Fredrik Smit & Geert Driessen (2008) ITSInfo Geruisloze revolutie in het basisonderwijs.pdf
1. Geruisloze revolutie in het
basisonderwijs
Een op de vijf basisscholen is in de afgelopen jaren met een nieuw leerconcept gaan
werken. Deze scholen vinden het belangrijk om de talenten van ieder kind te ontdek-
ken, te benoemen en te ontwikkelen. Het enthousiasme bij leerkrachten en leerlingen
over deze ontwikkeling is groot en ouders zijn belangrijke partners van het school-
team geworden. Op verzoek van de Programmacommissie Beleidsgericht Onderzoek
Primair Onderwijs (BOPO) heeft het ITS een onderzoek uitgevoerd over het'nieuwe
leren'.
ln het onderwijs vinden veel ontwikkelingen
plaats die samenhangen met 'het nieuwe
leren'. Over deze nieuwe vormen van leren
bestaat nog veel onduidelijkheid. Zo ont-
breekt het aan een eenduidige definitie van
dit 'nieuwe leren'. Het nieuwe leerconcept is
veelal een mengelmoes van ideeën en aan-
pakken uit de onderwijskunde, zoals adaptief
onderwijs, coöperatief onderwijs, zelfstan-
dig leren, ontwikkelingsgericht onderwijs,
meervoudige intelligentie, natuurlijk leren,
authentiek leren en levensecht leren.
Schoolteams stemmen hun instructieme-
thoden af op hun eigen specifieke situatie,
afhankelijk of de school wordt bevolkt door
veel bollebozen ofjuist door achterblijvers.
De initiatiefnemers voor de invoering van
het nieuwe leer- en opvoedingsconcept
zijn vooral de schoolleiding en de leraren.
Dit deden ze natuurlijk niet voor niets. De
voornaamste redenen van invoering van het
nieuwe concept zijn:
- het verbeteren van de onderwijskwaliteit;
- het moderniseren van het onderwijs;
- het vergroten van het welbevinden van
leerlingen en personeel.
Het kernpunt bij de nieuwe aanpak is veelal:
een uitdagende, krachtige leeromgeving en
een actieve opstelling van de leerling.
De overgrote meerderheid van de school-
leiders vindt het heel belangrijk voor het sla-
gen van het nieuwe leerconcept dat school
en ouders op één lijn zitten. De contacten
tussen school en ouders zijn daarom geïn-
tensiveerd. Het is opmerkelijk dat scholen
veelal een eigen invulling zijn gaan geven
aan de rol van de school. Op een aantal
scholen organiseren ouders en leerkrachten
voor elkaar interactieve workshops over een
veelheid van onderwerpen. Op andere scho-
Ien zijn ouderpanels gestart en onderwijs-
cafés geopend om over de vorderingen van
Ieerlingen te praten. Voor ouders in achter-
standswijken zijn de scholen met een nieuw
leerconcept in veel gevallen gaan fungeren
als ontmoetingsplaatsen en kenniscentra.
Schoolteams, ouders en leerlingen zijn
meestal razend enthousiast over het nieuwe
elan waarmee gewerkt wordt.
Sommige nieuwe leerconcepten hebben
de laatste jaren nogal wat media-aan-
dacht getrokken. Er was vooral twijfel
over de prestaties van de leerlingen: leren
ze wel voldoende taal en rekenen? De
Onderwijsinspectie is dit nagegaan, maar
kan er vooralsnog niet veel over zeggen.
De 'afwijkende' leerconcepten passen niet
altijd in het beoordelingsstramien van de
Inspectie. De tijd zal moeten leren hoe het
de betreffende kinderen in het voortgezet
onderwijs vergaat en of ze in het basison-
derwijs voldoende basiskennis- en vaardig-
heden op hebben gedaan. De schoolteams
en ouders hebben er in ieder geval alle
vertrouwen in.
RAPPoRT:
Frederik Smit, Geert Driessen, Roderick
Sluiter & Mariël Brus (zoo8).
Ouders en innovatief onderwijs.
Ouderbetrokkenheid en -participatie op
scholen met vormen van'nieuw leren'.
Nijmegen: ITS
Meen tNronmntte:
Frederik Smit I f.smit@its.ru.nl
rrs-rNFo I novervrsen 2OO8