3. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 3 van 12
Doelstellingen hernieuwbare energie
In onze moderne samenleving is elektriciteit een niet weg te denken goed. Voor ons eigen comfort én
in functie van de doelstellingen die op verschillende niveaus zijn afgesproken is het cruciaal om in
België een eigen productiecapaciteit uit te bouwen en zo bevoorradingszekerheid te garanderen voor
de toekomst. De elektriciteitsvoorziening in België staat immers voor grote uitdagingen, met de
geplande kernuitstap in 2025 en het halen van de Europese klimaatdoelstellingen. Daarbovenop is de
energiecrisis van 2022 gekomen, die heeft blootgelegd hoe het bevorderen van de Belgische
energiebevoorradingszekerheid en energieonafhankelijkheid een zaak van algemeen belang is.
Ook de Vlaamse regering heeft de ambitie om de voorziening van hernieuwbare energie uit te breiden,
en de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Dit heeft zij vertaald in het regeerakkoord 2019-
2024, waarbij een vermindering van minstens 80 % van de uitstoot van broeikasgassen in Vlaanderen
tegen 2050 wordt vooropgesteld. Dit kan verwezenlijkt worden door de energieproductie fors te
verhogen, onder meer met het verder verhogen van de geïnstalleerde capaciteit aan windturbines op
land. In het Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021-2030 heeft de Vlaamse regering het traject
uitgeschreven waarmee het in de eerstvolgende jaren naar deze doelstelling wil toewerken. Met
betrekking tot windenergie stelt het de doelstelling om de totale geïnstalleerde capaciteit van
windturbines op Vlaams grondgebied jaarlijks (op land) uit te breiden met 150 MW per jaar. De
windturbine die Aspiravi in dit project te Diest voorziet draagt hiertoe bij, met een maximale capaciteit
van 6 MW.
Aspiravi Samen CV
U heeft de mogelijkheid om mee te bouwen aan een duurzame samenleving door te participeren in
hernieuwbare energie. Zo kunt u genieten van de opbrengsten van dit windenergieproject. Meer
informatie vindt u op https://aspiravi-samen.be/.
Lokalisatienota
De vergunningsaanvraag voor een windenergieproject dient een ‘lokalisatienota’ te bevatten. Deze
nota brengt de effecten van het windenergieproject op mens, natuur en milieu in kaart.
Naar aanleiding van de klimaatdoelstellingen heeft de Vlaamse overheid een wetgevend kader
ontwikkeld dat aangeeft waar windenergieprojecten mogelijk zijn. In de lokalisatienota wordt het
windenergieproject hieraan afgetoetst. Dit wetgevend kader gaat uit van 2 principes, namelijk het
bundelingsprincipe en het optimalisatieprincipe.
Het bundelingsprincipe houdt in dat er dient aangesloten te worden met bestaande reeds in het
landschap markant aanwezige infrastructuren zoals bijvoorbeeld hoogspanningslijnen, waterwegen,
autosnelwegen, spoorwegen, industriezones, etc. De locatie waar de windturbine voorzien wordt in
voorliggend project, wordt afgebakend en gekenmerkt door diverse structuren: de autosnelweg E314,
het bedrijventerrein Webbekom, en de bestaande windturbines in de omgeving, waar de voorziene
windturbine bij aansluit. Het project voldoet dus aan het bundelingsprincipe.
Het optimalisatieprincipe schrijft voor dat een project de betreffende projectzone maximaal dient te
benutten. Daarbij wordt rekening gehouden met ruimtelijke, milieutechnische en energetische
aspecten, zoals hieronder kort schematisch samengevat.
4. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 4 van 12
Figuur 2: schematisch overzicht optimalisatieprincipe
Het project voorziet een aanvulling van de reeds bestaande lijnen van windturbines aan de E314 op
grondgebied Diest en Halen. Op deze locatie wordt een ruime afstand van ‘solitaire’ woningen
(minstens 362m) en woningen in woongebied (minstens 660m) aangehouden. Er werd tevens rekening
gehouden met andere kenmerken van de omgeving, zoals de afstand tot de autosnelweg, de ligging
ten opzichte van onroerend erfgoedwaarden, het behoud van de waardevolle natuur ter hoogte van
de holle weg Tiensebaan, e.a.. Zoals verder zal worden verduidelijkt, werd de invloed van het project
op de omgeving uitvoerig bestudeerd tijdens de ontwerpfase, en werd het project in functie van de
bevindingen steeds verder geoptimaliseerd.
Figuur 3: Afstanden tot bewoning
5. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 5 van 12
Zoals elke vorm van energieproductie hebben ook windturbines bepaalde mogelijke effecten. In dit
samenvattend document wordt verder ingegaan op deze milieutechnische aspecten (slagschaduw,
geluid, veiligheid). In het kader van deze mogelijke effecten werden strenge normen bepaald door de
Vlaamse overheid die worden gebundeld in VLAREM (= Vlaams Reglement betreffende de
Milieuvergunning).
De lokalisatienota beschrijft hoe het project aan deze normen voldoet. Daarnaast worden ook andere
onderzoeksgebieden zoals het grond- en ruimtegebruik, de impact op wonen, landbouw,
bedrijventerreinen, zeehavengebieden, sport en recreatie, landschap en onroerend erfgoed, natuur,
luchtvaart, etc. gedetailleerd verduidelijkt in de lokalisatienota. Dit informatiedocument dient ertoe
om een beknopt overzicht van de motivatie en argumentatie die schuilt achter dit project uiteen te
zetten.
Geluid
Wat is geluid?
De sterkte van geluid (het geluidsniveau) wordt uitgedrukt aan de hand van de eenheid dB(A). Om een
idee te geven hoe verschillende geluidsniveaus ervaren worden is hieronder een overzicht terug te
vinden.
Figuur 4: Illustratie geluidsniveaus van verschillende geluidsbronnen
Geluid en geluidsnormen bij windenergieprojecten
Onder bepaalde omstandigheden kan afhankelijk van het omgevingsgeluid, de windsnelheid en de
windrichting geluid van de windturbines waargenomen worden. Windturbines veroorzaken geluid
wanneer ze draaien. Wanneer er weinig wind is, zullen ze nauwelijks geluid produceren. Windturbines
kunnen 2 types geluid produceren. Het geluid kan afkomstig zijn van de bewegende delen (gondel,
generator, tandwielkast) of het draaien van de wieken (dit hangt af van de lengte van de wieken,
windsnelheid en vormgeving van de rotorbladen).
Door de Vlaamse overheid worden zeer strenge normen opgelegd op vlak van windturbinegeluid. Deze
normen zijn afhankelijk van de plaats van de woningen en het tijdstip. Geluid wordt namelijk anders
ervaren tijdens de nacht dan tijdens de dag. Daarom worden strengere normen opgelegd ’s nachts.
Het voorliggend windproject moet voldoen aan de geldende normen die van toepassing zijn in de
nabijheid van woningen. Deze methodiek gaat uit van een worst-case scenario waarbij in de
geluidssimulering rekening wordt gehouden met het feit dat alle windturbines steeds op vol vermogen
draaien (bij windsnelheden van meer dan 8 m/s) en de wind ten allen tijde richting de ontvanger blaast
(wat in realiteit niet mogelijk is). De waarden die bekomen worden tonen het geluidsniveau
buitenshuis, dus niet binnen in de woning.
6. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 6 van 12
Onderstaande tabel geeft de maximaal toegestane waarden voor het windturbinegeluid dB(A) nabij
woningen (buitenshuis):
Tabel 1: Geluidsnormen windturbines VLAREM in dB(A)
Bestemming gewestplan Dag (dB(A)) Avond en nacht (dB(A))
Woongebied 44 39
Groengebied 44 39
Agrarisch gebied 48 43
Agrarisch gebied op minder
dan 500m van een
industriegebied
50 45
Uit de geluidssimulaties in de geluidsstudie is met deze worst-case benadering gebleken dat het
geluidsniveau van de geplande windturbine, samen met de reeds bestaande, steeds beneden de
normen gelegen is voor alle woningen in de omgeving.
Tijdens de avond- en nachtperiode is er nog steeds conformiteit voor alle woningen in de omgeving
mits beperkte reducties. Dit houdt in dat de windturbine in een licht gereduceerde toestand draait
waardoor de rotatiesnelheid wat beperkt wordt, en het brongeluid vermindert. Op die manier zal het
windenergieproject steeds voldoen aan de VLAREM-geluidsnormen tijdens alle momenten van de
dag, avond en nacht.
Slagschaduw
Wat is slagschaduw?
De ronddraaiende wieken van een windturbine kunnen een bewegende schaduw werpen op de
omgeving als de zon op de mast en de rotor van een bewegende windturbine schijnt. Slagschaduw
draait mee met de zon en is dus geen constant fenomeen. Voornamelijk als de zon laag staat kan dit
een vervelend effect geven.
Het voorkomen van slagschaduw in een woning is dus afhankelijk van het al dan niet aanwezig zijn
van zonlicht, de zonnesterkte, de windrichting, het seizoen, moment van de dag en de ligging van de
woning t.o.v. de windturbine. In het zuiden van de windturbine zal er nooit slagschaduw optreden
gezien de zon nooit in het noorden staat. Onderstaande Figuur 5 illustreert door middel van
contouren hoe de totale hoeveelheid slagschaduw in de omgeving rondom een windturbine er
typisch ongeveer uitziet. De ononderbroken vormen illustreren de contour waarop precies één
bepaalde hoeveelheid slagschaduw over het volledige jaar plaatsvindt.
7. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 7 van 12
Figuur 5: verduidelijkende illustratie van slagschaduwcontouren,
alsook wanneer de slagschaduw in elke richting kan optreden
Slagschaduwnormen windenergieproject
Ook voor slagschaduw die binnenvalt in binnenruimten werden strenge normen vastgelegd in
VLAREM. Een woning mag in totaal niet meer dan 8 uur/jaar en nooit langer dan 30 min/dag
slagschaduw ontvangen. Alle woningen die in het slagschaduwbereik liggen, worden in de windturbine
geprogrammeerd en gemonitord. Zodra de norm overschreden dreigt te worden, legt de
programmatie de windturbine automatisch stil. De exploitant moet dit voor elke woning bijhouden in
een logboek, en dient het logboek ter beschikking te stellen aan de milieu-inspectie.
In de vergunningsaanvraag werd een studie bijgevoegd waarbij een worst-case simulatie werd
opgemaakt van de slagschaduwcontour. In deze studie wordt bijvoorbeeld geen rekening gehouden
met eventuele obstakels (zoals bomen, struiken, muren, etc.) die slagschaduw ter hoogte van de
woningen in werkelijkheid kunnen vermijden.
Toegepast op dit project, worden de berekende slagschaduwcontouren van één van de vooraf
geselecteerde windturbinetypes afgebeeld op Figuur 6. Hierbij moet worden opgemerkt dat deze
contouren de situatie vóór eventuele slagschaduwreducties uitzetten.
Noord
8. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 8 van 12
Figuur 6: slagschaduwcontour van één van de vooraf geselecteerde windturbinetypes voor dit project
Belangrijk om weten is dat de normen gelden per woning en niet per windturbine. Daarom werd in
de slagschaduwstudie via dezelfde methodiek een berekening gemaakt van de slagschaduw die alle
windturbines in de omgeving tezamen creëren. Zo wordt erop toegezien dat het aantal uren
slagschaduw steeds beneden de VLAREM-norm blijft, ongeacht hoeveel windturbines er in de buurt
staan. Op basis van de berekeningen worden zogenaamde ‘slagschaduwkalenders‘ opgemaakt voor
alle belangrijke slagschaduwreceptoren in de omgeving. Uit deze slagschaduwkalenders (waarvan een
voorbeeld voor één woning in Figuur 7) kan in de programmatie van de windturbine duidelijk bepaald
worden wanneer in het jaar er slagschaduwbeperkende stilstand voorzien moet worden voor bepaalde
woningen. Deze beperkende maatregelen maken deel uit van de vergunningsvoorwaarden, en het
naleven van deze voorwaarde kan gecontroleerd worden door de milieu-inspectie door middel van het
voornoemde logboek.
Figuur 7: slagschaduwkalender voor één woning, ter illustratie
9. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 9 van 12
Natuur
Het aspect natuur, in het bijzonder de mogelijke impact van de geplande windturbine ten aanzien van
vogels en vleermuizen, werd in een natuurtoets door een erkende deskundige onderzocht. Daarnaast
werden ook de eventuele effecten van de windturbine op beschermde gebieden onderzocht. Uit de
studie blijkt dat er geen significante effecten verwacht worden.
Beschermde gebieden
De windturbine wordt ingeplant op ruime afstand (meer dan anderhalve kilometer) van beschermde
gebieden zoals VEN-gebied en speciale beschermingszones van Natura 2000. Gezien deze ruime
afstanden wordt geen interferentie verwacht met deze gebieden.
Avifauna
Tijdens de aanleg- en exploitatiefase zal er geen ruimtebeslag of beïnvloeding van waardevolle
vegetaties plaatsvinden. De windturbines zijn niet gelegen in de risicogebieden volgens de risicoatlas
met betrekking tot weidevogels, bijzondere broedvogels, broedkolonies, seizoenstrek, voedseltrek en
slaaptrek. Wel is de projectzone gelegen op de rand van een gebied dat door de risicoatlas als risicovol
wordt aangeduid voor akkervogels. Hiertoe werd dan ook speciale aandacht besteed door uitgebreid
natuuronderzoek te voeren voor deze soorten. Op basis van deze studie heeft Aspiravi zich erop
toegelegd om speciale voorzorg te hanteren, o.a. doormiddel van werken uit te voeren op de minst
risicovolle momenten voor akkervogels. De experten die het natuuronderzoek hebben uitgevoerd
oordeelden dat er voor geen enkele vogelsoort een significant effect te verwachten valt. Daarenboven
maakt de projectzone deel uit van een gebied dat volgens ruimtelijke uitvoeringsplannen uit 2016
(Provinciaal RUP ‘Afbakening kleinstedelijk gebied Diest’) bestemd is om in de nabije toekomst
bedrijventerrein te worden, waardoor de windturbine met het oog op de toekomst geen potentieel
habitatgebied inneemt.
Vleermuizen
Tijdens de aanleg- en exploitatiefase zal er geen ruimtebeslag of beïnvloeding van waardevolle
vegetaties voor vleermuizen plaatsvinden. Het vleermuizenonderzoek heeft aangeduid waar de
meeste vleermuizenactiviteit in de buurt plaatsvindt, en dit is ter hoogte van de holle weg Tiensebaan.
Uit het onderzoek bleek dat voornamelijk gewone dwergvleermuis hier voorkomt. Deze soort begeeft
zich voornamelijk nabij bomen, struiken en kleine landschapselementen, en vliegt slechts zelden op
grotere hoogtes. Desondanks is er voor deze vleermuizen speciale aandacht besteed om met de
windturbine een ruime afstand van meer dan 75 meter van de bosjes aan de rand van de holle weg
aan te houden. De natuurexperts oordeelden dan ook na de studie dat geen betekenisvolle negatieve
effecten op vleermuizen te verwachten vallen.
Landschap - visualisaties
De autosnelweg E314 doorsnijdt door haar ligging en forse breedte het landschap, en vormt zo een
sterke barrière in het landschap, waarmee zij de grens tussen Diests en Halens grondgebied markeert.
De bestaande windturbines maken, door hun dichte afstand tot de snelweg, ruimtelijk onderdeel uit
van die ‘grens’ of ‘rand’. Daarmee staan de windturbines aan de rand van het landschap, en wordt de
ruimte van het daarnaast gelegen landschap maximaal gevrijwaard. Vóór dit project bestaat er
vandaag ter hoogte van de huidige projectzone een leemte in de lijn van windturbines gelegen aan de
E314, aan Diestse zijde. Huidig project voorziet de invulling van deze leemte met een windturbine die
10. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 10 van 12
ruimtelijk en visueel mooi aansluit bij deze lijn, en een belangrijke uitbreiding vormt van de productie
van hernieuwbare energie in dit windpark, zonder het landschap negatief te beïnvloeden.
Onderstaande figuren en visualisaties illustreren hoe deze nieuwe windturbine in lijn komt met de
bestaande, en het landschap bewaard zal worden.
Figuur 8: Positie van de geplande windturbine op het gewestplan en
binnen het voorziene bedrijventerrein Webbekom West
Figuur 9: Foto met aanduiding van de zone waarin de voorziene windturbine gepland wordt,
in lijn met de bestaande windturbines
11. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 11 van 12
Figuur 10: 3D-visualisatie van de geplande windturbine, gezien vanaf de Tiensebaan
Figuur 11: 3D-visualisatie van de geplande windturbine, gezien vanaf bedrijventerrein Webbekom
Verloop van de procedure
In onderstaande samenvattende tabel worden de voornaamste stappen in de procedure voor een
omgevingsvergunningsaanvraag weergegeven met bijhorende deadline.
Na het indienen van de omgevingsvergunningsaanvraag gaat de provincie na of het dossier de nodige
informatie bevat. De provincie heeft 30 dagen de tijd om het dossier ‘volledig en ontvankelijk’ te
verklaren.
Na de volledigheids- en ontvankelijkheidsverklaring wordt aan de stad Diest gevraagd om een
openbaar onderzoek op te starten. Ook wordt aan de verschillende adviesinstanties de vraag gesteld
om een advies uit te brengen (Departement Omgeving, de stad Diest, Agentschap Natuur en Bos,
Departement Landbouw en Visserij, etc.). Deze adviesinstanties brengen op basis van de
omgevingsvergunningsaanvraag hun standpunt uit aan de provincie Vlaams-Brabant. Vervolgens
neemt de provincie Vlaams-Brabant op basis van de omgevingsvergunningsaanvraag en de
uitgebrachte adviezen een beslissing.
12. Informatiedocument Windturbine Diest E314 Webbekom West – Uitbreiding Aspiravi Pagina 12 van 12
Procedure Deadline
Indiening
omgevingsvergunningsaanvraag
september 2022
Aanvraag volledig en ontvankelijk
verklaard
Eind september 2022
Openbaar onderzoek 6/10/22 t.e.m. 4/11/22
Adviezen diverse adviesinstanties Eind november 2022
Beslissing deputatie provincie
Vlaams-Brabant
Eind januari 2023