SlideShare a Scribd company logo
1514
Hoeishetgesteldmetde
diversiteitinhetreclame-
enmediavak?Een
illustergezelschapvan
ervaringsdeskundigen
gingereensgoedvoor
zitten.
2015 was een jaar van grote nieuwsfeiten en grote dis-
cussies: vluchtelingen, aanslagen en Zwarte Piet waar
men zich tot aan de VN druk over maakte. Dat raakte het
reclame- en mediavak direct. Is de discussie over Zwarte
Piet een extrapolatie van allerlei andere stereotypes die
onopgemerkte discriminerend zijn? Is de media een witte
blik te verwijten?
John Olivieira en Marianne Zwagerman klommen
afgelopen zomer al in de pen om een statement over dit
onderwerp te maken. Olivieira wees erop dat allochtone
consumenten in mediabereiksonderzoeken zwaar onder-
vertegenwoordigd zijn. En in een ander opiniestuk schreef
hij: ‘Je zou de bureauwereld kunnen beschouwen als
een witte zuil in een zich steeds verder verkleurende
samenleving.’
Zwagerman vroeg zich af hoe lang mediabedrijven en
reclamemakers het zich nog kunnen veroorloven om
niet in de straat te komen waar al miljoenen mensen wo-
nen die een nieuwe taal spreken en nieuwe gewoonten
hebben ontwikkeld.
En als je spreekt over diversiteit, heb je het ook over de
vertegenwoordiging van vrouwen. Die zijn, in tegenstel-
ling tot allochtonen, wel goed vertegenwoordigd op de
werkvloer van reclame- en mediabedrijven, maar de weg
naar redacteuren met een andere
achtergrond - ‘iemands achtergrond,
afkomst en wereldbeeld is een kwa-
liteit’. Olivieira is geboren en getogen
Rotterdammer, zoon van een Suri-
naamse moeder, waardoor hij onder
de CBS-definitie van allochtoon valt.
‘Als marketingexpert erger ik me wel
eens over de blinde vlek van adver-
teerders, daarom ben ik een paar
keer in de pen geklommen.’
Marianne Zwagerman vertrok
zeven jaar geleden als directeur
­digitale media bij De Telegraaf
omdat ze door de ziekte van ­Ménière
niet fulltime kon meedraaien.
Sindsdien is ze schrijver, columnist,
­spreker en adviseert zo nu en dan
(media)bedrijven op strategisch
­niveau. Zwagerman schreef een
paar jaar geleden het boek ‘Een
webshop is geen carrière, ontsnap
uit het mutsenparadijs’ over de
vertrutting van Nederland.
‘Als vrouw in Nederland kan je alles
worden, maar velen kiezen ervoor dit
niet te doen. Daar hebben vrouwen
zoals ik, die werken gewoon leuk
vinden, last van.’
Antoinette Hoes is head of strategy
van DDB & Tribal Amsterdam. Door
haar vrijgevochten biseksuele
moeder kwam zij al jong in aanraking
met niet-vanzelfsprekende gelijkheid
op basis van sekse en seksuele
geaardheid. Na haar rechtenstudie
ging zij de technische kant op en
met de technologie rolde ze het
reclamevak in.
Ze maakt zich regelmatig hard voor
de vrouwenzaak. ‘Door mijn moeder
was ik me er al vroeg van bewust
dat “anders zijn” direct of indirect
gevaar met zich meebrengt. Ik merk
dat mijn moeder de laatste jaren niet
meer hand in hand met haar vriendin
durft te lopen, in het centrum van
Amsterdam nota bene. Ik weet niet
of we er iets aan kunnen doen, maar
dat raakt me.’
coverstory
naar de top blijkt duidelijk moeilijker.
Hoewel er voor Nederland geen
harde cijfers beschikbaar zijn, is er
op basis van lijstjes als de Media100
en de Meest Onmisbare Mensen wel
iets over te zeggen. Op beide lijsten
komt zo’n 20 procent vrouwen voor.
Vooral op de creatieve vloer zijn ze
ondervertegenwoordigd.
‘Mama kookt papa werkt’, zo luidde
de kop van een NRC-artikel. Vrou-
wen zitten in de reclame (weer) thuis,
zo signaleert de auteur. Om het even
plat te slaan: leidt het één misschien
tot het ander? Is diversiteit een
belangrijke variabele in het optimaal
bereiken van doelgroepen?
Tijd voor een rondetafelgesprek,
waar we vier goedgebekte ‘erva-
ringsdeskundigen’ voor uitnodigen.
‘De asielzoeker, de allochtoon en
twee excuustruzen.’ Zelf moeten ze
er hartelijk om lachen.
Over wie hebben we het? Slaven
Mandic, oprichter van het succes-
volle mediabedrijf WayneParkerKent
met titels als NSMBL.nl, Froot.nl,
prankster.nl en Glamour. Mandic
vluchtte als negenjarig jongetje
met zijn ouders voor de oorlog in
Joegoslavië. Hij woonde vier jaar
in een asielzoekerscentrum. Naar
eigen zeggen is hij nooit op basis
van achtergrond gediscrimineerd en
heeft hij geen enkel obstakel in zijn
weg naar boven ervaren.
‘Ja, mijn naam is natuurlijk anders.’
Lachend: ‘Als sollicitanten naar slaven
at wayneparkerkent moeten mailen,
valt het wel eens stil aan de andere
kant van de lijn, maar verder is mijn
achtergrond nooit een issue geweest.’
John Olivieira, zelfstandig mar-
ketingadviseur, en tot vorig jaar
verantwoordelijk voor marketing
partnerships bij Sanoma. Hij deelt bij
binnenkomst de glossy ‘Piet’ uit. Dit
magazine produceerde hij binnen
twee maanden tijd samen met een
groep vrijwilligers, wetenschappers
en mediaprofessionals als een
lichtvoetige bijdrage aan het soms
grimmige debat over Zwarte Piet.
Olivieira wordt regelmatig gevraagd
voor advies over diversiteit. Door De
Correspondent bijvoorbeeld voordat
zij begonnen met hun zoektocht
DOOR SUSANNEVANNIEROP
BEELDCHRISVANHOUTS
1716
coverstory
in stereotyperingen. Het is best bij-
zonder dat je in deze tijd nog steeds
commercials ziet met mannen die
van hun werk komen, terwijl de vrouw
een potje heeft gekookt. Zou dat an-
ders zijn met een diverse werkvloer?
Daarop kan je nu geen antwoord
geven, want ze zijn er niet!’
Hoes: ‘Dan ga je ervan uit dat ik geen
onderzoek zou kunnen doen naar
andere nationaliteiten dan mijn eigen
als ik ga bedenken wat een consu-
mer insight is. Wij doen heel vaak
onderzoek naar hoe dingen werken
in andere landen en culturen.’
Olivieira: ‘We hebben het nu niet over
strategie, maar over representatie in
het eindproduct, dus dat komt eer-
der op de creatieve vloer tot stand.’
Zwagerman: ‘Er is volgens mij iets
groters aan de hand en dat is dat alle
Nederlanders zich ontheemd voelen.
De westerse dominantie valt om en
we zitten sinds 9/11 eigenlijk al in de
derde wereldoorlog. De complete
maatschappij verandert waardoor de
vaste ankertjes verdwijnen. Laatst
kreeg tijdens dat EO-debat na de
aanslagen in Parijs een in Nederland
geboren moslimmeisje het woord en
zij gaf aan moeite te hebben met al
die herdenkingen. Zij kijken thuis Ara-
bische tv en zien elke dag aanslagen
langskomen. Voor haar was Parijs er
weer één, net als gisteren. Er wordt
de maatschappij een eenzijdige blik
opgedrongen. Niet alleen door me-
dia, maar ook door de Justin Biebers
en Madonna’s van deze ­wereld. Er is
een steeds grotere groep allochto-
nen die ernaar kijkt en er niets van
begrijpt. Er is echt behoefte aan een
nieuwe, “oer-­Hollandse” identiteit die
iedereen wel begrijpt.’
Reclame- en mediabedrijven
zitten in de business van
beeldvorming. Voelen jullie
je verantwoordelijk?
Mandic: ‘Ja, maar het is helaas zo dat
de aandacht niet per se gaat naar wat
belangrijk is. Wij zien dat elke dag op
onze sites. Mensen praten liever over
Justin Bieber dan over aanslagen in
het Midden-Oosten. Wij zitten − net
als reclamebureaus − in de business
van eyeballs verzamelen. Het bete-
kent dat je altijd voor een common denominator dingen
aan het maken bent. En die zit vaak best wel laag. Mensen
identificeren zich sneller met iets simpels.’
Olivieira: ‘Moet je journalistiek en entertainment niet uit
elkaar halen?’
Mandic: ‘Niet per se. Door de aandacht voor de aan-
slagen in Parijs werd de journalistiek een “witte blik”
verweten, maar er is ook echt wel aandacht geweest
voor aanslagen in Raqqa en andere plaatsen. Maar Parijs
staat tot Justin Bieber: daar hebben mensen aandacht
voor. Is dat een witte redactie kwalijk te nemen?’
Dat het publiek meer aandacht heeft
voor dichtbij en herkenbaar is één, maar
­kunnen reclame- en mediamakers invloed
­uitoefenen op dat wat zij als dichtbij en
herkenbaar percipiëren? En helpt het dan
als je een divers team hebt?
Hoes: ‘Er zijn landen waar een actief beleid geldt op
dit gebied, waar pers- en reclamefoto’s bijvoorbeeld
niet meer gephotoshopt mogen worden. Het kan zijn
dat dit op langere termijn bijdraagt aan een realisti-
scher beeld. Maar dat diversiteit op de werkvloer kan
bijdragen aan een andere beeldvorming is gewoon niet
een-op- een waar.’
Zwagerman: ‘Media- en reclamebedrijven waren gewend
te werken met massa, maar die bestaat niet meer. Niet
alleen doordat er allochtonen bij zijn gekomen of omdat
vrouwen anders leven, ook doordat er steeds meer
bejaarden komen. Daar ontstaat verwarring en ontheem-
ding. De oplossing hebben mediamakers al een beetje
gevonden in het omarmen van YouTubers en bloggers,
die uit al die verschillende groepen komen. Dat is beter
dan hoe het was, dat mediamakers zeiden: we bedenken
FunX voor jullie, dan kunnen jullie ook een beetje spelen.’
Olivieira: ‘Nou, volgens mij is FunX wel meer dan speel-
hoekje. Ik heb acht jaar geleden de digitale strategie
geschreven. Het is gemaakt voor en door de groep die
het ook bereikt: stadsjongeren.’
Hoes: ‘Kon jij dat doen omdat je zelf stadsjongere bent of
omdat je gewoon begrijpt wat er speelt?’
Zwagerman: ‘Ik haal heel vaak Kees de Koning aan. Die
man is net zo wit als ik, maar hij doet heel hard mee in de
rapwereld, daardoor begrijpt hij het.’
Hoes: ‘Dan kunnen mijn planners het eigenlijk alleen
goed doen als het “method planners” zijn en meegaan
in de doelgroep. We hebben hier
zo’n dame gehad die mee reisde
met een subcultuur en na een
paar maanden verslag uitbracht.
We leerden ervan, maar ik geloof
niet dat het de enige manier is om
dingen te weten te komen.’
Olivieira: ‘Je zit natuurlijk vaak de
massa te cateren, maar je wilt wel
graag weten wat daaronder leeft.
Hoe kom je aan die informatie? Dat
kan alleen door met die mensen in
gesprek te gaan.’
Hoes: ‘Dan doen we wel, dus dan
denk ik dat we het dan eens zijn.’
dat de werkvloer niet wat
diverser is, komt toch
niet doordat vrouwen of
­groepen met een andere
culturele achtergrond
het vak niet zouden kunnen
uitoefenen?
Zwagerman: ‘Vrouwen kunnen alles
worden wat ze willen, maar ze willen
vaak gewoon niet. Maar ik moet toe-
geven dat zelfs ik in shock was toen
ik die foto zag van dat Radio 2 Top
2000-team. Welke randdebiel heeft
dat bedacht! Met belastinggeld! Het
is plaatjes draaien, doe nou niet alsof
vrouwen dat niet kunnen. Dat is echt:
“Wij oude witte mannen!”
Hoes: ‘Wie heeft het filmpje van
Christina Wallace gezien? Zij sprak op
de TheNextWeb Conference in New
York. Zij zegt: “Ik sta hier als blanke,
goed opgeleide vrouw over diversiteit
te praten. Ik heb alles wat ik vandaag
zeg te danken aan deze vrouwen” –
en ze wijst zes foto’s van vrouwen met
andere culturele en etnische ach-
tergrond aan. “Vraag hen volgende
keer.” Maar dat gebeurt niet.’
Olivieira: ‘En nu wordt het interes-
sant: hoe komt dat dan? Als je erkent
dat iedereen discrimineert, dan kun
je er ook iets mee gaan doen.’
Mandic: ‘Het is de menselijke natuur.
Onze hersenen zijn voorgeprogram-
meerd, we kunnen niet anders. Een
nauwe blik zorgt dat we kunnen
overleven. Maar waar ligt de grens
en wat doe je eraan?’
ontzettend blank en er werken heel
veel mannen. Bij ons in de top zitten
relatief veel vrouwen, maar niet bij cre-
atie. Daar is vooral Brabant heel groot.
Ik vind het moeilijk te zeggen hoe dat
komt, want door de leiding is een voor-
keur voor vrouwen uitgesproken.’
Zie je de beperkte diversiteit
op de creatieve vloer als
een probleem?
Hoes: ‘Is het zo dat vrouwen beter
werk voor vrouwen maken? Volgens
mij niet. Wij maken veel internati-
onaal werk en je kunt niet honderd
verschillende nationaliteiten in huis
hebben. Om goede campagnes te
maken moeten strategie en creatie
zich in alle soorten doelgroepen
kunnen inleven. Maar ik geloof wel
dat de bevolkingssamenstelling er
steeds anders uitziet en dat we daar
naar moeten kijken.’
Is het niet makkelijker met
een gemixt team werk voor
verschillende doelgroepen
te maken?
Olivieira: ‘Ik denk van wel. Represen-
tatie in de output wordt steeds be-
langrijker en die komt tot stand door
een diverse input op het creatieve
proces. Samenstelling kan daar een
rol in kan spelen. Als je alleen met
blanke mannen op de creatieve vloer
zit, is het identificeren met verschil-
lende doelgroepen en verdieping
zoeken lastiger. Je vervalt dan sneller
Slaven en Antoinette, hoe is het gesteld
met de diversiteit binnen DDB & Tribal en
WayneParkerKent?
Mandic: ‘Je moet het natuurlijk altijd in de statistische
context plaatsen. In totaal is ruim 20 procent van Neder-
land allochtoon, waarvan ruim de helft niet-westers. In
feite betekent dat voor een goede afspiegeling van de
samenleving er in een bedrijf van 100 man ongeveer tien
allochtonen zouden moeten werken. Zo’n 15 procent van
onze mensen is niet-westers allochtoon, dus daarmee
scoren we bovengemiddeld. Maar wat betreft vrouwen aan
de top scoren we slecht: in onze directie zitten geen vrou-
wen. Dat komt omdat we zijn begonnen als vriendengroep.’
Oliviera: ‘Eén opmerking: in Amsterdam, waar jouw bedrijf
zit, is meer dan de helft van de bevolking allochtoon, dus
het is in die context niet gek dat je bovengemiddeld zit.’
Hoes: ‘Als je die één op tien neemt, dan scoren we hier
bij DDB gemiddeld ook prima. Maar de reclamewereld is
‘Erisecht
behoefteaan
eennieuwe,
oer-Hollandse
identiteitdie
iedereenwel
begrijpt’Marianne Zwagerman
‘Discriminatie
zitinde
menselijke
natuur’Slaven Mandic
21,7%van de totale Nederlandse bevolking (16,9 miljoen) is van
(westerse en niet-westerse) allochtone oorsprong.
(Bron: CBS)
18 19
actief op zoek naar redacteuren met een andere achter-
grond. Ze wisten dat ze een shitload van reacties over
zich heen zouden krijgen. Het goede is: ze maken het
bespreekbaar en zeggen: een andere achtergrond is een
kwaliteit. Quota zijn dan inderdaad een hulpmiddel.’
Zwagerman: ‘De Telegraaf heeft een van de meest
diverse redacties van Nederland, maar het zijn er alsnog
niet veel. Wat er dan gebeurt: die allochtone mede-
werkers gaan zich aanpassen. Als een hoofdredacteur
snapt dat Nederland er anders uitziet en dat hij zich op
bepaalde thema’s richt, dan heeft het zin naar diversi-
teit te kijken. Dan komt hij erachter dat het goed is om
iemand op de redactie te hebben die Arabisch spreekt.
Dat is beter dan zeggen: ik neem drie Marokkanen aan.’
wat er moet er volgens jullie nu gebeuren?
Hoes: ‘Het begint misschien met je verantwoordelijk
voelen voor de pijplijn; welk aanbod is er op de arbeids-
markt? In de VS is er een programma waarbij mensen
tijdens hun studie stage kunnen lopen bij DDB. Dat is
gericht op diversiteit en het is bedoeld om mensen te
laten zien wat de industrie inhoudt en dat er kansen zijn.
Ik weet niet of we zo’n programma hier moeten invoeren,
maar ik voel me wel verantwoordelijk voor die pijplijn en
zal niet snel zeggen: de mappen zijn er niet.’
Olivieira: ‘Ik denk dat de reclame- en mediawereld zich
veel bewuster moet zijn van het belang van diversiteit
en daar actief naar moet handelen. Als ik me herken in
nieuws of andere vormen van communicatie, dan zal ik
ook eerder bereid zijn het af te nemen. Nu is het allemaal
te veel gericht op de witte massa. Mensen zullen zichzelf
beter herkennen in reclame of media die gemaakt zijn
door een afspiegeling van de samenleving.’
Mandic: ‘Ik ben het met je eens, maar ik moet ook steeds
de klant zegt: maar ik wil dat er een
vrouw achter het aanrecht staat in
de commercial? ‘Als de 54-jarige
man bij de klant het wil, dan sta je
daar met je goede bedoelingen’,
zegt Zwagerman.
Ook daar moet nog een slag ge-
maakt worden. Het kwartet vraagt
zich hardop af: welke merken zijn
in staat een leidende rol te spelen?
Hema, wordt aarzelend geroepen,
maar dan wordt het stil. Zwagerman:
‘Een aantal merken samen kan de
nieuwe identiteit van Nederland
neerzetten; er moet een nieuwe
“15 miljoen mensen” komen,
waarin wordt verteld wat het nieuwe
oer-Hollands is. Veel mensen
denken nog steeds dat het Bolle
Jan is, maar eigenlijk is Nederland
gebouwd op vluchtelingen, ook
historisch gezien. Iemand moet
dat aan de ik-hou-van-Holland-
mensen uitleggen.’
Mandic: ‘We moeten dus een merk-
strategie voor Nederland schrijven.’
Hoes: ‘En als de we strategie heb-
ben geschreven zeggen we tegen
merken: “Als dit de strategie van
Nederland van Nederland is, welke
rol neem jij daarin?’
Algehele bijval. De nieuwe merkstra-
tegie van Nederland gaat geschre-
ven worden. To be continued.
Zwagerman: ‘Ik denk dat het vak in de tijd van massa-
denken nog wel weg kwam met een bepaalde vorm
van discriminatie, maar dat het nu bedrijfskundig een
probleem kan worden. Hoe ga je brood verdienen als je
de gevoeligheden niet kent?’
Hoes: ‘Je moet het aanbod − de pijplijn − en het selec-
tieproces uit elkaar trekken. Als ik het proces zie, denk
ik dat het hier wel in orde is. Mappen worden vaak blind
beoordeeld, dus ze weten niet of het door mannen of
vrouwen is gemaakt. Maar het kan zijn dat je aan het
werk kunt zien dat het door een vrouw is gemaakt en
dat de mannen dit als minder goed beoordelen. In dat
kader is het Zweedse filmfonds interessant. Daar zit een
vrouwelijke directeur die heeft gezegd: “Action speaks
louder than words.” We gaan het geld 50-50 verdelen
tussen mannelijke en vrouwelijke regisseurs. Al die
mannen huilen natuurlijk. Zij zei: “Er zitten veel plannen
die voorheen werden afgewezen door commissies die
voornamelijk uit mannen bestaan. Er worden nu andere
verhalen verteld waarvan we niet weten dat we ze willen
zien.” Zo’n maatregel begint misschien wel eerder in
de kunst. Maar ik denk dat het misschien ook wel voor
reclame kan gelden, met name voor contentmarketing;
dat je andere verhalen vertelt als je weet wat ten diepste
speelt bij mensen.’
Zit er wel beweging in de emancipatie? On-
danks de vrouwenbeweging zie ik nog veel
vrouwen thuis bij de kinderen blijven.
Hoes: ‘Dat is cultuur en de goede economie. Ze kunnen
het zich veroorloven thuis te blijven en doen het ook.
Ik denk dat heel veel hoogopgeleide vrouwen liever
parttime werken. Dat is een keuze. Wat ik heel vreselijk
vind in het bedrijfsleven is het gratuite seksisme. Dat zit
in bijna ieder bedrijf. De onuitgesproken veronderstel-
ling dat de vrouw wel de koffie haalt
in de vergaderzaal. Ik heb wel eens
gesolliciteerd bij de hoogste baas
van een bedrijf en die zei: “Je bent
gelukkig knapper dan op de foto.”
Ik ga dan de discussie niet aan en
maar denk wel: “You’re gonna pay
me sooo much money for this.”’
Zwagerman: ‘Ik vind het niet prima
dat die hoogopgeleide vrouwen part-
time werken. Waarom erger ik me
aan mutsen? Omdat het er zoveel
zijn en zij bepalen dat andere vrou-
wen die wel werken zich schuldig
voelen. Maar aan de andere kant: de
emancipatie is pas zo kort gaande
eigenlijk. Mijn moeder moest stop-
pen met werken toen ze trouwde.
‘Ik kwam begin jaren negentig de ar-
beidsmarkt op en ging met mijn man
een huis kopen. Mijn inkomen, dat
al twee keer zo hoog lag als dat van
mijn man, telde maar voor acht jaar
mee bij de hypotheek. De dertigers
van nu hebben daar nu niet meer
mee te maken. Maar hoe kort gele-
den is dat? Moslims kwamen ook pas
in de jaren zestig ons land binnen.
Die emancipatie heeft tijd nodig.’
En bewegen bedrijven
­genoeg mee? Zij laten hoog-
opgeleid talent de deur uit
lopen en doen weinig aan
retentie door het creëren
van arbeidsomstandig-
heden die de combinatie
werken-kinderen mogelijk
maken.
Mandic: ‘Dat klopt. In de Ameri-
kaanse tech-sector zie je dat de
schaarste aan mensen zo groot is
dat de arbeidsomstandigheden
veranderen. Dan is ouderschapsver-
lof ineens onbeperkt. In onze sector
is daar geen sprake van, dus dan
verandert het niet zo snel.’
Kun je het ondervangen met
quota?
Hoes: ‘Als middel, het mag geen
doel zijn. Quota helpen tegen luiheid.
Ik zit in een bestuur waar vier vrou-
wen uit gingen. Ik kreeg een lijst te-
rug met vijf mannen. Dan zeg ik: jullie
zijn lui, zoek gewoon wat beters.’
Olivieira: ‘De Correspondent ging
coverstory
‘Ikheb
weleens
gesolliciteerd
bijdehoogste
baasvaneen
bedrijfendie
zei:Jebent
gelukkig
knapperdan
opdefoto’Antoinette Hoes
‘Mensenzullen
zichzelfbeter
herkennenin
reclameofmedia
diegemaakt
zijndooreen
afspiegelingvande
samenleving’John Olivieira
denken aan die 80 procent van de
Nederlanders die het probleem van
Zwarte Piet niet begrijpt. Hoe zorg je
dat zij een realistisch beeld krijgen?
Ik ben daar nog niet over uit.’
Zwagerman: ‘Je moet ze serieus
nemen, en niet weglachen. Het zijn
angstige mensen en dat moet je
erkennen. Humor is een belangrijk
wapen, dat herkent iedereen. Ik
geloof niet in “go with the flow. Only
dead fish go with the flow”. Media-
en reclamemakers hebben een rol
in de beeldvorming en als ze zich
bewust zijn van wat er echt speelt,
dan kunnen ze het veranderen.’
Nadat het opnameapparaat uit is,
stopt het gesprek niet. Hoe kan
het ook anders met zo’n breed, ge-
voelig onderwerp. Er komt nog een
interessant punt op tafel: stel dat
reclamebureaus het allemaal goed
op orde hebben − vrouwen aan de
top, mensen met diverse etnische
achtergronden op de werkvloer – en
49,5%van de allochtone Nederlanders heeft betaald werk.
Onder autochtone Nederlanders is dat 77,1%.
(Bron: Eurostat/Oeso)

More Related Content

Similar to Adformatie diversiteit debat 2015

rePresent
rePresentrePresent
rePresent
mediawijsbe
 
Gematigde moslim is een lafaard
Gematigde moslim is een lafaardGematigde moslim is een lafaard
Gematigde moslim is een lafaard
Claire van Dyck
 
Magazine Inzake FNV LGBTi december 2014
Magazine Inzake FNV LGBTi december 2014Magazine Inzake FNV LGBTi december 2014
Magazine Inzake FNV LGBTi december 2014
NetwerkRozeFNV
 
‘Media bevestigen stigma moslims’ NRC Handelsblad donderdag 6 november 2014
‘Media bevestigen stigma moslims’  NRC Handelsblad  donderdag 6 november 2014‘Media bevestigen stigma moslims’  NRC Handelsblad  donderdag 6 november 2014
‘Media bevestigen stigma moslims’ NRC Handelsblad donderdag 6 november 2014mupsterr
 
John Crombez
John Crombez John Crombez
John Crombez
sp.a
 
CaSt 01122015 Een kijkje in de nieuwe wereld
CaSt 01122015 Een kijkje in de nieuwe wereldCaSt 01122015 Een kijkje in de nieuwe wereld
CaSt 01122015 Een kijkje in de nieuwe wereldDr. Carl H.D. Steinmetz
 
Lafheid en illusies in het migratiedebat
Lafheid en illusies in het migratiedebatLafheid en illusies in het migratiedebat
Lafheid en illusies in het migratiedebat
Serge Sekhuis
 
Opiniestuk adformatie 2015
Opiniestuk adformatie 2015Opiniestuk adformatie 2015
Opiniestuk adformatie 2015
John Olivieira
 
De som aller angsten (2)
De som aller angsten (2)De som aller angsten (2)
De som aller angsten (2)
Claire van Dyck
 
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijdEen permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Hans van Duijnhoven
 
Tekstverklaren1
Tekstverklaren1Tekstverklaren1
Tekstverklaren1
elsvanhall
 
Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes januari 2014
Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes januari 2014Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes januari 2014
Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes januari 2014
Counseling & Consultancy Praktijk Sjoukje Drenth Bruintjes
 
Maar waar is de meerderheid?
Maar waar is de meerderheid?Maar waar is de meerderheid?
Maar waar is de meerderheid?
Kim Noach
 
Handboek verkiezingen nederland
Handboek verkiezingen nederlandHandboek verkiezingen nederland
Handboek verkiezingen nederland
MARIA BORDALLO
 
SWOCC Symposium 2024 Jan Hein Furnee.pptx
SWOCC Symposium 2024 Jan Hein Furnee.pptxSWOCC Symposium 2024 Jan Hein Furnee.pptx
SWOCC Symposium 2024 Jan Hein Furnee.pptx
SWOCC
 
Media en-maatschappij5-samenvatting-1.2-f
Media en-maatschappij5-samenvatting-1.2-fMedia en-maatschappij5-samenvatting-1.2-f
Media en-maatschappij5-samenvatting-1.2-fmarijebregman
 
PIM Trendrapport 2022
PIM Trendrapport 2022PIM Trendrapport 2022
PIM Trendrapport 2022
RedactieMarketingfac
 
Een reis door de tijd
Een reis door de tijdEen reis door de tijd
Een reis door de tijd
Hans van Duijnhoven
 

Similar to Adformatie diversiteit debat 2015 (20)

rePresent
rePresentrePresent
rePresent
 
Gematigde moslim is een lafaard
Gematigde moslim is een lafaardGematigde moslim is een lafaard
Gematigde moslim is een lafaard
 
Magazine Inzake FNV LGBTi december 2014
Magazine Inzake FNV LGBTi december 2014Magazine Inzake FNV LGBTi december 2014
Magazine Inzake FNV LGBTi december 2014
 
‘Media bevestigen stigma moslims’ NRC Handelsblad donderdag 6 november 2014
‘Media bevestigen stigma moslims’  NRC Handelsblad  donderdag 6 november 2014‘Media bevestigen stigma moslims’  NRC Handelsblad  donderdag 6 november 2014
‘Media bevestigen stigma moslims’ NRC Handelsblad donderdag 6 november 2014
 
John Crombez
John Crombez John Crombez
John Crombez
 
CaSt 01122015 Een kijkje in de nieuwe wereld
CaSt 01122015 Een kijkje in de nieuwe wereldCaSt 01122015 Een kijkje in de nieuwe wereld
CaSt 01122015 Een kijkje in de nieuwe wereld
 
Lafheid en illusies in het migratiedebat
Lafheid en illusies in het migratiedebatLafheid en illusies in het migratiedebat
Lafheid en illusies in het migratiedebat
 
De overbodige overheid
De overbodige overheidDe overbodige overheid
De overbodige overheid
 
Opiniestuk adformatie 2015
Opiniestuk adformatie 2015Opiniestuk adformatie 2015
Opiniestuk adformatie 2015
 
artikel TvC juni 2016
artikel TvC juni 2016artikel TvC juni 2016
artikel TvC juni 2016
 
De som aller angsten (2)
De som aller angsten (2)De som aller angsten (2)
De som aller angsten (2)
 
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijdEen permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
 
Tekstverklaren1
Tekstverklaren1Tekstverklaren1
Tekstverklaren1
 
Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes januari 2014
Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes januari 2014Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes januari 2014
Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes januari 2014
 
Maar waar is de meerderheid?
Maar waar is de meerderheid?Maar waar is de meerderheid?
Maar waar is de meerderheid?
 
Handboek verkiezingen nederland
Handboek verkiezingen nederlandHandboek verkiezingen nederland
Handboek verkiezingen nederland
 
SWOCC Symposium 2024 Jan Hein Furnee.pptx
SWOCC Symposium 2024 Jan Hein Furnee.pptxSWOCC Symposium 2024 Jan Hein Furnee.pptx
SWOCC Symposium 2024 Jan Hein Furnee.pptx
 
Media en-maatschappij5-samenvatting-1.2-f
Media en-maatschappij5-samenvatting-1.2-fMedia en-maatschappij5-samenvatting-1.2-f
Media en-maatschappij5-samenvatting-1.2-f
 
PIM Trendrapport 2022
PIM Trendrapport 2022PIM Trendrapport 2022
PIM Trendrapport 2022
 
Een reis door de tijd
Een reis door de tijdEen reis door de tijd
Een reis door de tijd
 

More from John Olivieira

Ons voetbal is van iedereen
Ons voetbal is van iedereenOns voetbal is van iedereen
Ons voetbal is van iedereen
John Olivieira
 
Whitepaper_Publicism_06122016
Whitepaper_Publicism_06122016Whitepaper_Publicism_06122016
Whitepaper_Publicism_06122016John Olivieira
 
Diversiteit persgroep01juni web
Diversiteit persgroep01juni webDiversiteit persgroep01juni web
Diversiteit persgroep01juni web
John Olivieira
 
Stichting meerdanvoetbal social report 2007
Stichting meerdanvoetbal social report 2007Stichting meerdanvoetbal social report 2007
Stichting meerdanvoetbal social report 2007
John Olivieira
 
Achterwaartseketen integratie
Achterwaartseketen integratieAchterwaartseketen integratie
Achterwaartseketen integratie
John Olivieira
 
John magazine
John magazineJohn magazine
John magazine
John Olivieira
 
Branded content whitepaper-def
Branded content whitepaper-defBranded content whitepaper-def
Branded content whitepaper-defJohn Olivieira
 

More from John Olivieira (7)

Ons voetbal is van iedereen
Ons voetbal is van iedereenOns voetbal is van iedereen
Ons voetbal is van iedereen
 
Whitepaper_Publicism_06122016
Whitepaper_Publicism_06122016Whitepaper_Publicism_06122016
Whitepaper_Publicism_06122016
 
Diversiteit persgroep01juni web
Diversiteit persgroep01juni webDiversiteit persgroep01juni web
Diversiteit persgroep01juni web
 
Stichting meerdanvoetbal social report 2007
Stichting meerdanvoetbal social report 2007Stichting meerdanvoetbal social report 2007
Stichting meerdanvoetbal social report 2007
 
Achterwaartseketen integratie
Achterwaartseketen integratieAchterwaartseketen integratie
Achterwaartseketen integratie
 
John magazine
John magazineJohn magazine
John magazine
 
Branded content whitepaper-def
Branded content whitepaper-defBranded content whitepaper-def
Branded content whitepaper-def
 

Adformatie diversiteit debat 2015

  • 1. 1514 Hoeishetgesteldmetde diversiteitinhetreclame- enmediavak?Een illustergezelschapvan ervaringsdeskundigen gingereensgoedvoor zitten. 2015 was een jaar van grote nieuwsfeiten en grote dis- cussies: vluchtelingen, aanslagen en Zwarte Piet waar men zich tot aan de VN druk over maakte. Dat raakte het reclame- en mediavak direct. Is de discussie over Zwarte Piet een extrapolatie van allerlei andere stereotypes die onopgemerkte discriminerend zijn? Is de media een witte blik te verwijten? John Olivieira en Marianne Zwagerman klommen afgelopen zomer al in de pen om een statement over dit onderwerp te maken. Olivieira wees erop dat allochtone consumenten in mediabereiksonderzoeken zwaar onder- vertegenwoordigd zijn. En in een ander opiniestuk schreef hij: ‘Je zou de bureauwereld kunnen beschouwen als een witte zuil in een zich steeds verder verkleurende samenleving.’ Zwagerman vroeg zich af hoe lang mediabedrijven en reclamemakers het zich nog kunnen veroorloven om niet in de straat te komen waar al miljoenen mensen wo- nen die een nieuwe taal spreken en nieuwe gewoonten hebben ontwikkeld. En als je spreekt over diversiteit, heb je het ook over de vertegenwoordiging van vrouwen. Die zijn, in tegenstel- ling tot allochtonen, wel goed vertegenwoordigd op de werkvloer van reclame- en mediabedrijven, maar de weg naar redacteuren met een andere achtergrond - ‘iemands achtergrond, afkomst en wereldbeeld is een kwa- liteit’. Olivieira is geboren en getogen Rotterdammer, zoon van een Suri- naamse moeder, waardoor hij onder de CBS-definitie van allochtoon valt. ‘Als marketingexpert erger ik me wel eens over de blinde vlek van adver- teerders, daarom ben ik een paar keer in de pen geklommen.’ Marianne Zwagerman vertrok zeven jaar geleden als directeur ­digitale media bij De Telegraaf omdat ze door de ziekte van ­Ménière niet fulltime kon meedraaien. Sindsdien is ze schrijver, columnist, ­spreker en adviseert zo nu en dan (media)bedrijven op strategisch ­niveau. Zwagerman schreef een paar jaar geleden het boek ‘Een webshop is geen carrière, ontsnap uit het mutsenparadijs’ over de vertrutting van Nederland. ‘Als vrouw in Nederland kan je alles worden, maar velen kiezen ervoor dit niet te doen. Daar hebben vrouwen zoals ik, die werken gewoon leuk vinden, last van.’ Antoinette Hoes is head of strategy van DDB & Tribal Amsterdam. Door haar vrijgevochten biseksuele moeder kwam zij al jong in aanraking met niet-vanzelfsprekende gelijkheid op basis van sekse en seksuele geaardheid. Na haar rechtenstudie ging zij de technische kant op en met de technologie rolde ze het reclamevak in. Ze maakt zich regelmatig hard voor de vrouwenzaak. ‘Door mijn moeder was ik me er al vroeg van bewust dat “anders zijn” direct of indirect gevaar met zich meebrengt. Ik merk dat mijn moeder de laatste jaren niet meer hand in hand met haar vriendin durft te lopen, in het centrum van Amsterdam nota bene. Ik weet niet of we er iets aan kunnen doen, maar dat raakt me.’ coverstory naar de top blijkt duidelijk moeilijker. Hoewel er voor Nederland geen harde cijfers beschikbaar zijn, is er op basis van lijstjes als de Media100 en de Meest Onmisbare Mensen wel iets over te zeggen. Op beide lijsten komt zo’n 20 procent vrouwen voor. Vooral op de creatieve vloer zijn ze ondervertegenwoordigd. ‘Mama kookt papa werkt’, zo luidde de kop van een NRC-artikel. Vrou- wen zitten in de reclame (weer) thuis, zo signaleert de auteur. Om het even plat te slaan: leidt het één misschien tot het ander? Is diversiteit een belangrijke variabele in het optimaal bereiken van doelgroepen? Tijd voor een rondetafelgesprek, waar we vier goedgebekte ‘erva- ringsdeskundigen’ voor uitnodigen. ‘De asielzoeker, de allochtoon en twee excuustruzen.’ Zelf moeten ze er hartelijk om lachen. Over wie hebben we het? Slaven Mandic, oprichter van het succes- volle mediabedrijf WayneParkerKent met titels als NSMBL.nl, Froot.nl, prankster.nl en Glamour. Mandic vluchtte als negenjarig jongetje met zijn ouders voor de oorlog in Joegoslavië. Hij woonde vier jaar in een asielzoekerscentrum. Naar eigen zeggen is hij nooit op basis van achtergrond gediscrimineerd en heeft hij geen enkel obstakel in zijn weg naar boven ervaren. ‘Ja, mijn naam is natuurlijk anders.’ Lachend: ‘Als sollicitanten naar slaven at wayneparkerkent moeten mailen, valt het wel eens stil aan de andere kant van de lijn, maar verder is mijn achtergrond nooit een issue geweest.’ John Olivieira, zelfstandig mar- ketingadviseur, en tot vorig jaar verantwoordelijk voor marketing partnerships bij Sanoma. Hij deelt bij binnenkomst de glossy ‘Piet’ uit. Dit magazine produceerde hij binnen twee maanden tijd samen met een groep vrijwilligers, wetenschappers en mediaprofessionals als een lichtvoetige bijdrage aan het soms grimmige debat over Zwarte Piet. Olivieira wordt regelmatig gevraagd voor advies over diversiteit. Door De Correspondent bijvoorbeeld voordat zij begonnen met hun zoektocht DOOR SUSANNEVANNIEROP BEELDCHRISVANHOUTS
  • 2. 1716 coverstory in stereotyperingen. Het is best bij- zonder dat je in deze tijd nog steeds commercials ziet met mannen die van hun werk komen, terwijl de vrouw een potje heeft gekookt. Zou dat an- ders zijn met een diverse werkvloer? Daarop kan je nu geen antwoord geven, want ze zijn er niet!’ Hoes: ‘Dan ga je ervan uit dat ik geen onderzoek zou kunnen doen naar andere nationaliteiten dan mijn eigen als ik ga bedenken wat een consu- mer insight is. Wij doen heel vaak onderzoek naar hoe dingen werken in andere landen en culturen.’ Olivieira: ‘We hebben het nu niet over strategie, maar over representatie in het eindproduct, dus dat komt eer- der op de creatieve vloer tot stand.’ Zwagerman: ‘Er is volgens mij iets groters aan de hand en dat is dat alle Nederlanders zich ontheemd voelen. De westerse dominantie valt om en we zitten sinds 9/11 eigenlijk al in de derde wereldoorlog. De complete maatschappij verandert waardoor de vaste ankertjes verdwijnen. Laatst kreeg tijdens dat EO-debat na de aanslagen in Parijs een in Nederland geboren moslimmeisje het woord en zij gaf aan moeite te hebben met al die herdenkingen. Zij kijken thuis Ara- bische tv en zien elke dag aanslagen langskomen. Voor haar was Parijs er weer één, net als gisteren. Er wordt de maatschappij een eenzijdige blik opgedrongen. Niet alleen door me- dia, maar ook door de Justin Biebers en Madonna’s van deze ­wereld. Er is een steeds grotere groep allochto- nen die ernaar kijkt en er niets van begrijpt. Er is echt behoefte aan een nieuwe, “oer-­Hollandse” identiteit die iedereen wel begrijpt.’ Reclame- en mediabedrijven zitten in de business van beeldvorming. Voelen jullie je verantwoordelijk? Mandic: ‘Ja, maar het is helaas zo dat de aandacht niet per se gaat naar wat belangrijk is. Wij zien dat elke dag op onze sites. Mensen praten liever over Justin Bieber dan over aanslagen in het Midden-Oosten. Wij zitten − net als reclamebureaus − in de business van eyeballs verzamelen. Het bete- kent dat je altijd voor een common denominator dingen aan het maken bent. En die zit vaak best wel laag. Mensen identificeren zich sneller met iets simpels.’ Olivieira: ‘Moet je journalistiek en entertainment niet uit elkaar halen?’ Mandic: ‘Niet per se. Door de aandacht voor de aan- slagen in Parijs werd de journalistiek een “witte blik” verweten, maar er is ook echt wel aandacht geweest voor aanslagen in Raqqa en andere plaatsen. Maar Parijs staat tot Justin Bieber: daar hebben mensen aandacht voor. Is dat een witte redactie kwalijk te nemen?’ Dat het publiek meer aandacht heeft voor dichtbij en herkenbaar is één, maar ­kunnen reclame- en mediamakers invloed ­uitoefenen op dat wat zij als dichtbij en herkenbaar percipiëren? En helpt het dan als je een divers team hebt? Hoes: ‘Er zijn landen waar een actief beleid geldt op dit gebied, waar pers- en reclamefoto’s bijvoorbeeld niet meer gephotoshopt mogen worden. Het kan zijn dat dit op langere termijn bijdraagt aan een realisti- scher beeld. Maar dat diversiteit op de werkvloer kan bijdragen aan een andere beeldvorming is gewoon niet een-op- een waar.’ Zwagerman: ‘Media- en reclamebedrijven waren gewend te werken met massa, maar die bestaat niet meer. Niet alleen doordat er allochtonen bij zijn gekomen of omdat vrouwen anders leven, ook doordat er steeds meer bejaarden komen. Daar ontstaat verwarring en ontheem- ding. De oplossing hebben mediamakers al een beetje gevonden in het omarmen van YouTubers en bloggers, die uit al die verschillende groepen komen. Dat is beter dan hoe het was, dat mediamakers zeiden: we bedenken FunX voor jullie, dan kunnen jullie ook een beetje spelen.’ Olivieira: ‘Nou, volgens mij is FunX wel meer dan speel- hoekje. Ik heb acht jaar geleden de digitale strategie geschreven. Het is gemaakt voor en door de groep die het ook bereikt: stadsjongeren.’ Hoes: ‘Kon jij dat doen omdat je zelf stadsjongere bent of omdat je gewoon begrijpt wat er speelt?’ Zwagerman: ‘Ik haal heel vaak Kees de Koning aan. Die man is net zo wit als ik, maar hij doet heel hard mee in de rapwereld, daardoor begrijpt hij het.’ Hoes: ‘Dan kunnen mijn planners het eigenlijk alleen goed doen als het “method planners” zijn en meegaan in de doelgroep. We hebben hier zo’n dame gehad die mee reisde met een subcultuur en na een paar maanden verslag uitbracht. We leerden ervan, maar ik geloof niet dat het de enige manier is om dingen te weten te komen.’ Olivieira: ‘Je zit natuurlijk vaak de massa te cateren, maar je wilt wel graag weten wat daaronder leeft. Hoe kom je aan die informatie? Dat kan alleen door met die mensen in gesprek te gaan.’ Hoes: ‘Dan doen we wel, dus dan denk ik dat we het dan eens zijn.’ dat de werkvloer niet wat diverser is, komt toch niet doordat vrouwen of ­groepen met een andere culturele achtergrond het vak niet zouden kunnen uitoefenen? Zwagerman: ‘Vrouwen kunnen alles worden wat ze willen, maar ze willen vaak gewoon niet. Maar ik moet toe- geven dat zelfs ik in shock was toen ik die foto zag van dat Radio 2 Top 2000-team. Welke randdebiel heeft dat bedacht! Met belastinggeld! Het is plaatjes draaien, doe nou niet alsof vrouwen dat niet kunnen. Dat is echt: “Wij oude witte mannen!” Hoes: ‘Wie heeft het filmpje van Christina Wallace gezien? Zij sprak op de TheNextWeb Conference in New York. Zij zegt: “Ik sta hier als blanke, goed opgeleide vrouw over diversiteit te praten. Ik heb alles wat ik vandaag zeg te danken aan deze vrouwen” – en ze wijst zes foto’s van vrouwen met andere culturele en etnische ach- tergrond aan. “Vraag hen volgende keer.” Maar dat gebeurt niet.’ Olivieira: ‘En nu wordt het interes- sant: hoe komt dat dan? Als je erkent dat iedereen discrimineert, dan kun je er ook iets mee gaan doen.’ Mandic: ‘Het is de menselijke natuur. Onze hersenen zijn voorgeprogram- meerd, we kunnen niet anders. Een nauwe blik zorgt dat we kunnen overleven. Maar waar ligt de grens en wat doe je eraan?’ ontzettend blank en er werken heel veel mannen. Bij ons in de top zitten relatief veel vrouwen, maar niet bij cre- atie. Daar is vooral Brabant heel groot. Ik vind het moeilijk te zeggen hoe dat komt, want door de leiding is een voor- keur voor vrouwen uitgesproken.’ Zie je de beperkte diversiteit op de creatieve vloer als een probleem? Hoes: ‘Is het zo dat vrouwen beter werk voor vrouwen maken? Volgens mij niet. Wij maken veel internati- onaal werk en je kunt niet honderd verschillende nationaliteiten in huis hebben. Om goede campagnes te maken moeten strategie en creatie zich in alle soorten doelgroepen kunnen inleven. Maar ik geloof wel dat de bevolkingssamenstelling er steeds anders uitziet en dat we daar naar moeten kijken.’ Is het niet makkelijker met een gemixt team werk voor verschillende doelgroepen te maken? Olivieira: ‘Ik denk van wel. Represen- tatie in de output wordt steeds be- langrijker en die komt tot stand door een diverse input op het creatieve proces. Samenstelling kan daar een rol in kan spelen. Als je alleen met blanke mannen op de creatieve vloer zit, is het identificeren met verschil- lende doelgroepen en verdieping zoeken lastiger. Je vervalt dan sneller Slaven en Antoinette, hoe is het gesteld met de diversiteit binnen DDB & Tribal en WayneParkerKent? Mandic: ‘Je moet het natuurlijk altijd in de statistische context plaatsen. In totaal is ruim 20 procent van Neder- land allochtoon, waarvan ruim de helft niet-westers. In feite betekent dat voor een goede afspiegeling van de samenleving er in een bedrijf van 100 man ongeveer tien allochtonen zouden moeten werken. Zo’n 15 procent van onze mensen is niet-westers allochtoon, dus daarmee scoren we bovengemiddeld. Maar wat betreft vrouwen aan de top scoren we slecht: in onze directie zitten geen vrou- wen. Dat komt omdat we zijn begonnen als vriendengroep.’ Oliviera: ‘Eén opmerking: in Amsterdam, waar jouw bedrijf zit, is meer dan de helft van de bevolking allochtoon, dus het is in die context niet gek dat je bovengemiddeld zit.’ Hoes: ‘Als je die één op tien neemt, dan scoren we hier bij DDB gemiddeld ook prima. Maar de reclamewereld is ‘Erisecht behoefteaan eennieuwe, oer-Hollandse identiteitdie iedereenwel begrijpt’Marianne Zwagerman ‘Discriminatie zitinde menselijke natuur’Slaven Mandic 21,7%van de totale Nederlandse bevolking (16,9 miljoen) is van (westerse en niet-westerse) allochtone oorsprong. (Bron: CBS)
  • 3. 18 19 actief op zoek naar redacteuren met een andere achter- grond. Ze wisten dat ze een shitload van reacties over zich heen zouden krijgen. Het goede is: ze maken het bespreekbaar en zeggen: een andere achtergrond is een kwaliteit. Quota zijn dan inderdaad een hulpmiddel.’ Zwagerman: ‘De Telegraaf heeft een van de meest diverse redacties van Nederland, maar het zijn er alsnog niet veel. Wat er dan gebeurt: die allochtone mede- werkers gaan zich aanpassen. Als een hoofdredacteur snapt dat Nederland er anders uitziet en dat hij zich op bepaalde thema’s richt, dan heeft het zin naar diversi- teit te kijken. Dan komt hij erachter dat het goed is om iemand op de redactie te hebben die Arabisch spreekt. Dat is beter dan zeggen: ik neem drie Marokkanen aan.’ wat er moet er volgens jullie nu gebeuren? Hoes: ‘Het begint misschien met je verantwoordelijk voelen voor de pijplijn; welk aanbod is er op de arbeids- markt? In de VS is er een programma waarbij mensen tijdens hun studie stage kunnen lopen bij DDB. Dat is gericht op diversiteit en het is bedoeld om mensen te laten zien wat de industrie inhoudt en dat er kansen zijn. Ik weet niet of we zo’n programma hier moeten invoeren, maar ik voel me wel verantwoordelijk voor die pijplijn en zal niet snel zeggen: de mappen zijn er niet.’ Olivieira: ‘Ik denk dat de reclame- en mediawereld zich veel bewuster moet zijn van het belang van diversiteit en daar actief naar moet handelen. Als ik me herken in nieuws of andere vormen van communicatie, dan zal ik ook eerder bereid zijn het af te nemen. Nu is het allemaal te veel gericht op de witte massa. Mensen zullen zichzelf beter herkennen in reclame of media die gemaakt zijn door een afspiegeling van de samenleving.’ Mandic: ‘Ik ben het met je eens, maar ik moet ook steeds de klant zegt: maar ik wil dat er een vrouw achter het aanrecht staat in de commercial? ‘Als de 54-jarige man bij de klant het wil, dan sta je daar met je goede bedoelingen’, zegt Zwagerman. Ook daar moet nog een slag ge- maakt worden. Het kwartet vraagt zich hardop af: welke merken zijn in staat een leidende rol te spelen? Hema, wordt aarzelend geroepen, maar dan wordt het stil. Zwagerman: ‘Een aantal merken samen kan de nieuwe identiteit van Nederland neerzetten; er moet een nieuwe “15 miljoen mensen” komen, waarin wordt verteld wat het nieuwe oer-Hollands is. Veel mensen denken nog steeds dat het Bolle Jan is, maar eigenlijk is Nederland gebouwd op vluchtelingen, ook historisch gezien. Iemand moet dat aan de ik-hou-van-Holland- mensen uitleggen.’ Mandic: ‘We moeten dus een merk- strategie voor Nederland schrijven.’ Hoes: ‘En als de we strategie heb- ben geschreven zeggen we tegen merken: “Als dit de strategie van Nederland van Nederland is, welke rol neem jij daarin?’ Algehele bijval. De nieuwe merkstra- tegie van Nederland gaat geschre- ven worden. To be continued. Zwagerman: ‘Ik denk dat het vak in de tijd van massa- denken nog wel weg kwam met een bepaalde vorm van discriminatie, maar dat het nu bedrijfskundig een probleem kan worden. Hoe ga je brood verdienen als je de gevoeligheden niet kent?’ Hoes: ‘Je moet het aanbod − de pijplijn − en het selec- tieproces uit elkaar trekken. Als ik het proces zie, denk ik dat het hier wel in orde is. Mappen worden vaak blind beoordeeld, dus ze weten niet of het door mannen of vrouwen is gemaakt. Maar het kan zijn dat je aan het werk kunt zien dat het door een vrouw is gemaakt en dat de mannen dit als minder goed beoordelen. In dat kader is het Zweedse filmfonds interessant. Daar zit een vrouwelijke directeur die heeft gezegd: “Action speaks louder than words.” We gaan het geld 50-50 verdelen tussen mannelijke en vrouwelijke regisseurs. Al die mannen huilen natuurlijk. Zij zei: “Er zitten veel plannen die voorheen werden afgewezen door commissies die voornamelijk uit mannen bestaan. Er worden nu andere verhalen verteld waarvan we niet weten dat we ze willen zien.” Zo’n maatregel begint misschien wel eerder in de kunst. Maar ik denk dat het misschien ook wel voor reclame kan gelden, met name voor contentmarketing; dat je andere verhalen vertelt als je weet wat ten diepste speelt bij mensen.’ Zit er wel beweging in de emancipatie? On- danks de vrouwenbeweging zie ik nog veel vrouwen thuis bij de kinderen blijven. Hoes: ‘Dat is cultuur en de goede economie. Ze kunnen het zich veroorloven thuis te blijven en doen het ook. Ik denk dat heel veel hoogopgeleide vrouwen liever parttime werken. Dat is een keuze. Wat ik heel vreselijk vind in het bedrijfsleven is het gratuite seksisme. Dat zit in bijna ieder bedrijf. De onuitgesproken veronderstel- ling dat de vrouw wel de koffie haalt in de vergaderzaal. Ik heb wel eens gesolliciteerd bij de hoogste baas van een bedrijf en die zei: “Je bent gelukkig knapper dan op de foto.” Ik ga dan de discussie niet aan en maar denk wel: “You’re gonna pay me sooo much money for this.”’ Zwagerman: ‘Ik vind het niet prima dat die hoogopgeleide vrouwen part- time werken. Waarom erger ik me aan mutsen? Omdat het er zoveel zijn en zij bepalen dat andere vrou- wen die wel werken zich schuldig voelen. Maar aan de andere kant: de emancipatie is pas zo kort gaande eigenlijk. Mijn moeder moest stop- pen met werken toen ze trouwde. ‘Ik kwam begin jaren negentig de ar- beidsmarkt op en ging met mijn man een huis kopen. Mijn inkomen, dat al twee keer zo hoog lag als dat van mijn man, telde maar voor acht jaar mee bij de hypotheek. De dertigers van nu hebben daar nu niet meer mee te maken. Maar hoe kort gele- den is dat? Moslims kwamen ook pas in de jaren zestig ons land binnen. Die emancipatie heeft tijd nodig.’ En bewegen bedrijven ­genoeg mee? Zij laten hoog- opgeleid talent de deur uit lopen en doen weinig aan retentie door het creëren van arbeidsomstandig- heden die de combinatie werken-kinderen mogelijk maken. Mandic: ‘Dat klopt. In de Ameri- kaanse tech-sector zie je dat de schaarste aan mensen zo groot is dat de arbeidsomstandigheden veranderen. Dan is ouderschapsver- lof ineens onbeperkt. In onze sector is daar geen sprake van, dus dan verandert het niet zo snel.’ Kun je het ondervangen met quota? Hoes: ‘Als middel, het mag geen doel zijn. Quota helpen tegen luiheid. Ik zit in een bestuur waar vier vrou- wen uit gingen. Ik kreeg een lijst te- rug met vijf mannen. Dan zeg ik: jullie zijn lui, zoek gewoon wat beters.’ Olivieira: ‘De Correspondent ging coverstory ‘Ikheb weleens gesolliciteerd bijdehoogste baasvaneen bedrijfendie zei:Jebent gelukkig knapperdan opdefoto’Antoinette Hoes ‘Mensenzullen zichzelfbeter herkennenin reclameofmedia diegemaakt zijndooreen afspiegelingvande samenleving’John Olivieira denken aan die 80 procent van de Nederlanders die het probleem van Zwarte Piet niet begrijpt. Hoe zorg je dat zij een realistisch beeld krijgen? Ik ben daar nog niet over uit.’ Zwagerman: ‘Je moet ze serieus nemen, en niet weglachen. Het zijn angstige mensen en dat moet je erkennen. Humor is een belangrijk wapen, dat herkent iedereen. Ik geloof niet in “go with the flow. Only dead fish go with the flow”. Media- en reclamemakers hebben een rol in de beeldvorming en als ze zich bewust zijn van wat er echt speelt, dan kunnen ze het veranderen.’ Nadat het opnameapparaat uit is, stopt het gesprek niet. Hoe kan het ook anders met zo’n breed, ge- voelig onderwerp. Er komt nog een interessant punt op tafel: stel dat reclamebureaus het allemaal goed op orde hebben − vrouwen aan de top, mensen met diverse etnische achtergronden op de werkvloer – en 49,5%van de allochtone Nederlanders heeft betaald werk. Onder autochtone Nederlanders is dat 77,1%. (Bron: Eurostat/Oeso)