Paulus gaat in 2 Kor.4 door over zijn heerlijke evangelie, de dienst die hem was toevertrouwd. De heerlijkheid van de genade zorgde dat hij niet ontmoedigd raakte.
God is licht en werkt in Zijn plan via duisternis. Hij zet zelfs een tegenstander in om dat te realiseren en Zijn liefde te doen kennen aan alle mensen.
God bewerkt alles overeenkomstig de raad van Zijn wil. Hij volvoert Zijn grote plan in vijf tijdperken en zal dat tot een goed einde brengen. Zijn voornemen van eonen voert Hij uit in Christus Jezus, in deze tijd door de gemeente die het lichaam van Christus is.
God is operating all in accord with the counsel of His will
2. F12
onbeschuldigbaar in de dag van de Heer Jezus Christus
1 Corinthiërs 1:8
Er was veel aan te merken op de Corinthiërs:
Eerst verwijst Paulus naar de dag waarin zij onbeschuldigbaar zijn
Zij faalden Hem te gehoorzamen als Heer
Zij ontkenden een deel van hun redding (Jezus)
Zij gebruikten Zijn zalving verkeerd (Christus)
3. F12maar het betekent zeer weinig voor mij dat ik door jullie beoordeeld
word of door een menselijke dag; ja ik beoordeel ook mijzelf niet
1 Corinthiërs 4:3
feedback geven?
4. F12
want ik ben mij van niets bewust, maar hierin ben ik
niet gerechtvaardigd; wie mij nu beoordeelt, is de Heer
1 Corinthiërs 4:4
Paulus rechtvaardigde zichzelf
niet, moest wel verdedigen als
evangelie werd aangevallen
5. F12
de bema:
richt daarom niets vóór de era, totdat de Heer zou komen.
1 Corinthiërs 4:5a
richten: Romeinen 14:3,4,10,13
6. F12
motieven, beweegredenen bij de bema:
Hij zal ook wat in de duisternis verborgen is aan het licht
brengen, en de bedoelingen van de harten openbaar maken*.
1 Corinthiërs 4:5b
* = doen verschijnen, Grieks : phaneroo
7. F12
uitkomst bij de bema:
en dan zal ieder lofprijs ontvangen van God
1 Corinthiërs 4:5c
8. F12
Overzicht Filippenzen 1:
A 1:3-5 dankzegging, gemeenschap en verdediging van evangelie
B 1:6-8 vertrouwen hebben
A 1:9-11 Paulus’ gebed; bevordering van evangelie
B 1:12-18 vertrouwen hebben
A 1:19-21 gebed van de Filippenzen
B 1:22-26 vertrouwen hebben
9. F12daarom* is het voor mij terecht* jegens jullie allen zo gezind te zijn
Filippenzen 1:7a
daarom: in harmonie, overeenstemmend met
terecht: rechtvaardig
hetzelfde gezind zijn, Paulus en Filippenzen 2:2,2,5; 3:15,15,16; 4:2,10,10
10. F12omdat jullie allen, jullie die mij in het hart hebben…..
Filippenzen 1:7a
Paulus in het hart hebben:
- zijn genade-evangelie volgen
- de apostel van de natiën
- geheimenissen die hij mocht ontsluiten
11. F12omdat jullie allen,….., zowel in mijn boeien als in de verdediging en
bevestiging van het evangelie Filippenzen 1:7b
mijn boeien: Filippenzen 1:7,13,14,17,
Kolossenzen 4:18, 2 Timotheüs 2:9
12. F12omdat jullie allen,….., zowel in mijn boeien als in de verdediging en
bevestiging van het evangelie Filippenzen 1:7b
verdediging – apologia: vanaf-woord
Filippenzen 1:7,16
2 Timotheüs 4:16
Galatenbrief
verdedigen: 2 Corinthiërs 12:19
13. F12omdat jullie allen,….., zowel in mijn boeien als in de verdediging en
bevestiging van het evangelie Filippenzen 1:7b
bevestiging (heeft-gestapt) van het evangelie : geloof – vrijheid - vrede
bevestiging bij de Galaten (3:5)
bevestiging van koninkrijksevangelie Hebreeën 2:2-4
evangelie =
kracht van God tot redding
Romeinen 1:16,17
goed nieuws dat mensen verandert
14. F12omdat jullie allen…gezamenlijk-deelnemers zijn met
mij aan de genade Filippenzen 1:7c
gezamenlijk : sun – onlosmakelijke verbinding met
deelnemers: koinoonos – gemeenschappelijk (koinoonia, gemeenschaps-)
De Heer met Zijn discipelen:
deel aan evangelie koninkrijk
deel aan die bediening
=========================
Paulus met de Filippenzen:
deel aan genade-evangelie
deel aan de genade-bediening
15. F12want mijn getuige is God, hoezeer ik naar jullie allen verlang met
het mededogen van Christus Jezus Filippenzen 1:8
het mededogen = innerlijke gevoelens - ingewanden
Matt.9:36; 14:14; 15:32; Marc.6:34; 8:2 bij de Heer zelf
16. F12want mijn getuige is God, hoezeer ik naar jullie allen verlang met
het mededogen van Christus Jezus Filippenzen 1:8
het mededogen = innerlijke gevoelens - ingewanden
Kolossenzen 3:12 aandoen: medelijdend mededogen
mildheid, ootmoedigheid, zachtmoedigheid en geduld…