1. PETROCHEM 2 - 2016 50
De tankopslagbranche is rede-
lijk conservatief, zo mag wel
worden geconcludeerd. Veel
van de bestaande oplossingen
die beheer en onderhoud naar
een hoger plan tillen, worden
maar mondjesmaat toegepast.
Laat staan dat partijen in de rij
staan om te experimenteren met
nog niet in de praktijk bewezen
technologie. Gelukkig steekt
een handjevol pioniers zijn nek
uit om te zien wat innovatieve
techniek voor hun business kan
betekenen.
David van Baarle
De opslag van brandbare stoffen in tanks
brengt risico’s met zich mee. In 2005
woedde er een grote brand in het Engelse
Buncefield bij de Hertfordshire Oil Sto-
rage Terminal, een bedrijf met een groot
aantal opslagtanks voor aardolieproduc-
ten. De brand was ontstaan door ontste-
king van brandstof die uit een overvulde
opslagtank stroomde. De ramp was voor
de Nederlandse inspectie aanleiding om
de regelgeving aan te scherpen om zo te
voorkomen dat iets dergelijks in Neder-
land zou gebeuren.
Desondanks stelde de overheid in 2012
ernstige problemen vast bij tankopslag-
bedrijf Odfjell, dat de werkzaamheden
op een gegeven moment zelfs helemaal
moest neerleggen. Naar aanleiding van
die misstanden besloot men de overige
tankopslagbedrijven ook te inspecteren
en de resultaten waren niet heel bemoe-
digend. Bij achttien bedrijven werden
geen overtredingen vastgesteld, maar bij
de overige 73 bedrijven werden in totaal
323 overtredingen aangetroffen. Nu
waren niet alle overtredingen even ern-
stig, maar bij een viertal bedrijven moest
de toezichthouder direct ingrijpen en 28
bedrijven kregen een dwingende sanctie
opgelegd.
Regeldruk
Het inzicht in de veiligheidsprestaties
is inmiddels verbeterd, zegt beleids-
adviseur duurzaamheid en veiligheid
Hennie Holtman van Votob. Het bedrijf
ontwikkelde een zogenaamde safety
maturity tool (SMT, red.), een driedaag-
se audit waarbij de veiligheidscultuur,
managementprocedures en de hardware
zoals tanks, drukvaten en leidingen van
Votob-bedrijven worden gescreend. ‘Vei-
ligheid hangt nauw samen met onder-
houd en door inspecties uit te voeren,
borg je de integriteit van installaties.
Gelukkig zijn uit die SMT-audits geen
zaken gevonden die de betrouwbaarheid
direct in gevaar brengen, maar verbete-
ring is altijd mogelijk.’
Holtman ziet bijvoorbeeld dat er verbe-
tering mogelijk is in de onderhoudsbe-
heersystemen. ‘Dit soort methoden is in
de industrie al gangbaar, maar de onder-
houds- en inspectieresultaten van veel
opslagbedrijven moeten nog uit verschil-
lende systemen komen. Met name de
wat oudere terminals hebben te maken
met bestaande systemen die doen wat
ze moeten doen, maar die standalone
draaien. Een volgende stap zou zijn om
die systemen te integreren, maar tot nog
toe voelen veel bedrijven de noodzaak
niet. Als tankterminals al investeren, dan
is het vaker in uitbreiding van capaciteit
dan in systemen die de efficiency verbe-
teren.’
Desondanks ziet Holtman steeds meer
bedrijven die innovatieve diensten aanbie-
den om de taken van de plant- en main-
tenance manager te verlichten. Bedrijven
zoals Rosen, die pijpleidingen inspecteren
met behulp van robots. ‘Ook de leveran-
ciers van procesbesturingssystemen bieden
steeds meer intelligente systemen die
informatie kunnen geven over de techni-
sche status van de assets. Door in dit soort
systemen te investeren, ervaringen uit te
wisselen en kennis te delen, win je het
vertrouwen terug en laat je zien ‘in con-
trol’ te zijn. Daarmee kan op den duur
ook de regeldruk afnemen.’
Drijfveer
Dat de veiligheid, efficiency en het maat-
schappelijk verantwoord ondernemen
kan worden verbeterd, daar is Ivo van
der Gaag van overtuigd. De maintenance
manager bij de Nederlandse vestigin-
gen van VTTI investeert dan ook wel
degelijk in innovatieve technieken die
Pioniers maken
tankopslag veiliger
OPSLAG
2. PETROCHEM 2 - 2016 51
hem helpen in zijn dagelijkse werk. ‘Het
klopt dat de tankopslagwereld redelijk
conservatief is. Maar intussen gebeurt er
genoeg. De meeste bedrijven willen ech-
ter pas meedoen als de technologie zich
in de praktijk heeft bewezen. Bovendien
gaat het al jaren goed op de manier waar-
op ze de terminals hebben bedreven, dus
waarom zou je veranderen? De meeste
innovaties komen dan ook niet vanuit
de branche zelf, maar vanuit startups
of mkb’ers met een goed idee. Binnen
VTTI proberen we die partijen ruimte
te geven om hun ideeën in de praktijk te
toetsen.’
De drijfveer voor innovatie is vooral
ingegeven door verbetering van de veilig-
heid en de productiviteit. ‘Onze klanten
zijn voornamelijk traders die de markt
volgen, voorspelbaarheid en beschikbaar-
heid zijn hier erg belangrijk. Het is daar-
om voor ons als terminal de kunst om
een balans te vinden tussen die beschik-
baarheid, maar wel conform richtlijnen
en wet- en regelgeving.’
Als BRZO-bedrijf worden er eisen
gesteld door toezichthouders met betrek-
king tot veiligheid, gezondheid, milieu
en compliance. Het kunnen aantonen
dat je conform de regels werkt, is een
grotere drijfveer voor innovatie. ‘Het
inspectieregime is veranderd na ontwik-
kelingen binnen de industrie. Je merkt
dat het veiligheidsbewustzijn is toege-
nomen en de rolverdeling is gewijzigd.
De toezichthouder heeft meer afstand
genomen en laat de bewijslast dat de
veiligheid is geborgd over aan de organi-
saties. Dat betekent dat de assets moeten
worden onderhouden conform wet- en
regelgeving, en ik vind dat terecht.’
Drone
‘Innovatie betaalt zich uiteindelijk wel
terug’, vindt Van der Gaag. ‘Als door
inzet van technologische ontwikkelin-
gen personeelskosten omlaag kunnen,
heeft dit toegevoegde waarde voor de
organisatie. Denk hierbij bijvoorbeeld
aan inspectierondes door operators. Als
technologie deze ronde overneemt, kan
de persoon die momenteel de rondes
uitvoert, worden ingezet om een schip te
lossen.’
Het voorbeeld is niet uit de lucht gegre-
pen, want met het volwassen worden van
de technologie voor drones, nemen ook
de mogelijkheden toe voor gebruik in de
omgeving van tankterminals. ‘We spelen
met het idee om regelmatig een drone
via een vast schema te laten opstijgen
die vervolgens geheel automatisch een
inspectieronde uitvoert. Je kunt die dro-
nes uitrusten met hyperspectrale camera’s
die heel nauwkeurige opnamen maken.
Daarmee wordt het mogelijk om afwij-
kingen op detailniveau te constateren.
Zo kan je lekkages al detecteren voordat
ze een echt probleem gaan vormen. Of
wat bij tanks ook belangrijke informatie
is: de differentiële zetting. Tanks kunnen
verzakken doordat de grond inklinkt
en op een gegeven moment bereikt dat
een kritische grens. Met een drone zou
je dat heel goed in de gaten kunnen
houden. Diezelfde drone kan ook wor-
den uitgerust met een thermografische
camera zodat we isolatie op pijpleidingen
kunnen controleren op eventuele lekken.
We hebben ook tracés met stroomkabels
en als de weerstand te groot wordt, is
dat een teken van degradatie. Ook dat is
eenvoudig te meten met een thermogra-
fische camera.’
Het gaat Van der Gaag overigens te ver
om zo’n drone zelf aan te schaffen. ‘Onze
kerntaak is het op- en overslaan van
vloeistoffen. Maar als er partijen zijn die
dit soort inspecties als dienst aanbieden,
houd ik me aanbevolen.’
Duurzaam schoonmaken
Een innovatie waar Van der Gaag veel
belangstelling voor heeft, is die van
magnetische ankerpunten van McNetiq.
‘Dit is typisch zo’n innovatie die op den
duur veel geld kan besparen. Je hoeft
dan niet meer te boren om een stelling
te verankeren. Je zou zelfs mensen aan
zo’n anker kunnen laten hangen. Omdat
je echter met de veiligheid van mensen
experimenteert, vind ik het nog te vroeg
om het in onze omgeving toe te passen.
Daar ligt wat mij betreft de grens. Maar
als de leverancier de veiligheidscijfers kan
FOTO'S:PETROBOTPROJECT.EUENA.HAK
Van der Gaag: ‘We vinden dat we een maat-
schappelijke verantwoordelijkheid hebben om zo
duurzaam mogelijk te opereren.’
3. PETROCHEM 2 - 2016 53
overhandigen en meer voorbeeldcases
kan laten zien, dan kan het voor ons heel
veel tijd en geld schelen.’
Ook het schoonmaken van tanks is
onderwerp van onderzoek. ‘Normaal
gesproken gebruiken we chemische
oplosmiddelen om de residuen uit de
tanks te halen. We hebben nu op kleine
schaal geëxperimenteerd met het gebruik
van enzymen met de firma Produsafe.
Dit is een veel milieuvriendelijkere
oplossing voor mens en milieu. We heb-
ben het nu op kleine schaal getest bij
een aantal IBC’s en de resultaten van die
proef zien er positief uit. We zouden dan
ook graag een tank op dezelfde manier
willen aanpakken. Uiteindelijk blijven
we er wel naar streven dat een tank zo
snel mogelijk beschikbaar is, dus als het
schoonmaken sneller kan dan weegt dat
zwaar mee in de beoordeling van een
nieuwe technologie. Maar we vinden
ook dat we een maatschappelijke verant-
woordelijkheid hebben om zo duurzaam
mogelijk te opereren.’
Inspectierobot
Wensen heeft Van der Gaag ook nog wel.
‘Een inspectie van de bodem kost ons
nog veel geld omdat we een tank volledig
leeg moeten halen. Idealiter zou je een
robot in een tank moeten kunnen laten
afdalen die de inspectie kan doen terwijl
het medium nog in de tank zit. Als hij
kritieke waarden detecteert, moet de
tank alsnog leeg worden gehaald. Maar
als hij ziet dat de bodem nog jaren mee
kan, is dat zeer waardevol.
Overigens hoeft dat niet per se met een
robot. Ook sensoren worden steeds
goedkoper en beter. Als je in een auto
rijdt, krijg je op den duur vanzelf een
waarschuwing als het oliepeil te laag
wordt of de bandenspanning terugloopt.
Een sensor op de bodem of de wand van
een tank die de dikte in de gaten houdt,
zou al veel informatie kunnen opleveren
voor het maintenance managementsys-
teem.’
Cor van de Linde van iTanks kan de
wensen van Van der Gaag direct ver-
vullen. Er wordt momenteel namelijk
al een dergelijke inspectierobot getest.
De Petrobot is ontwikkeld binnen het
zevende raamwerkprogramma van de EU
en onder andere Vopak, A.Hak en Shell
zijn vanuit Nederland bij de ontwikke-
ling betrokken. ‘Hetzelfde geldt voor de
sensoren’, vervolgt Van de Linde. ‘Ook
daar zijn we samen met twee contractors
bezig met testen bij Vopak. Het is goed
mogelijk om scheefstand en bijvoorbeeld
wanddiktes met sensoren te meten.’
iTanks is een innovatiecluster dat speci-
aal is opgericht om de tankwereld te hel-
pen bij hun zoektocht naar efficiencyver-
betering. ‘We hebben het over innovatie’,
zegt Van de Linde, ‘Maar soms zijn
kleine verbeterstapjes net zo waardevol.
De wil om te veranderen heeft vooral
te maken met bedrijfscultuur. Natuur-
lijk zijn er altijd risico’s verbonden aan
innovatie, maar je hoeft ook niet direct
je hele tankpark om te gooien. Probeer
eerst in een veilige omgeving of een goed
idee ook in de praktijk goed werkt. Dan
kan je daarna kijken of de businesscase
interessant genoeg is.’
iTanks zit zelf vaak risicodragend in dit
soort innovatietrajecten, bijvoorbeeld
bij de ontwikkeling van een spuitpistool
en van een lastoorts met afzuiging. Van
de Linde: ‘Ook de contracters worstelen
met de implementatie van verbetertrajec-
ten of innovatie. En ook zij kunnen beter
samenwerken met hun opdrachtgevers of
innovatieve mkb-ers om de investering
zo laag mogelijk te houden en de risico’s
te spreiden. Mijn ervaring is dat je in dat
soort trajecten altijd waardevolle kennis
opbouwt, of je de businesscase nu rond
krijgt of niet. Een veel gehoord excuus is
dat men niet zeker weet of de veiligheid
in het geding is. Natuurlijk moet de
veiligheid goed zijn, maar het moet geen
excuus zijn om dan maar niets te doen.
Zo’n robot komt er toch wel. Je moet
wel op de hoogte blijven van dat soort
technieken en kijken wat die voor jouw
business kunnen betekenen. Anders haalt
de concurrentie je links en rechts in.’ ■
Van de Linde: ‘Je moet op de hoogte blijven van
nieuwe technieken, anders haalt de concurrentie
je links en rechts in.’