Team OPM/LTM H7- Diagnosemodellen 1
Diagnosemodellen.
Toelichting bij thema 5
Bronnen: www.twynstragudde.nl (artikel Veranderen)
Veranderkunde in zeven vragen (Hans Vermaak); Holland Management Review, nummer 84 (2002)
Leren veranderen, De Caluwé/Vermaak (hoofdstuk 5)
2.
Team OPM/LTM H7- Diagnosemodellen 2
Diagnosemodellen
Ordening op twee dimensies:
1. Niveau:
- individu
- groep
- gehele organisatie
- omgeving organisatie
2. Aspecten:
- bedrijfskundig: bedrijfsprocessen
- organisatiekundig: inrichting en besturing van organisaties
- veranderkundig: onderliggende en achterliggende krachten
op de betrokkenen
3.
Team OPM/LTM H7- Diagnosemodellen 3
Individu Groep Organisatie Omgeving
Bedrijfskunde - wat staat er in mijn
agenda op
maandagochtend?
- hoe plan ik mijn
werk?
- heeft die
medewerker zijn
output gehaald?
- hoeveel procent van
de kosten neemt R&D
in beslag?
- welke scores kreeg
die unit bij de
kwaliteitsaudit van zijn
proces?
- hoeveel halen zij uit
de markt en hoeveel
uit verplichte
winkelnering?
- welke procedures
maakt dit bedrijf?
- wat is zijn
kerntechnologie?
- wat is het
marktaandeel van de
UU150 en groeit dat
nog?
- waar liggende
ontkoppelpunten in de
verschillende
productieprocessen?
- zijn er nieuwe
concurrenten
bijgekomen?
- wordt de arbeidsmarkt
ruimer voor het soort
mensen dat u zoekt?
- wat kan het effect van
die nieuwe technologie
of wetgeving zijn?
Organisatiekunde - wat zijn de
belangrijkste
competenties van
die medewerker?
- wat is het profiel
van die
medewerker?
- hoe doet hij zijn
werk?
- hoe zijn de rollen in
het team verdeeld?
- hoeveel verloop van
mensen zit er in die
opleidingsunit?
- waar mag deze
businessunit zelf over
beslissen en
waarover niet?
- is de structuur
gebaseerd op
marktindeling of op
geografische indeling?
- hoe is de
managementstijl te
typeren?
- wat zijn de
belangrijkste
heldenverhalen die hier
de ronde doen?
- op welke manier is de
samenwerking van
partners in de keten
vormgegeven?
- hoe worden
freelancers ingezet?
- op welke wijze zijn de
milieugroepen
betrokken bij de
beslissing om een
vestiging te vergroten?
Veranderkunde - hoe lang zit hij al
op die plek?
- waar liggen zijn
ambities?
- wat houdt hem
tegen om deze stap
te zetten?
- gaat hij altijd zo
met zijn mensen
om?
- is men gericht op de
samenwerking of op
het resultaat?
- in welke mate zijn
mensen zich er van
bewust dat het hen
aan vaardigheden
ontbreekt?
- zijn vergaderingen
hier een rituele dans?
- is er een ‘5 voor 12’
situatie?
- kwamen dezelfde
dilemma’s steeds weer
terug in de afgelopen
drie jaar?
- waar zijn de
weerstanden op
gebaseerd?
- in hoeverre lijkt dit op
de beursdaling die u
twintig jaar geleden
meemaakte?
- wat maakt de fusie
nou zo ingewikkeld?
-welke beelden heeft
het ministerie van deze
organisatie gekregen?
Diagnose: gebruik van modellen
Tabel 5.1 Diagnosematrix met voorbeeldvragen
4.
Team OPM/LTM H7- Diagnosemodellen 4
Individu Groep Organisatie Omgeving
Bedrijfskunde Eisenhouwer
Principe
Profijtformule
voor professionele
organisaties
Balanced
Scorecard
Concurrentie-
structuur
Curriculum
Vitae
Visgraatdiagram Portfolioanalyse Omgevingsanalyse
Tijdschrijven Taakgeledings-
schema
Activity Based
Costing
Experience curves
Organisatiekunde Kern-
kwaliteiten
Rollen in teams Cultuurtypen Netwerk-
organisatie
I/R
professionals
Succesfactoren
voor teams
Organisatie-
configuraties
Publiekprivate
samenwerking
Competen-
ties
Rollen van
stafleden
Organizational
Iceberg
Industriële ecologie
Veranderkunde Biografische
fit
Optimaal
conflictniveau
De Klok Krachtenveld
analyse
Bronnen van
macht
Leercurve Verloop
weerstand
Megatrends
Niveaus van
leren
Proces/resultaat
gerichtheid
Twee verander-
krachten
Nationale culturen
Diagnose: gebruik van modellen
Tabel 5.2 Diagnosematrix met diagnosemodellen
5.
Team OPM/LTM H7- Diagnosemodellen 5
Individuele diagnosemodellen
• Eisenhower principe
– Vorm van time-management (matrix)
• Kernkwaliteiten
– Een prima individuele kwaliteit heeft ook
schaduwzijden
• Biografische fit
– De eisen die een functie stelt moet passen bij
de leeftijdsfase waarin iemand zit
6.
Team OPM/LTM H7- Diagnosemodellen 6
Groepsdiagnose modellen
• Profijtformule voor professionele
organisatie
– Nagaan welke aspecten van een professional
geld op kunnen leveren
• Rollen in teams
– In teams zijn vaak verschillende rollen nodig
• Optimaal conflictniveau
– Een gezonde onderlinge spanning zorgt voor
goede prestaties
7.
Team OPM/LTM H7- Diagnosemodellen 7
Organisatiemodellen
• Balanced scorecard
– Een manier prestaties van organisaties te
kwantificeren, zowel intern als extern
• Cultuurtypen
– Een systematiek om verschillende soorten
karakteristiek gedrag in beeld te brengen, al of niet
passend in een omgeving
• De klok
– Typering van urgentie van situaties, bijvoorbeeld “ vijf
voor twaalf”
8.
Team OPM/LTM H7- Diagnosemodellen 8
Omgevingsmodellen
• Concurrentie-structuur
– De 5 krachten van Porter
• Netwerkorganisatie
– Manier om relaties tussen organisaties in
beeld te brengen
• Krachtenveldanalyse
– Manier om beïnvloedingsmogelijkheden van
actoren binnen een netwerk in beeld te
brengen
9.
Team OPM/LTM
H7 -Diagnosemodellen
9
Individu Groep Organisatie Omgeving
Geel - valt hij een beetje
goed bij het
bestuur?
-weet hij hoe de
hazen lopen?
-wat is zijn echte
agenda?
-wie praat niet met
wie?
-zijn er dubbele
petten?
-wie staat het
sterkst en wat is
zijn
manoeuvreerruimte
?
-wat zijn de kansen
dat men tot
overeenstemming
komt?
-wie zijn de
(informele) leiders?
-wat wil het
Belgische
hoofdkantoor?
-hoe is de corporate
governance
georganiseerd?
-wie vormen onze
grootste bedreiging?
-is hier (Europese)
regelgeving op van
invloed?
Blauw -wat zijn haar taken
en
verantwoordelijkhed
en?
-wat weet hij wel en
niet?
-welke kleur heeft
hij?
-wat zijn de
besluitvormingsrege
ls?
-wat is de span of
control?
-in welke fase zitten
we?
-hoe ziet het
organigram eruit?
-maken we nog
winst en zitten we
nog op koers?
-waar baseren we
dat op?
-wie zijn concurrenten
en wat is hun
marktaandeel?
-hoe ziet de keten
eruit?
-kan gewerkt worden
volgens een
franchiseformule?
Rood -is hij een
teamspeler?
-waar loopt hij warm
voor?
-stelt hij zich loyaal
op?
-is er een beetje
sfeer?
-mogen mensen
elkaar en zijn ze
maatjes?
-wordt er
samengewerkt?
-wat is de
organisatiecultuur?
-voor welke
ambities gaan we
met elkaar?
-staat er een
kerstboom (rond
Kerstmis)?
-wat is het imago van
deze tent in de
buitenwereld?
-zijn we goede buren
in onze regio?
-hoe is het
consumentenvertrouw
en?
Groen -denkt hij ook over
zichzelf na?
-verlegt hij zijn
grenzen?
-is hij zich bewust
van zijn allergieën?
-houden ze elkaar
een spiegel voor en
spreken ze elkaar
aan?
-worden dingen
uitgeprobeerd?
-vullen mensen
elkaar aan?
-hoe wordt ervaring
en kennis
behouden?
-is er sprake van
opleiding in en op
het werk?
-staan de ramen en
deuren open?
-luisteren ze naar de
klanten?
-spelen ze in op
trends in de
buitenwereld?
-maken ze gebruik
van kennis en
wetenschap?
Wit -maakt hij het een
beetje spannend?
-weet zij wat zij wil?
-kan hij met
tegenstellingen
omgaan?
-kunnen ze er de
humor van inzien?
-wordt diversiteit
opgezocht?
-is het geen toeval
dat dit groepje is
ontstaan?
-wat houdt hier
mensen tegen?
-wat zijn de genen
of wortels van de
organisatie?
-waar kun je
mensen voor uit bed
halen?
-lopen ze met een
boodschap in de
buitenwereld rond?
-hoe definiëren ze hun
wereld?
-hoe centraal ervaren
ze zich in het
netwerk?
Diagnose:
gebruik
van
modellen
Tabel 5.2 Matrix
met voorbeelden
van ‘gekleurde
vragen’
10.
10
Opdracht thema 5
Opdrachtthema 5:
1. Werk in groepsverband
2. Bestudeer hoofdstuk 7 uit het boek Leren veranderen
3. Lees de KGS-casus (opgenomen als bijlage in het werkboek)
4. Maak de vraag / vragen bij dit thema
bron: De Caluwé