Search zal veranderen naar een volledig geïntegreerd onderdeel van je leven. Proactief helpen om het je gemakkelijker te maken, informatie geven vóórdat je de vraag hebt gesteld en wist dat je deze info nodig had, kijkend naar je omgeving en veranderingen in je leven.

2. In den beginne
• Web bestaat uit tekst en plaatjes
• Hypertext: tekst met linkjes naar andere web pagina’s
• Later uit video (YouTube)
• 1996: 100.000 websites, 441 pagina’s per site, 44 miljoen web pagina’s
• Nu: meer dan 10 triljoen URLs
• PCs waren langzaam (vergeleken met nu)
• Connectie was slechter (internetsnelheid)
• Weinig input devices (toetsenbord)
• Geen GPS, geen locale Database met info, geen sensoren
• In 1989: 1 GB kost $36.000
• Nu kost 8GB 15 euro

4. Geschiedenis van modern Search
• Index van web pagina’s (telefoonboek)
• Anker tekst
• Aantal links
• Gebaseerd op taal
• “Taal is de low-resolution manier om de wereld te beschrijven”
• Zoeken op video en plaatjes gebeurde aan de hand van tekst
(pas kort geleden aangepast)
• Known-item search
• Weten dat een item bestaat
• Je brein weet dat het iets wil weten!

5. Huidige Search
• 25% van de zoekvragen geven geen (goed) antwoord
• Begrijpen van wereld, haar relaties, etc. is nog niet volwassen
• Building a Map of the World’s Knowledge (Wolfram Alpha)
• Bijna alleen gebaseerd op tekstvragen

6. Waar gaat het naar toe?
• Capable web
• “The ‘capable web’ lets people take action, not just find information”
• Pro-actief
• Geeft antwoorden, terwijl de vraag nog moet komen
• Verder dan alleen maar web pagina’s, plaatjes en video’s
• Internet of Things!
• Vragen stellen aan services
• Search engine gaat vragen stellen aan apps (omgekeerde wereld)

7. Graphs
• Social Graph
• Wie kent je, waar woon je, wat vind je leuk (real world objects en events), etc
• Facebook, LinkedIn
• GeoSpatial Graph
• Informatie gebaseerd op locatie
• Yelp, TripAdvisor
• Action Graph
• Apps in AppStore die actie-gedreven zijn
• Event graph
• TicketMaster, Voetbal.nl
• Etc.

9. Graphs
• Maken de wereld om je heen concreet en tastbaar
• Hierarchie
• Relatie
• Gevaar: je leeft in je eigen wereld
• Serendipity (out-of-the-box)

10. Capable web
• Niet alleen maar zoeken (en vinden), maar ook doen!
• Zoekvraag bestaat niet alleen uit woorden, maar status-
veranderingen
• Hoeft niet naar je te luisteren om te weten wat je wilt vragen
• Search zal actie ondernemen indien nodig (en niet wachten op jou)
• Search zal verschijnen wanneer je het nodig hebt (ook al weet je dat
nog niet)
• Search zal ons leven simpeler maken
• Werkt gelijk aan ons brein

11. Search
Zal bijvoorbeeld weten:
• Waar je bent (social graph, GPS)
• Relateert de plaats aan een event dat daar plaatsvindt
• Geeft me direct de mogelijkheid om me te registeren
De sleutel: linken van verschillende graphs!
Stimulus: van zoektermen naar veranderingen in je graphs
Doelgericht: “ik wil lachen” ipv “geef mij lollige honden foto’s”

12. Andere invoermethoden
• Weg van het toetsenbord!
(blijft wel bestaan)
• Luisteren
• Via stemherkenning
(via je mobile bijvoorbeeld, continu!)
• Voorbeelden: Siri en Google Now (nog beperkt). Vragen worden gesteld aan
zoekmachine, in de toekomst meteen antwoord
• “Conversational understanding turns our search systems into participants
rather than servants.”
• Handgebaren

14. Search (in de toekomst)
• Inzichtelijk en voorspellend
• Wanneer moet ik in de auto stappen om op tijd op mijn werk te komen?
• Informatie die je later die dag nodig hebt, omdat je een afspraak hebt met de
hypotheek-adviseur alvast bundelen (intern en externe info)
• Patroonherkenning (ook van anderen)  gedrag
• Mentale aandoeningen voorkomen
• Omgevings- en persoonlijke factoren worden gebruikt
• Maakt gebruik van functionaliteit apps
• Persoonlijk
• Veel informatie over ons is hierin opgesloten (bijv. in mail, betalingen, gedrag,
wat vinden we leuk, etc.)
• Toegang naar andere graphs

15. Apps
• App capabilities vastleggen (wat kunnen ze?)
Hoe werkt hun graph?
• Informatie en services zijn niet gratis (micropayments)
• Altijd ingelogd met 1 account op alle apps
• Ratings per app (welke werkt het best waarvoor)
• API

16. Your life becomes the stimulus for search!
• Het begrijpt je patronen
• Hoe de dingen om je heen acteren en interacteren
• Bepalen welke actie het beste is op dat moment