God wijst op genade en genade schenken

1. Kolossenzen studie
3 juni 2021
Kol-32

2. Kol-33
Doet dan aan als Gods
uitverkorenen, heiligen
en geliefden:
medelijdend mededogen,
mildheid,
ootmoedige gezindheid,
zachtmoedigheid, geduld
Kolossenzen 3:12

3. Kol-33
elkaar verdragend en
wederzijds genade
schenkend; ingeval
iemand tegen iemand
een klacht heeft. Zoals
ook de Heer jullie genade
schenkt, zo ook jullie.
Kolossenzen 3:13

4. Kol-33
Doet over dit alles echter
de liefde aan die de band
is van de rijpheid.
En laat de vrede van
Christus, waartoe jullie
ook in één lichaam
geroepen werden,
scheidsrechter zijn in
jullie hart, en wordt
dankbaar.
Kolossenzen 3:14,15

5. Kol-33
Laat het woord van Christus rijkelijk in jullie inwonen, in alle wijsheid jullie
zelf onderwijzend en vermanend; psalmen, lofzangen en geestelijke
liederen zingend, met dankbaarheid in jullie hart tot God.
En al wat jullie maar doen in woord of in werk, doet dit alles in de
naam van de Heer Jezus Christus, God, de Vader, dankend door Hem.
Kolossenzen 3:16,17

6. Kol-32
vooraf Kolossenzen 3:
* kwade uitwassen
van ziels-vleselijke
begeerten ter dood
brengen
* afleggen van akelige
uitingen, woede,
gramschap e.d.
* afstropen oude mens

7. Kol-33
aandoen de jonge/frisse mens:
medelijdend mededogen, mildheid,
ootmoedige gezindheid,
zachtmoedigheid, geduld

8. Kol-33
Ingeval iemand tegen iemand een
klacht heeft……
hoe ga je om met….
mensen kunnen vermoeid
zijn, last hebben van lijden
en andere lasten – juist
ook gelovigen -->
elkaar bemoedigen.

9. hoe ga je om met….
broeders en zusters die de
eigen begeerten laten gaan
en zo de ekklesia schaden,
tot oneer van de Heer zijn =
last voor mede-gelovigen.
Ingeval
iemand tegen
iemand een
klacht heeft……

10. wat doe je ermee?
* aanstoot nemen?
* terugtrekken van zo iemand?
* op vingers tikken?
* met gelijke munt terugbetalen?
* aan zichzelf overlaten?
Ingeval
iemand tegen
iemand een
klacht heeft……

11. Kol-33
Broeders, ook ingeval een mens wordt gegrepen door enige krenking,
brengen júllie, die geestelijk zijn, zo iemand terecht in een geest van
zachtmoedigheid, op jezelf lettend, opdat ook jij niet aangevochten
wordt. Draagt elkaars lasten en vervult zo de wet van Christus. Galaten 6:1,2
de weg van de
genade
bewandelen

12. Kol-33
wat kan gebeuren?
--> iemand (ver)oordelen;
achter diens rug om en
men pleegt dan in feite
(figuurlijk) karaktermoord

13. Kol-33
nooit: excommuniceren
van een gemeentelid
in specifieke situaties:
aan voorstaander en
eventueel ouderen/
oudsten voorbehouden
te richten/beoordelen Mattheüs 7:1-5;
Romeinen 2:1

14. Kol-33
Jij dan, wat oordeel jij je broeder? Of ook jij,
wat minacht jij je broeder? Want wij allen
zullen voor de bema van God gesteld worden
Romeinen 14:10-13

15. Kol-33
Daarom, richt niets voor de era, totdat de Heer komt (zou komen)
Die ook de verborgen (ding)en van de duisternis aan het licht
zal brengen en de raad(slagen) van de harten openbaar zal
maken, en dan zal lofprijs komen voor eenieder, van(uit) God.
1 Corinthiërs 4:5 + 12,13

16. Kol-33
klacht, blamering:
wordt zelden geaccepteerd;
--> meestal gedaan
in verontwaardiging,
niet in welwillendheid

17. Kol-33
maar wij, de sterken, zijn
verschuldigd de zwakten
van de niet-sterken te dragen
en niet onszelf te behagen
Romeinen 15:1

18. Kol-33
elkaar verdragend en
wederzijds genade
schenkend; ingeval
iemand tegen iemand
een klacht heeft. Zoals
ook de Heer jullie genade
schenkt, zo ook jullie.
Kolossenzen 3:13
vreugde-effect;
(charisma)
genade schenken =
gunst verlenen, geven,
onverdiend aanreiken

19. Kol-33
Wat geeft God
ons in genade?
Wat zullen wij dan ook uitspreken tot deze dingen?
Indien God voor ons is, wie is tegen ons? Zeker, Hij
Die Zijn eigen zoon niet ontzien maar Hem voor ons
allen overgegeven heeft, hoe zal Hij ons zeker niet
ook tezamen met Hem alles in genade schenken? Rom.8:30-32

20. Kol-33
Paulus vroeg dat
voor zichzelf
Want wat is het waarin jullie werden achtergesteld, meer dan de
overige uitgeroepen gemeentes, tenzij dat ik zelf jullie niet tot
last ben? Schenkt mij genade voor deze onrechtvaardigheid!
2 Corinthiërs 12:13

21. Kol-33
Zoals ook de Heer jullie
genade schenkt, zo ook jullie!
Kolossenzen 3:13b