SlideShare a Scribd company logo
Werken met Acteurs
Liesbeth De Doncker
   Tommie Harnie
Voor welke domeinen kan je een
           acteur inschakelen?
VAARDIGHEDEN EN GEDRAG

IK _ SELF TOV DE ANDEREN + KLANTEN




                                                          PRODUCTKENNIS

                                                          THEORIE




                                     Werken met Acteurs                   2
Meerwaarde van een acteur?
Garantie op hoger leerrendement?
                                Onze sales medewerkers hebben een
                                leerdoel voor ogen. Rekeninghoudend met
                                de scholingsgraad zoeken we naar
                                toegankelijke leervormen.




  De trainer reikt de sales medewerker
                                                                   De acteur stelt zich ten dienste van de
  modellen aan en houdt de regie in handen.
                                                                   sales medewerkers en reageert op het
                                                                   gedrag van de medewerkers: belonend of
                                                                   afstraffend.




                                   De trainer brieft de acteur over de doelgroep en
                                   brengt de cursisten in kaart zodat een “scène op
                                   maat” kan opgezet worden waar de grens
                                   tussen spel en werkelijkheid te verwaarlozen is.
                                              Werken met Acteurs                                             3
Kruisbestuiving

 Zorg voor een duidelijke rolverdeling
 Trainer is geen acteur; geeft minder
  weerstand.
 Acteur is geen vakspecialist
 Tandem: acteur en trainer


                Werken met Acteurs        4
Diepgang in rollenspel

 Belang van de debriefing
 Technieken ondergeschikt aan gevoel?
 Herspelen waar het „vastloopt‟
 Overtuiging belangrijker dan
  vaardigheden


               Werken met Acteurs        5
Hogere transfer naar werkplek

 Realistische cases
 Acteur speelt verschillende types
 Rollenspel blijft langer hangen




                Werken met Acteurs    6
Opbouw training met acteur?
 Theorie ervoor, tijdens of erna?
 Maximaal inzetten: zie werkvormen




               Werken met Acteurs     7
Werk met cases
 Voor de acteur
   –   Het leerdoel, wat dient de deelnemer te kunnen na de oefening
   –   De situatieschets
   –   De relatie tussen de personen
   –   De aanleiding voor het gesprek
   –   De praktische setting; waar, wanneer?
   –   Rolomschrijving: functie en persoon
   –   De criteria voor de acteur om zijn gedrag op af te stemmen.
   –   De werkvorm
 Voor de deelnemer
   –   Het startpunt van het gesprek
   –   Het gespreksdoel
   –   Het leerdoel
   –   Relatie met de acteur
                               Werken met Acteurs                      8
Spelregels duidelijk?
 Er is maar 1 acteur, dus jij moet niet spelen.
 Je mag altijd time-out doen: deelnemer mag dat, trainer ook. Niet de
  observatoren of de acteur.
 Ook de trainer kan de simulatie stopzetten : bvb. : er wordt te veel
  afgedwaald, er is genoeg stof om te bespreken, de aangeleerde
  techniek(en) werden toegepast, om bij te sturen, ….
 De andere deelnemers kunnen NOOIT tussenkomen tijdens de
  simulatie
 De acteur stopt nooit, d.w.z. dat hij in de situatie blijft tot de trainer
  onderbreekt of de trainee een „time-out‟ vraagt
 Mocht de acteur een inhoudelijke fout maken: stap er over.
 De acteur heeft altijd gelijk, ten koste van deelnemer en ook trainer.
 Veiligheid, plezier en openheid staan centraal.
                               Werken met Acteurs                              9
Structuur van een simulatie
 Vooraf
   – Setting duidelijk: techniek, leerdoel, type
   – Briefing acteur
 Direct er na:
   – Dank
   – Check realiteit
   – Hoe liep het voor jou?
 Wat vindt de groep?
 Feedback van de acteur
 Feedback van de trainer

                              Werken met Acteurs   10
Dynamiek bewaren
 Snel onderbreken, zodra er voldoende leerelementen opduiken.
 Een deelnemer meerdere pogingen laten spelen tot hij de juiste
  aanpak heeft.
 I.p.v. de toeschouwers na afloop kritiek te laten geven, deze
  uitnodigen om de simulatie op hun manier over te doen.
 Van makkelijk naar moeilijk!
 Checklist aan deelnemers verstrekken.
 Interventies.
    – Inlassen van een korte tussenbespreking
    – Instructies geven
    – Letterlijk souffleren …
    – Niet eindeloos laten voortduren.
                            Werken met Acteurs                     11
Werkvormen
 In fasen:
   – De cursist krijgt de opdracht 1 fase van het gesprek te voeren met de
     tegenspeler (acteur). Als die fase beëindigd is, wordt de simulatie stopgezet en
     nabesproken. Daarna wordt de volgende fase van hetzelfde gesprek door een
     andere cursist geoefend. Zo worden alle fasen afgewerkt.
 Simulatie zonder aanloop:
   – Deze start midden in een interactie, precies op het moment dat een
     vaardigheid moet worden ingezet (vb. afronden). De aanloop wordt
     overgeslagen. Speler stapt de situatie in en tegenspeler (acteur) reageert als
     1ste met gevraagd gedrag.
 Inspring:
   – De groep staat op de gang, iedereen komt één voor één binnen en speelt een
     korte simulatie (max. 1 min.) met de tegenspeler (acteur). Na zeer kort stoom
     af te blazen gaat men zitten, en kijkt men hoe anderen het doen.



                                   Werken met Acteurs                                   12
Werkvormen
 Hoefijzer
    – Alle deelnemers zitten of staan in een halve cirkel. Na een instructie van de
      trainer, benadert de tegenspeler (acteur) in willekeurige volgorde alle
      deelnemers voor een korte interactie van 30 sec. tot 1 min. De trainer legt om
      de 3 à 4 deelnemers de actie kort stil voor reflectie.
 Clinic:
    – 5 à 6 deelnemers nemen deel, de anderen observeren. De deelnemers
      onderzoeken de case en zijn samen verantwoordelijk voor het verloop van de
      simulatie. Één deelnemer begint, de anderen kunnen de simulatie stilleggen:
      overleggen, overnemen of aanwijzingen geven. Verschillende aanpakken
      uitproberen!
 Estafette:
    – De deelnemers zitten in U. Trainer of acteur start de simulatie bij een
      deelnemer. Op momenten die hij zelf kiest wendt hij zicht tot een andere
      deelnemer, deze speelt de simulatie verder waar de ander gebleven was. Alle
      deelnemers komen in willekeurige volgorde aan bod.
                                   Werken met Acteurs                                  13
Werkvormen
 Souffleur:
    – Dit werkt deels als een standaardsimulatie. Het verschil is dat de trainer sterk
      stuurt in het verloop van de simulatie. Dit doet hij door zich tijdens de
      simulatie achter de deelnemer op te stellen en hem aanwijzingen of letterlijk
      over te nemen tekst influistert. De trainer regisseert de deelnemer naar een
      succesvol einde.
 Carrousel:
    – 2 à 3 deelnemers worden uitgekozen. Uitleg en instructies voor de hele groep.
      1 deelnemer speelt als eerste de situatie, de anderen wachten buiten op hun
      beurt. Na afloop kort stoom afblazen en de volgende komt binnen en begint
      met dezelfde simulatie, etc. Nabespreking met videobeelden.
 Demonstratie/illustratie:
    – De trainer of acteur zet uitvergroot een bepaald gedrag neer (in dialoog of
      solo). Vervolgens bespreek je met de groep de zichtbare kenmerken en de
      betekenis.
         •   Wat zagen jullie?
         •   Wat hoorden jullie?
                                     Werken met Acteurs                                  14
Werkvormen
 Regisseur:
   – Acteur (= speler) speelt met een deelnemer een herkenbare scène uit de
     praktijk. Het gaat allemaal mis (sleutelmomenten). Bij de tweede maal mag
     het publiek stop roepen als ze iets willen veranderen. Ze sturen aan hoe en
     wat. Men voert de wijzigingen uit. Er wordt gesleuteld tot men zich er mee kan
     vinden.
 Onderwaterinformatie:
   – Feedbackvorm waarbij men navraagt of het personage (acteur) nog over
     belangrijke info beschikt die niet aan bod is gekomen. ‟Is er voldoende
     doorgevraagd?‟ De trainer vraagt aan de tegenspeler (acteur):”Mr. Y, welke
     zaken zijn niet besproken?”
 Maten:
   – De persoon die de simulatie gaat doen, kiest een medecursist om de
     nabespreking van zijn simulatie te leiden. Hij bespreekt op voorhand op welke
     punten hij feedback wil krijgen. Na afloop van de simulatie leidt de
     medecursist de nabespreking en draagt zorg voor de juiste feedback.

                                  Werken met Acteurs                                  15
Werken met Acteurs   16
17




Werken met Acteurs
Werken met Acteurs   18

More Related Content

Similar to Cameleon & Media Markt - Werken Met Acteurs

Manieren Van Lesgeven
Manieren Van LesgevenManieren Van Lesgeven
Manieren Van LesgevenGijs Bears
 
Workshop activerende didactiek en samenwerkend leren bij de mvt 4 oktober 201...
Workshop activerende didactiek en samenwerkend leren bij de mvt 4 oktober 201...Workshop activerende didactiek en samenwerkend leren bij de mvt 4 oktober 201...
Workshop activerende didactiek en samenwerkend leren bij de mvt 4 oktober 201...
eTwinning_Nederland
 
Leaflet effectief mentorschap 2014
Leaflet effectief mentorschap 2014Leaflet effectief mentorschap 2014
Leaflet effectief mentorschap 2014OpportunityinBedrijf
 
Presentatie Pascal Van Loo via SD WOrx voor kbc adviesvaardigheden v5
Presentatie Pascal Van Loo via SD WOrx voor kbc adviesvaardigheden v5Presentatie Pascal Van Loo via SD WOrx voor kbc adviesvaardigheden v5
Presentatie Pascal Van Loo via SD WOrx voor kbc adviesvaardigheden v5Pascal Van Loo
 
Presenteer jezelf - oefeningen voor docenten
Presenteer jezelf - oefeningen voor docentenPresenteer jezelf - oefeningen voor docenten
Presenteer jezelf - oefeningen voor docenten
Remco Verwaijen
 
Indeboks Trainingsbrochure
Indeboks TrainingsbrochureIndeboks Trainingsbrochure
Indeboks Trainingsbrochure
Ernst Pietersen
 

Similar to Cameleon & Media Markt - Werken Met Acteurs (6)

Manieren Van Lesgeven
Manieren Van LesgevenManieren Van Lesgeven
Manieren Van Lesgeven
 
Workshop activerende didactiek en samenwerkend leren bij de mvt 4 oktober 201...
Workshop activerende didactiek en samenwerkend leren bij de mvt 4 oktober 201...Workshop activerende didactiek en samenwerkend leren bij de mvt 4 oktober 201...
Workshop activerende didactiek en samenwerkend leren bij de mvt 4 oktober 201...
 
Leaflet effectief mentorschap 2014
Leaflet effectief mentorschap 2014Leaflet effectief mentorschap 2014
Leaflet effectief mentorschap 2014
 
Presentatie Pascal Van Loo via SD WOrx voor kbc adviesvaardigheden v5
Presentatie Pascal Van Loo via SD WOrx voor kbc adviesvaardigheden v5Presentatie Pascal Van Loo via SD WOrx voor kbc adviesvaardigheden v5
Presentatie Pascal Van Loo via SD WOrx voor kbc adviesvaardigheden v5
 
Presenteer jezelf - oefeningen voor docenten
Presenteer jezelf - oefeningen voor docentenPresenteer jezelf - oefeningen voor docenten
Presenteer jezelf - oefeningen voor docenten
 
Indeboks Trainingsbrochure
Indeboks TrainingsbrochureIndeboks Trainingsbrochure
Indeboks Trainingsbrochure
 

More from Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator

Leadswerking - Sales
Leadswerking - SalesLeadswerking - Sales
How to - Leading as a multiplier by Cameleon Business Training
How to - Leading as a multiplier by Cameleon Business TrainingHow to - Leading as a multiplier by Cameleon Business Training
How to - Leading as a multiplier by Cameleon Business Training
Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator
 
Martine De Prijcker - Absentéisme - La Libre Belgique
Martine De Prijcker - Absentéisme - La Libre BelgiqueMartine De Prijcker - Absentéisme - La Libre Belgique
Martine De Prijcker - Absentéisme - La Libre Belgique
Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator
 
Astuces concernant l’absentéisme - Martine De Prijcker - Comme une rivière
Astuces concernant l’absentéisme - Martine De Prijcker - Comme une rivièreAstuces concernant l’absentéisme - Martine De Prijcker - Comme une rivière
Astuces concernant l’absentéisme - Martine De Prijcker - Comme une rivière
Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator
 
Cameleon - 10 regels om een waardevol compliment te geven - 2013
Cameleon - 10 regels om een waardevol compliment te geven - 2013Cameleon - 10 regels om een waardevol compliment te geven - 2013
Cameleon - 10 regels om een waardevol compliment te geven - 2013
Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator
 
Minibar for the MInd - Programmaoverzicht
Minibar for the MInd - ProgrammaoverzichtMinibar for the MInd - Programmaoverzicht
Minibar for the MInd - Programmaoverzicht
Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator
 
Tendensen in leren en ontwikkeling in organisaties
Tendensen in leren en ontwikkeling in organisatiesTendensen in leren en ontwikkeling in organisaties
Tendensen in leren en ontwikkeling in organisaties
Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator
 
Tips et astuces "Le changement"
Tips et astuces "Le changement"Tips et astuces "Le changement"
Tips et astuces "Le changement"
Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator
 
Praktische Tips over Verandering
Praktische Tips over VeranderingPraktische Tips over Verandering
Praktische Verkoopstips
Praktische VerkoopstipsPraktische Verkoopstips
Cameleon op canvas
Cameleon op canvasCameleon op canvas
Verkoopfilosofieën - Praktische Verkooptips
Verkoopfilosofieën - Praktische VerkooptipsVerkoopfilosofieën - Praktische Verkooptips
Verkoopfilosofieën - Praktische Verkooptips
Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator
 
Leve De Generaties
Leve De GeneratiesLeve De Generaties

More from Tommie Harnie - Training - Learning Solutions Co-creator (13)

Leadswerking - Sales
Leadswerking - SalesLeadswerking - Sales
Leadswerking - Sales
 
How to - Leading as a multiplier by Cameleon Business Training
How to - Leading as a multiplier by Cameleon Business TrainingHow to - Leading as a multiplier by Cameleon Business Training
How to - Leading as a multiplier by Cameleon Business Training
 
Martine De Prijcker - Absentéisme - La Libre Belgique
Martine De Prijcker - Absentéisme - La Libre BelgiqueMartine De Prijcker - Absentéisme - La Libre Belgique
Martine De Prijcker - Absentéisme - La Libre Belgique
 
Astuces concernant l’absentéisme - Martine De Prijcker - Comme une rivière
Astuces concernant l’absentéisme - Martine De Prijcker - Comme une rivièreAstuces concernant l’absentéisme - Martine De Prijcker - Comme une rivière
Astuces concernant l’absentéisme - Martine De Prijcker - Comme une rivière
 
Cameleon - 10 regels om een waardevol compliment te geven - 2013
Cameleon - 10 regels om een waardevol compliment te geven - 2013Cameleon - 10 regels om een waardevol compliment te geven - 2013
Cameleon - 10 regels om een waardevol compliment te geven - 2013
 
Minibar for the MInd - Programmaoverzicht
Minibar for the MInd - ProgrammaoverzichtMinibar for the MInd - Programmaoverzicht
Minibar for the MInd - Programmaoverzicht
 
Tendensen in leren en ontwikkeling in organisaties
Tendensen in leren en ontwikkeling in organisatiesTendensen in leren en ontwikkeling in organisaties
Tendensen in leren en ontwikkeling in organisaties
 
Tips et astuces "Le changement"
Tips et astuces "Le changement"Tips et astuces "Le changement"
Tips et astuces "Le changement"
 
Praktische Tips over Verandering
Praktische Tips over VeranderingPraktische Tips over Verandering
Praktische Tips over Verandering
 
Praktische Verkoopstips
Praktische VerkoopstipsPraktische Verkoopstips
Praktische Verkoopstips
 
Cameleon op canvas
Cameleon op canvasCameleon op canvas
Cameleon op canvas
 
Verkoopfilosofieën - Praktische Verkooptips
Verkoopfilosofieën - Praktische VerkooptipsVerkoopfilosofieën - Praktische Verkooptips
Verkoopfilosofieën - Praktische Verkooptips
 
Leve De Generaties
Leve De GeneratiesLeve De Generaties
Leve De Generaties
 

Cameleon & Media Markt - Werken Met Acteurs

  • 1. Werken met Acteurs Liesbeth De Doncker Tommie Harnie
  • 2. Voor welke domeinen kan je een acteur inschakelen? VAARDIGHEDEN EN GEDRAG IK _ SELF TOV DE ANDEREN + KLANTEN PRODUCTKENNIS THEORIE Werken met Acteurs 2
  • 3. Meerwaarde van een acteur? Garantie op hoger leerrendement? Onze sales medewerkers hebben een leerdoel voor ogen. Rekeninghoudend met de scholingsgraad zoeken we naar toegankelijke leervormen. De trainer reikt de sales medewerker De acteur stelt zich ten dienste van de modellen aan en houdt de regie in handen. sales medewerkers en reageert op het gedrag van de medewerkers: belonend of afstraffend. De trainer brieft de acteur over de doelgroep en brengt de cursisten in kaart zodat een “scène op maat” kan opgezet worden waar de grens tussen spel en werkelijkheid te verwaarlozen is. Werken met Acteurs 3
  • 4. Kruisbestuiving  Zorg voor een duidelijke rolverdeling  Trainer is geen acteur; geeft minder weerstand.  Acteur is geen vakspecialist  Tandem: acteur en trainer Werken met Acteurs 4
  • 5. Diepgang in rollenspel  Belang van de debriefing  Technieken ondergeschikt aan gevoel?  Herspelen waar het „vastloopt‟  Overtuiging belangrijker dan vaardigheden Werken met Acteurs 5
  • 6. Hogere transfer naar werkplek  Realistische cases  Acteur speelt verschillende types  Rollenspel blijft langer hangen Werken met Acteurs 6
  • 7. Opbouw training met acteur?  Theorie ervoor, tijdens of erna?  Maximaal inzetten: zie werkvormen Werken met Acteurs 7
  • 8. Werk met cases  Voor de acteur – Het leerdoel, wat dient de deelnemer te kunnen na de oefening – De situatieschets – De relatie tussen de personen – De aanleiding voor het gesprek – De praktische setting; waar, wanneer? – Rolomschrijving: functie en persoon – De criteria voor de acteur om zijn gedrag op af te stemmen. – De werkvorm  Voor de deelnemer – Het startpunt van het gesprek – Het gespreksdoel – Het leerdoel – Relatie met de acteur Werken met Acteurs 8
  • 9. Spelregels duidelijk?  Er is maar 1 acteur, dus jij moet niet spelen.  Je mag altijd time-out doen: deelnemer mag dat, trainer ook. Niet de observatoren of de acteur.  Ook de trainer kan de simulatie stopzetten : bvb. : er wordt te veel afgedwaald, er is genoeg stof om te bespreken, de aangeleerde techniek(en) werden toegepast, om bij te sturen, ….  De andere deelnemers kunnen NOOIT tussenkomen tijdens de simulatie  De acteur stopt nooit, d.w.z. dat hij in de situatie blijft tot de trainer onderbreekt of de trainee een „time-out‟ vraagt  Mocht de acteur een inhoudelijke fout maken: stap er over.  De acteur heeft altijd gelijk, ten koste van deelnemer en ook trainer.  Veiligheid, plezier en openheid staan centraal. Werken met Acteurs 9
  • 10. Structuur van een simulatie  Vooraf – Setting duidelijk: techniek, leerdoel, type – Briefing acteur  Direct er na: – Dank – Check realiteit – Hoe liep het voor jou?  Wat vindt de groep?  Feedback van de acteur  Feedback van de trainer Werken met Acteurs 10
  • 11. Dynamiek bewaren  Snel onderbreken, zodra er voldoende leerelementen opduiken.  Een deelnemer meerdere pogingen laten spelen tot hij de juiste aanpak heeft.  I.p.v. de toeschouwers na afloop kritiek te laten geven, deze uitnodigen om de simulatie op hun manier over te doen.  Van makkelijk naar moeilijk!  Checklist aan deelnemers verstrekken.  Interventies. – Inlassen van een korte tussenbespreking – Instructies geven – Letterlijk souffleren … – Niet eindeloos laten voortduren. Werken met Acteurs 11
  • 12. Werkvormen  In fasen: – De cursist krijgt de opdracht 1 fase van het gesprek te voeren met de tegenspeler (acteur). Als die fase beëindigd is, wordt de simulatie stopgezet en nabesproken. Daarna wordt de volgende fase van hetzelfde gesprek door een andere cursist geoefend. Zo worden alle fasen afgewerkt.  Simulatie zonder aanloop: – Deze start midden in een interactie, precies op het moment dat een vaardigheid moet worden ingezet (vb. afronden). De aanloop wordt overgeslagen. Speler stapt de situatie in en tegenspeler (acteur) reageert als 1ste met gevraagd gedrag.  Inspring: – De groep staat op de gang, iedereen komt één voor één binnen en speelt een korte simulatie (max. 1 min.) met de tegenspeler (acteur). Na zeer kort stoom af te blazen gaat men zitten, en kijkt men hoe anderen het doen. Werken met Acteurs 12
  • 13. Werkvormen  Hoefijzer – Alle deelnemers zitten of staan in een halve cirkel. Na een instructie van de trainer, benadert de tegenspeler (acteur) in willekeurige volgorde alle deelnemers voor een korte interactie van 30 sec. tot 1 min. De trainer legt om de 3 à 4 deelnemers de actie kort stil voor reflectie.  Clinic: – 5 à 6 deelnemers nemen deel, de anderen observeren. De deelnemers onderzoeken de case en zijn samen verantwoordelijk voor het verloop van de simulatie. Één deelnemer begint, de anderen kunnen de simulatie stilleggen: overleggen, overnemen of aanwijzingen geven. Verschillende aanpakken uitproberen!  Estafette: – De deelnemers zitten in U. Trainer of acteur start de simulatie bij een deelnemer. Op momenten die hij zelf kiest wendt hij zicht tot een andere deelnemer, deze speelt de simulatie verder waar de ander gebleven was. Alle deelnemers komen in willekeurige volgorde aan bod. Werken met Acteurs 13
  • 14. Werkvormen  Souffleur: – Dit werkt deels als een standaardsimulatie. Het verschil is dat de trainer sterk stuurt in het verloop van de simulatie. Dit doet hij door zich tijdens de simulatie achter de deelnemer op te stellen en hem aanwijzingen of letterlijk over te nemen tekst influistert. De trainer regisseert de deelnemer naar een succesvol einde.  Carrousel: – 2 à 3 deelnemers worden uitgekozen. Uitleg en instructies voor de hele groep. 1 deelnemer speelt als eerste de situatie, de anderen wachten buiten op hun beurt. Na afloop kort stoom afblazen en de volgende komt binnen en begint met dezelfde simulatie, etc. Nabespreking met videobeelden.  Demonstratie/illustratie: – De trainer of acteur zet uitvergroot een bepaald gedrag neer (in dialoog of solo). Vervolgens bespreek je met de groep de zichtbare kenmerken en de betekenis. • Wat zagen jullie? • Wat hoorden jullie? Werken met Acteurs 14
  • 15. Werkvormen  Regisseur: – Acteur (= speler) speelt met een deelnemer een herkenbare scène uit de praktijk. Het gaat allemaal mis (sleutelmomenten). Bij de tweede maal mag het publiek stop roepen als ze iets willen veranderen. Ze sturen aan hoe en wat. Men voert de wijzigingen uit. Er wordt gesleuteld tot men zich er mee kan vinden.  Onderwaterinformatie: – Feedbackvorm waarbij men navraagt of het personage (acteur) nog over belangrijke info beschikt die niet aan bod is gekomen. ‟Is er voldoende doorgevraagd?‟ De trainer vraagt aan de tegenspeler (acteur):”Mr. Y, welke zaken zijn niet besproken?”  Maten: – De persoon die de simulatie gaat doen, kiest een medecursist om de nabespreking van zijn simulatie te leiden. Hij bespreekt op voorhand op welke punten hij feedback wil krijgen. Na afloop van de simulatie leidt de medecursist de nabespreking en draagt zorg voor de juiste feedback. Werken met Acteurs 15