3. Is kenmerkend voor de tabernakel en
de ontwikkeling van Gods plan, 5 = hee,
getal van wat verborgen is, genade
ה
Genesis 17:15-22
Abram Abraham
Sarai Sarah
4. 1. God zonder woonplaats
2. Tabernakel, een zichtbare woning
3. Tempels met handen gemaakt (Salomo, Zerubbabel, Ezechiël)
4. De gemeente van God: een geestelijke tempel
5. Gods woonplaats in de geest, leidt tot God alles in allen
5 fasen van ontwikkeling
van Gods woonplaats:
5. gebieden van de tabernakel:
buiten het tentenkamp 1e eon
het tentenkamp 2e eon
de voorhof 3e eon
het heilige 4e eon
het heilige van de heiligen 5e eon
6. de gang van de heiligen van nu:
1e fase: onder de aarde, zonder leven
‘de doden in Christus worden eerst opgewekt’
2e fase: op aarde
‘wij zullen allen veranderd worden’
7. 3e fase: in de lucht, de atmosfeer
‘tot de ontmoeting van de Heer in de lucht’
4e fase: in het (op-)hemelse
‘voor onze Heer Jezus Christus, in Zijn aanwezigheid’
(de bema) – 1 Thessalonicenzen 2:19
8. 5e fase: in het (op-)hemelse
‘voor onze God en Vader in de aanwezigheid van onze
Heer Jezus Christus met al Zijn heiligen’
1 Thessalonicenzen 3:13
9. Hebreeën 8:1-3 pNCV
8:1 De hoofdzaak echter over wat wij zeggen is dit: wij hebben een
zodanige Hogepriester, Die is gaan zitten aan de rechter(kant) van de
troon van de Majesteit in de hemelen, 2 een Ambtsdrager van de heilige
plaatsen en de waarachtige tent*, die de Heer opgeslagen* heeft, en
niet een mens. 3 Want iedere hogepriester wordt ingezet voor het
brengen van zowel naderingsgaven als offers. Vanwege dit was het ook
voor Deze noodzakelijk iets te hebben dat Hij zou brengen*.
* tent = tabernakel
* opslaan = vastzetten/vastmaken
* brengen = naartoe-dragen
10. Hebreeën 8:4-5 pNCV
* hemelse dingen
* voorbeeld = type
* Exodus 25:40, Handelingen 7:44
4 Indien Hij dan inderdaad op aarde was, zou Hij zelfs geen priester zijn,
terwijl die hier zijn de naderingsgaven brengen overeenkomstig de wet,
5 die in een model en schaduw godsdienst van de hemelsen* uit-
oefenen, zoals Mozes in kennis gesteld is toen hij op het punt stond de
tent te voltooien. Want zie, Hij verklaart: "Jij zal alles maken naar het
voorbeeld* dat jou getoond werd op de berg.”*
11. 1. mens = aards, van aardbodem.
de sovereiniteiten, gevolmachtigden, heerschappijen
en krachten = hemelsen Efeziërs 1:21; Kolossenzen 1:16
‘die in model (onder-voorbeeld) en schaduw
godsdienst van de hemelsen (uit)oefenen’
12. 2. deze godsdienst van de hemelsen werd
onderbroken – rebellie van tegenstander –
gevolg: neerwerping van de wereld
niet langer ononderbroken
toegang voor hemelsen tot
God de Vader
13. 3. deze onderbreking van de goddelijke
dienst en dus vervreemding vindt weerslag
in de tabernakel en bijbehorende dienst
14. 1 hogepriester kon 1 keer per jaar ingaan in
het allerheiligste: type van de Heer Jezus
Christus de ware Hogepriester die inging in
de ware tabernakel met Zijn eigen bloed
15. want Christus is niet binnengekomen in met handen gemaakte
heilige plaatsen, tegenbeelden van de waarachtigen, maar in de
hemel zelf, om nu openbaar gemaakt te worden voor het
aangezicht van God, voor ons. Hebreeën 9:24
19. noordzijde:
plaats van verhoging
koningschap Psalm 48:3
noorden – optrekken
noorderkroon (sterren)
zuidzijde:
plaats van vernedering
armoede
naar zuiden = afdalen (Egypte)
zuiderkruis (sterren)
21. tafel gemaakt van sittimhout
spreekt van de mens
acacia hout is hard + doornen
doornen: zonde, Genesis 3:18
sittim: niet positief, houdt
verband met haat en tegen-
stand zie ook Numeri 25:1
23. goud
heerlijkheid en onverderfelijkheid
opstanding – blijvend leven
sittimhout overtrokken met goud
is de mens die heerlijkheid en
onverderfelijkheid ontvangt
Romeinen 3:21-24; 5:8-10
24. TAFEL
uitdrukking van gemeenschap
tafel van Israël – ging niet goed – Jes.28
tafel van de Heer – 1 Corinthiërs 10:21
presenteren: brood
nb: Elisa – bovenvertrek van steen –
bed (rust), tafel (gemeenschap), stoel (leren),
kandelaar (licht, het woord) – 2 Koningen 4:10
25. 12 toonbroden
12 = regering (koningschap)
12 stammen van Israël (vorst met God)
12 discipelen – apostelen
12 maanden
12 sterrenbeelden in dierenriem
12 uren in de dag
12 uren in de nacht
12 runderen onder koperen zee (wasvat)
12 x 12 x 1000 dragen woord uit en regeren
Editor's Notes
Abram en Sarai kregen de namen Abraham en Sarah. Genesis 17.
Wij = gelovigen uit Israel Hogepriester = naar de orde van Melchizedek, niet van Aaron.waarachtige tent = tent van de waarheid, of ware tent.
Zelfs Stefanus sprak ervan vlak voordat hij stierf en Hij zag Jezus staan!/
Als Hogepriester naar de ordening van Melchizedek – voor ons bidt en pleit Hij – een Middelaarsfunctie.