2. Exploratief onderzoek “Waar bestuurders van wakker liggen”
Doel
Inzicht in tijdsbesteding, prioriteiten en opvattingen van bestuurders over taken, rollen en
communicatie
Methode
Participerend/observerend:
1. Weekagenda-analyse + diepte-interviews
2. Participerende observatie (6 bestuurders een hele week)
“Als een vlieg op de muur”
2
3. Thema’s
1. Tijdsbesteding, prioriteiten, rol, verantwoordelijkheid
2. Inhoud bestuurdersagenda (feitelijk en
gerapporteerd):
• Welke issues?
• Met wie?
1. De bestuurder persoonlijk
3
5. Rol en verantwoordelijkheid (1)
Ligt hij wakker?
Niet letterlijk, wel figuurlijk (“Maakt zich altijd zorgen”)
Waarover?
Continuïteit.
Conflicten.
“Dingen die anders lopen dan je gedacht had”
Bestuurder, hoe zie je jouw betrokkenheid?
“Het is mijn (persoonlijke) verantwoordelijkheid”
“Ik zoek controle en beter zicht op de werkelijkheid”
5
6. Rol en verantwoordelijkheid (2)
Visie van bestuurder op eigen rol?
“Kapitein”
“The buck stops here”
“Eindpunt”
(weerspiegelt impliciet een mens- en managementbeeld)
Op wie kun je terugvallen?
“Vertrouwenspersonen binnen en buiten”
“Niet op mijn communicatiemensen” (….)
“Maar het meeste op mezelf”
6
7. De Agenda
Bestuurder ziet voor zichzelf twee kerntaken:
Sturen en Communiceren
???
7
9. “Sturen” - WAT
• Input verzamelen voor Visie en Strategie
• Visie vormen
• Draagvlak/steun zoeken
• Formuleren Strategie
• Draagvlak/steun zoeken
• Zicht hebben/houden op realisatie strategie
9
10. “Sturen” - HOE
De bestuurder:
• zoekt permanent informatie/kennis/contact
• zoekt permanent ‘sparring partners’ binnen en buiten (N.B.
niet de communicatiemensen!!)
• maar hakt uiteindelijk zelf de knoop door
• en gaat dan weer op pad om steun te verzamelen
10
11. “Sturen” – de Strategie Top 6
1. Afzetmarkt
2. Arbeidsmarkt
3. Financiële Markt
4. Interne Processen
5. Regelgeving/administratieve lasten
6. Governance, integriteit, reputatie
11
13. “Communiceren”
• Integraal aspect van sturen
• Input verzamelen
• Toetsen, bedenken, bespreken
• Uitdragen/draagvlak creëren (visie en strategie)
• Monitoren/feedback op realisatie
• Vooral interpersoonlijk
• Met mensen die iets te melden hebben (uit Top 4, zie
hierna)
• (soms) “Eenzaamheid doorbrekend”
13
14. “Communiceren” – De Communicatie Top 4
1. Eigen mensen
2. Klanten
3. Politiek en omgeving
4. Aandeelhouders
14
15. Eigen mensen
Veruit de belangrijkste categorie (zowel in tijd als in prioriteit). Zelfs wanneer
directe staf niet wordt meegerekend blijft dit nr. 1
• “Belangrijkste asset van mijn bedrijf”
• Behoefte aan bottom up/feedback
• Tweezijdige informatiestroom ondersteunt primair proces en beleidsvorming
Thema’s
• Verloop
• Kwaliteit
• Binding
• Samenwerking
• Tempo
• Werving
• Afslanken/efficiency
15
16. Klanten
Op afstand 2e categorie. Bestuurder vaart niet blind op zijn marketing en
sales - apparaat
• “Ik wil zelf dichtbij de belangrijkste klanten staan”
• “Klant moet het bedrijf achter het product kennen”
• Bestuurder wil zelf rol spelen in werk binnenhalen
• Band opbouwen
Thema’s
• Oneerlijke concurrentie
• Aanbesteding
• Inspelen op behoefte
• Innoveren
• Veel sectorgebonden
thema’s
16
17. Politiek en omgeving
Wordt per jaar belangrijker. Was vroeger veel minder . Bedrijf
staat continu in schijnwerpers
• “Omgeving bepaalt steeds meer onze speelruimte”
• Wet en regelgeving, overheidsbemoeienis
• Fysieke en sociale infrastructuur
• Beeldvorming over ons bedrijf
• Lobby
Thema’s
• MVO, C-to-C, governance
• Transparantie
• Topsalarissen en bonussen
17
18. Aandeelhouders
Hoort erbij. Niet altijd de belangrijkste externe speler. Maar je
kunt er niet omheen. Zeker vandaag de dag niet.
• License to Operate/speelruimte
• Governance
• Onevenredige aandacht voor finance
Thema’s
• Bottom line
• Soms breder
• LT vs. KT
• Transparantie
• Beloningen
18
19. De bestuurder persoonlijk
De werkdag
Begint gemiddeld om 8.00 uur ‘s ochtends. Vanaf dat tijdstip
worden afspraken ingepland.
Eindigt meestal tussen 19.00 en 20.00 uur.
Gemiddelde werkdag kent dus zo’n 12 uur.
Gemiddelde werkweek zo’n 60 uur.
Exclusief “avondactiviteiten
die in relatie staan tot het werk”
19
20. De bestuurder persoonlijk
Avondactiviteiten
• Gemiddeld twee maal per week
• Veelal in relationele sfeer met prioritaire doelgroepen:
medewerkers, klanten, ‘omgeving’ en/of aandeelhouders
• Evenementen, uitstapjes, etentjes, borrel etc.
• Veel zien het “niet direct als werk”, maar “het hoort er nu
eenmaal bij”
• Geen “belasting”
20
21. De bestuurder persoonlijk
Werk/privé
• Sommigen betrekken partner actief, vooral in
“avondactiviteiten”
• Anderen kiezen juist voor strikte scheiding
21
22. De bestuurder persoonlijk
Reflecties van bestuurders
• Eisen stakeholders nemen toe. Iedereen richt zich op
organisatie en bestuurder. Verbinden is noodzaak.
• Publieke druk/zichtbaarheid: alles ligt onder vergrootglas
• Vraagt ander soort bestuurder dan vroeger
• Meer contact, meer toegankelijkheid
• Afsluiten is geen optie
• ‘Zwakte’ wordt echter slecht gewaardeerd
• Opgave: authenticiteit ontwikkelen/bewaren
22