42. Jes. 43: 8 t/m 12 (HSV)
Laat het volk dat blind is, al heeft het ogen,
en de doven, al hebben zij oren, uittrekken.
Laten alle heidenvolken samenkomen en de
volken zich verzamelen. Wie onder hen kan
dit verkondigen? Of laten zij ons de dingen
van vroeger doen horen. Laten zij hun
getuigen naar voren brengen,
43. opdat zij in het gelijk gesteld worden, en
men zal horen en zeggen: Het is de
waarheid! U bent Mijn getuigen,
spreekt de HEERE, en Mijn dienaar die
Ik verkozen heb, opdat u het weet en
Mij gelooft, en begrijpt dat Ik Dezelfde
ben:vóór Mij is er geen God geformeerd
en na Mij zal er geen zijn.
44. Ik, Ik ben de HEERE, buiten Mij is er
geen Heiland.
Ík heb verkondigd en Ik heb verlost, en
Ik heb het doen horen, en er was geen
vreemde god onder u. U bent Mijn
getuigen, spreekt de HEERE, dat Ik God
ben.
45. Opb.11: 1 t/m 13 (HSV)
En mij werd een meetlat gegeven, die
op een staf leek. En de engel was erbij
komen staan en zei: Sta op en meet de
tempel van God, het altaar en hen die
daarin aanbidden. Maar laat de
buitenste voorhof van de tempel
erbuiten en meet die niet, want die is
aan de heidenen gegeven.
46. En zij zullen de heilige stad vertrappen,
tweeënveertig maanden lang.
En Ik zal Mijn twee getuigen macht geven,
en zij zullen, in rouwkleding gekleed,
twaalfhonderdzestig dagen lang profeteren.
Zij zijn de twee olijfbomen en de twee
kandelaars, die voor de God van de aarde
staan. En als iemand hun schade wil
toebrengen, komt er vuur uit hun mond en
dat verslindt hun vijanden.
47. En als iemand hun schade wil toebrengen,
moet hij op dezelfde manier gedood
worden. Zij hebben macht de hemel te
sluiten, zodat er geen regen zal vallen in de
dagen dat zij profeteren. En zij hebben
macht over de wateren om die in bloed te
veranderen, en de aarde te treffen met
allerlei plagen, zo vaak zij dat willen. En
wanneer zij hun getuigenis volbracht
hebben,
48. , zal het beest dat uit de afgrond opkomt,
oorlog met hen voeren en het zal hen
overwinnen en hen doden. En hun dode
lichamen zullen liggen op de straat van de
grote stad, die in geestelijke zin genoemd
wordt Sodom en Egypte, waar ook onze
Heere werd gekruisigd. En de mensen uit de
volken, stammen, talen en naties zullen hun
dode lichamen drieënhalve dag zien,
49. en zullen niet toelaten dat hun dode
lichamen in het graf gelegd worden. En zij
die op de aarde wonen, zullen zich over hen
verblijden, en zullen feest gaan vieren en
elkaar geschenken sturen, omdat deze twee
profeten hen die op de aarde wonen, zo
gekweld hadden. En na die drieënhalve dag
kwam er een levensgeest uit God in hen en
zij gingen op hun voeten staan.
50. En grote vrees overviel hen die hen zagen.En
zij hoorden een luide stem uit de hemel
tegen hen zeggen: Kom hier omhoog. En zij
gingen omhoog naar de hemel, in de wolk,
en hun vijanden keken hen na. En op
datzelfde uur vond er een grote aardbeving
plaats, en het tiende deel van de stad stortte
in. En bij die aardbeving werden
zevenduizend met name bekende personen
gedood.
51. En de overigen werden zeer bevreesd,
en gaven eer aan de God van de hemel.
En bij die aardbeving werden
zevenduizend met name bekende
personen gedood. En de overigen
werden zeer bevreesd, en gaven eer aan
de God van de hemel.
52. Zingen P 22 : 11, 12
Van U komt, Heer, het loflied