4. Ontwikkeling van het Web Web 1.0 – Het statische web Trends : e-mail, FTP, IRC, Zoekmachines Web 2.0 – Het dynamische web Trends : Weblogs, p2p, RSS, MSN, Flash, Interactiviteit Web 3.0 – Het semantische web Trends : Mobiel internet, Applicaties, Semantiek, API, Viraliteit
5. Ontwikkeling van het Web 1990-2000: Web 1.0 – Het statische web 2000-2010: Web 2.0 – Het dynamische web 2010-2020: Web 3.0 – Het semantische web Massamedia zonder interactie Massamedia met Interactie & participatie 1-op-1 communicatie, participatie en intelligentie
8. Application Programming Interface Een API definieert de toegang tot de functionaliteit die er achter schuil gaat. De buitenwereld kent geen details van de functionaliteit of implementatie, maar weet dankzij de API wel hoe deze kan worden aangesproken.
15. XML & Really Simple Syndication (RSS) RSS wordt vooral gebruikt bij weblogs, fora of nieuwssites om telkens op de hoogte te kunnen zijn van het laatste artikel/nieuws.
18. Overige trends: 1-op-1 Communicatie, Personaliseren Webomgeving en service personaliseren. Kijkt iemand naar een artikel of opdracht, wat weet je dan (naast het profiel de gebruiker al van diens behoeften en interesses…
22. Overige trends: Mobiel internet / mobiele applicaties IENS iPhone applicatie = database, GPS en mobiel internet Google G1 telefoon Video Wiki applicatie = geodata+GPS
23. Overige trends: Augmented Reality Deze video maakt in een praktisch voorbeeld duidelijk hoe we de komende jaren in toenemende mate een vervaging tussen werkelijke en virtuele realiteit gaan zien.
24. Overige trends: Crowdsourcing Het faciliteren van een applicatie waar kennis en ervaringen gedeeld kunnen worden en vervolgens ook goed doorzoekbaar is (personaliseren).
Viraliteit (twitter), Mobiliteit (mobypicture), Internationalisering (internet is grensoverschrijdend), Socialisering van het web (openstellen van broncodes, mashups tussen verschillende platformen / het zoeken naar gelijkgestemden binnen groepen online), individualisering op maatschappelijk niveau (korte periodes bij een werkgever, groei zzp’ers, groei aantal singles, de IK bv), gratis (internet heeft aangetoond dat veel diensten kosteloos aangeboden kunnen worden), Semantiek (toename aan dynamische context aanpassing), crowdsourcing (bedrijven/overheden roepen de achterban op kennis te delen en faciliteren/beheren deze kennisbank), vervaging internet en realiteit (werkelijke realiteit krijgt een directe plek online (livestreams/twitter) en vice versa krijgt online kennis/data een plek in de realiteit, bijvoorbeeld via de G1 phone, augmented reality) – kortom het hier en het nu van het web, en wat dit voor Myler betekent.