1. Copyright:
Imagestudio Eyecatcher
INTERVIEW MET MARCELLO VAN DEN ANKER
De ervaringsdeskundige als hoopverlener
Marcello van den Anker heeft vele succesvolle supportgroepen opgericht, maar
er was een tijd waarin zijn huidige collega’s hem kenden als cliënt. Veel van de
problemen waar personen met verward gedrag mee kampen, heeft hij aan den lijve
ondervonden. Dat negatieve verleden zet hij nu in om iets positiefs te betekenen
voor anderen. Significant vroeg Marcello hoe ervaringsdeskundigen zoals hij een
zeer belangrijke aanvulling kunnen zijn op de professionele hulpverleners.
Marcello weet uit eigen ervaring hoe waardevol het kan zijn om als verward persoon een
ervaringsdeskundige te ontmoeten. Na zich jarenlang af te sluiten van alle professionele
hulp, begon zijn hersteltraject toen hij iemand tegenkwam die soortgelijke problemen had
ondervonden. “Doordat hij me meer als mens behandelde, wist hij wél tot mij door te
dringen en me het gevoel te geven dat ik ertoe deed.” Met zijn adviesbureau geeft Marcello
nu workshops en trainingen aan gemeentes en organisaties om cliënten en hulpverleners
te leren elkaars taal te spreken en te begrijpen. Daarnaast zet hij in dienst van het Leger
des Heils Brabant/Limburg in verschillende steden peer-supportgroepen op: sociale
netwerken van vrijwilligers die ooit zelf als ‘verward’ te boek stonden en deze ervaring willen
benutten om lotgenoten te helpen. “Daarmee bieden we aanvullende ondersteuning naast
het reguliere zorgaanbod. Terwijl de professionele begeleiding soms op zich laat wachten,
kunnen we iemand nu direct een sociaal netwerk aanbieden. En met personen die zorg
mijden, leggen we vaak het eerste contact.”
3
2. Moet je per se uit eigen ervaring kunnen spreken om een goede hulpverlener te zijn?
“Lange tijd dacht ik van wel, omdat een ervaringsdeskundige destijds bij mij de enige was die
me erbovenop kon helpen. Maar nu ik dit werk langer doe, zie ik dat het heel erg verschilt per
situatie en persoon. Sommige cliënten kunnen beter direct bij een professioneel deskundige
terecht. Maar vooral bij personen die zich moeilijk laten benaderen, is het beter als zij eerst
in contact komen met een ervaringsdeskundige. Met welke woorden of welk gebaar kun
je die mensen bewegen om de eerste stap naar herstel te zetten? Wat heeft iemand die
geen enkele hoop meer ziet nodig om zijn eigen kracht weer te hervinden? Die vragen
zijn makkelijker te beantwoorden als je uit eigen ervaringen kunt putten. Alleen al het feit
dat je zelf ook in vergelijkbare omstandigheden hebt gezeten en daar toch bovenop bent
gekomen, kan het eerste zaadje planten. Maar collega’s met andere achtergronden zijn net
zo belangrijk. Ik heb weer minder professionele kennis van bepaalde ziektebeelden of van
hoe het zorgstelsel precies werkt. Het is daarom vooral belangrijk onderscheid te maken
tussen wetenschappelijke, professionele en ervaringskennis. Alle drie zijn onmisbaar en
moeten elkaar aanvullen om het gehele herstelproces goed te kunnen faciliteren.”
“Doordat hij me meer als een mens
behandelde, wist hij wel tot mij door te dringen
en me het gevoel te geven dat ik ertoe deed”
Wat kun je als ervaringsdeskundige toevoegen?
“Het voordeel is dat ik zowel de taal en de beleving van de hulpverleners ken als die van
de cliënt. Een ervaringsdeskundige kan daarmee als een soort tolk zorgen voor verbinding
tussen beide kanten. Een professional die vanuit een diagnose handelt, kan ik helpen
meer oog te hebben voor de mens. En aan de andere kant kan ik de cliënt wijzen op hoe
het zorgsysteem nu precies werkt en welke mogelijkheden er zijn. Ook kan ik uitleggen
waarom de hulpverlener doet wat hij doet en dat dit uit goede bedoelingen is. En doordat
we meer op gelijke voet staan, kunnen we een andere toon aanslaan tegen cliënten die
de stoere jongen uithangen of zich in een slachtofferrol verschuilen. Vooral bij die ‘lastige
gevallen’ kunnen we een belangrijke schakel vormen. Over zorgmijders wordt vaak gezegd:
‘zij wíllen nu eenmaal geen hulp van ons’, maar de ervaringsdeskundige beseft eerder dat
dit te kort door de bocht is. Zeggen we dan wel de juiste dingen? Slaan we de juiste toon
aan? Zelf ben ik ook een voorbeeld van iemand die nauwelijks nog voor rede vatbaar leek,
totdat iemand me op de juiste manier wist te benaderen.”
Kan jouw persoonlijke ervaring ook een nadeel zijn voor je rol als hulpverlener?
“De kunst is vooral goed te beseffen welke rol je hebt en daar ook aan vast te houden.
Dat kan moeilijk zijn zodra je als voormalig cliënt ineens een volwaardig collega wordt.
Voorheen heb ik jarenlang in de verslavingszorg gewerkt. Daar werd ik te veel in de rol
geduwd van de professional, die moest zorgen dat alle procedures te declareren waren bij
de zorgverzekeraar. Dat kan ik beter overlaten aan mensen die schriftelijk sterker zijn en
de bureaucratie goed kennen.
4
Wie is Marcello van den Anker?
Marcello van den Anker werkt sinds 2002 als ervaringswerker. Vanuit zijn eigen Bureau
Marcello spant hij zich in voor de coaching en begeleiding van ervaringsdeskundigen,
zodat zij optimaal kunnen samenwerken met de professionele zorg. Daarnaast heeft hij
meerdere peersupportgroepen opgezet die zich richten op verwarde personen die de
reguliere zorg moeilijk kan bereiken. Sinds april 2015 zet hij zijn vaardigheden in voor het
Leger Des Heils Limburg/Brabant.
3. Ik moet me dus beperken tot wat ik wél goed kan: zorgen dat mensen die geen enkele
hoop meer hebben, toch weer hun eigen kracht en vertrouwen terugvinden. In die rol kan
ik putten uit een hele reeks persoonlijke ervaringen; van armoede tot depressieve ouders,
mentale stoornissen en meerdere verslavingen. Alleen al door dat te vertellen, kan je
iemand een rolmodel aanbieden, geruststellen en her- en erkenning bieden. Iemand heeft
ooit heel treffend gezegd dat ik eigenlijk geen hulpverlener ben, maar een hoopverlener. Ik
weet hoe belangrijk het is dat iemand eerst gezien wordt en weer in zichzelf gaat geloven.
De professionele hulpverlener wil die eerste stappen nog wel eens overslaan en direct met
oplossingen komen.”
Is ieder persoon met ervaring ook meteen deskundig?
“Zeker niet. Ervaringsdeskundigen worden momenteel steeds vaker ingezet, dus er wordt
vaak gevraagd: ‘wanneer is iemand nu een goede ervaringswerker?’. Mijn antwoord is
dat iemand minstens vijf jaar zijn eigen herstelproces moet hebben doorlopen en daar
inmiddels ook vergevorderd in moet zijn. Het lijkt me onmogelijk anderen te helpen als je
zelf nog niet voldoende hersteld bent. Een tweede eis is dus de tweetaligheid: dat je zowel
met professionals als met cliënten kunt communiceren en beide werelden begrijpt. Maar
ook persoonlijke competenties en vaardigheden zijn erg belangrijk, zoals in ieder vak. Bij
personen met verward gedrag moet je behoorlijk uitgerijpt zijn en stevig in je schoenen
staan. En omdat je op basis van gelijkwaardigheid werkt, kun je ook meer kapot maken
als je bijvoorbeeld iemands vertrouwen schaadt. Het vergt veel tijd, ontwikkeling en vooral
reflectie op het eigen functioneren om die verantwoordelijkheid te kunnen dragen.”
“Ik ben optimistisch over de ontwikkeling
in de zorg, omdat er steeds meer projecten
ontstaan die de menselijke maat weer
herstellen.”
Kun je bewijzen dat de inzet van ervaringsdeskundigen concrete resultaten oplevert?
“In de vijftien jaar dat ik dit werk doe, heb ik vele peer-supportgroepen opgezet en weer
losgelaten die nu nog steeds zelfstandig functioneren. Het idee is dat we de opstartfase
steeds intensief begeleiden. Daarna zetten sommige van de cliënten zelf de groep voort
als vrijwillig ervaringsdeskundige of starten ze andere initiatieven. Rond die groepen
ontstaat heel snel een sociaal netwerk, dat een nieuw steunsysteem wordt waar mensen
zich gehoord en gezien voelen. Daar gaat een enorm preventieve werking van uit, tegen
relatief lage kosten. Ter illustratie: een jaar geleden hebben we een pilotgroep opgezet
waar direct veel belangstelling voor was. Acht van die deelnemers zijn sindsdien veel
minder met Justitie in aanraking gekomen. Eén volgt nu een cursus om zelf verder te gaan
als ervaringsdeskundige. Er is een huisuitzetting voorkomen en weer een ander hoefde
niet naar de opvang. Dit is al een concrete besparing van 100.000 euro.”
Hoe hoop je dat de rol van ervaringsdeskundigen zich in de toekomst gaat
ontwikkelen?
“Ik geloof zelf heel sterk in de zin van mijn werk. Ik merk dat gemeentes steeds meer
openstaan om dit soort nieuwe avonturen aan te gaan. Ik ben optimistisch over de
ontwikkeling in de zorg, omdat er steeds meer projecten ontstaan die de menselijke maat
weer herstellen. Ervaringsdeskundigen kunnen daar zeker een waardevolle rol bij spelen,
juist omdat ze buiten de systeemwereld opereren en vanuit een heel andere blik kijken. Ik
hoop daarom dat deze aanpak steeds meer aandacht krijgt en anderen met mijn methode
aan de slag gaan. En wat we doen is toch enigszins pionierswerk, dus laten we daarbij
vooral zoveel mogelijk experimenteren en leren van elkaar.”
5
“