In 2 Korinthe 3 spreekt Paulus van Gods heerlijkheid die in zijn evangelie zoveel groter is dan in het oude verbond.

1. Alblasserdam – 19 mei 2024
Heerlijkheid in 2 Korinthe 3

2. 2 Korinthiërs 3:9-3:18
proeve van CV

3. 3:9
Want indien in de dienst van het veroordelen heerlijkheid
was, vloeit in veel meer de dienst van de gerechtigheid over
in heerlijkheid.
3:10
Want ook is het verheerlijkte in dit geval niet verheerlijkt
omwille van de overstijgende heerlijkheid.
3:11
Want indien het buiten werking gestelde door heerlijkheid zo
is, is veel meerhet blijvende in heerlijkheid,

4. 3:12
Een zodanige verwachting dan hebbend, gebruiken wij veel
vrijmoedigheid,
3:13
en niet net zoals Mozes een bedekking plaatste over zijn
aangezicht opdat de zonen van Israël niet strak keken naar
het einde van het buiten werking gestelde.
3:14
Maar hun gedachten worden vereelt, want tot op de huidige dag
blijft dezelfde bedekking over het lezen van het oude verbond; de
bedekking wordt niet ontdekt, omdat het in Christus buiten
werking gesteld wordt.

5. 3:15
Maar tot op heden, telkens als Mozes ook maar gelezen wordt, ligt een
bedekking op hun hart.
3:16
Telkens echter als zij ook maar omkeren naar de Heer wordt de
bedekking weggenomen.
3:17
De Heer nu is de geest; waar echter de geest van de Heer is, is vrijheid.
3:18
Wij allen nu worden, met niet bedekt aangezicht, de heerlijkheid van
de Heer in een spiegel ziend, naar hetzelfde beeld getransformeerd,
van heerlijkheid tot heerlijkheid, net zoals het is, van de Heer, de geest.

6. de vorige keer...

7. 2 Korinthe 3:
vergelijking van
de heerlijkheid
van het nieuwe verbond
met Israël en Juda
met
de heerlijkheid van
een geestelijk nieuw ‘verbond’
waarvan Paulus (en wij) dienaren zijn

8. heerlijkheid

9. heerlijkheid (kabod, doxa):
zwaar, vrucht, stralen, eer

10. hoe zal zeker niet de dienst van
de geest veeleer in heerlijkheid zijn!
2 Kor.3:8
Mozes wilde de heerlijkheid van
Jahweh zien – Ex.33:18
©gospelimages
Jan van ‘t Hoff

11. Jahweh antwoordde:
En Hij zei:
Ik zal al Mijn goedheid voor uw aangezicht laten gaan,
en 7Mijn0 Naam Jahweh uitroepen voor uw aangezicht;
en Ik zal genadig zijn, wie Ik genadig zal zijn,
en Ik zal Mij ontfermen, over wie Ik Mij ontfermen zal – Ex.33:19

12. Exodus 34:29-35
de huid van Mozes’ aangezicht glansde
‫קרן‬ qaran: glanzen/stralen
qeren: hoorn
‫קראה‬ qirah: ontmoeting
‫קרב‬ qarav: naderen, nabij
‫קרבן‬ qorban: naderingsgave

13. want indien in de dienst
van het veroordelen
heerlijkheid was
2 Kor.3:9a
de dienst van het veroordelen =
verbond van de letter, het Mozaïsche
‘jij zult niet’

14. want indien in de dienst
van het veroordelen
heerlijkheid was
2 Kor.3:9a
Gods woord :
licht, Gods wil
spreekt van Christus
geeft zegen bij gehoorzaamheid

15. want ook is het verheerlijkte
in dit geval nietverheerlijkt
2 Kor.3:10a
het verheerlijkte : het oude verbond

16. waarom werd het oude verbond
niet verder verheerlijkt?

17. omwille van de overstijgende heerlijkheid! 2 Kor.3:10b
overstijgende heerlijkheid: dienst van de geest
vrijheid, genade

18. want indien het buiten werking gestelde
door heerlijkheid zo is 2 Kor.3:11a
het buiten werking gestelde:
= het oude verbond van de letter,
Christus is het (doel)einde van de wet
tot gerechtigheid voor ieder die gelooft - Rom.10:4

19. wat bleef?

20. is veel meerhet blijvende in heerlijkheid 2 Kor.3:11b
het blijvende:
een geestelijk nieuw ‘verbond’
-> het evangelie van de heerlijkheid van Christus
alle zegen in de verheerlijkte, hemelse Heer

21. een zodanige verwachting dan hebbend,
gebruiken wij veel vrijmoedigheid 2 Kor.3:12
wij : o.a. Paulus. Gods heerlijkheid te zien in
oprechtheid, vertrouwen, bekwaamheid tot dienstwerk;
vrucht van de geest

22. en niet net zoals Mozes een bedekking plaatste over zijn aangezicht
opdat de zonen van Israël niet strak keken naar het einde van het
buiten werking gestelde 2 Kor.3:13
Mozes:
oude verbond
bedekking/sluier

23. maar hun gedachten worden vereelt 2 Kor.3:14a

24. maar hun gedachten worden vereelt,
want tot op de huidige dag
blijft dezelfde bedekking over
het lezen van het oude verbond;
2 Kor.3:14b

25. de bedekking wordt niet ontdekt,
omdat het in Christus buiten werking
gesteld wordt 2 Kor.3:14c

26. Gezalfde
Messias
Christus

27. maar tot op heden, telkens als Mozes
ook maar gelezen wordt, ligt een
bedekking op hun hart. 2 Kor.3:15

28. telkens echter als zij ook maar
omkeren naar de Heer wordt de
bedekking weggenomen
2 Kor.3:16
besnijdenis van het hart – Deut.10:16; Jer.4:4

29. heerlijkheden van Christus:
hemels: Hoofd van iedere
(blauw) soevereiniteit
en gevolmachtigde
hemels/aards: Middelaar van God
(purper) en mensen
aards: Koning van de koningen
(rood)

30. de Heer nu is de geest; waar echter de
geest van de Heer is, is vrijheid.
2 Kor.3:17

31. wij allen nu worden, met niet bedekt aangezicht,
de heerlijkheid van de Heer in een spiegel ziend,
2 Kor.3:18a

32. MOZES PAULUS
het oude verbond (v.14) een nieuw verbond (v.6)
letters uitgebeiteld in steen (v.6) geschreven met de geest
van de levende God (v.3)
op stenen platen (v.3) op vlezige platen vh hart (v.3)
dienst van dood (v.7) dienst van geest (v.8)
dienst van veroordeling (v.9) dienst van gerechtigheid (v.9)
kwam in heerlijkheid (v.7) vloeit over in heerlijkheid (v.9)
buiten werking gesteld blijft in heerlijkheid (v.11)
in heerlijkheid (v.11)
bedekking over aangezicht (v.13) niet bedekt aangezicht (.18)

33. naar hetzelfde beeld getransformeerd,
van heerlijkheid tot heerlijkheid,
net zoals het is, van de Heer, de geest 2 Kor.3:18b