ze voelde
zijn hand verder omhoog kruipen. ‘Het is onze eerste nacht
hier.’ Hij duwde haar langzaam achterover. ‘Dat moet gevierd
worden.’ De droevige blik in zijn ogen deed haar meer pijn
dan ze wilde laten merken, dus liet ze zich in het dekbed
zakken.
12. Hoofdweg 2
Het was al laat op de avond, maar Jade was nog steeds
achter de computer te vinden. Geen goede gewoonte voor
een vrouw van haar leeftijd, maar ach. Wat haar wel
verbaasde die avond, was dat Violet naar haar toe kwam
gewaggeld. ‘Hoor jij niet al lang in bed te liggen, knorretje?’
Violet had grote ogen en trok aan Jade’s broekspijp. ‘Opa,’
13. Er klonk een onregelmatige ademhaling en geschrokken
keek Jade op. Constantijn stond in het midden van de kamer
naar iets in de verte te staren.
‘Dit is niet goed,’ mompelde ze terwijl ze van haar stoel op
stond en langzaam naar haar man toe liep.
14. Het volgende moment barstte ze in huilen uit, toen de
situatie tot haar doordrong. Violet keek even van haar opa
naar haar huilende oma en haar onderlip begon te trillen.
Jade probeerde haar te kalmeren, maar dat ging nu eenmaal
niet zo gemakkelijk door haar eigen paniek. Al snel huilde
Violet dan ook tranen met tuiten, terwijl Constantijn
langzaam vervaagde.
15. Ze stopte niet. De kamer was leeg voor al minstens vijf
minuten, maar de tranen bleven komen. Er was een leegte
ontstaan waar haar man had gestaan. En nu zou ze hem
nooit meer zien.
Ondertussen drukte Violet zich op haar handen op en
waggelde naar haar oma toe.
16. Tranen liepen over haar wangen terwijl ze haar oma’s been
vastgreep. ‘Oma, niet huilen.’ Ze drukte haar natte wang
tegen de witte broekspijp. ‘Komt goed.’ Jade haalde nog een
paar keer schokkend haar schouders op voor ze haar
kleindochter optilde.
17. ‘Het is goed, knorretje. Stil maar Violet.’ Ze drukte het kleine
lichaampje dicht tegen zich aan, waarop Violet haar hoofd
tegen Jade’s schouder liet rusten. Haar korte armpjes
omklemden stevig Jade’s nek.
18. ‘Het is al goed.’ suste Jade haar, terwijl nieuwe tranen over
haar wangen stroomden.
‘Hou van jou, oma.’ fluisterde Violet terwijl haar vuistje de
groene trui omklemde. ‘En ik hou van jou.’ Jade kuste haar
voorhoofd. ‘Het komt goed.’
19. Vermoeid wreef Moos in haar ogen. ‘Goed, ik heb iedereen
gebeld en ook met de gemeente geregeld dat we pap samen
met Joan en Jaap kunnen laten begraven.’ Haar moeder
knikte. ‘Ik ga maar slapen, denk ik.’ Jade pakte Violet op, die
op het vloerkleed had liggen spelen met haar pop. ‘Mam, ik
breng haar wel naar bed.’ bracht Moos er tegenin terwijl ze
haar moeder tegenhield bij haar arm. Jade schudde haar
hoofd. ‘Ik breng haar naar bed.’
20. Moos liet haar hand van haar moeders arm glijden en keek
haar en Violet na terwijl ze naar boven verdwenen. Jack
sloeg van achter haar zijn armen om haar heen en kuste
haar op haar hoofd. Ze legde haar handen op die van hem en
was even stil.
21. ‘Jack, dit is niet de manier waarop ik het je had willen
vertellen, maar...’ Ze draaide zich om in zijn armen, en zag
zijn bezorgde blik. Met haar handen omklemde ze zijn
gezicht. ‘Ik ben de laatste tijd zo misselijk. ’s Ochtends.’
Jack’s mondhoeken krulden iets omhoog. Opgelucht blies ze
haar adem uit terwijl hij haar kuste en dichter tegen zich
aan trok.
22. Ondanks alle drukte van die nacht was er de volgende dag
toch nog ruimte voor wat vrolijkheid. Met grote ogen
staarde Violet over de schouder van haar moeder, naar haar
vader die een hels kabaal maakte.
23. ‘Papa is tenminste al in de feestbui, of niet soms?’ grinnikte
Moos bij Violets oor, die giechelde. Ze keken even samen
naar Jack en lachten hem flink uit voor Moos zich naar de
taart toe boog en op de kaarsjes wees. ‘Als we ze allemaal
weten uit te blazen, mag je een wens doen. Oké schatje?’
Violet knikte opgewonden.
24. Onnodig om te zeggen dat alle kaarsjes keurig werden
uitgeblazen. Moos sneed een stuk taart af voor Violet, die
zich daar gewillig opstortte, en richtte zich toen tot haar
man. ‘Het is dat ik al met je getrouwd ben, want je gedrag is
soms twijfelachtig.’ Hij legde zijn hand op haar buik en
grinnikte. ‘Maar goed dat we getrouwd zijn dan.’
25. Toen Violet naar boven verdween om zich om te kleden,
duwde Moos zich iets van Jack af en grinnikte. ‘Ze is geen
klein babytje meer.’ Jacks mondhoeken krulden omhoog
terwijl hij naar haar buik staarde. ‘Dat is binnenkort ook
weer opgelost.’
‘Ik denk dat ik Nienke maar ga bellen om het haar te
vertellen. Hoe langer ik het voor me houd, hoe gruwelijker
ze mijn dood zal maken.’
26. Even later kwam Jack terug met limonade voor hun twee en
Violet, als ze ooit nog eens tevoorschijn kwam, om Moos
tegen de telefoon te zien schreeuwen. ‘WAT BEDOEL JE JIJ
BENT OOK ZWANGER?’ Met haar vrije hand gebaarde ze
Jack dichterbij te komen en griste toen een glas uit zijn
handen. Het glas met een rietje er in, dat eigenlijk voor
Violet bedoeld was.
27. Het was eigenlijk wel grappig om Moos verwoed op een
rietje te zijn kauwen. Hij zette de twee overige glazen neer
en liep weer weg naar de keuken om een rietje voor Violet
te halen.
28. ‘Mama is aan het schreeuwen.’ werd hem meegedeeld toen
hij zich omdraaide van het keukenkastje. Hij grinnikte en
tilde toen zijn dochter op. ‘Ja, mama is een beetje koe-koek.’
Met zijn vrije hand maakte hij een gebaar voor zijn hoofd.
Violet lachte. ‘Mama zegt altijd dat jij koe-koek bent.’ Ze
deed het gebaar na. Ze liepen terug naar de woonkamer,
waar Moos aan het ijsberen was. ‘Maar goed dat we elkaar
gevonden hebben dan.’
29. Moos opende de deur voor Nienke en wees verontwaardigd
naar diens buik. ‘Jij vuile zwangere walvis.’ Nienke rolde met
haar ogen en omhelsde haar. ‘Je bent zelf ook zwanger jij
hypocrytische olifant.’ Moos porde haar in haar flink
uitstekende buik. ‘Ik ben geen olifant, jij bent veel dikker.’
30. Ze kibbelden door terwijl ze naar de bank liepen en daar
allebei met een zucht op neerploften. ‘Dus Björn blijft, krijg
ik zo het idee.’ Nienke grinnikte. ‘Ja, Björn blijft.’
Het was even stil terwijl ze glimlachend in elkaars buik
prikten. ‘Zullen we onze buiken gaan meten en chocoladeijs
eten?’
‘Jup.’
31. Hoofdweg 3
‘Ik ben moe.’ deelde Amanda mee terwijl ze op het bed
neerplofte. Kyle kwam naast haar liggen en samen staarden
ze naar het plafond. ‘Ik ook. Ik wil tachtig jaar slapen.’
Amanda draaide haar hoofd naar hem toe en lachte. ‘Wij
hebben vier kinderen.’ ‘Ik ben me hier behoorlijk bewust
van.’ Hij sloeg een arm over haar buik. ‘Ik meen het, ik wil
slapen.’
32. ‘Mag niet.’ Ze sloot haar ogen. ‘Misschien heel eventjes. Waar
is je moeder?’ Kyle trok een gezicht. ‘Ze doet cardio voor de
tv. Ik ga daar niet naar binnen, ze draagt een stretch pakje.
Ik ben bang.’ Ze lachte tegen zijn borst. ‘We zetten de
babyfoon gewoon op een hoog volume. Als er dan iets is
worden we wel weer wakker.’
33. ‘Uhuh,’ Hij trok haar dichter tegen zich aan. ‘Misschien raken
we in een coma slaap en zullen we onze dochters nooit
meer zien.’ mompelde hij met zijn ogen gesloten. ‘Kyle!’ Ze
sloeg hem hard op zijn borst. ‘Niet dat dat ook gaat
gebeuren, maar stel dat.’ ‘Hm, wat zou dan de laatste keer
zijn dat je je dochters zag?’
34. Zijn mondhoeken krulden langzaam omhoog. ‘Gelukkig zijn
dit allemaal memorabele momenten geweest.’ Hij schraapte
zijn keel. ‘De laatste keer dat ik Spring zag was toen ze
banaan over mijn schouder uitspuugte en jij haar meenam
voor een schoonmaakbeurt.
35. Daarna bekommerde ik me over Summer, die in mijn neus
kneep en dat erg vermakelijk vond. Maar toen ik in haar
neus kneep was het plots drama en begon ze te huilen,
waarna mam haar hoofdschuddend meenam om haar naar
bed te brengen.’ Hij dacht even na.
36. ‘Toen heb ik mijn schouders opgehaald en liep naar de
woonkamer om voetbal te kijken, maar kwam jij opeens met
Autumn op je arm en werd zij in mijn armen gedrukt.’ Hij
wees beschuldigend naar haar. ‘Jij verdween vervolgens,
waarop Autumn me probeerde te beklimmen alsof ze een
kleine aap was. We kregen er net plezier in toen jij weer
verscheen en haar weer meenam.
37. En de laatste keer dat ik Winter zag was na dat alles, toen ik
eindelijk voetbal kon kijken maar zij begon te huilen,
waarop ik haar eerst een kwartier heen en weer heb
gewiegd voor ze op mijn buik in slaap viel. Een halfuur later
kwam mam haar cardio doen en ben ik weggevlucht naar
hier.
38. En dan ben jij het laatste geweest dat ik ooit zag. En dat
maakt me behoorlijk blij.’ Hij draaide zijn hoofd naar haar
toe. ‘Dat maakt mij ook best blij.’ Ze kuste hem.
‘Genoeg gekust nu, ik wil slapen.’ Ze grijnsde en legde haar
hoofd op zijn borst. ‘Slaap lekker.’ Het was vier uur ‘s
middags. ‘Slaap lekker.’ Hij kuste haar haren. Beiden sloten
hun ogen en even vulde hun ademhaling de ruimte, tot er
een gehuil uit de babyfoon klonk.
39. ‘Mam, pap, dit is Sophia.’ Zenuwachtig keek Lotte toe hoe
haar ouders Sophia een hand gaven en haar welkom heetten
in het huis. Er viel een korte stilte waarin iedereen
ongemakkelijk naar elkaar staarde, tot haar moeder haar
vader meenam om thee te gaan zetten. Een taak die
duidelijk geen assistentie nodig had.
Hoofdweg 4
40. Sophia glimlachte haar ouders nog een tijdje na, voor de
zekerheid, en ademde toen opgelucht uit. ‘Je ouders komen
erg aardig over.’ Ze draaide zich om naar Lotte en de lach
stierf van haar gezicht. ‘Ben je nou je adem aan het
inhouden?’ vroeg ze verbaasd, een giechel onderdrukkend.
Paniekerig haalde Lotte adem. ‘Het is allemaal zoveel
opeens.’
41. ‘Wat?’ Bezorgd legde Sophia haar armen rond haar middel
en trok haar iets tegen zich aan. ‘Om een meisje mee te
nemen, om jou mee te nemen naar mijn ouders. Dat we hier
gaan wonen. Het voelt alsof ik hier langer over heb moeten
nadenken.’ Sophia’s greep verslapte iets. ‘Heb je spijt dat je
me hebt gevraagd hier te komen wonen?’
42. Met grote ogen staarde Lotte haar aan en legde toen haar
handen om Sophia’s gezicht. ‘Nee, absoluut niet.’ Ze
glimlachte geruststellend. ‘Ik weet alleen niet of mijn ouders
er wel klaar voor zijn. Ik heb ze niet zoveel tijd gegund
eraan te wennen. Ik was er gewoon opeens, met jou, en ik
weet niet hoe het gaat zijn de eerste paar weken.’
43. Sophia sloeg haar ogen neer. ‘Denk je dat je je zoveel zorgen
had gemaakt als je een jongen mee had terug genomen?’
Lotte’s mondhoek trok iets omhoog. ‘Dan had ik me nog
meer zorgen gemaakt, want dan zou ik hem moeten
vertellen dat ik andere onderdelen dan de zijne
prefereerde.’ Sophia duwde zachtjes tegen haar schouder. ‘Je
weet wat ik bedoel.’
44. ‘Zou het makkelijker zijn? Misschien.’ antwoordde ze naar
waarheid. ‘Maar dat alleen maar omdat niemand anders zou
weten. Dit is nieuw en anders, maar het is niet verkeerd en
ik heb er zeker geen spijt van. Mijn ouders zijn oud, maar ze
willen dat ik gelukkig ben. En zodra ze merken dat ik nooit
gelukkiger ben geweest,’ Ze glimlachte breed en trok Sophia
dichter tegen zich aan. ‘zullen ze net zoveel van je houden
als ik dat doe.’
45. De rest van de dag waren ze druk bezig met het uitpakken
van hun spullen, waarbij Elora regelmatig de slaapkamer in
kwam om Sophia de oren van het lijf te vragen. Toen ze die
avond aan tafel zaten voor het avondeten was Sophia’s hele
leven al uitgepluisd, en werd er over heel gewone dingen
gepraat.
46. Tevreden keek Lotte toe hoe haar moeder Sophia nog meer
eten aan probeerde te bieden, en hoe Sophia het op haar
beurt met een grote glimlach in ontvangst nam.
Toen haar vader erachter kwam dat Sophia’s vader haar
vroeger altijd meenam naar zijn garage, begonnen ze
enthousiast te praten over oude auto’s die nooit en te
nimmer meer de weg op zouden mogen.
47. Toen het later werd en haar ouders geen nieuwe vragen
meer konden bedenken voor Sophia, zeiden ze
goedenavond en verdwenen naar boven.
Nadat ze alle glazen in de vaatwasser hadden gezet en de
lichten beneden hadden uitgedaan, gingen Lotte en Sophia
zelf ook naar boven.
48. ‘Ik denk dat ik het er nog best goed vanaf heb gebracht.’
concludeerde Sophia terwijl ze haar pyjamabroek aantrok.
Lotte stond in het midden van de kamer haar tanden te
poetsen. ‘Ik ben trots op je.’ wist ze er wat vervormd uit te
krijgen, terwijl de tandpasta uit haar mond, over haar kin
gleed.
49. ‘Wist je dat je een stuk minder aantrekkelijk bent met
tandpasta op je kin?’ vroeg Sophia grinnikend. Lotte rolde
met haar ogen en liep de kamer uit om haar gezicht schoon
te maken.
Ze kwam terug in haar pyjama (en zonder tandpasta op
haar kin), en kroop naast Sophia onder het dekbed.
50. ‘Onze eerste nacht hier, best spannend hè?’ Ze draaide haar
hoofd Sophia’s kant op. ‘Het is net alsof ik hier aan het
logeren ben.’ fluisterde Sophia als antwoord. Lotte zocht
naar haar hand onder het dekbed. ‘Maar snel zullen we
hieraan gewend zijn. Dan hebben we een heel dagritme en
denken we er niet eens meer over na om ons ongemakkelijk
te voelen.’ Sophia draaide haar hoofd ook en glimlachte. ‘Ja,
snel.’
51. Verderop in de gang staarde Elora bedachtzaam naar het
plafond. ‘Wat zouden ze aan het doen zijn, denk je?’ vroeg ze
zachtjes aan Josh, die al met zijn ogen dicht naast haar lag.
‘Slapen, waarschijnlijk.’ mompelde hij, een gaap
onderdrukkend.
‘Best vreemd hè?’ klonk het naast hem.
‘Niet echt, het is één uur ‘s nachts.’ Ditmaal gaapte hij luid.
52. ‘Dan vraag ik me toch af hoe dat allemaal gaat tussen twee
meisjes.’
‘Ik denk dat je te oud bent voor een experimentele fase.’
Eindelijk kreeg ze door dat haar man haar zat te plagen, dus
stompte ze hem grinnikend tegen zijn arm. ‘Zolang je me
niet verlaat voor een jongere vrouw, mag je me slaan zoveel
je wilt.’ grijnsde hij, waarna ze beiden in slaap vielen.
53. Hoofdweg 5
‘Je ziet er geweldig uit lieverd! Draai nog eens een rondje.’
‘Mam...’ Isabella rolde met haar ogen terwijl ze nog eens
ronddraaide. ‘Een echte jonge dame.’ fluisterde Mira trots.
‘Mam...’ Isabella zuchtte en omhelsde haar moeder.
54. ‘Kan ik nu gaan? Aaron trakteerd me op voedsel omdat het
mijn verjaardag is. Gratis voedsel, die kans krijg ik maar één
keer in het jaar. Dat kan ik niet aan me voorbij laten gaan.’
Mira lachte. ‘Oké, veel plezier dan maar.’ Ze kreeg een
vluchtige kus op haar wang, maar daarna was haar
tienerdochter uit het zicht verdwenen.
55. ‘Mogen mijn ogen al open?’ Isabella trappelde van ongeduld,
terwijl ze haar handen voor haar ogen hield. ‘Nee, eerst
draai ik je nog een paar keer rond zodat je je niet meer kan
oriënteren.’ Hij begon aan haar arm te trekken en braaf
begon ze te draaien.
56. ‘Aaron, ik weet al waar we zijn.’ ‘Correctie, dat weet je niet.
Je bent volledig gedesoriënteerd.’ klonk Aarons stem achter
haar. ‘We hebben afgesproken voor de Subway, ik denk dat
de verassing er behoorlijk af is.’ grijnsde ze.
57. Hij stopte met haar ronddraaien en trok haar handen voor
haar ogen weg. ‘Ogen open, en doe of je verrast bent, jij
vieze pretverpester.’
Braaf opende ze haar ogen en knipperde een paar keer. ‘Dat
is de H&M.’ wees ze hem er op. Ze draaide zich om, naar
waar ze wist dat de Subway was en trok hem mee.
58. ‘Je was in ieder geval verward. De verassing bleef!’ Vrolijk
hield hij de deur voor haar open. Medelijdend legde ze haar
hand op zijn schouder. ‘Nee Aaron, nee.’
59. Hoofdweg 6
Nienke was hongerig, moe en zwanger. Ze stond op knappen
en had een onbekend aantal achtereenvolgende dagen op de
bank doorgebracht. Björn was weg met Holiday en ze had
zich niet eens bewogen om koekjes uit de keuken te halen.
Haar situatie was kritiek. Gek was het dan ook niet, dat
zodra ze de deurbel hoorde ze hardop kreunde en een
onbeheersbare woede haar vulde.
60. Ze hees zichzelf omhoog van de bank en strompelde kwaad
mompelend naar de voordeur. Vermoeid greep ze naar de
deurknop en opende de deur. ‘Dit kan het maar beter waard
zijn, want anders sta ik niet langer in voor mijn acties.’ zei
ze tegen de figuur aan de andere kant van de nog maar half
geopende deur, terwijl ze met haar vrije hand haar rug
ondersteunde.
61. Verbaasd en een beetje (een heel klein beetje) beschaamd
staarde Nienke naar een onbekende persoon. Deze staarde
meteen naar haar buik en trok een beetje wit weg. ‘Oh
wauw. Auw.’
Nienke kneep haar ogen een beetje samen terwijl ze
neerkeek op het meisje. ‘Sorry, ik verwachtte niet dat je
iemand zou zijn die ik niet kende. Normaal ben ik veel
aardiger, maar…’ Ze wees naar haar uitstekende buik.
62. Het meisje, of de heel erg knappe jonge vrouw, staarde met
grote ogen naar haar buik, alsof ze nog nooit zoiets
afschrikwekkends had gezien,
Ondertussen begon Nienke zich steeds ongemakkelijker te
voelen. ‘Geen zorgen, ik ben niet heel erg dik, gewoon
zwanger.’
63. Eindelijk keek de vrouw haar weer aan. ‘Sorry.’ Het leek
alsof ze zich om wilde draaien, maar zich toen weer
bedacht. ‘Ik kom eigenlijk voor… Voor Björn? Ik had niet
verwacht...’
Nienke nam haar van top tot teen in zich op en stapte toen
opzij. ‘Kom binnen.’
64. Drie kwartier later werd de voordeur geopend en kwam
Holiday de woonkamer ingestormd, kort daarop gevolgd
door Björn. ‘Serieus Nien, Holiday poept zoveel, ik denk dat
we haar na moeten laten-’ Hij stopte in de deuropening toen
hij zag dat Nienke niet alleen op de bank zat. ‘Oh shit.’
65. Ze stond op toen hij niets meer zei. ‘Het spijt me. Ik wil jullie
geen last bezorgen. Ik kwam alleen maar om te kijken hoe
ze was.’ Vlak voor hem bleef ze stilstaan. ‘Duidelijk was ze
het allemaal waard voor jou. Dat wilde ik gewoon even
zeker weten.’ Even staarde ze hem aan, maar liep toen langs
hem heen. ‘Ik ga nu weer. Het was… Interessant om je te
ontmoeten Nienke. Succes met de baby.’
66. Nienke staarde hem vanaf de bank met een dodelijke blik
aan. ‘Ik laat je wel even uit.’ mompelde hij terwijl hij de deur
voor haar openhield. ‘Het spijt me.’ zei hij haar nog voor ze
kort knikte en de deur doorliep, weg van het huis en weg
van hem.
67. Zodra de deur weer was gesloten en Björn terug de kamer
in was geschuifeld, begon Nienke te schreeuwen. ‘Hoe kon
je haar dat aandoen?’ Ze sloeg hem hard tegen zijn
bovenarm. ‘Auw- Nien!’ Hij greep naar de zere plek. ‘Ik deed
het niet om haar pijn te doen, ik ging weg omdat ik alleen
van jou houdt.’ probeerde hij uit te leggen, waarop ze
gefrustreerd kreunde en terugzakte in de bank.
68. ‘Je wist dat ik mijn verloofde voor jou had verlaten, waarom
vind je het nu zo erg?’ Hij probeerde naast haar te gaan
zitten, maar ze sprong (ofnouja, hees zichzelf met veel
gekreun) meteen weer overeind en keek op hem neer.
‘Toen was ze niet echt. Nu stond ze voor mijn deur en zat ze
in mijn huiskamer. En ze is er ziek van. Ze is er duidelijk
helemaal, compleet ziek van Björn!’
69. Met een kreun haalde hij zijn handen door zijn haren. ‘Wat
had ik dan moeten doen? Had ik bij haar moeten blijven,
wetend dat jij er was en alles wat ik voelde moeten negeren
alleen maar om haar alle pijn te besparen?’ Hij keek haar
aan met smekende groene ogen en ze wist dat ze daar geen
antwoord op kon geven.
‘Ik ga naar bed. Jij slaapt vanavond op de bank.’ En ze
stormde de kamer uit.
70. Ze lag in bed en wist dat ze misschien iets minder fel
gereageerd had als ze niet zwanger was geweest. Maar ze
voelde zich misselijk bij de gedachte dat ze iemand anders
zoveel verdriet had gedaan, zonder het te weten. De trap
kraakte en ze wist dat Björn naar boven kwam, dus trok ze
het dekbed steviger om zich heen.
71. ‘Nien?’ Ze lag met haar rug naar hem toe in de donkere
kamer en hoopte dat hij weg zou gaan.
Het bed kraakte terwijl hij over zijn kant naar haar toe
schoof. ‘Waarom ben je zo boos?’ vroeg hij zachtjes, dicht bij
haar oor. Zijn hand lag over het dekbed heen op haar buik
en ze kneep de stof samen in haar gebalde vuist. Ze wilde
huilen, al deed ze dat eigenlijk nooit.
72. ‘Of is er nog iets anders?’ vroeg hij bezorgd, terwijl hij
voorzichtig probeerde haar lichaam naar hem toe te
draaien.
Voor ze het wist voelde ze een traan over haar wang glijden,
maar ze had geen zin om hem weg te vegen. ‘Ze stond voor
de deur en ik wist niet wie ze was, maar ik zag hoe ze naar
me keek en ik voelde het.’ Ze haalde diep adem.
73. ‘Ik voelde me zo schuldig, terwijl ik er niets aan kon doen. Ik
heb je niet aangezet haar te verlaten, zelfs niet met alles wat
ik voor je voel, maar ze keek me aan met zo’n blik en ik
voelde me zo schuldig.’ Ze draaide zich op haar rug zodat ze
hem aan kon kijken en voorzichtig veegde hij de traan van
haar wang. ‘Je bent zo’n eikel.’ fluisterde ze, verstikt door
haar verraderlijke, zwangere emoties.
74. Hij sloeg zijn ogen neer, zijn duim stopte in zijn beweging
over haar wang en lag alleen nog maar stil. ‘Ik weet het.’ zei
hij uiteindelijk, waarop ze luid snikte. ‘Misschien is het geen
excuus, maar nadat ik jou weer gezien had kon ik mezelf
gewoon niet meer stoppen. Jij bent het altijd geweest voor
mij. Na het misverstand, nadat ik niet naar je wilde luisteren
en gewoon ben afgestudeerd en weg ben gegaan, kon ik het
niet opbrengen je nog een keer te laten gaan.’
75. Hij omvatte haar gezicht met zijn hand. ‘Ik heb er niet over
nagedacht, ik moest het beëindigen met haar en terug naar
jou komen, voor het misschien te laat zou zijn.’ Zijn gezicht
hing vlak boven het hare en ze wilde dat het daarmee
allemaal gezegd was. In plaats daarvan gleden er nog meer
tranen over haar gezicht.
76. ‘Dat maakt me juist zo bang.’ Ze haalde diep adem. ‘Dat je er
niet over nadacht. Toen ik haar zag realiseerde ik me pas
wat wij aan het doen waren.’ Ze knipperde de tranen uit
haar ogen, zodat ze hem recht kon aankijken. ‘Wat als je hier
niet goed over na hebt gedacht. Over ons. Je bent hier
komen wonen en ik ben zwanger en we hebben er geen
moment bij stilgestaan wat we aan het doen zijn.’ Ze slikte
diep. ‘En wat als je je bedenkt?’
77. Hij wist niet of hij moest lachen of huilen. Hij liet zijn
voorhoofd tegen dat van haar rusten en streek met zijn neus
langs die van haar. ‘Ik zal me niet bedenken. Ik heb jaren
gehad om na te denken over ons, dat is waarom alles zo snel
is gegaan sinds ik hier ben.’ Hij sloeg zijn arm stevig om haar
heen terwijl haar trillerige ademhaling zijn hart sneller
deed kloppen.
78. ‘Jij bent alles dat ik ooit gewild heb, de enige waaraan ik de
afgelopen jaren heb kunnen denken zelfs als ik probeerde
dat niet te doen en dat je denkt dat dat misschien niet voor
altijd zou kunnen zijn, doet ongelofelijk veel pijn. Ik kan jou
er niet honderd procent van overtuigen dat je geen gelijk
hebt, maar ikzelf weet dat dit het is. Ik wil jou en ik wil onze
baby en ik wil het voor altijd.’
79. Voor ze nog iets kon zeggen of meer onzekerheden kon
uitten, trok hij haar tegen zich aan en kuste haar alsof zijn
leven ervan afhing. Ze sloeg haar armen om zijn nek en al
snel kwamen er geen nieuwe tranen meer. Tussen hen in
schopte de baby en met een grote lach liet hij zijn hand
onder het dekbed glijden om haar buik beter te kunnen
voelen.
80. ‘Ik hou van jou, jij eikel.’ fluisterde Nienke op een serieuze
toon terwijl hij zijn kleren uittrok tot hij in zijn ondergoed
onder het dekbed schoof.
Hij sloeg zijn armen weer om haar heen en tevreden
nestelde ze zich tegen hem aan. ‘Ik hou ook van jou.’
Een tijdje lagen ze in stilte, terwijl Björn door haar haren
streek en haar hoofd kuste, tot hij zijn mond weer
opendeed. ‘Laten we ons voor altijd officieel maken.’
81. ‘Ik kan gewoon bijna niet geloven dat dit ons huis is.’ Katja
stond met een enorme glimlach in de hal van het
brandschone, gloednieuwe huis. De afgelopen weken waren
ze dan wel druk bezig geweest met het inrichten en het
woonklaar maken, maar vandaag was de dag dat ze officieel
introkken.
Hoofdweg 7
82. ‘We wonen samen. Hier.’ glunderde ze terwijl ze haar armen
om Damians nek sloeg. Hij glimlachte terug, sloeg zijn
armen om haar middel en trok haar dichter tegen hem aan.
‘Het is helemaal van ons en we zijn hier helemaal alleen.’
beaamde hij.
‘Tijd om de koffers uit te pakken!’ riep Katja vrolijk uit
terwijl ze een koffer pakte en ermee de trap op begon te
rennen. Hoofdschuddend volgde Damian haar met de rest
van de bagage.
83. Toen hij in de slaapkamer aankwam lag Katja’s koffer al
open op het bed en was ze druk bezig haar kleren vanuit de
koffer naar de kledingkast te het verplaatsen.
Aan de andere kant van het bed opende Damian zijn eigen
koffer en wilde deze gaan uitpakken, maar Katja maaide
vermoed met haar armen. ‘Dat doe ik wel, dan kan ik een
juiste indeling van de kast voor ons bepalen.’
84. Hij staarde haar even aan, maar rolde toen met zijn ogen,
omdat hij wist dat er tegenin gaan absoluut geen zin had. En
als zij graag zijn spullen wilde opruimen, dan had hij daar
geen problemen mee. ‘Ik ga beneden de tv maar eens
aansluiten.’ zei hij daarom vrolijk voor hij haar een kus gaf
en naar beneden verdween.
85. Enthousiast ging Katja verder met het inruimen van de
kleren, ondertussen neuriënd, tot haar eigen koffer
helemaal leeg was. Ze kwam tot de conclusie dat, hoewel ze
zelf twee laden in beslag had genomen, Damian vast wel
genoeg zou hebben aan één lade. Ze liep om het bed heen en
opende zijn koffer, waarin ze eerst zijn donkerblauwe van
zijn zwarte sokken begon te scheiden, omdat hij die
helemaal door elkaar had gegooid.
86. Ze begon zich net af te vragen hoeveel blauwe en zwarte
sokken een man werkelijk nodig kon hebben, toen ze de
bodem van de koffer bereikte. En ze een klein zwart doosje
vond. ‘Nee,’ fluisterde ze, terwijl ze het doosje met grote
ogen oppakte. Ze beet op haar lip. Openmaken of niet?
Voorzichtig tilde ze het deksel iets op en hield het doosje
dicht bij haar gezicht om door de smalle opening te gluren.
87. ‘NEEEEE!’ Damian wierp zichzelf over het bed heen naar
haar toe en griste het doosje in een worsteling uit haar
handen. Sprakeloos keek ze naar hem op terwijl hij het
doosje snel teruggooide in zijn koffer, alsof ze het daarmee
zou vergeten. ‘Ik moest je vragen tijdens ons eerste diner
hier met muziek op de achtergrond en nette kleren.’
kreunde hij beschaamd.
88. ‘Oké.’ Ze schraapte haar keel. ‘Ik heb niks gezien.’
Hij schudde zijn hoofd. ‘Dat is niet hoe het werkt en dat
weet jij ook wel.’
‘Ik weet niet waar je het over hebt.’ zei ze terwijl ze van het
bed klom en zijn sokken in zijn la begon te leggen. Ze stond
met haar rug naar hem toe en hoorde hoe hij het doosje uit
de koffer haalde, voor hij de kamer weer verliet.
89. Die avond schepte ze zenuwachtig het eten op twee borden
en bracht dat naar de tafel.
‘Jij ziet er netjes uit voor het avondeten.’ plaagde Damian,
die zelf over zijn overhemd streek.
Ze probeerde nonchalant haar schouders op te halen. ‘Het is
onze eerste avond hier, dus wilde ik het speciaal maken.’
90. Ze ging zitten en streek haar rok glad. Haar handen waren
klam. Toen ze opkeek van haar bord, zat Damian naar haar
te kijken. ‘We kunnen niet normaal gaan eten, of wel?’
vroeg hij met ingehouden adem.
Ze schudde haar hoofd en hij stond op van zijn stoel.
‘Wacht, de muziek! Zet de muziek aan.’ herinnerde ze hem
er opgelaten aan.
91. Snel kwam hij weer overeind, omdat hij al bijna op zijn knie
voor haar had gezeten, en rende naar de stereo toe om deze
aan te zetten.
Met een sfeervol muziekje op de achtergrond, liep hij terug
naar de tafel en zakte naast haar stoel door zijn knieën.
92. Ze haalden tegelijk diep adem, waardoor ze nerveus
begonnen te giechelen.
‘Dit is niet hoe ik het had gewild.’ mompelde Damian terwijl
hij nerveus haar hand vastpakte en er achterkwam dat
allebei hun handen te warm en te plakkerig waren.
Met zijn andere hand reikte hij naar zijn broekzak en dwong
zichzelf om haar aan te kijken.
93. ‘Katja, we kennen elkaar nu al een aantal jaren. En we zijn
dan wel iets korter een stel dan dat we elkaar kennen, maar
ondanks de wat moeilijkere dingen hebben we het met
elkaar uit weten te houden. En ik denk, dat we elkaar nog
wel een aantal jaar meer kunnen verdragen.’ Hij liet haar
hand los en maakte het doosje open.
94. ‘Katja, wil je met me-’
‘Ja!’ riep ze uit terwijl ze zichzelf van haar stoel afwierp en
hem om de hals vloog.
‘Het is de bedoeling dat je me de vraag laat stellen.’
grinnikte hij opgelucht.
‘Ik wacht al de hele middag, ik kon me niet meer inhouden.’
Vrolijk liet ze hem haar hand vastpakken en de ring om haar
vinger schuiven.
‘Zo ongeduldig.’ mompelde hij voor hij haar in zijn armen
sloot.