SlideShare a Scribd company logo
1 of 19
Download to read offline
Société Générale




         Sociale intelligentie
                        versus
               Sociale controle
                                      Summercourse BIV
                                 Sandra de Veld – 09465221
                                 Matthias Freeke - 09465485
                            Liselotte Ottevanger - 09465718
Aantal woorden: 4.880                    31 augustus 2010
INHOUDSOPGAVE


HOOFDSTUK 1 ............................................................................................. INLEIDING 2

HOOFDSTUK 2 ................................................................................ PROBLEEMSTELLING 4

HOOFDSTUK 3 ......................................................................... THEORETISCH RAAMWERK 5

HOOFDSTUK 4 ........................................................................................ GAP ANALYSE 8

  DEELVRAAG 1 ........................................................................................................... 8
  DEELVRAAG 2 ........................................................................................................... 9
  DEELVRAAG 3 ......................................................................................................... 12

HOOFDSTUK 5 ............................................................................................ CONCLUSIE 15

LITERATUURLIJST ....................................................................................................... 17




                                                                                                                         1
HOOFDSTUK 1. INLEIDING


Gedurende 12, 13 en 14 juli hebben wij, Matthias Freeke, Sandra de Veld en Liselotte Ottevanger de
summercourse Academische Vaardigheden op Nyenrode gevolgd. Voor de summercourse moesten we
een aantal artikelen lezen als voorbereiding, die we tijdens de summercourse samen met onze
docent hebben behandeld. Wij willen graag onze docent, de heer G.M.M.W. Mennen RA, bedanken
voor zijn vakkundige begeleiding tijdens de summercourse.


De artikelen die we behandeld hebben, hadden betrekking op de Franse bank Société Generale en
een mogelijke fraude die daar had plaatsgevonden. Berichten over deze mogelijke fraude bereikten
het nieuws in januari 2008.


De verdachte van de fraude bij Société Generale is de 31-jarige Jérôme Kerviel, werkzaam bij
Franse bank sinds 2000. Kerviel had een opleiding genoten aan een universiteit met minder aanzien
dan de Grandes écoles1 en gezien deze opleiding werd hij aangenomen voor de middle office, een
afdeling die de transacties van de front office verwerkte en controleerde. In 2005 kreeg hij een
promotie en werd een trader in de front office. “Het feit dat hij een lagere opleiding had genoten
dan zijn collega‟s, zorgde ervoor dat Kerviel wilde bewijzen dat hij zijn promotie had verdiend.”
(C. Matlack, 2008, p.14)


Na zijn promotie in 2005 was het de taak van Kerviel twee portefeuilles te beheren, die elkaar
afdekken. De risico‟s hierbij zijn gering, de resultaten echter ook. Gedurende 2006 en 2007 nam
Kerviel zonder de nodige volmachten posities in met sterk toenemende waarden. “Begin 2008 had
Kerviel posities ingenomen ter waarde van 50 miljard euro. Het ging hierbij om de futures
EUROSTOXX (30 miljard euro), DAX (18 miljard euro) en FTSE (2 miljard euro).” (s.n., 2008,
overheidspublicatie)


Na het ontdekken van de openstaande posities door de controleorganen, werden deze verkocht met
een uiteindelijk verlies van 4,9 miljard euro. Société Generale licht de Banque de France en
Minister van Economische Zaken, Financiën en Werkgelegenheid in, die op hun beurt de Europese
Centrale Bank inlichten. Vervolgens werd de handel in aandelen geschorst, waardoor niet meer in
het aandeel kan worden gehandeld, en maakte Société Generale het geleden verlies bekend. Tevens
maakte de bank bekend haar kapitaal met 5,5 miljard euro te verhogen.




1
 Grandes écoles worden in Frankrijk beschouwd als de beste universiteiten. Studenten van deze universiteiten
genieten het hoogste aanzien en worden aangenomen voor de hoogste functies.

                                                                                                           2
Momenteel loopt het proces tegen Kerviel nog. Hij zal in het najaar van 2010 terechtstaan, met als
aanklacht; misbruik van vertrouwen, valsheid in geschrifte en invoeren van frauduleuze gegevens in
datasystemen. Hij riskeert maximaal 5 jaar cel en 375.000 euro boete.
Volgens het onderzoek is Kerviel alleen verantwoordelijk. Kerviel echter verweert zich door te
zeggen dat “zijn supervisors van zijn werk afwisten en dat zij, zolang hij winst maakte, tevreden
waren”. (C. Matlack, 2008, p.14)




                                                                                                     3
HOOFDSTUK 2. PROBLEEMSTELLING


Tijdens de evaluatie van de summercourse bleek dat wij allen geïnteresseerd waren in de sociale
kant van deze fraude. Zou een betere sociale controle zorgen voor minder interne
beheersingsrisico‟s? En zo ja, kan gerichte training dit verbeteren? Vooral in de modellen van
Merchant en Ouchi zagen wij deze social controls duidelijk terugkomen, bij Merchant in de vorm van
Personnel control, bij Ouchi in de vorm van Clan control. Bij beide modellen zijn de training en
monitoring van het personeel een interne beheersingsmaatregel. Hierdoor zijn wij tot de volgende
probleemstelling gekomen:


Is de fraude bij Société Générale veroorzaakt door een gebrek aan sociale intelligentie, waar het
gaat om aansturing en monitoring van belangrijke traders?


Om deze probleemstelling te beantwoorden is het van essentieel belang te weten wat fraude
precies is inhoud. Belangrijk om te weten is dat social controls zelden toereikend zijn, andere
controlemaatregelen blijven nog steeds noodzakelijk. Naar aanleiding van deze probleemstelling
hebben wij daarom de volgende deelvragen opgesteld:


1. Wat is fraude?
2. Op welke wijze is social control voldoende tight, ergo welke minimale set van strakke controles
    blijven nodig?
3. Op welke wijze vormt training op sociale vaardigheden een onmisbare ondersteuning?


De deelvragen worden beantwoord en geanalyseerd in hoofdstuk 4, vervolgens wordt in hoofdstuk 5
een antwoord gegeven op de probleemstelling.




                                                                                                    4
HOOFDSTUK 3. THEORETISCHE RAAMWERK


In de casus van Société Générale speelt het menselijk sociale aspect een prominente rol. Zo wordt
als één van de hoofdredenen voor het innemen van zeer grote posities door Jérôme Kerviel
aangedragen dat hij zich graag wilde bewijzen, om zodoende toegelaten te worden tot de sociale
groep van top traders. Collega‟s noemden hem labiel, iemand met familieproblemen. Dat roept bij
ons de vraag op in hoeverre de Raad van Bestuur een dusdanig omgeving had moeten creëren, met
behulp van bijvoorbeeld social awareness programs, dat er een cultuur zou zijn ontstaan waarin
medewerkers elkaar zouden corrigeren, en zij de sociale gebruiksaanwijzing van hun collega‟s beter
begrijpen. Hierdoor wordt niet stabiel handelen voorkomen. Op deze manier wordt het bedrijf
beschermd voor eventuele buitenproportionele bewijsdrang met zoals in deze casus zeer grote
verliezen tot gevolg.


Om te kunnen toetsen of het mogelijk is om met behulp van de sociale intelligentie de interne
beheersing te versterken, willen wij onderstaande tabellen gebruiken om tot ons theoretisch kader
te komen, waarin wij sociale intelligentie willen uitwerken als norm voor de casus.


In onderstaande tabel zijn de theorieën van Merchant en Ouchi weggezet tegen tight en soft
controls: verschillende beheersmaatregelen die ervoor dienen te zorgen dat de verschillende
processen binnen een bedrijf goed geordend zullen verlopen. “Een soft control is een
beheersingsmaatregel die appelleert aan het wezen van de werknemer.” (T. Soons, year unknown)
Zoals zijn of haar bewustzijn, persoonlijkheid en overtuigingen. Soft controls zijn dus maatregelen
die van invloed zijn op de motivatie, loyaliteit, integriteit, inspiratie, normen en waarden van de
medewerker. De term soft heeft betrekking op de innerlijke kant van de medewerker. Tight
controls daarentegen hebben betrekking op relatief strikte, veelal opgelegde, regels en
maatregelen waaraan medewerkers zich dienen te houden en eventueel op beoordeeld kunnen
worden. Beide typen van controls worden binnen een bedrijf gemonitord om zodoende te
waarborgen dat alle informatie die uit het systeem verkregen wordt betrouwbaar, juist en volledig
is. Hieruit volgend dat elke medewerker slechts dat mag doen, waartoe hij/zij de rechten toe heeft
verkregen.




                                                                                                      5
Uit dit model willen wij de soft controls nemen. De soft controls bestaan, zoals hierboven
beschreven, uit controls waarbij sociale intelligentie, aangeboren al dan niet aangeleerd, een
belangrijke rol spelen in de interne beheersing.
Als input voor ons theoretisch raamwerk maken wij gebruik van de modellen van Merchant en Ouchi
weggezet tegen de twee verschillende interne typen van controle binnen een bedrijf.
In ons theoretisch kader willen wij specifiek kijken naar de sociale intelligentie, de monitoring en
de aansturing hierin. Daarom hebben wij een verdere splitsing gemaakt vanuit het model van
Merchant en Ouchi en de theoriespecificaties waarin sociale intelligentie een rol speelt eruit
gehaald.




Om te kunnen toetsen wat voor maatregelen de Raad van Bestuur eventueel genomen zou moeten
hebben, willen wij een verdere differentiatie aanbrengen in ons model. Als wij kijken naar sociaal
gedrag zijn er twee verschillende vormen van gedrag: aangeleerd en aangeboren. Omdat het
management, ons inziens, alleen invloed heeft op het aangeleerde sociale gedrag willen wij het
theoretisch kader zo stellen dat het management en haar maatregelen getoetst kunnen worden op
alleen dit punt (op de aangeboren sociale intelligentie van medewerkers heeft zij immers geen
invloed). Voor verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande tabel, verwijzen wij u naar
bovenstaande tabel.




                                                                                                       6
Met dit theoretisch raamwerk denken wij een goede norm te hebben om de gebeurtenissen bij
Société Générale in een theoretisch kader te kunnen plaatsen. Met dit model kunnen wij inzoomen
op de diverse sociale processen die ertoe geleid hebben dat Kerviel zeer grote posities, met grote
verliezen tot gevolg, innam. Als het management Encourage Peer Control had gestimuleerd door
het creëren van gezamenlijke tradities en het verbeteren van de sociale intelligentie van de
medewerkers, zou dan deze fraude niet voorkomen kunnen zijn, doordat de collega‟s van Kerviel
hem gecorrigeerd zouden hebben?
Indien er sprake is van sociale controle gecombineerd met vertrouwen in elkaar, eventueel
opgebouwd door teambuilding, zou de groepscontrole dan niet zo geweest zijn dat
onregelmatigheden als het niet opnemen van vakantie zouden opvallen? Is het mogelijk dat het
management door het creëren van een nieuwe clan, waar Kerviel zich bij had kunnen aansluiten,
voorkomen zou kunnen hebben dat Kerviel alles in het werk stelde om bij de top traders clan te
komen? (er was immers geen alternatieve clan aanwezig) Zou Kerviel waardering in zijn werk
gevonden hebben, als zijn baas getraind zou zijn om hem te kunnen motiveren? Wat er eventueel
gebeurd zou kunnen zijn als een van de bovenstaande acties ondernomen zou zijn is niet meer vast
te stellen, het is echter wel mogelijk om te kijken naar de toekomst en te kijken naar hoe deze
sociale aspecten gemonitord en gecontroleerd kunnen worden door het management. Dit om te
leren van de fouten uit het verleden en met een ervaren blik spreekwoordelijk richting de toekomst
te varen.
Diverse vraagstellingen die een grote rol gespeeld hebben in de beweegredenen van Kerviel, die dit
model geschikt maken als theoretisch kader om de gebeurtenissen binnen Société Générale te
kunnen toetsen.




                                                                                                     7
HOOFDSTUK 4. GAP ANALYSE


       DEELVRAAG 1. Wat is fraude?
Om onze probleemstelling „Is de fraude bij Société Generale veroorzaakt door een gebrek aan
sociale intelligentie, waar het gaat om aansturing en monitoring van belangrijke traders?‟ te kunnen
beantwoorden, dienen wij eerst te onderzoeken wat fraude is, en of er daadwerkelijk fraude heeft
plaatsgevonden bij Société Generale.


De definitie van fraude zoals in het woordenboek beschreven luidt:
frau·de (de; meervoud: fraudes): bedrog bestaande uit vervalsing van administratie of ontduiking
van voorschriften.
Fraude is dus bedrog dat bestaat uit vervalsing van een administratie van een onderneming of
ontduiking van de voorschriften van een onderneming.


In het onderzoek door het Franse Openbare Ministerie heeft de verdachte van de fraude bij Société
Generale Jérôme Kerviel toegegeven dat hij fraude heeft gepleegd. Dit heeft hij onder andere
gedaan door e-mails te vervalsen. Kerviel heeft verklaard dat hij “valse e-mails heeft gemaakt. Dit
heeft hij kunnen doen door een programma waarbij de titel van oude e-mails blijft staan, en de
inhoud van de oude e-mails naar eigen wens aan te passen is. Hierdoor lijkt het alsof de email
authentiek is”. (C. Matlack, 2008, p.14)


Société Generale heeft na dit onderzoek verklaard dat de verdachte Jérôme Kerviel de fraude heeft
kunnen plegen door “zijn diepgaande kennis van de controleprocedures vanwege zijn
werkzaamheden in de middle office.” (P. Hosking e.a., 2008)


Uit het onderzoek van het Openbaar Ministerie kwam tevens naar voren dat het Openbaar Ministerie
vermoedt dat Jérôme Kerviel alleen heeft gehandeld en geen hulp heeft gehad van andere
werknemers binnen Société Generale. De aanklacht tegen hem luidt dan ook misbruik van
vertrouwen, valsheid in geschrifte en het invoeren van frauduleuze gegevens in datasystemen.
Kerviel verweert zich tegen de aanklachten door te zeggen dat “zijn supervisors van zijn werk
afwisten en dat zij, zolang hij winst maakte, tevreden waren”. (C. Matlack, 2008, p.14)


Het moge duidelijk zijn dat er bij Société Generale sprake is geweest van fraude. Fraude wordt
gekenmerkt door bedrog bestaande uit onder andere vervalsing van een administratie, precies wat
er is gebeurd bij Société Generale en wat het verlies van 4,9 miljard euro heeft veroorzaakt. De
vraag rest nog of Jérôme Kerviel alleen heeft gehandeld of handlangers heeft gehad.




                                                                                                      8
   DEELVRAAG 2. Op welke wijze is social control voldoende tight, ergo welke minimale set
        van strakke controles blijven nodig?


Om deze deelvraag te beantwoorden willen wij gebruik maken van het model van Merchant. Het
model van Ouchi behandelen wij verder niet inhoudelijk, dit omdat deze twee modellen elkaar
grotendeels overlappen.

                                                     • Action Control
                                  Tight Control • Result Control

                                                     • Personnel Control
                                   Soft Control


Controls kunnen zich richten op acties, resultaten en mensen. Deze controls worden vaak
gecombineerd. Personnel control is een soft control, dat wil zeggen dat deze zelden toereikend is,
andere controls blijven noodzakelijk. Welke overige controls noodzakelijk blijven wordt hieronder
besproken, op welke wijze Personnel control onmisbaar is wordt behandeld bij de beantwoording
van deelvraag 3.


                             Behavioral Contraint:                              Results Accountability:
                             - Physical                                         - Standards
            Action Control




                                                               Result Control


                             - Administrative                                   - Budgets
                                                                                - Management by
                             Action Accountability:                               Objective (MBO)
                             - Work Rules
                             - Policies and Procedures
                             - Codes of conduct

                             Pre-action Review:
                             - Direct Supervision
                             - Approval Limits
                             - Budget Reviews


Behavioral Contraint zijn negatief gericht. Er worden beperkingen opgelegd. Fysiek bijvoorbeeld
met behulp sloten, administratief met behulp van computer wachtwoorden.
Bij Action Accountability zijn er regels en procedures opgesteld en speelt functiescheiding een
belangrijke rol. Bij Pre-action Review wordt het werk van anderen bekeken wanneer het nog niet
voltooid is. Het grote voordeel hiervan is dat als er fouten worden ontdekt het proces –en dus de
schade- in een vroeg stadium is, waardoor de schade beperkt wordt.




                                                                                                          9
Bij Société Générale bleken deze Action Controls niet te functioneren;
         Er was geen controle op computerwachtwoorden en functiescheiding. Kerviel had de
          bevoegdheden van een medewerker bij de front office en eveneens de middle office, na
          zijn promotie werden zijn bevoegdheden niet aangepast, waardoor hij zowel een
          uitvoerende als controlerende functie kreeg. Controle op de juiste verwerking hiervan moet
          regelmatig plaatsvinden, bevoegdheden moeten worden gecontroleerd en wachtwoorden
          moeten persoonsgebonden zijn en op regelmatige basis worden veranderd. Ook hieraan
          moeten eisen worden gesteld, een wachtwoord mag niet voor de hand liggend zijn, denk
          hierbij aan een combinatie van letters en cijfers en een wachtwoord dat niet hetzelfde is
          als een van de laatste drie wachtwoorden. Nog een controlepunt zou het koppelen van het
          personeelsnummer aan het bevoegdhedensysteem zijn. De medewerker heeft er belang bij
          zijn functiecode goed in te voeren, anders krijgt hij bijvoorbeeld te weinig salaris. Wanneer
          de ICT-afdeling automatisch een analyse maakt van inlogpatronen en verschillen vallen
          onregelmatigheden sneller op.
         Wanneer regels en richtlijnen worden uitgeschreven en duidelijk gecommuniceerd, is het
          voor medewerkers duidelijk waar zij op kunnen worden aangesproken. Dit lijdt tot een
          hoger verantwoordelijkheidsbesef. Bij Société Générale werden regels en richtlijnen niet
          duidelijk gecommuniceerd, maar vooral een gebrek aan toezicht zorgde ervoor dat Kerviel
          op deze manier kon handelen. Met het betrekken van meerdere mensen bij een proces
          neemt de kans op fouten sterk af. Met name het vier ogen principe speelt een belangrijke
          rol, dit houdt in dat een medewerker niet in gelegenheid moet zijn om zijn functie uit te
          voeren zonder gecontroleerd te worden, want dit vergroot het frauderisico. Door het
          opstellen van regels kan het frauderisico worden verminderd, op voorwaarde dat er controle
          is op de naleving van de regels en richtlijnen, hierbij moet het niet uitmaken wat voor
          functie de persoon heeft. Medewerkers kunnen hierbij ook een goede hulp zijn, door het
          instellen van een klokkenluidersregeling2.
         De openstaande posities die Kerviel in nam hadden moeten worden geautoriseerd, op deze
          manier komen fouten eerder aan het licht. Als een andere medewerker verplicht gesteld
          wordt om het werk van zijn collega te controleren en hiervoor ook verantwoordelijk wordt
          gesteld, neemt de kans op onregelmatigheden sterk af, hij zal immers niet verantwoordelijk
          willen worden gesteld voor iets wat zijn collega heeft gedaan. Wanneer onregelmatigheden
          midden in het proces worden ontdekt zijn de gevolgen geringer dan wanneer deze later
          ontdekt wordt. Belangrijk hierbij is dat er onverwachte controles plaatsvinden, want als de
          controle immers op regelmatige basis plaatsvindt, kan hier weer rekening mee worden
          gehouden door de fraudeur.




2
    Een regeling waarbij een werknemer misstanden in zijn bedrijf of organisatie naar buiten brengt,
al dan niet anoniem.

                                                                                                      10
Kerviels taak was om posities te nemen op Europese index futures en deze vervolgens weer af te
dekken met tegenovergestelde beleggingen. Voor buitenstaanders is dit een complex proces, waar
veel tijd in moet worden gestoken om te begrijpen hoe dit precies werkt. Het is dus verklaarbaar
omdat het zoveel tijd en geld zou kosten om in dit proces te duiken, dat de accountants besloten te
steunen op de Result Controls. Er was simpelweg te weinig kennis van het primaire proces binnen
Société Générale. Doordat Kerviel precies geweten zou hebben wanneer controles plaatsvonden en
wist hoe deze personen te werk gingen – hij had immers zelf op de middle office gewerkt – kon hij
de controlesystemen eenvoudig omzeilen. Achteraf blijkt dat de accountants te ver van het hele
proces af stonden om alleen op Result Controls te kunnen steunen.


In de bovenstaande alinea‟s hebben wij betoogd dat Personnel Controls zelden toereikend zijn en
dat er derhalve ook gesteund dient te worden op Action Controls en Result Controls. Achteraf is in
de praktijk gebleken dat Result Controls alleen ook niet toereikend zijn. Ons advies is dan ook om
meer te steunen op de Action Controls, de accountant moet zich gaan verdiepen in de processen
van Société Générale om een gegrond oordeel te kunnen geven.




                                                                                                     11
   DEELVRAAG 3. Op welke wijze vormt training op sociale vaardigheden een onmisbare
       ondersteuning?


Een bedrijf is vereenvoudigd gezegd een groep mensen die samenwerken en daarbij een
gemeenschappelijk doel beogen. Om dat doel te bereiken zullen de medewerkers elkaar nodig
hebben in verschillende rollen. In de ideale werkomgeving zullen zij elkaar stimuleren,
enthousiasmeren en corrigeren. Mensen hebben behoefte aan voor hen op maat gemaakte aanpak.
Een aanpak die een onmisbare controle vormt bij de interne beheersing van bedrijven. Een aanzet
voor deze aanpak willen wij uiteen zetten aan de hand van het theoretisch raamwerk.




Encourage Peer Control:
      De beste controleur is diegene die naast je zit. Diegene die ziet wat je allemaal doet en je
       zal corrigeren op een vriendschappelijke manier. Het management kan hier een proactieve
       rol spelen door medewerkers aan elkaar te koppelen via een buddysysteem. Een systeem
       waarin medewerkers een buddyrelatie opbouwen en vanuit die relatie elkaar zullen
       corrigeren en in evenwicht zullen houden. Er zal dus sociale controle ontstaan binnen het
       bedrijf.
      Als Kerviel een buddy gehad zou hebben, dan zou hij zich gehoord en gezien voelen en
       daardoor minder gefocust zijn op het behalen van grote resultaten om zodoende erbij te
       kunnen horen. Deze buddy zou het management in vroegtijdig stadium hebben kunnen
       waarschuwen dat Kerviel grotere posities innam dan hem toegestaan was, waardoor het
       management had kunnen ingrijpen.
      Of zij kan dit stimuleren door het opzetten van werkgroepen. Een groep mensen die bij
       elkaar komt vanuit verscheidene geledingen binnen het bedrijf en samen nadenkt over het
       doel, de visie, de identiteit en de processen van het bedrijf. Medewerkers zullen zich meer
       verbonden gaan voelen met het bedrijf en contacten krijgen over de afdelingen heen.




                                                                                                   12
    Binnen Société Générale zou dit tot een andere cultuur geleid hebben. In de heersende
        cultuur binnen Société Générale zijn er bepaalde groepen die in hoog aanzien staan en zelfs
        in zulk hoog aanzien staan dat andere medewerkers van het bedrijf hun handelen, ondanks
        waarschuwingssignalen, niet in twijfel durven te trekken. Als er werkgroep binnen Société
        Générale worden opgezet zullen medewerkers gedwongen worden over de grenzen heen te
        kijken en zullen geromantiseerde beelden weer teruggebracht worden tot de werkelijkheid,
        waardoor een misschien eenvoudige medewerker van de financiële administratie de moed
        zal hebben om na aanleiding van diverse door hem geconstateerde waarschuwingen aan de
        bel te trekken. Volgens een intern onderzoek onder leiding van oud-Peugot-topman Jean-
        Martin Folz bleek immers dat er intern 75 verschillende waarschuwingen gegeven zijn, maar
        hiermee niks werd gedaan.
Clan:
       Mensen willen bij een groep horen. Ze willen gehoord worden, een gemeenschappelijk doel
        en identiteit hebben. In een clan vind men dit groepsgevoel, waardoor ze zich ergens mee
        verbonden voelen en waardering ervaren.
       Binnen Société Générale was er één grote en belangrijke clan waar Kerviel bij wilde horen.
        Als het management andere clans had gestimuleerd om te ontstaan door o.a. mensen bij
        elkaar te brengen, dan zouden er diverse clans gecreëerd zijn en Kerviel de mogelijkheid
        gegeven hebben om zich bij één van deze clans aan te sluiten en zodoende de aansluiting te
        vinden die hij zocht bij zijn collega´s. Om op deze manier te voorkomen dat medewerkers
        roekeloos gaan handelen om ergens bij te horen.
Traditions:
       Door middel van het creëren van tradities, gezamenlijke ervaringen en symbolen zorgt
        ervoor dat mensen zich met elkaar verbonden voelen en op die manier ontstaat er een clan.
        Dus het management kan door middel van tradities als een jaarlijks sportfestival,
        vrijdagmiddagborrel en dergelijke een dusdanig gemeenschappelijk gevoel creëren, dat als
        fundament kan dienen voor de gemeenschappelijke identiteit van een bedrijf. Een loyale
        medewerker zal immers geen fraude plegen.
       Zoals eerder beschreven willen mensen bij een groep horen, en een groep ontstaat doordat
        er gemeenschappelijke kenmerken zijn, zoals bijvoorbeeld gemeenschappelijke tradities.
        Société Générale had gemeenschappelijk bedrijfswijde tradities moeten creëren om
        zodoende een grote Société Générale clan te creëren, waarmee elke medewerker zich
        verbonden zou voelen.




                                                                                                    13
Upgrade Capabilities and Improve communication:
      De sociale intelligentie van de medewerkers kan verbeterd worden door training. Door
       training zullen zij zichzelf en anderen beter leren begrijpen, waardoor ze beter op de
       verschillende situaties kunnen anticiperen. De interne communicatie zal verbeterd worden
       omdat de medewerkers bijvoorbeeld hun taalgebruik in e-mails leren af te stemmen aan de
       ontvanger, zodat de email juist begrepen wordt. Door training wordt de ruis tussen zender
       en ontvanger verkleint waardoor er minder misverstanden in de communicatie zullen
       ontstaan. Iedereen is uniek en speciaal! Training kan helpen om de gebruiksaanwijzing van
       een ander te leren begrijpen.
      Als de baas van Kerviel sociale vaardighedentraining gehad zou hebben, dan zou hij Kerviel
       beter hebben kunnen begeleiden en controleren. Hij begrijpt dan immers beter waarom
       Kerviel de dingen deed, zoals hij ze deed. Dit zou tevens lijden tot het sneller ontdekken
       van onregelmatigheden in dat patroon. Als Kerviel training had gehad in sociale
       vaardigheden dan zou hij beter kunnen meekomen in het sociale leven, waardoor hij
       vrienden gehad zou hebben en de behoefte om tot de top clan te behoren geminimaliseerd
       zou zijn geweest.


   Samengevat betogen wij dat als Société Générale meer aandacht, tijd en geld had besteed aan
   ontwikkeling van de sociale intelligentie van medewerkers door middel van: een groepsgevoel
   creëren, het aanbieden van trainingen, introductie van een buddysysteem en dergelijke de
   fraude van € 4,9 miljard niet zou hebben plaats gevonden.




                                                                                                    14
HOOFDSTUK 5. CONCLUSIE


Gedurende de summercourse hebben wij verschillende artikelen bestudeerd over de fraude bij
Société Générale, die aan het licht kwam begin 2008. Tijdens deze summercourse bleek dat wij
allen geïnteresseerd waren in de sociale kant van de fraude bij Société Générale. Wij vroegen ons af
of een betere sociale controle zou kunnen zorgen voor minder interne beheersingsrisico‟s, en of
training op sociale controle dit zou kunnen verbeteren. Wij kwamen daardoor op de volgende
probleemstelling:
Is de fraude bij Société Générale veroorzaakt door een gebrek aan sociale intelligentie, waar het
gaat om aansturing en monitoring van belangrijke traders?


Om een antwoord op de probleemstelling te kunnen vinden, hadden wij de volgende deelvragen
geformuleerd:
 Wat is fraude?
 Op welke wijze is social control voldoende tight, ergo welke minimale set van strakke controles
   blijven nodig?
 Op welke wijze vormt training op sociale vaardigheden een onmisbare ondersteuning?


Om te kunnen toetsen of het mogelijk is om met behulp van de sociale intelligentie de interne
beheersing te versterken, hebben wij de theorieën van Merchant en Ouchi gebruikt om tot ons
theoretisch kader te komen. Wij hebben deze theorieën weggezet tegen tight en soft controls,
waarbij tight controls strikte regels zijn, en soft controls maatregelen die van invloed zijn op de
motivatie, loyaliteit, normen en waarden van de werknemer.
Vervolgens hebben wij specifiek gekeken naar de monitoring en de aansturing van de sociale
intelligentie. Om te kunnen toetsen wat voor maatregelen de Raad van Bestuur eventueel genomen
had kunnen hebben, hebben wij verdere differentiatie aangebracht in ons model, en gekeken naar
de twee vormen van gedrag: aangeleerd en aangeboren.


Om onze probleemstelling te kunnen beantwoorden, dienden wij eerst te onderzoeken wat fraude
is, en of er daadwerkelijk fraude heeft plaatsgevonden bij Société Générale. De definitie van fraude
zoals in het woordenboek beschreven luidt: bedrog bestaande uit vervalsing van administratie of
ontduiking van voorschriften.
In het onderzoek door het Franse Openbare Ministerie heeft de verdachte van de fraude Kerviel
toegegeven dat hij fraude heeft gepleegd, onder andere door e-mails te vervalsen.
Fraude wordt gekenmerkt door bedrog bestaande uit vervalsing, derhalve moge het duidelijk zijn
dat er fraude heeft plaats gevonden bij Société Générale.




                                                                                                      15
Daarop volgend hebben wij onderzocht op welke wijze social control voldoende tight is, ergo welke
minimale set van strakke controles nodig blijven. Om deze deelvraag te kunnen beantwoorden,
hebben wij gebruik gemaakt van het model van Merchant, aangezien het model van Ouchi en het
model van Merchant elkaar inhoudelijk overlappen.


Het model van Merchant spreekt van tight controls in de vorm van Action control en Result control,
en van soft controls in de vorm van Personnel control. Een soft control is zelden toereikend,
derhalve blijven overige controls noodzakelijk.


Société Générale had deze overige controls niet op orde:
 Er was geen controle op computerwachtwoorden en functiescheiding.
 De regels en richtlijnen werden niet uitgeschreven en duidelijk gecommuniceerd
 De openstaande posities die Kerviel innam werden niet geautoriseerd


De taak van Kerviel leek voor buitenstaanders een complex proces, waardoor de accountants
besloten te steunen op de Result controls. Er was simpelweg te weinig kennis over het proces en
achteraf bleek dat de accountants te ver van het hele proces afstonden om alleen op Result controls
te kunnen steunen. Aangezien de Personnel Controls zelden toereikend zijn, dient derhalve ook
gesteund te worden op de Action Controls en Result Controls. In de praktijk is gebleken dat ook
Result controls niet alleen toereikend zijn en ons advies is dan ook om meer te steunen op de Action
Controls.


Met behulp van de derde en laatste deelvraag wilden wij onderzoeken of training op sociale
vaardigheden een onmisbare ondersteuning zou vormen.
Training op sociale vaardigheden zal zorgen voor meer sociale controle, wat zorgt voor meer
corrigeren van collega‟s door collega‟s. Daarnaast had het management werkgroepen op kunnen
zetten, waardoor Kerviel zich meer verbonden had gevoeld met Société Générale.
Binnen Société Générale was er een belangrijke clan waartoe Kerviel wilde horen. Het management
had andere clans moeten stimuleren, waardoor Kerviel de aansluiting die hij zocht bij zijn collega‟s,
had kunnen vinden. Als laatste bleek uit ons onderzoek dat als het management sociale
vaardigheden training gehad zou hebben, zij Kerviel beter hadden begrepen en kunnen controleren.
Zij hadden dan begrepen waarom Kerviel de dingen deed die hij deed, en onregelmatigheden in zijn
patroon eerder kunnen ontdekken.


Samengevat betogen wij dat als Société Générale meer aandacht, tijd en geld had besteed aan de
ontwikkeling van de sociale intelligentie van medewerkers, meer had gelet op de aansturing en
monitoring van belangrijke traders, de fraude niet plaats gevonden zou hebben.




                                                                                                  16
LITERATUURLIJST


HOOFDSTUK 1:
      Matlack, C. (2008). Jérôme Kerviel – In his own words. Business Week Online. Retrieved
       August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.
      Verslag aan de Premier betreffende de lering die kan worden getrokken uit de recente
       gebeurtenissen bij Société Générale. (2008). Retrieved August 31, 2010, from Reader
       Summercourse BIV.


HOOFDSTUK 2:
      Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010,
       from Reader Summercourse BIV.
      Ouchi, W.G. (1979) A Conceptual Framework for the Design of Organizational Control
       Mechanisms. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.


HOOFDSTUK 3:
      Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010,
       from Reader Summercourse BIV.
      Ouchi, W.G. (1979) A Conceptual Framework for the Design of Organizational Control
       Mechanisms. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.
      Soons, T. (year unknown) Soft Controls. Retrieved August 31, 2010, from
       http://www.alterlogic.nl/publicaties/SoftControls.pdf
      Wit, P. de. (2008) Kerviel de 'nieuwe Leeson' van Société Générale. NRC Handelsblad.
       Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.


HOOFDSTUK 4:
   Deelvraag 1:
      Hosking, P., Bremner, C. en Sage, A. (2008) Jérôme Kerviel named in €5bn bank trading
       fraud, The Times Online. Retrieved August 31, 2010, from
       http://business.timesonline.co.uk/tol/business/industry_sectors/banking_and_finance/arti
       cle3242996.ece
      Matlack, C. (2008). Jérôme Kerviel – In his own words. Business Week Online. Retrieved
       August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.
      Fraude. Retrieved August 31, 2010, from Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse
       taal.




                                                                                                17
Deelvraag 2:
      8 tips om interne fraude te voorkomen (year unknown) Retrieved August 31, 2010, from
       http://www.kvodeventer.nl/nieuws4.htm
      Klokkenluidersregeling. Retrieved August 31, 2010, from Van Dale Groot woordenboek van
       de Nederlandse taal.
      Mennen, G.M.M.W. (2010) Modellering 2. Retrieved August 14, 2010, during Summercourse
       BIV
      Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010,
       from Reader Summercourse BIV


   Deelvraag 3:
      Mennen, G.M.M.W. (2010) Modellering 2. Retrieved August 14, 2010, during Summercourse
       BIV
      Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010,
       from Reader Summercourse BIV
      Ouchi, W.G. (1979) A Conceptual Framework for the Design of Organizational Control
       Mechanisms. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.
      Peeters, B. (2008) 'Société Générale negeerde 75 waarschuwingen'. Retrieved August 31,
       2010, from http://www.elsevier.nl/web/10159252/Nieuws/Economie/Socit-Gnrale-
       negeerde-75-waarschuwingen.htm?forum=159159&post=true#article_form
      Soons, T. (year unknown) Soft Controls. Retrieved August 31, 2010, from
       http://www.alterlogic.nl/publicaties/SoftControls.pdf
      Wit, P. de. (2008) Kerviel de 'nieuwe Leeson' van Société Générale. NRC Handelsblad.
       Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.


HOOFDSTUK 5:
      Matlack, C. (2008). Jérôme Kerviel – In his own words. Business Week Online. Retrieved
       August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.
      Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010,
       from Reader Summercourse BIV
      Ouchi, W.G. (1979) A Conceptual Framework for the Design of Organizational Control
       Mechanisms. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.




                                                                                                18

More Related Content

Similar to Soc. Intel. Als Interne Beheersingsmaatregel

Principled performance
Principled performancePrincipled performance
Principled performanceKoen Smit
 
Samenvatting adviesrapport de ondernemende commissaris mkb hub hu
Samenvatting adviesrapport de ondernemende commissaris mkb hub huSamenvatting adviesrapport de ondernemende commissaris mkb hub hu
Samenvatting adviesrapport de ondernemende commissaris mkb hub huKarin Kleingeld
 
Over het ontwerpen van organisatie, structuren en controle van de output. Een...
Over het ontwerpen van organisatie, structuren en controle van de output. Een...Over het ontwerpen van organisatie, structuren en controle van de output. Een...
Over het ontwerpen van organisatie, structuren en controle van de output. Een...Cedric Heyndrickx
 
Kenniskring slideshare E3J4
Kenniskring slideshare E3J4Kenniskring slideshare E3J4
Kenniskring slideshare E3J4elkepooters
 
Principled Performance
Principled PerformancePrincipled Performance
Principled PerformanceMartijn Zoet
 
Whitepaper Retention Management in KMO's
Whitepaper Retention Management in KMO'sWhitepaper Retention Management in KMO's
Whitepaper Retention Management in KMO'sPiet Rosseel
 
Goed bestuur in het mkb, kwalitatief onderzoek
Goed bestuur in het mkb, kwalitatief onderzoekGoed bestuur in het mkb, kwalitatief onderzoek
Goed bestuur in het mkb, kwalitatief onderzoekKarin Kleingeld
 
Improvement Academy | Waar moeten zorgorganisaties aan voldoen?
Improvement Academy | Waar moeten zorgorganisaties aan voldoen?Improvement Academy | Waar moeten zorgorganisaties aan voldoen?
Improvement Academy | Waar moeten zorgorganisaties aan voldoen?Evelien Verkade
 
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Maatschappelijk Verantwoord OndernemenMaatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Maatschappelijk Verantwoord OndernemenPiet Rosseel
 
Presentatie Winnend Artikel Vide publicatieprijs 2018
Presentatie Winnend Artikel Vide publicatieprijs 2018Presentatie Winnend Artikel Vide publicatieprijs 2018
Presentatie Winnend Artikel Vide publicatieprijs 2018Erasmus University Rotterdam
 
Social Media Onderzoek smo2011 mitchel schouw
Social Media Onderzoek smo2011 mitchel schouwSocial Media Onderzoek smo2011 mitchel schouw
Social Media Onderzoek smo2011 mitchel schouwMitchel Schouw
 
Pioniers swot analyse sociale media Politie Gent
Pioniers swot analyse sociale media Politie GentPioniers swot analyse sociale media Politie Gent
Pioniers swot analyse sociale media Politie GentKim Covent
 
Middle management boek 1 FAM 1
Middle management boek 1 FAM 1Middle management boek 1 FAM 1
Middle management boek 1 FAM 1Dijkema
 
Entrepreneurial governance in het MKB
Entrepreneurial governance in het MKBEntrepreneurial governance in het MKB
Entrepreneurial governance in het MKBKarin Kleingeld
 
Samenvatting basisboek mvo
Samenvatting basisboek mvoSamenvatting basisboek mvo
Samenvatting basisboek mvopetrivis
 

Similar to Soc. Intel. Als Interne Beheersingsmaatregel (20)

Principled performance
Principled performancePrincipled performance
Principled performance
 
Samenvatting adviesrapport de ondernemende commissaris mkb hub hu
Samenvatting adviesrapport de ondernemende commissaris mkb hub huSamenvatting adviesrapport de ondernemende commissaris mkb hub hu
Samenvatting adviesrapport de ondernemende commissaris mkb hub hu
 
Over het ontwerpen van organisatie, structuren en controle van de output. Een...
Over het ontwerpen van organisatie, structuren en controle van de output. Een...Over het ontwerpen van organisatie, structuren en controle van de output. Een...
Over het ontwerpen van organisatie, structuren en controle van de output. Een...
 
Kenniskring slideshare E3J4
Kenniskring slideshare E3J4Kenniskring slideshare E3J4
Kenniskring slideshare E3J4
 
2 Part2
2 Part22 Part2
2 Part2
 
Werken aan maatschappelijk rendement
Werken aan maatschappelijk rendementWerken aan maatschappelijk rendement
Werken aan maatschappelijk rendement
 
Principled Performance
Principled PerformancePrincipled Performance
Principled Performance
 
Whitepaper Retention Management in KMO's
Whitepaper Retention Management in KMO'sWhitepaper Retention Management in KMO's
Whitepaper Retention Management in KMO's
 
Goed bestuur in het mkb, kwalitatief onderzoek
Goed bestuur in het mkb, kwalitatief onderzoekGoed bestuur in het mkb, kwalitatief onderzoek
Goed bestuur in het mkb, kwalitatief onderzoek
 
Improvement Academy | Waar moeten zorgorganisaties aan voldoen?
Improvement Academy | Waar moeten zorgorganisaties aan voldoen?Improvement Academy | Waar moeten zorgorganisaties aan voldoen?
Improvement Academy | Waar moeten zorgorganisaties aan voldoen?
 
Rolandvd brinkartikel def
Rolandvd brinkartikel defRolandvd brinkartikel def
Rolandvd brinkartikel def
 
Automatiseren met rendement
Automatiseren met rendementAutomatiseren met rendement
Automatiseren met rendement
 
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Maatschappelijk Verantwoord OndernemenMaatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
 
Presentatie Winnend Artikel Vide publicatieprijs 2018
Presentatie Winnend Artikel Vide publicatieprijs 2018Presentatie Winnend Artikel Vide publicatieprijs 2018
Presentatie Winnend Artikel Vide publicatieprijs 2018
 
Social Media Onderzoek smo2011 mitchel schouw
Social Media Onderzoek smo2011 mitchel schouwSocial Media Onderzoek smo2011 mitchel schouw
Social Media Onderzoek smo2011 mitchel schouw
 
Pioniers swot analyse sociale media Politie Gent
Pioniers swot analyse sociale media Politie GentPioniers swot analyse sociale media Politie Gent
Pioniers swot analyse sociale media Politie Gent
 
Middle management boek 1 FAM 1
Middle management boek 1 FAM 1Middle management boek 1 FAM 1
Middle management boek 1 FAM 1
 
Masterclass ready for the future def brochure
Masterclass ready for the future def brochureMasterclass ready for the future def brochure
Masterclass ready for the future def brochure
 
Entrepreneurial governance in het MKB
Entrepreneurial governance in het MKBEntrepreneurial governance in het MKB
Entrepreneurial governance in het MKB
 
Samenvatting basisboek mvo
Samenvatting basisboek mvoSamenvatting basisboek mvo
Samenvatting basisboek mvo
 

Soc. Intel. Als Interne Beheersingsmaatregel

  • 1. Société Générale Sociale intelligentie versus Sociale controle Summercourse BIV Sandra de Veld – 09465221 Matthias Freeke - 09465485 Liselotte Ottevanger - 09465718 Aantal woorden: 4.880 31 augustus 2010
  • 2. INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 ............................................................................................. INLEIDING 2 HOOFDSTUK 2 ................................................................................ PROBLEEMSTELLING 4 HOOFDSTUK 3 ......................................................................... THEORETISCH RAAMWERK 5 HOOFDSTUK 4 ........................................................................................ GAP ANALYSE 8 DEELVRAAG 1 ........................................................................................................... 8 DEELVRAAG 2 ........................................................................................................... 9 DEELVRAAG 3 ......................................................................................................... 12 HOOFDSTUK 5 ............................................................................................ CONCLUSIE 15 LITERATUURLIJST ....................................................................................................... 17 1
  • 3. HOOFDSTUK 1. INLEIDING Gedurende 12, 13 en 14 juli hebben wij, Matthias Freeke, Sandra de Veld en Liselotte Ottevanger de summercourse Academische Vaardigheden op Nyenrode gevolgd. Voor de summercourse moesten we een aantal artikelen lezen als voorbereiding, die we tijdens de summercourse samen met onze docent hebben behandeld. Wij willen graag onze docent, de heer G.M.M.W. Mennen RA, bedanken voor zijn vakkundige begeleiding tijdens de summercourse. De artikelen die we behandeld hebben, hadden betrekking op de Franse bank Société Generale en een mogelijke fraude die daar had plaatsgevonden. Berichten over deze mogelijke fraude bereikten het nieuws in januari 2008. De verdachte van de fraude bij Société Generale is de 31-jarige Jérôme Kerviel, werkzaam bij Franse bank sinds 2000. Kerviel had een opleiding genoten aan een universiteit met minder aanzien dan de Grandes écoles1 en gezien deze opleiding werd hij aangenomen voor de middle office, een afdeling die de transacties van de front office verwerkte en controleerde. In 2005 kreeg hij een promotie en werd een trader in de front office. “Het feit dat hij een lagere opleiding had genoten dan zijn collega‟s, zorgde ervoor dat Kerviel wilde bewijzen dat hij zijn promotie had verdiend.” (C. Matlack, 2008, p.14) Na zijn promotie in 2005 was het de taak van Kerviel twee portefeuilles te beheren, die elkaar afdekken. De risico‟s hierbij zijn gering, de resultaten echter ook. Gedurende 2006 en 2007 nam Kerviel zonder de nodige volmachten posities in met sterk toenemende waarden. “Begin 2008 had Kerviel posities ingenomen ter waarde van 50 miljard euro. Het ging hierbij om de futures EUROSTOXX (30 miljard euro), DAX (18 miljard euro) en FTSE (2 miljard euro).” (s.n., 2008, overheidspublicatie) Na het ontdekken van de openstaande posities door de controleorganen, werden deze verkocht met een uiteindelijk verlies van 4,9 miljard euro. Société Generale licht de Banque de France en Minister van Economische Zaken, Financiën en Werkgelegenheid in, die op hun beurt de Europese Centrale Bank inlichten. Vervolgens werd de handel in aandelen geschorst, waardoor niet meer in het aandeel kan worden gehandeld, en maakte Société Generale het geleden verlies bekend. Tevens maakte de bank bekend haar kapitaal met 5,5 miljard euro te verhogen. 1 Grandes écoles worden in Frankrijk beschouwd als de beste universiteiten. Studenten van deze universiteiten genieten het hoogste aanzien en worden aangenomen voor de hoogste functies. 2
  • 4. Momenteel loopt het proces tegen Kerviel nog. Hij zal in het najaar van 2010 terechtstaan, met als aanklacht; misbruik van vertrouwen, valsheid in geschrifte en invoeren van frauduleuze gegevens in datasystemen. Hij riskeert maximaal 5 jaar cel en 375.000 euro boete. Volgens het onderzoek is Kerviel alleen verantwoordelijk. Kerviel echter verweert zich door te zeggen dat “zijn supervisors van zijn werk afwisten en dat zij, zolang hij winst maakte, tevreden waren”. (C. Matlack, 2008, p.14) 3
  • 5. HOOFDSTUK 2. PROBLEEMSTELLING Tijdens de evaluatie van de summercourse bleek dat wij allen geïnteresseerd waren in de sociale kant van deze fraude. Zou een betere sociale controle zorgen voor minder interne beheersingsrisico‟s? En zo ja, kan gerichte training dit verbeteren? Vooral in de modellen van Merchant en Ouchi zagen wij deze social controls duidelijk terugkomen, bij Merchant in de vorm van Personnel control, bij Ouchi in de vorm van Clan control. Bij beide modellen zijn de training en monitoring van het personeel een interne beheersingsmaatregel. Hierdoor zijn wij tot de volgende probleemstelling gekomen: Is de fraude bij Société Générale veroorzaakt door een gebrek aan sociale intelligentie, waar het gaat om aansturing en monitoring van belangrijke traders? Om deze probleemstelling te beantwoorden is het van essentieel belang te weten wat fraude precies is inhoud. Belangrijk om te weten is dat social controls zelden toereikend zijn, andere controlemaatregelen blijven nog steeds noodzakelijk. Naar aanleiding van deze probleemstelling hebben wij daarom de volgende deelvragen opgesteld: 1. Wat is fraude? 2. Op welke wijze is social control voldoende tight, ergo welke minimale set van strakke controles blijven nodig? 3. Op welke wijze vormt training op sociale vaardigheden een onmisbare ondersteuning? De deelvragen worden beantwoord en geanalyseerd in hoofdstuk 4, vervolgens wordt in hoofdstuk 5 een antwoord gegeven op de probleemstelling. 4
  • 6. HOOFDSTUK 3. THEORETISCHE RAAMWERK In de casus van Société Générale speelt het menselijk sociale aspect een prominente rol. Zo wordt als één van de hoofdredenen voor het innemen van zeer grote posities door Jérôme Kerviel aangedragen dat hij zich graag wilde bewijzen, om zodoende toegelaten te worden tot de sociale groep van top traders. Collega‟s noemden hem labiel, iemand met familieproblemen. Dat roept bij ons de vraag op in hoeverre de Raad van Bestuur een dusdanig omgeving had moeten creëren, met behulp van bijvoorbeeld social awareness programs, dat er een cultuur zou zijn ontstaan waarin medewerkers elkaar zouden corrigeren, en zij de sociale gebruiksaanwijzing van hun collega‟s beter begrijpen. Hierdoor wordt niet stabiel handelen voorkomen. Op deze manier wordt het bedrijf beschermd voor eventuele buitenproportionele bewijsdrang met zoals in deze casus zeer grote verliezen tot gevolg. Om te kunnen toetsen of het mogelijk is om met behulp van de sociale intelligentie de interne beheersing te versterken, willen wij onderstaande tabellen gebruiken om tot ons theoretisch kader te komen, waarin wij sociale intelligentie willen uitwerken als norm voor de casus. In onderstaande tabel zijn de theorieën van Merchant en Ouchi weggezet tegen tight en soft controls: verschillende beheersmaatregelen die ervoor dienen te zorgen dat de verschillende processen binnen een bedrijf goed geordend zullen verlopen. “Een soft control is een beheersingsmaatregel die appelleert aan het wezen van de werknemer.” (T. Soons, year unknown) Zoals zijn of haar bewustzijn, persoonlijkheid en overtuigingen. Soft controls zijn dus maatregelen die van invloed zijn op de motivatie, loyaliteit, integriteit, inspiratie, normen en waarden van de medewerker. De term soft heeft betrekking op de innerlijke kant van de medewerker. Tight controls daarentegen hebben betrekking op relatief strikte, veelal opgelegde, regels en maatregelen waaraan medewerkers zich dienen te houden en eventueel op beoordeeld kunnen worden. Beide typen van controls worden binnen een bedrijf gemonitord om zodoende te waarborgen dat alle informatie die uit het systeem verkregen wordt betrouwbaar, juist en volledig is. Hieruit volgend dat elke medewerker slechts dat mag doen, waartoe hij/zij de rechten toe heeft verkregen. 5
  • 7. Uit dit model willen wij de soft controls nemen. De soft controls bestaan, zoals hierboven beschreven, uit controls waarbij sociale intelligentie, aangeboren al dan niet aangeleerd, een belangrijke rol spelen in de interne beheersing. Als input voor ons theoretisch raamwerk maken wij gebruik van de modellen van Merchant en Ouchi weggezet tegen de twee verschillende interne typen van controle binnen een bedrijf. In ons theoretisch kader willen wij specifiek kijken naar de sociale intelligentie, de monitoring en de aansturing hierin. Daarom hebben wij een verdere splitsing gemaakt vanuit het model van Merchant en Ouchi en de theoriespecificaties waarin sociale intelligentie een rol speelt eruit gehaald. Om te kunnen toetsen wat voor maatregelen de Raad van Bestuur eventueel genomen zou moeten hebben, willen wij een verdere differentiatie aanbrengen in ons model. Als wij kijken naar sociaal gedrag zijn er twee verschillende vormen van gedrag: aangeleerd en aangeboren. Omdat het management, ons inziens, alleen invloed heeft op het aangeleerde sociale gedrag willen wij het theoretisch kader zo stellen dat het management en haar maatregelen getoetst kunnen worden op alleen dit punt (op de aangeboren sociale intelligentie van medewerkers heeft zij immers geen invloed). Voor verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande tabel, verwijzen wij u naar bovenstaande tabel. 6
  • 8. Met dit theoretisch raamwerk denken wij een goede norm te hebben om de gebeurtenissen bij Société Générale in een theoretisch kader te kunnen plaatsen. Met dit model kunnen wij inzoomen op de diverse sociale processen die ertoe geleid hebben dat Kerviel zeer grote posities, met grote verliezen tot gevolg, innam. Als het management Encourage Peer Control had gestimuleerd door het creëren van gezamenlijke tradities en het verbeteren van de sociale intelligentie van de medewerkers, zou dan deze fraude niet voorkomen kunnen zijn, doordat de collega‟s van Kerviel hem gecorrigeerd zouden hebben? Indien er sprake is van sociale controle gecombineerd met vertrouwen in elkaar, eventueel opgebouwd door teambuilding, zou de groepscontrole dan niet zo geweest zijn dat onregelmatigheden als het niet opnemen van vakantie zouden opvallen? Is het mogelijk dat het management door het creëren van een nieuwe clan, waar Kerviel zich bij had kunnen aansluiten, voorkomen zou kunnen hebben dat Kerviel alles in het werk stelde om bij de top traders clan te komen? (er was immers geen alternatieve clan aanwezig) Zou Kerviel waardering in zijn werk gevonden hebben, als zijn baas getraind zou zijn om hem te kunnen motiveren? Wat er eventueel gebeurd zou kunnen zijn als een van de bovenstaande acties ondernomen zou zijn is niet meer vast te stellen, het is echter wel mogelijk om te kijken naar de toekomst en te kijken naar hoe deze sociale aspecten gemonitord en gecontroleerd kunnen worden door het management. Dit om te leren van de fouten uit het verleden en met een ervaren blik spreekwoordelijk richting de toekomst te varen. Diverse vraagstellingen die een grote rol gespeeld hebben in de beweegredenen van Kerviel, die dit model geschikt maken als theoretisch kader om de gebeurtenissen binnen Société Générale te kunnen toetsen. 7
  • 9. HOOFDSTUK 4. GAP ANALYSE  DEELVRAAG 1. Wat is fraude? Om onze probleemstelling „Is de fraude bij Société Generale veroorzaakt door een gebrek aan sociale intelligentie, waar het gaat om aansturing en monitoring van belangrijke traders?‟ te kunnen beantwoorden, dienen wij eerst te onderzoeken wat fraude is, en of er daadwerkelijk fraude heeft plaatsgevonden bij Société Generale. De definitie van fraude zoals in het woordenboek beschreven luidt: frau·de (de; meervoud: fraudes): bedrog bestaande uit vervalsing van administratie of ontduiking van voorschriften. Fraude is dus bedrog dat bestaat uit vervalsing van een administratie van een onderneming of ontduiking van de voorschriften van een onderneming. In het onderzoek door het Franse Openbare Ministerie heeft de verdachte van de fraude bij Société Generale Jérôme Kerviel toegegeven dat hij fraude heeft gepleegd. Dit heeft hij onder andere gedaan door e-mails te vervalsen. Kerviel heeft verklaard dat hij “valse e-mails heeft gemaakt. Dit heeft hij kunnen doen door een programma waarbij de titel van oude e-mails blijft staan, en de inhoud van de oude e-mails naar eigen wens aan te passen is. Hierdoor lijkt het alsof de email authentiek is”. (C. Matlack, 2008, p.14) Société Generale heeft na dit onderzoek verklaard dat de verdachte Jérôme Kerviel de fraude heeft kunnen plegen door “zijn diepgaande kennis van de controleprocedures vanwege zijn werkzaamheden in de middle office.” (P. Hosking e.a., 2008) Uit het onderzoek van het Openbaar Ministerie kwam tevens naar voren dat het Openbaar Ministerie vermoedt dat Jérôme Kerviel alleen heeft gehandeld en geen hulp heeft gehad van andere werknemers binnen Société Generale. De aanklacht tegen hem luidt dan ook misbruik van vertrouwen, valsheid in geschrifte en het invoeren van frauduleuze gegevens in datasystemen. Kerviel verweert zich tegen de aanklachten door te zeggen dat “zijn supervisors van zijn werk afwisten en dat zij, zolang hij winst maakte, tevreden waren”. (C. Matlack, 2008, p.14) Het moge duidelijk zijn dat er bij Société Generale sprake is geweest van fraude. Fraude wordt gekenmerkt door bedrog bestaande uit onder andere vervalsing van een administratie, precies wat er is gebeurd bij Société Generale en wat het verlies van 4,9 miljard euro heeft veroorzaakt. De vraag rest nog of Jérôme Kerviel alleen heeft gehandeld of handlangers heeft gehad. 8
  • 10. DEELVRAAG 2. Op welke wijze is social control voldoende tight, ergo welke minimale set van strakke controles blijven nodig? Om deze deelvraag te beantwoorden willen wij gebruik maken van het model van Merchant. Het model van Ouchi behandelen wij verder niet inhoudelijk, dit omdat deze twee modellen elkaar grotendeels overlappen. • Action Control Tight Control • Result Control • Personnel Control Soft Control Controls kunnen zich richten op acties, resultaten en mensen. Deze controls worden vaak gecombineerd. Personnel control is een soft control, dat wil zeggen dat deze zelden toereikend is, andere controls blijven noodzakelijk. Welke overige controls noodzakelijk blijven wordt hieronder besproken, op welke wijze Personnel control onmisbaar is wordt behandeld bij de beantwoording van deelvraag 3. Behavioral Contraint: Results Accountability: - Physical - Standards Action Control Result Control - Administrative - Budgets - Management by Action Accountability: Objective (MBO) - Work Rules - Policies and Procedures - Codes of conduct Pre-action Review: - Direct Supervision - Approval Limits - Budget Reviews Behavioral Contraint zijn negatief gericht. Er worden beperkingen opgelegd. Fysiek bijvoorbeeld met behulp sloten, administratief met behulp van computer wachtwoorden. Bij Action Accountability zijn er regels en procedures opgesteld en speelt functiescheiding een belangrijke rol. Bij Pre-action Review wordt het werk van anderen bekeken wanneer het nog niet voltooid is. Het grote voordeel hiervan is dat als er fouten worden ontdekt het proces –en dus de schade- in een vroeg stadium is, waardoor de schade beperkt wordt. 9
  • 11. Bij Société Générale bleken deze Action Controls niet te functioneren;  Er was geen controle op computerwachtwoorden en functiescheiding. Kerviel had de bevoegdheden van een medewerker bij de front office en eveneens de middle office, na zijn promotie werden zijn bevoegdheden niet aangepast, waardoor hij zowel een uitvoerende als controlerende functie kreeg. Controle op de juiste verwerking hiervan moet regelmatig plaatsvinden, bevoegdheden moeten worden gecontroleerd en wachtwoorden moeten persoonsgebonden zijn en op regelmatige basis worden veranderd. Ook hieraan moeten eisen worden gesteld, een wachtwoord mag niet voor de hand liggend zijn, denk hierbij aan een combinatie van letters en cijfers en een wachtwoord dat niet hetzelfde is als een van de laatste drie wachtwoorden. Nog een controlepunt zou het koppelen van het personeelsnummer aan het bevoegdhedensysteem zijn. De medewerker heeft er belang bij zijn functiecode goed in te voeren, anders krijgt hij bijvoorbeeld te weinig salaris. Wanneer de ICT-afdeling automatisch een analyse maakt van inlogpatronen en verschillen vallen onregelmatigheden sneller op.  Wanneer regels en richtlijnen worden uitgeschreven en duidelijk gecommuniceerd, is het voor medewerkers duidelijk waar zij op kunnen worden aangesproken. Dit lijdt tot een hoger verantwoordelijkheidsbesef. Bij Société Générale werden regels en richtlijnen niet duidelijk gecommuniceerd, maar vooral een gebrek aan toezicht zorgde ervoor dat Kerviel op deze manier kon handelen. Met het betrekken van meerdere mensen bij een proces neemt de kans op fouten sterk af. Met name het vier ogen principe speelt een belangrijke rol, dit houdt in dat een medewerker niet in gelegenheid moet zijn om zijn functie uit te voeren zonder gecontroleerd te worden, want dit vergroot het frauderisico. Door het opstellen van regels kan het frauderisico worden verminderd, op voorwaarde dat er controle is op de naleving van de regels en richtlijnen, hierbij moet het niet uitmaken wat voor functie de persoon heeft. Medewerkers kunnen hierbij ook een goede hulp zijn, door het instellen van een klokkenluidersregeling2.  De openstaande posities die Kerviel in nam hadden moeten worden geautoriseerd, op deze manier komen fouten eerder aan het licht. Als een andere medewerker verplicht gesteld wordt om het werk van zijn collega te controleren en hiervoor ook verantwoordelijk wordt gesteld, neemt de kans op onregelmatigheden sterk af, hij zal immers niet verantwoordelijk willen worden gesteld voor iets wat zijn collega heeft gedaan. Wanneer onregelmatigheden midden in het proces worden ontdekt zijn de gevolgen geringer dan wanneer deze later ontdekt wordt. Belangrijk hierbij is dat er onverwachte controles plaatsvinden, want als de controle immers op regelmatige basis plaatsvindt, kan hier weer rekening mee worden gehouden door de fraudeur. 2 Een regeling waarbij een werknemer misstanden in zijn bedrijf of organisatie naar buiten brengt, al dan niet anoniem. 10
  • 12. Kerviels taak was om posities te nemen op Europese index futures en deze vervolgens weer af te dekken met tegenovergestelde beleggingen. Voor buitenstaanders is dit een complex proces, waar veel tijd in moet worden gestoken om te begrijpen hoe dit precies werkt. Het is dus verklaarbaar omdat het zoveel tijd en geld zou kosten om in dit proces te duiken, dat de accountants besloten te steunen op de Result Controls. Er was simpelweg te weinig kennis van het primaire proces binnen Société Générale. Doordat Kerviel precies geweten zou hebben wanneer controles plaatsvonden en wist hoe deze personen te werk gingen – hij had immers zelf op de middle office gewerkt – kon hij de controlesystemen eenvoudig omzeilen. Achteraf blijkt dat de accountants te ver van het hele proces af stonden om alleen op Result Controls te kunnen steunen. In de bovenstaande alinea‟s hebben wij betoogd dat Personnel Controls zelden toereikend zijn en dat er derhalve ook gesteund dient te worden op Action Controls en Result Controls. Achteraf is in de praktijk gebleken dat Result Controls alleen ook niet toereikend zijn. Ons advies is dan ook om meer te steunen op de Action Controls, de accountant moet zich gaan verdiepen in de processen van Société Générale om een gegrond oordeel te kunnen geven. 11
  • 13. DEELVRAAG 3. Op welke wijze vormt training op sociale vaardigheden een onmisbare ondersteuning? Een bedrijf is vereenvoudigd gezegd een groep mensen die samenwerken en daarbij een gemeenschappelijk doel beogen. Om dat doel te bereiken zullen de medewerkers elkaar nodig hebben in verschillende rollen. In de ideale werkomgeving zullen zij elkaar stimuleren, enthousiasmeren en corrigeren. Mensen hebben behoefte aan voor hen op maat gemaakte aanpak. Een aanpak die een onmisbare controle vormt bij de interne beheersing van bedrijven. Een aanzet voor deze aanpak willen wij uiteen zetten aan de hand van het theoretisch raamwerk. Encourage Peer Control:  De beste controleur is diegene die naast je zit. Diegene die ziet wat je allemaal doet en je zal corrigeren op een vriendschappelijke manier. Het management kan hier een proactieve rol spelen door medewerkers aan elkaar te koppelen via een buddysysteem. Een systeem waarin medewerkers een buddyrelatie opbouwen en vanuit die relatie elkaar zullen corrigeren en in evenwicht zullen houden. Er zal dus sociale controle ontstaan binnen het bedrijf.  Als Kerviel een buddy gehad zou hebben, dan zou hij zich gehoord en gezien voelen en daardoor minder gefocust zijn op het behalen van grote resultaten om zodoende erbij te kunnen horen. Deze buddy zou het management in vroegtijdig stadium hebben kunnen waarschuwen dat Kerviel grotere posities innam dan hem toegestaan was, waardoor het management had kunnen ingrijpen.  Of zij kan dit stimuleren door het opzetten van werkgroepen. Een groep mensen die bij elkaar komt vanuit verscheidene geledingen binnen het bedrijf en samen nadenkt over het doel, de visie, de identiteit en de processen van het bedrijf. Medewerkers zullen zich meer verbonden gaan voelen met het bedrijf en contacten krijgen over de afdelingen heen. 12
  • 14. Binnen Société Générale zou dit tot een andere cultuur geleid hebben. In de heersende cultuur binnen Société Générale zijn er bepaalde groepen die in hoog aanzien staan en zelfs in zulk hoog aanzien staan dat andere medewerkers van het bedrijf hun handelen, ondanks waarschuwingssignalen, niet in twijfel durven te trekken. Als er werkgroep binnen Société Générale worden opgezet zullen medewerkers gedwongen worden over de grenzen heen te kijken en zullen geromantiseerde beelden weer teruggebracht worden tot de werkelijkheid, waardoor een misschien eenvoudige medewerker van de financiële administratie de moed zal hebben om na aanleiding van diverse door hem geconstateerde waarschuwingen aan de bel te trekken. Volgens een intern onderzoek onder leiding van oud-Peugot-topman Jean- Martin Folz bleek immers dat er intern 75 verschillende waarschuwingen gegeven zijn, maar hiermee niks werd gedaan. Clan:  Mensen willen bij een groep horen. Ze willen gehoord worden, een gemeenschappelijk doel en identiteit hebben. In een clan vind men dit groepsgevoel, waardoor ze zich ergens mee verbonden voelen en waardering ervaren.  Binnen Société Générale was er één grote en belangrijke clan waar Kerviel bij wilde horen. Als het management andere clans had gestimuleerd om te ontstaan door o.a. mensen bij elkaar te brengen, dan zouden er diverse clans gecreëerd zijn en Kerviel de mogelijkheid gegeven hebben om zich bij één van deze clans aan te sluiten en zodoende de aansluiting te vinden die hij zocht bij zijn collega´s. Om op deze manier te voorkomen dat medewerkers roekeloos gaan handelen om ergens bij te horen. Traditions:  Door middel van het creëren van tradities, gezamenlijke ervaringen en symbolen zorgt ervoor dat mensen zich met elkaar verbonden voelen en op die manier ontstaat er een clan. Dus het management kan door middel van tradities als een jaarlijks sportfestival, vrijdagmiddagborrel en dergelijke een dusdanig gemeenschappelijk gevoel creëren, dat als fundament kan dienen voor de gemeenschappelijke identiteit van een bedrijf. Een loyale medewerker zal immers geen fraude plegen.  Zoals eerder beschreven willen mensen bij een groep horen, en een groep ontstaat doordat er gemeenschappelijke kenmerken zijn, zoals bijvoorbeeld gemeenschappelijke tradities. Société Générale had gemeenschappelijk bedrijfswijde tradities moeten creëren om zodoende een grote Société Générale clan te creëren, waarmee elke medewerker zich verbonden zou voelen. 13
  • 15. Upgrade Capabilities and Improve communication:  De sociale intelligentie van de medewerkers kan verbeterd worden door training. Door training zullen zij zichzelf en anderen beter leren begrijpen, waardoor ze beter op de verschillende situaties kunnen anticiperen. De interne communicatie zal verbeterd worden omdat de medewerkers bijvoorbeeld hun taalgebruik in e-mails leren af te stemmen aan de ontvanger, zodat de email juist begrepen wordt. Door training wordt de ruis tussen zender en ontvanger verkleint waardoor er minder misverstanden in de communicatie zullen ontstaan. Iedereen is uniek en speciaal! Training kan helpen om de gebruiksaanwijzing van een ander te leren begrijpen.  Als de baas van Kerviel sociale vaardighedentraining gehad zou hebben, dan zou hij Kerviel beter hebben kunnen begeleiden en controleren. Hij begrijpt dan immers beter waarom Kerviel de dingen deed, zoals hij ze deed. Dit zou tevens lijden tot het sneller ontdekken van onregelmatigheden in dat patroon. Als Kerviel training had gehad in sociale vaardigheden dan zou hij beter kunnen meekomen in het sociale leven, waardoor hij vrienden gehad zou hebben en de behoefte om tot de top clan te behoren geminimaliseerd zou zijn geweest. Samengevat betogen wij dat als Société Générale meer aandacht, tijd en geld had besteed aan ontwikkeling van de sociale intelligentie van medewerkers door middel van: een groepsgevoel creëren, het aanbieden van trainingen, introductie van een buddysysteem en dergelijke de fraude van € 4,9 miljard niet zou hebben plaats gevonden. 14
  • 16. HOOFDSTUK 5. CONCLUSIE Gedurende de summercourse hebben wij verschillende artikelen bestudeerd over de fraude bij Société Générale, die aan het licht kwam begin 2008. Tijdens deze summercourse bleek dat wij allen geïnteresseerd waren in de sociale kant van de fraude bij Société Générale. Wij vroegen ons af of een betere sociale controle zou kunnen zorgen voor minder interne beheersingsrisico‟s, en of training op sociale controle dit zou kunnen verbeteren. Wij kwamen daardoor op de volgende probleemstelling: Is de fraude bij Société Générale veroorzaakt door een gebrek aan sociale intelligentie, waar het gaat om aansturing en monitoring van belangrijke traders? Om een antwoord op de probleemstelling te kunnen vinden, hadden wij de volgende deelvragen geformuleerd:  Wat is fraude?  Op welke wijze is social control voldoende tight, ergo welke minimale set van strakke controles blijven nodig?  Op welke wijze vormt training op sociale vaardigheden een onmisbare ondersteuning? Om te kunnen toetsen of het mogelijk is om met behulp van de sociale intelligentie de interne beheersing te versterken, hebben wij de theorieën van Merchant en Ouchi gebruikt om tot ons theoretisch kader te komen. Wij hebben deze theorieën weggezet tegen tight en soft controls, waarbij tight controls strikte regels zijn, en soft controls maatregelen die van invloed zijn op de motivatie, loyaliteit, normen en waarden van de werknemer. Vervolgens hebben wij specifiek gekeken naar de monitoring en de aansturing van de sociale intelligentie. Om te kunnen toetsen wat voor maatregelen de Raad van Bestuur eventueel genomen had kunnen hebben, hebben wij verdere differentiatie aangebracht in ons model, en gekeken naar de twee vormen van gedrag: aangeleerd en aangeboren. Om onze probleemstelling te kunnen beantwoorden, dienden wij eerst te onderzoeken wat fraude is, en of er daadwerkelijk fraude heeft plaatsgevonden bij Société Générale. De definitie van fraude zoals in het woordenboek beschreven luidt: bedrog bestaande uit vervalsing van administratie of ontduiking van voorschriften. In het onderzoek door het Franse Openbare Ministerie heeft de verdachte van de fraude Kerviel toegegeven dat hij fraude heeft gepleegd, onder andere door e-mails te vervalsen. Fraude wordt gekenmerkt door bedrog bestaande uit vervalsing, derhalve moge het duidelijk zijn dat er fraude heeft plaats gevonden bij Société Générale. 15
  • 17. Daarop volgend hebben wij onderzocht op welke wijze social control voldoende tight is, ergo welke minimale set van strakke controles nodig blijven. Om deze deelvraag te kunnen beantwoorden, hebben wij gebruik gemaakt van het model van Merchant, aangezien het model van Ouchi en het model van Merchant elkaar inhoudelijk overlappen. Het model van Merchant spreekt van tight controls in de vorm van Action control en Result control, en van soft controls in de vorm van Personnel control. Een soft control is zelden toereikend, derhalve blijven overige controls noodzakelijk. Société Générale had deze overige controls niet op orde:  Er was geen controle op computerwachtwoorden en functiescheiding.  De regels en richtlijnen werden niet uitgeschreven en duidelijk gecommuniceerd  De openstaande posities die Kerviel innam werden niet geautoriseerd De taak van Kerviel leek voor buitenstaanders een complex proces, waardoor de accountants besloten te steunen op de Result controls. Er was simpelweg te weinig kennis over het proces en achteraf bleek dat de accountants te ver van het hele proces afstonden om alleen op Result controls te kunnen steunen. Aangezien de Personnel Controls zelden toereikend zijn, dient derhalve ook gesteund te worden op de Action Controls en Result Controls. In de praktijk is gebleken dat ook Result controls niet alleen toereikend zijn en ons advies is dan ook om meer te steunen op de Action Controls. Met behulp van de derde en laatste deelvraag wilden wij onderzoeken of training op sociale vaardigheden een onmisbare ondersteuning zou vormen. Training op sociale vaardigheden zal zorgen voor meer sociale controle, wat zorgt voor meer corrigeren van collega‟s door collega‟s. Daarnaast had het management werkgroepen op kunnen zetten, waardoor Kerviel zich meer verbonden had gevoeld met Société Générale. Binnen Société Générale was er een belangrijke clan waartoe Kerviel wilde horen. Het management had andere clans moeten stimuleren, waardoor Kerviel de aansluiting die hij zocht bij zijn collega‟s, had kunnen vinden. Als laatste bleek uit ons onderzoek dat als het management sociale vaardigheden training gehad zou hebben, zij Kerviel beter hadden begrepen en kunnen controleren. Zij hadden dan begrepen waarom Kerviel de dingen deed die hij deed, en onregelmatigheden in zijn patroon eerder kunnen ontdekken. Samengevat betogen wij dat als Société Générale meer aandacht, tijd en geld had besteed aan de ontwikkeling van de sociale intelligentie van medewerkers, meer had gelet op de aansturing en monitoring van belangrijke traders, de fraude niet plaats gevonden zou hebben. 16
  • 18. LITERATUURLIJST HOOFDSTUK 1:  Matlack, C. (2008). Jérôme Kerviel – In his own words. Business Week Online. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.  Verslag aan de Premier betreffende de lering die kan worden getrokken uit de recente gebeurtenissen bij Société Générale. (2008). Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV. HOOFDSTUK 2:  Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.  Ouchi, W.G. (1979) A Conceptual Framework for the Design of Organizational Control Mechanisms. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV. HOOFDSTUK 3:  Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.  Ouchi, W.G. (1979) A Conceptual Framework for the Design of Organizational Control Mechanisms. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.  Soons, T. (year unknown) Soft Controls. Retrieved August 31, 2010, from http://www.alterlogic.nl/publicaties/SoftControls.pdf  Wit, P. de. (2008) Kerviel de 'nieuwe Leeson' van Société Générale. NRC Handelsblad. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV. HOOFDSTUK 4: Deelvraag 1:  Hosking, P., Bremner, C. en Sage, A. (2008) Jérôme Kerviel named in €5bn bank trading fraud, The Times Online. Retrieved August 31, 2010, from http://business.timesonline.co.uk/tol/business/industry_sectors/banking_and_finance/arti cle3242996.ece  Matlack, C. (2008). Jérôme Kerviel – In his own words. Business Week Online. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.  Fraude. Retrieved August 31, 2010, from Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal. 17
  • 19. Deelvraag 2:  8 tips om interne fraude te voorkomen (year unknown) Retrieved August 31, 2010, from http://www.kvodeventer.nl/nieuws4.htm  Klokkenluidersregeling. Retrieved August 31, 2010, from Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal.  Mennen, G.M.M.W. (2010) Modellering 2. Retrieved August 14, 2010, during Summercourse BIV  Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV Deelvraag 3:  Mennen, G.M.M.W. (2010) Modellering 2. Retrieved August 14, 2010, during Summercourse BIV  Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV  Ouchi, W.G. (1979) A Conceptual Framework for the Design of Organizational Control Mechanisms. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.  Peeters, B. (2008) 'Société Générale negeerde 75 waarschuwingen'. Retrieved August 31, 2010, from http://www.elsevier.nl/web/10159252/Nieuws/Economie/Socit-Gnrale- negeerde-75-waarschuwingen.htm?forum=159159&post=true#article_form  Soons, T. (year unknown) Soft Controls. Retrieved August 31, 2010, from http://www.alterlogic.nl/publicaties/SoftControls.pdf  Wit, P. de. (2008) Kerviel de 'nieuwe Leeson' van Société Générale. NRC Handelsblad. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV. HOOFDSTUK 5:  Matlack, C. (2008). Jérôme Kerviel – In his own words. Business Week Online. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV.  Merchant, K.A. (2007) The control function of management. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV  Ouchi, W.G. (1979) A Conceptual Framework for the Design of Organizational Control Mechanisms. Retrieved August 31, 2010, from Reader Summercourse BIV. 18