4. 2500 2600 2700 2800 2900 3000
uittocht Egypte, 2500
start bouw van de
tempel, 2980
480 jaar, 1Kon.6:1
5. 2500 2600 2700 2800 2900 3000
uittocht Egypte, 2500
start bouw van de tempel, 2980
tempel en paleis gereed, 3000
2Kron.8:1
500 jaar
6.
7. 2Kronieken 7
11 Toen Salomo het huis van JAHWEH
en het huis des konings voltooid had,
en alles wat Salomo in de zin gekomen was,
in het huis van JAHWEH
en in zijn eigen huis te maken,
voorspoedig tot stand gebracht had...
= 20 jaar na de start van de bouw
& 500 jaar na de uittocht;
1Kon.6:1; 2Kron.8:1
8. 2Kronieken 7
12 verscheen JAHWEH aan Salomo
des nachts en zeide tot hem:
Ik heb je gebed gehoord
en deze plaats voor Mij
tot een huis der offeranden verkoren.
9. 2Kronieken 7
(...)
17 Wat jou aangaat,
indien jij voor mijn aangezicht wandelt,
zoals jouw vader David gewandeld heeft,
en doet naar alles wat Ik jou geboden heb,
en mijn inzettingen
en mijn verordeningen in acht neemt,
10. 2Kronieken 7
18 dan zal Ik jouw koningstroon bevestigen,
zoals Ik Mij jegens jouw vader David
verbonden heb met de woorden:
nimmer zal jou een man ontbreken,
die over Israel heerst.
> het lot van de dynastie
ligt in handen van Salomo...
11. 2Kronieken 7
19 Maar indien jullie je afkeren
en mijn inzettingen en verordeningen
die Ik jullie voorgehouden heb, verlaat,
andere goden gaat dienen
en jullie voor hen neerbuigen,
1Kron.28:7; 1Kon.11:1-13
= jij (Salomo) en het volk
12. 2Kronieken 7
20 dan zal Ik hen uitrukken uit mijn land
dat Ik hun gegeven heb;
dit huis dat Ik aan mijn naam geheiligd heb,
zal Ik dan van mijn aangezicht wegwerpen,
en Ik zal het tot een spreekwoord
en een spotrede onder alle volken maken.
= ballingschap
13. 2Kronieken 7
20 dan zal Ik hen uitrukken uit mijn land
dat Ik hun gegeven heb;
dit huis dat Ik aan mijn naam geheiligd heb,
zal Ik dan van mijn aangezicht wegwerpen,
en Ik zal het tot een spreekwoord
en een spotrede onder alle volken maken.
= verwoesting van de tempel
14. 2Kronieken 7
21 Dit huis, dat hoog verheven was;
ieder die eraan voorbijgaat,
zal zich ontzetten en zeggen:
Waarom heeft JAHWEH
alzo aan dit land en aan dit huis gedaan?
15. 2Kronieken 7
22 Dan zal men zeggen:
Omdat zij JAHWEH,
de God van hun vaderen,
die hen uit het land Egypte had geleid,
hebben verlaten,
zich aan andere goden gehecht,
zich voor die nedergebogen
en die gediend hebben,
daarom heeft Hij al dit onheil
over hen gebracht.
> Salomo & zijn volk
16. 2Kronieken 7
22 Dan zal men zeggen:
Omdat zij JAHWEH,
de God van hun vaderen,
die hen uit het land Egypte had geleid,
hebben verlaten,
zich aan andere goden gehecht,
zich voor die nedergebogen
en die gediend hebben,
daarom heeft Hij al dit onheil
over hen gebracht.
precies 500 jaar geleden
= 10 cycli van sabbatsjaren
17.
18. (...)
11 Toen zeide JAHWEH tot Salomo: Omdat het
zo met u gesteld is, dat jij mijn verbond en
mijn inzettingen, die Ik jou geboden had, niet
in acht genomen hebt, zal Ik voorzeker het
koninkrijk van u afscheuren en het uw knecht
geven.
12 Maar bij je leven zal Ik dat niet doen, ter
wille van je vader David; uit de hand van je
zoon zal Ik het afscheuren.
13 Evenwel zal Ik niet het gehele koninkrijk
afscheuren, een stam zal Ik aan je zoon
geven ter wille van mijn knecht David en ter
wille van Jeruzalem, dat Ik verkoren heb.
1Koningen 11
21. beide koninkrijken (Israël/ Efraïm & Juda) krijgen
twintig opeenvolgende koningen;
het noordelijke rijk van Israël heeft niet één
Godvrezende koning gehad:
het rijk eindigt in de deportatie naar Assur;
22. beide koninkrijken (Israël/ Efraïm & Juda) krijgen
twintig opeenvolgende koningen;
het noordelijke rijk van Israël heeft niet één
Godvrezende koning gehad:
het rijk eindigt in deportatie naar Assur;
het zuidelijke rijk o.l.v. het huis van David in
Jeruzalem eindigt in de verwoesting van
Jeruzalem door Nebukadnezar >
de Babylonische ballingschap.
23. 2Kronieken 9
30 Veertig jaar
regeerde Salomo te Jeruzalem
over geheel Israel.
2980 AH = 4e regeringsjaar van Salomo
1Koningen 6:1
Salomo regeerde dus van 2977 t/m 3017
24. 2Kronieken 9
30 Veertig jaar
regeerde Salomo te Jeruzalem
over geheel Israel.
31 Daarna ging Salomo
bij zijn vaderen te ruste
en men begroef hem
in de stad van zijn vader David;
zijn zoon Rechabeam
werd koning in zijn plaats.
25. Alleen volle regeringsjaren (=kalenderjaren) worden
gerekend:
Regeringsjaren worden vermeld, zonder cijfer
achter de komma;
De jaren van troonwisseling worden niet
gerekend:
26.
27. koningen Juda volle jaren incl. troonw.
1Kon.11:40; 2Kron.7:11 Salomo + 17 18
28. koningen Juda volle jaren incl. troonw.
1Kon.11:40; 2Kron.7:11 Salomo + 17 18
2Kron.12:13 Rehabeam 17 18
50. Ezechiël 4
1 Jij, mensenkind,
neem je een tichelsteen,
leg die voor je en teken
daarop een stad, Jeruzalem.
2 En breng haar in staat van belegering:
bouw een schans tegen haar,
werp een wal op tegen haar,
sla legerkampen tegen haar op,
breng aan alle kanten
stormrammen tegen haar in stelling.
51. Ezechiël 4
3 En jij, neem je een ijzeren bakplaat
en zet die als een ijzeren muur
tussen jou en de stad.
Richt je blikken vast op haar,
zodat zij in staat van belegering komt;
en beleger haar.
Dit zal voor het huis Israels een teken zijn.
52. Ezechiël 4
4 En jij, ga op je linkerzijde liggen
en leg daarop de ongerechtigheid
van het huis Israels;
naar het getal der dagen
dat je daarop liggen zult,
zult je hun ongerechtigheid dragen.
53. Ezechiël 4
5 En Ik leg je de jaren
van hun ongerechtigheid op,
naar het getal van de dagen:
driehonderd en negentig dagen.
Zo zult je de ongerechtigheid
van het huis Israels dragen.
54. Ezechiël 4
6 Als je dit hebt volbracht,
zul je opnieuw gaan liggen,
op je rechterzijde;
dan zul je de ongerechtigheid dragen
van het huis van Juda: veertig dagen;
VOOR ELK JAAR LEG IK JE EEN DAG op.
390 dagen + 40 dagen = 430 dagen
> 430 jaar ongerechtigheid van Israël en Juda
eindigend in de verwoesting van Jeruzalem.
> de laatste 40 dagen staan voor de 40 jaar
die Jeremia profeteerde over Juda tot aan de
verwoesting van Jeruzalem (Jer.1:1-3)
55. 3000 3100 3200 3300 3400 3500
2e verschijning van de
HERE aan Salomo; 3000
verwoesting stad & tempel, 3430
390 + 40 = 430 jaar
56.
57. 2Kronieken 36
11 Sedekia was eenentwintig jaar oud,
toen hij koning werd,
en hij regeerde elf jaar in Jeruzalem.
12 Hij deed wat kwaad is in de ogen van
JAHWEH, zijn God. Hij verootmoedigde zich
niet voor de profeet Jeremia,
die in opdracht van JAHWEH sprak.
58. 2Kronieken 36
13 Ook kwam hij in opstand
tegen koning Nebukadnessar,
die hem bij God een eed had doen afleggen;
hij verhardde zijn nek
en verstokte zijn hart,
zodat hij zich niet bekeerde
tot JAHWEH, de God van Israel.
59. 2Kronieken 36
14 Eveneens maakten al de oversten
van de priesters en het volk
zich voortdurend aan ontrouw schuldig,
naar al de gruwelen der volken;
zij maakten het huis van JAHWEH onrein,
dat Hij in Jeruzalem geheiligd had.
60. 2Kronieken 36
15 JAHWEH, de God van hun vaderen,
zond wel zijn boden tot hen,
vroeg en laat,
want Hij ontfermde Zich
over zijn volk en zijn woning,
61. 2Kronieken 36
15 De HERE, de God hunner vaderen,
zond wel zijn boden tot hen,
vroeg en laat,
want Hij ontfermde Zich
over zijn volk en zijn woning,
16 maar zij bespotten de boden Gods,
verachtten zijn woorden
en hoonden zijn profeten,
totdat de gramschap van JAHWEH
zich zozeer tegen zijn volk verhief,
dat geen herstel meer mogelijk was.
62. 2Kronieken 36
17 Hij deed de koning der Chaldeeen
tegen hen optrekken,
deze doodde hun jongelingen
met het zwaard in hun heiligdom,
en hij spaarde jongeling noch maagd,
oude noch grijsaard;
alles gaf Hij in zijn macht.
63. 2Kronieken 36
17 Hij deed de koning der Chaldeeen
tegen hen optrekken,
deze doodde hun jongelingen
met het zwaard in hun heiligdom,
en hij spaarde jongeling noch maagd,
oude noch grijsaard;
alles gaf Hij in zijn macht.
18 Al het gerei van het huis Gods,
het grote en het kleine,
de schatten van het huis van JAHWEH
en de schatten van de koning
en van zijn vorsten,
alles bracht hij naar Babel.
64. 2Kronieken 36
19 Zij verbrandden het huis Gods
en braken de muur van Jeruzalem af;
al zijn paleizen verbrandden zij met vuur
en alle kostbaarheden vernietigden zij.
65. 2Kronieken 36
19 Zij verbrandden het huis Gods
en braken de muur van Jeruzalem af;
al zijn paleizen verbrandden zij met vuur
en alle kostbaarheden vernietigden zij.
20 Ook voerde hij hen
die aan het zwaard ontkomen waren,
naar Babel, en zij werden hem
en zijn zonen tot slaven,
totdat het koninkrijk van Perzie
de heerschappij verkreeg;
66. 2Kronieken 36
21 om het woord van JAHWEH,
door Jeremia verkondigd,
in vervulling te doen gaan...
O.a. Jeremia 29:10
Want zo zegt JAHWEH:
Neen, als voor Babel
ZEVENTIG JAREN voorbij zullen zijn,
DAN zal Ik naar u omzien
en mijn heilrijk woord aan u
in vervulling doen gaan
door u naar deze plaats
terug te brengen.
67. 3000 3100 3200 3300 3400 3500
2e verschijning van de
HERE aan Salomo
verwoesting stad & tempel, 3430
70 jaar430 jaar
500 jaar
terugkeer naar het land
68. 2Kronieken 36
21 om het woord van JAHWEH,
door Jeremia verkondigd,
in vervulling te doen gaan:
totdat het land
zijn sabbatsjaren vergoed gekregen heeft.
Al de dagen die het woest lag,
heeft het gerust,
om zeventig jaar vol te maken.
= elk zevende jaar rust voor het land; Lev.25
69. 2Kronieken 36
21 om het woord des HEREN,
door Jeremia verkondigd,
in vervulling te doen gaan:
totdat het land
zijn sabbatsjaren vergoed gekregen heeft.
Al de dagen die het woest lag,
heeft het gerust,
om zeventig jaar vol te maken.
70 sabbatsjaren representeren 500 jaar!
7 sabbatsjaren in 50 jaar &
= 70 sabbatsjaren in 500 jaar
70. 3000 3100 3200 3300 3400 3500
2e verschijning van de
HERE aan Salomo
verwoesting stad & tempel, 3430
70 jaar430 jaar
500 jaar
terugkeer naar het land